6de Infanteriedivisie

Situatie op 10 mei 1940

Reglementaire benaming 6de Infanteriedivisie | 6ID
6ème Division d’Infanterie | 6DI
Type Infanteriedivisie
Ontdubbeld van n.v.t.
Onderdeel van IIde Legerkorps
Bevelhebber Luitenant-generaal Emile Janssens
Commandant Infanterie Generaal-majoor Res Ernest Graff
Stafchef Kolonel SBH Paul Foulon
Commandant Artillerie Kolonel Arnould F. Stas
Commandant Gezondheidsdienst Geneesheer Majoor Charles Bormans
Intendant Kapitein E. Leonard
Commandant Transportkorps Kapitein-commandant François Laporte
Standplaats Dekkingsstelling Albertkanaal
Sector Eindhout-Beringen
Commandopost in de Overstraat te Diest
Samenstelling Hoofdkwartier  
  1ste Regiment Grenadiers  
  1ste Regiment Karabiniers  
  9de Linieregiment  
  6de Regiment Artillerie  
  7de Bataljon Genie  
  6de Bataljon Transmissietroepen  
  Wielrijderseskadron 6ID  
  1ste Compagnie Getrokken C47 6ID (Kapitein Marcel Brachot)
  (2de Compagnie Getrokken C47 6ID (Luitenant R. Tasier)) -> Afgedeeld bij 17de Infanteriedivisie
  Geneeskundig Korps 6ID Staf (TBC)
    Geneeskundige Versterkingcompagnie (Med Lt E. Roupin)
    Lichte Ambulance (Med Lt F. Leonet)
    Ambulance Infanteriedivisie (Med Kapt R. Pierard)
    Sanitair Treinpeloton (Lt Ch. Van Bogaert)
    Autopeloton der Sanitaire Vervoersformaties (Lt G. Warnecke)
  Compagnie Intendance 6ID (TBC)  
  Transportkorps 6ID Staf (Cdt Pierre Descamps)
    Peloton voor Infanteriemunitie (Lt G. Grosjean)
    1ste Autopeloton voor Infanteriemunitie (Lt I. Thiry)
    2de Autopeloton voor Infanteriemunitie (Lt A. Foerster)
    1ste Autopeloton voor Artilleriemunitie (Lt G. Losseau)
    2de Autopeloton voor Artilleriemunitie (Lt J. Van Pelt)
    Autopeloton voor Ravitaillering (Lt A. De Lil)
    Autopeloton voor Materieel (Lt A. Gillieaux)
    Atelier voor Herstelling van het Wagenpark (Lt M. Leblicq)
  Compagnie Luchtafweermitrailleurs (Luitenant M. Van Hove)
  Provoost (Luitenant Alfred Truyers)
Tijdelijke Eenheden Iste Bataljon, 1ste Regiment Hulptroepen
  IVde Groep 2de Regiment Legerartillerie
  Iste Groep 4de Regiment Legerartillerie
  IIde Groep 14de Regiment Artillerie
  IIIde Groep 14de Regiment Artillerie

Tijdens de mobilisatie

Drie militairen van het Autopeloton voor Materieel te Kortessem in het voorjaar van 1940.

Staf/6Div
In volle vredestijd was de 6de Infanteriedivisie (6Div) een actieve infanteriedivisie die samen met de 5de Infanteriedivisie (5Div) van Bergen deel uitmaakte van het Iste Legerkorps (I/LK). De Staf/6Div was toentertijd gestationeerd in Brussel. De divisie had een speciale band met de hoofdstad want niet alleen de staf maar ook het 1ste Regiment Grenadiers (1Gr), het 1ste Regiment Karabiniers (1C), het 9de Linieregiment (9Li) evenals het 6de Regiment Artillerie (6A) waren te Brussel gekazerneerd en werden in hoofdzaak met Brabantse dienstplichtigen samengesteld. De divisie werd dan ook te Brussel op oorlogsvoet gebracht op 26 augustus tijdens Fase A van het mobilisatieplan. Uitzonderlijk bleef de 6Div tijdens de mobilisatie zijn drie actieve infanterieregimenten behouden. De norm voor de overige divisies van het zelfde type was om een actief regiment om te wisselen voor een ontdubbelingsregiment van eerste reserve. Op 30 augustus 1939 waren de voornaamste eenheden klaar om op het terrein te ontplooien. De divisie kreeg een sector op de lijn Halle-Ninove toegewezen en verplaatste zijn hoofdkwartier naar Sint-Kwintens-Lennik om op 5 september naar Vlezenbeek te verhuizen.

Op 9 november 1939 vertrekt het I/LK naar Zuidoost Limburg en de staf vestigde zich in het gerechtshof te Tongeren van waaruit de twee divisies in lijn bevolen worden. De 5Div staat opgesteld van Lixhe tot Briegden, de 6Div bevindt zich ten westen van Briegden in de sector tussen Gellik en Genk. De divisiestaf bevond zich in die periode te Hoeselt.

Begin maart 40 neemt de 4de Infanteriedivisie (4Div) de stellingen van de 6Div bij het I/LK over en de divisie wordt gedurende rest van de maand maart een rustperiode gegund aan de kust. De eenheden worden overgeplaatst naar de westkust voor een statische bewakingsopdracht en de divisiestaf vindt onderdak te Oostende. De laatste verhuis van de 6Div vond plaats op 30 maart 1940 wanneer de divisie opnieuw terugkeert naar het Albertkanaal. De divisie neemt de sector Eindhout-Beringen over en wordt toegevoegd aan het het IIde Legerkorps (II/LK). De 6Div bezet een bijzonder breed front van maar liefst 14,6Km en plaatst, zoals gebruikelijk aan het Albertkanaal, zijn drie infanterieregimenten op één enkele lijn die uit twee echelons bestaat.

De divisie beschikt over een relatief sterke artilleriesteun:

  • I/6A en I/4LA vormen het rechtstreeks vuursteun element voor het 9de Linieregiment
  • II/6A levert rechtstreekse vuursteun aan het 1ste Regiment Grenadiers
  • III/6A levert rechtstreekse vuursteun aan het 1ste Regiment Grenadiers
  • IV/6A, II/14A en III/14A vormen Ondergroepering OOST van het algemeen vuursteunelement
  • IV/2LA vormt Ondergroepering WEST van het algemeen vuursteunelement

De I/6A, IV/6A en III/14A hebben elk twee van hun drie batterijen op een vooruitgeschoven stelling staan om bijkomende artilleriedekking in de diepte te kunnen geven. Te Oostham, Kwaadmechelen en Meerhout zijn hiervoor bijkomende voorwaartse waarnemers geplaatst. Bovendien kan de vooruitgeschoven artillerie indien nodig beroep doen op een observatieballon van de 1ste Compagnie Luchtscheepvaart die opstijglocaties kan gebruiken te Vorst, Veerle en Westerlo. Deze ballon zal echter nooit ingezet worden.

De 6Div beschikt niet over een Compagnie C47 op T13 onderstel (TBC – reden waarom is niet gekend). De 6Div krijgt ter compensatie wel een tweede compagnie getrokken C47 anti-tankkanonnen in de slagorde.  Deze compagnie werd in april 1940 afgedeeld bij het Vde Legerkorps (V/LK). 

Kasteel Het Arendschot te Okselaar bood onderdak aan het hoofdkwartier van de 6Div.

Staf/6Div
Het hoofdkwartier van de 6Div en het 6A bevinden zich aan de Overstraat te Diest. Tijdens de ochtend wordt de staf overgebracht naar de oorlogscommandopost in landgoed “Het Arendschot” te Okselaar. Kolonel Stas en het commando van 6A neemt zijn intrek in de nabij gelegen Villa Bosquet.

Geneeskundig Korps 6Div
Het geneeskundig korps van de 6Div staat eveneens opgesteld te Diest. Om 01u30 verneemt men dat de alarmtoestand is afgekondigd. De aanwezige zieken worden afgevoerd naar het Medisch-Chirurgisch Centrum (MCC) van het IIde Legerkorps te Aarschot. De Lichte Ambulance neemt de ziekenzaal in de oude lakenhalle over als hospitalisatieruimte voor postoperatieve patiënten.

De Ambulance wordt overgeplaatst naar Averbode en start met de inrichting van de Medische Hulpplaats voor de divisie. Deze hulpplaats zal om 08u00 operationeel zijn. De ambulancevoertuigen van de divisie krijgen hun standplaats nabij Kilometerpaal 6 op de baan van Averbode naar Scherpenheuvel.

Inmiddels komen rond 05u30 de eerste gewonden aan te Diest. Het gaat om slachtoffers van de luchtaanvallen op het vliegveld van Schaffen en het Kamp van Beverlo. De patiënten worden gestabiliseerd en klaar gemaakt voor transport naar het MCC van Aarschot en het Militair Hospitaal te Leuven. De Lichte Ambulance kan op die manier de infirmerie van Diest ontruimen en vervoegt Scherpenheuvel nog voor middernacht. Hier zal een tweede Medische Hulpplaats geopend worden.

Transportkorps 6Div
Ook het transportkorps van de divisie is ingekwartierd te Diest en verplaatst zich na ontvangst van het alarm naar een kantonnement te Scherpenheuvel.

Staf/6Div
Even voor 19u00 worden de regimentscommandanten ontboden op de staf van de 6Div te Okselaar. Het Groot Hoofdkwartier vreest dat na de vijandelijke doorbraak bij de 7de infanteriedivisie (7Div) en de Duitse inname van Tongeren een omsingeling van de de positie aan het Albertkanaal nabij is. Alle formaties ten oosten van de K.W. Stelling krijgen de opdracht om bij het vallen van de duisternis de mars naar het westen aan te vatten.

De 6Div moet zich in twee nachtelijke etappes via Berlaar en Putte naar Koningshooikt begeven. Tijdens de eerste etappe moeten alle eenheden ten westen van de lijn Aarschot-Westerlo gebracht worden. De aftocht van de divisie zal gedekt worden door de ten oosten opgestelde 14Div en het Wielrijderseskadron. De infanterieregimenten dienen het nodige personeel achter te laten om de oeverbunkers van het Albertkanaal te bemannen tot de nacht van 12 op 13 mei. De divisiestaf verplaatst zich tijdens de avond van Okselaar naar Booischot. Het hoofdkwartier wordt opnieuw geopend in kasteel Ter Laeken.

Geneeskundig Korps 6Div
De Lichte Ambulance opent de Medische hulpplaats van Scherpenheuvel om 07u00. De installatie bevindt zich op een kilometer buiten de dorpskern, langsheen de baan Scherpenheuvel-Diest. Het geneeskundig korps krijgt om 16u00 het bevel om naar de K.W. Stelling te trekken. De motorvoertuigen worden naar Berlaar gezonden. De paardenwagens krijgen Koningshooikt als bestemming.

Omstreeks 18u30 beveelt Geneesheer Majoor Bormans, chef van de medische diensten van de divisie, aan 1ste Kapitein Scarcez om een medische hulppost in te richten bij Kilometerpaal 63 van de Engsbergsesteenweg. Scarcez tijdt samen met Bormans terug naar Averbode om hier een motorambulance op te halen. Te Averbode zijn inmiddels de eerste militaire gewonden aangekomen. Er worden net drie manschappen van het 1ste Regiment Grenadiers aangebracht die bij de vernieling van de brug van Kwaadmechelen door brokstukken geraakt werden. Een van de militairen blijkt overleden. De overige gewonden worden samen met de andere vervoerbare patiënten doorgestuurd naar Leuven.

Transportkorps 6Div
Bij een luchtaanval op Scherpenheuvel worden de kantonnementen van het transportkorps geraakt. Het blijft gelukkig bij materiële schade, maar er vallen wel burgerslachtoffers. Kapitein-commandant Laporte ontsnapt ternauwernood aan de dood wanneer tijdens het diner ook zijn woning geraakt wordt en deels instort. De helemaal onder het stof zittende officier rijdt met de serviet nog om de hals direct naar de divisiestaf te Okselaar om het incident te melden. De burgerslachtoffers worden intussen afgevoerd naar de medische hulpplaats te Averbode en van hier uit doorgestuurd naar het Sint-Pietersziekenhuis te Leuven.

Generaal-majoor Graff, commandant infanterie van de 6de Infanteriedivisie.

Generaal-majoor Graff, commandant infanterie van de 6de Infanteriedivisie.

Staf/6Div
De staf verblijft op Kasteel Ter Laenen te Booischot. Het IIde legerkorps laat na de middag weten dat de volledige aftocht van het kanaal een overhaaste beslissing was. Om het veldleger toe te laten de K.W. Stelling op een veilige manier te vervoegen, zal een troepenscherm ontplooid worden om het marsgebied te beveiligen tot de nacht van 13 op 14 mei. Het 1ste Regiment Karabiniers (1C) wordt teruggestuurd om de volledige voormalige sector van de 6Div te bezetten tussen Eindhout in het westen en de Winterbeek in het oosten. Langsheen de Winterbeek zal het 2de Regiment Gidsen de verbinding maken met de Demer/Gete-Stelling waar de rest het Cavaleriekorps post vat. De overige formaties van de 6Div zullen de tocht naar de K.W. Stelling verder zetten.

Geneeskundig Korps 6Div
Het gemotoriseerde gedeelte van het geneeskundig korps bereikt Berlaar omstreeks 03u30 en wacht verdere bevelen af. De paardengespannen zijn nog steeds onderweg. Om 20u00 worden de motorvoertuigen naar Lint doorgestuurd om er te starten met de installatie van een nieuwe divisionaire hulpplaats. De voertuigen komen aan rond middernacht.

Staf/6Div
Het hoofdkwartier van de divisie wordt tijdens de tweede helft van de nacht verplaatst naar Lint.

Op het middaguur start het IIde Legerkorps met de voorbereidingen tot de evacuatie van het Albertkanaal. De divisiestaven worden kort na de middag op de hoogte gesteld van de gebeurtenissen langsheen de Demer/Gete-Stelling en de Dwarsstelling aan de Winterbeek. Het hoofdkwartier zet de grote lijnen uit voor de verdediging van de K.W. Stelling en geeft de troepen die nog niet ter plekke zijn twee nachtelijke etappes om naar de nieuwe weerstandslinie terug te trekken:

De zone die het II/LK moet verdedigen loopt vanaf Lier (exclusief) in het noorden tot Haacht (exclusief) in het zuiden.  Hiervoor behoudt het legerkorps twee divisies in eerste lijn, met de 6Div in sector noord en de 11Div in sector zuid.  De 9Div zal in de diepte geplaatst worden.

Het 1C mag terugtrekken van het Albertkanaal om de rest van de 6Div te vervoegen op de K.W. Stelling.  Het regiment moet tevens de overgebleven batterijen van het 6A meenemen, alsook het Wielrijderseskadron van de 6Div en het Wielrijderseskadron van de 9Div.  De marsroute voor al deze troepen loopt via Veerle, Varendonk, Westerlo, Westmeerbeek, Hulshout, Itegem, Koningshooikt en Duffel naar Lint.  Aan het eind van de eerste etappe moeten de colonnes halt houden ten westen van de meridiaan van Aarschot.

Bij de 6Div zal het 9Li in ondersector noord opgesteld worden tussen Lier (exclusief) en Tallaart (exclusief).  Het 1Gr sluit aan in ondersector zuid tussen Tallaart (inclusief) en Koningshooikt (inclusief).  Het 1C zal op het tweede echelon ontplooid worden, maar zal bij aankomst eerst ingekwartierd worden in de gebouwen en de bossen van de Bemortelhoeve ten noorden van Sint-Katelijne-Waver.

Geneeskundig Korps 6Div
De nieuwe Medische Hulpplaats van Lint opent tijdens de voormiddag zijn deuren. De paardenwagens zijn rond 05u00 aangekomen te Koningshooikt en wacht hier de komende nacht af. Tijdens de nacht van 13 op 14 mei zal het geneeskundig korps weer herenigd zijn te Lint.

Staf/6Div
Kort na de middag verspreid de divisiestaf zijn definitieve orders voor de opstelling van de troepen in de sector Lier-Koningshooikt:

  • Het 9Li en het 1Gr moeten een klassieke opstelling aannemen met twee bataljons op het eerste echelon en een bataljon op het tweede echelon.
  • Daarnaast moet het 1Gr ook een vierde gevechtsformatie vormen rond de staf van het IVde Bataljon om de bunkers en de steunpunten van de anti-tankcentra van de Itterbeek en van Koningshooikt te bezetten.
  • Het 1C blijft in kantonnementen in de gebouwen en de bossen van de Bemortelhoeve ten noorden van Sint-Katelijne-Waver. 
  • De II/6A en later de III/6A worden in vuursteun gegeven van het 9Li.  De IV/6A en de IV/4LA worden toegevoegd aan het 1Gr.  Het gezamelijk vuursteunelement van de divisie wordt gevormd door de II/14A, III/14A en later ook de I/6A.  De III/6A en de I/6A blijven voorlopig nog in rust nabij het Spoorwegfortje.
  • Een derde van de troepen moet vanaf nu permanent op de stellingen verblijven.  De rest wordt op een preadvies van 2 uur geplaatst.  De doorgangen in de Cointet-hekkens van de K.W. Stelling mogen nog open blijven, maar moeten wel extra bewaakt worden.
  • Het station van Puurs blijft in gebruik als de bevoorradingsplaats voor de divisie.

Geneeskundig Korps 6Div
Tijdens de avond wordt de Medische Hulpplaats overgebracht van Lint naar het Kasteel Sint-Michiel, op zo’n kilometer ten oosten van het Fort van Walem.

De verzamelplaats voor gewonde paarden wordt ingericht op de Goorhoeve, nabij het station van Sint-Katelijne-Waver.  Van hieruit moeten de dieren afgevoerd worden naar de paardenartsenijdienst van het II/LK aan de Elsestraat te Willebroek.

Staf/6Div
Luitenant-generaal Janssens wordt als divisiecommandant afgelost en door de minister van defensie aangeduid om de Rekruteringsreserve van het leger over te brengen naar Frankrijk. Hij wordt vervangen door Generaal-majoor Hector Daumerie, voormalige Commandant Infanterie van de naar Frankrijk gestuurde 7de Infanteriedivisie (7Div).

De divisie ontvangt enkele bijkomende versterkingen en beveelt de ontplooiing van de rest van zijn troepen:

  • De III/4A wordt toegevoegd aan het algemeen vuursteunelement van de divisie.
  • Het 1C moet tegen de ochtend ontplooid zijn op het derde echelon van de K.W. Stelling.  Dit echelon start aan de Gulgebeek even ten noordoosten van Duffel en loopt vervolgens over het gehucht Lentse Heide en de Bemortelhoeve tot aan de Schans van Bosbeek.
  • Het Wielrijderseskadron der 9de Infanteriedivisie moet eveneens tegen de ochtend van 16 mei opgesteld staan op de gehuchten Lachenen en Het Veld ten noorden van de Nete.  Hiermij moet ook het Hof van Lachenen bezet worden.

Omstreeks 20u00 laat de staf aan het 1C dat dit regiment tijdens de nacht van 15 op 16 mei moet doorwerken aan het inrichten van zijn nieuwe posities.

Staf 6Div
Net voor de middag beveelt de divisiestaf aan het 1C om de bewaking over te nemen van de bruggen over te Nete tussen de spoorwegbrug van de lijn Brussel-Antwerpen en Lier.  Bij elke brug moeten twee gevechtsgroepen geplaatst worden.

Op 16 mei komt onverwachts het bevel van het geallieerd opperbevel (via de Franse generaal Bilotte) om naar het westen terug te trekken. Zonder dat men de K.W. Stelling ten volle verdedigd heeft moet de stelling worden prijsgegeven. In het zuiden wist het Duitse leger immers een doorbraak te forceren over de Maas in de streek van Sedan en in het noorden heeft Nederland zich overgegeven. De Belgische legerleiding besluit om het veldleger terug te trekken op een nieuwe defensieve lijn langs de as Terneuzen-Gent-Oudenaarde. De terugtocht van de K.W. Stelling tot het kanaal Gent-Terneuzen zal in drie marsetappes gebeuren.

Om aan de aandacht van de Duitse luchtmacht te ontsnappen, wordt de commandopost van de 6Div tijdens de nacht van 15 op 16 mei verhuisd naar het Spoorwegfortje van Duffel. Dit hoofdkwartier zal bij de evacuatie van de K.W. Stelling tijdens de nacht van 16 op 17 mei verlaten worden. De divisiestaf wordt dan in één ruk doorgestuurd naar zijn nieuwe standplaats te Kaprijke. De divisie zal bij aankomst ontplooid worden in de sector Zelzate aan het Kanaal Gent-Terneuzen en zal onder het commando van het Vde Legerkorps (V/LK) komen te staan.

In eerste instantie beveelt de divisiestaf omstreeks 17u00 de aftocht van het wagenpark van zijn eenheden naar de linkeroever van de Dender.  De motorvoertuigen van de echelons moeten deze verplaatsing voltooien tegen 22u00.  De rest van de divisie ontvangt de volgende marsorders:

  • De 6Div zal gebruik maken van twee marsroutes.  De marsroute West loopt van Lier over Itterbeek, Duffel en Walem naar de militaire brug over de Dijle te Battel, om vervolgens via Heffel, Blaasveld, Willebroek en Lippelo naar Dendermonde te leiden.  De marsroute Oost vertrekt te Tallaart naar Blauwhoek, Sint-Katelijne-Waver, Ekelenhoek, Mechelen, Battel, Leest, Tisselt en Breendonk en sluit de Lippelo op de eerste route aan.
  • De mars zal gedekt worden door een vaste achterhoede die zal bestaan uit een bataljon per infanterieregiment, aangevuld met de bemanningen van de forten en schansen.  De III/6A en IV/6A zullen vuursteun blijven leveren aan deze elementen.
  • De mobiele achterhoede zal gevormd worden door het Wielrijderseskadron en de Pelotons Vekenners van het 9Li, 1C en 1Gr.
  • De eerste elementen moeten de marsroutes vervoegen vanaf 21u00.  Tussen 23u00 en 23u30 moeten alle troepen met uitzondering van de vaste en mobiele achterhoede vertrokken zijn.  De vaste achterhoede moet om 00u30 vertrekken.
  • Bij aankomst moet de divisie ingekwartierd worden:
    • Lippelo: divisiestaf, Cie 47, 6TTr, 7Gn
    • Wolf: III/14A, I/6A
    • Rijweg: II/14A
    • Breendonk: IV/4LA, II/6A, 1C (minus III/1C)
    • Willebroek: III/1C, 9Li
    • Tisselt: 1Gr (op de linkeroever van het Kanaal van Willebroek)

Geneeskundig Korps 6Div
De medische eenheden zullen bij het verlaten van de K.W. Stelling Bassevelde als nieuwe bestemming krijgen.

Staf 6Div
De 6Div brengt de dag door op de linkeroever van het Kanaal van Willebroek en verneemt in de late namiddag dat de eenheden op transport zullen geplaatst worden naar de linkeroever van het Kanaal Gent-Terneuzen.  De motorvoertuigen en paardenwagens moeten via de weg naar het westen en krijgen een nieuwe marsroute aangeduid van Lippelo over Baasrode, Kastel, Moerzeke en Grembergen tot Zele.  Vervolgens moet verder getrokken worden naar Lokeren, Doorselaar, Zaffelare, Wachtebeke en Zelzate.  De troepen te voet zullen opgepikt worden door voertuigen van de Legerautogroepering (LAuGpg) op een reeks instapplaatsen langsheen de snelweg Brussel-Antwerpen tussen Breendonk en Londerzeel.  Deze zullen de eenheden overbrengen naar de zone Assenede-Ertvelde-Kluizen-Evergem.  De eerste elementen moeten om 23u00 klaar staan om in te stijgen.

Tussen 21u00 en 21u30 komt het bericht dat dit plan niet doorgaat omdat er prioriteit wordt gegeven aan het transport van de 9Div en de 10Div. De 6Div kan niet tijdig opgepikt worden aan de snelweg Antwerpen-Brussel en moet zich dan maar via de baan naar het westen verplaatsen om te vermijden dat de troepen ingehaald zullen worden door de vijand.  De divisiestaf verneemt dat er een nieuw transportplan opgesteld is en de troepen op 18 mei zullen opgepikt worden door de LAuGpg tussen Dendermonde en Zele.  De eenheden van de 6Div worden onmiddellijk verwittigd.  De drie infanterieregimenten moeten hun Pelotons Verkenners onder het directe bevel van de divisiestaf plaatsen.  Deze zullen samen met het Wielrijderseskadron als mobiele achterhoede ingezet blijven.

Staf 6Div
Het eerste echelon van divisiestaf start met de opstelling van het hoofdkwartier te Bassevelde. Vanaf het midden van de voormiddag bereiken te colonnes te voet het dorp Zele.  Hier worden de militairen ingeladen aan boord van de autobussen van de LAuGpg naar mate deze ter plekke aankomen.  De diverse elementen van de 6Div komen dan ook in enige wanorde aan op de linkeroever van het Kanaal Gent-Terneuzen.  

Staf 6Div
Het Belgische verdedigingsplan voor het Kanaal Gent-Terneuzen neemt zijn definitieve vorm aan. In het noorden bewaakt de 1ste Cavaleriedivisie de sector rond Terneuzen. Het centrum zal worden verdedigd door het Vde Legerkorps met de 17de en 6de Infanteriedivisies. Het zuidelijke deel van het kanaal is voor rekening van het IIde Legerkorps met de 13de Infanteriedivisie en de 11de Infanteriedivisie. Ten noorden van de 6Div staat de 17Div opgesteld, ten zuiden van de 6Div bevindt zich de 13Div behorende tot het II/LK.

Om 04u00 verspreidt de divisiestaf een eerste order voor de bezetting van de kanaalzone.  In eerste instantie moeten de drie infanterieregimenten elk één compagnie ontplooien voor de bewaking van de bruggen van Sluiskil (9Li), Sas van Gent (1Gr) en Zelzate (1C).  Bij elke brug moeten telkens twee officieren de verkeerscontrole uitoefenen en de nog aankomende eenheden doorsturen naar een verzamelpunt per divisie.  Voor de 6Div wordt dit het dorp Bassevelde.  De kanaalbruggen mogen bij eventuele aankomst van vijandelijke verkenners onder geen beding vernield worden.  Vervolgens moeten de drie regimenten in dezelfde volgorde de rest van hun troepen op het terrein opstellen.  Ook moeten er patrouilles uitgestuurd worden naar de oostelijke kanaaloever tot op een afstand van 2Km.

Omstreeks 11u00 worden dan de definitieve opstelling bepaald.  De sector van de 6Div wordt in het noorden begrensd door de parallellijn van Klein-Gent in Zeeland.  In het zuiden wordt de grens gevormd door de spoorwegbrug van Zelzate.   Het 1Gr en het 1C zullen op het eerste echelon opgesteld worden, met het 1Gr op links en het 1C op rechts.  Het 9Li zal met drie bataljons in lijn post vatten achter deze beide regimenten.  De parallellijn van het gehucht Poel vormt de grens tussen 1Gr en het 1C.  De Compagnie C47 moet telkens een peloton in steun plaatsen van elk van de infanterieregimenten.  De compagniestaf gaat naar het 1Gr.  Het dorp Assenede moet als anti-tankcentrum verdedigd worden.

De detachementen op de oostelijke oevers van de bruggen van Sas van Gent en van Zelzate worden herleid tot de grootte van een peloton.  Er worden geen andere voorposten georganiseerd.  Het Wielrijderseskadron wordt versterkt met een peloton T13 tankjagers van de 9Div en moet zich verspreiden over de oostrand van Westdorpe en de kruispunten tussen de gehuchten Het Fortje en De Akker.

Voor de artilleriesteun wordt de II/6A toegevoegd aan het 1C en de III/6A aan het 1Gr.  Het gezamenlijk vuursteunelement zal dan gevormd worden door de twee overige groepen van het 6A en de houwitsers Ob155M17 van de IV/13A.

Tijdens de nacht van 19 op 20 mei moeten de stellingen nog niet geheel bezet blijven en zullen 2/3 van de manschappen in hun kantonnementen mogen overnachten.

Geneeskundig Korps 6Div
Te Bassevelde wordt gestart met de ontplooiing van de nieuwe Medische Hulpplaats van de divisie. Er worden drie grote boerderijen aan de Beekstraat uitgekozen voor de installatie.  Zieken en gewonden moeten van hier uit geëvacueerd worden naar Eeklo.

De verzamelplaats voor gewonde paarden wordt ingericht in de windmolen te Venthoek.  De paardenartsenijdienst van het V/LK bevindt zich te Maldegem.

Staf 6Div
Het hoofdkwartier van het V/LK beveelt dat de gemeentes Zelzate, Assenede, Sas van Gent, Westdorpe en Axel geheel ontruimd moeten worden door de burgerbevolking.  De 6Div en de 17Div worden met de uitvoering belast.

In de vooravond komen per telefoon nieuwe orders toe van het V/LK voor het verzamelen van inlichtingen over de opmars van de vijand.  Het legerkorps wil weten wanneer de vijand zal aankomen op enerzijds de lijn Axel – Zuiddorpe – Overslag en anderzijds de lijn Axelse Sassing – Zwartenhoek – Oudepolder – Oudenburgse Sluis.  De 6de Infanteriedivisie moet telkens een peloton verkenners plaatsen te Westdorpe en ook aan de oostrand van Zelzate.  Van hier uit moet het zuidelijke deel van de bovenstande lijnen gesurveilleerd worden.  De pelotons moeten het kanaal oversteken te Sas-van-Gent en te Zelzate.  De divisiestaf wijst de beide opdrachten toe aan het het 1Gr en het 1C.  Ten noorden van de 6Div zal de 17Div een peloton verkenners plaatsen te Zwartenhoek.

Geneeskundig Korps 6Div
Er wordt een vooruitgeschoven chirurgische post geïnstalleerd aan de Burgstraat te Nieuwburg onder leiding van Geneesheer 1ste Kapitein Scarcez, regimentsarts van 6A.

Staf 6Div
Voor het uitvoeren van diverse geniewerken krijgt de 6Div de steun van het IIIde Bataljon van het 9de Regiment Hulptroepen van het Leger, twee compagnies van het IIIde Bataljon van het 1ste Regiment Hulptroepen en de bemanningen van de forten van Lier en Koningshooikt en de schansen van Tallaart, Borsbeek en Dorpsveld.  Werktuigen en materieel worden beschikbaar gemaakt in de zonedepots van het Vde Legerkorps te Kaprijke en te Rijken.

Staf 6Div
Na de Duitse doorstoot tot Abbeville aan de Atlantische kust zijn de geallieerde legers in Noord-Frankrijk en Vlaanderen geheel omsingeld. Het geallieerde oppercommando heeft op 21 mei tijdens de Conferentie van Ieper besloten om de Schelde-linie op te geven. Hierop bepaalt de Belgische legerleiding tijdens de ochtend van 22 mei dat onze strijdkrachten niet zoals afgesproken zullen terugtrekken naar de Ijzer, maar stand zullen houden langsheen de Leie en het Afleidingskanaal van de Leie. Het Groot Hoofdkwartier laat deze terugtocht in twee fases uitvoeren en bepaalt dat de troepen opgesteld tussen het Bruggenhoofd Gent en Oudenaarde zich tijdens de nacht van 22 op 23 mei moet terugtrekken naar de Leie. In deze eerste fase zullen tevens een aantal troepen teruggetrokken worden uit het Bruggenhoofd Gent, de stad Gent en het Kanaal Gent-Terneuzen. Deze zones zullen dan definitief ontruimd worden tijdens de nacht van 23 op 24 mei. Om de Britten toe te laten meer troepen vrij te maken voor de geplande tegenaanval rond Arras, geeft onze legerleiding zijn akkoord om de 44th Infantry Division aan de Schelde af te lossen en de Belgische linies aan de Leie tot aan de rand van Menen te verlengen. De aflossing aan de Schelde wordt afgelast door de snelle ontwikkeling van de Duitse opmars.

De 6Div krijgt het bevel om terug te trekken in de loop van de avond, na aflossing door troepen van het Cavaleriekorps.  De divisie moet vervolgens opnieuw in stelling gaan achter het Afleidingskanaal van de Leie.  Het V/LK dat ook nog steeds de 6de Infanteriedivisie onder zijn bevel heeft, zal front vormen langsheen het Afleidingskanaal van de Leie in de zone van Strobrugge tot Stoktevijver. Hierbij zal de 17Div de noordelijke sector innemen tussen Strobrugge en Balgerhoeke. De 6Div wordt ten zuiden van de 17Div opgesteld, vanaf Balgerhoeke tot Stoktevijver.  Een boerderij in het dorp Kleit wordt de nieuwe standplaats voor de staf.  De marsorders worden uitgedeeld op een vergadering van de regimentscommandanten om 20u00:

  • Bij aankomst in de nieuwe sector aan het Afleidingskanaal zal het 1Gr opgesteld worden in ondersector noord, en het 1C in ondersector zuid.  Het 9Li zal opnieuw in de diepte ontplooid worden, achter deze beide regimenten.
  • De divisie zal via twee marsroutes terugtrekken naar de bruggen van Balgerhoeke en Veldekens op het Afleidingskanaal.  Het Wielrijderseskadron wordt vooropgestuurd om deze bruggen te gaan bewaken.
  • Marsroute Noord zal gebruikt worden door het I/13A, I/6A, III/6A, 7Gn en het 1Gr.  Dit regiment levert ook de vaste achterhoede voor deze route met een bataljon en met de 14Cie.
  • Marsroute Zuid wordt de route voor de IV/6A, II/6A, het 9Li en het 1C.  Hier levert het 1C de vaste achterhoede met opnieuw een bataljon en de 14Cie.  Deze route loopt van Assenede naar Nieuwburg, Hazelarenhoek, Oosthoek, Lembeke en Eeklo naar de brug van Veldekens.
  • De vaste achterhoedes moeten de transversale Kaprijke-Lembeke kruisen om 01u00, en moeten om 05u00 de linkeroever van het Afleidingskanaal bereiken.
  • Bij aankomst moeten het 1Gr en het 1C de bewaking van de bruggen van Balgerhoede en Veldekens overnemen met een compagnie versterkt met anti-tankgeschut.
  • De infanterieregimenten moeten tegen 05u00 kun commandoposten geopend hebben op deze locaties: 1Gr te Kruisken, 1C te Kerselaar en 9Li te Maasboon

De staf van de 6Div opent de nieuwe commandopost te Kleit om 21u00.

Staf 6Div
In de nacht van 22 op 23 mei wordt de 6Div aan de kanaaloever afgelost door de eenheden van de 2de Cavaleriedivisie. Het 2G is zowel ten noorden als ten zuiden van Zelzate in stelling gegaan.  De divisie trekt zich terug naar het Afleidingskanaal van de Leie.  De eenheden mogen uitrusten tot 18u00.  Vervolgens wordt gestart met de inrichting van de nieuwe posities.

Geneeskundig Korps 6Div
De medische hulpplaats voor de 6Div is ingericht in de Hoeve Coppejans nabij Knesselare.  De verzamelplaats voor gewonde paarden is opgesteld in de Papinglohoeve ten zuiden van Kleit.

Transportkorps 6Div
Het PARa verzorgt een bevoorradingspunt voor benzine nabij de kerk van Kleit tussen 14u00 en 20u00. 

Na de capitulatie

Slachtoffers

EenheidNaamVoornaamFotoGraadStandKlas° op° te+ op+ teNota
Cie C47ALLAERKarel, J.SgtMil3719.03.1917Denderhoutem25.05.1940Adegem
Cie C47CHRISTIAENSRené, J.A.SdtMil3908.05.1920Etterbeek13.06.1940Sint-AndriesOverleden hospitaal Abdij Zevenkerken
Cie C47DELVAUXAdolpheAdjtKROLt3720.06.1917La Louvière25.05.1940Adegem
GenKDESENDERGeorgesSdtMil3615.11.1915Leke30.05.1940Brugge
TptKFOERSTERArnoldLtRes03.10.1898La Hulpe21.05.1940Brugge
Cie C47/T13TASSIERRaymond, B LtAct04.09.1912Meung-sur-Loire (FR)16.03.1945Prenzlau (D)CieComd, overleden als krijgsgevangene
Cie C47VANDE WEGHEHendrik, M.G.SdtMil3912.02.1920Gent26.05.1940Oedelem

Bibliografie en Bronnen

  1. Everaert, R., 1952, Avec le régiment des carabiniers Prince Baudouin à la campagne des XVIII jours, Brussel: Goemaere.
  2. Dossier Orders 17de Infanteriedivisie, Moskou-archief, Doos 383, Documentatiecentrum Koninklijk Legermuseum, War Heritage Institute.