Reglementaire benaming | 7de Regiment Ardeense Jagers | 7ème Régiment de Chasseurs Ardennais | 7ChA | |
Type | Versterkings- en Opleidingsregiment | |
Ontdubbeld van | 1ste Regiment Ardeense Jagers 2de Regiment Ardeense Jagers 3de Regiment Ardeense Jagers |
|
Taalstelsel | Franstalig | |
Onderdeel van | Versterkings- en Opleidingscentrum Ardeense Jagers | |
Bevelhebber | Kolonel Paul Triest | |
Adjunct | Luitenant R. Quertainmont | |
Standplaats | Charleroi | |
Samenstelling | I Bataljon Versterking en Instructie (Kapitein-commandant Antoine Bourg) |
1ste Compagnie Wielrijders Versterking (Cdt Auguste Lamury) 2de Compagnie Wielrijders Versterking (Lt E. Gilles) 3de Compagnie Wielrijders Instructie (Cdt C. Van Acker) 4de Compagnie Wielrijders Instructie (Lt René Reichling) |
II Bataljon Versterking en Instructie (Kapitein-commandant Léopold Heuart) |
5de Compagnie Wielrijders Versterking (Cdt Alfred Hubert) 6de Compagnie Wielrijders Versterking (Lt P. Reinkin) 7de Compagnie Wielrijders Instructie (Kapt Robert Viseur) 8ste Compagnie Wielrijders Instructie (Lt R. Rocher) |
|
III Bataljon Versterking en Instructie (Kapitein-commandant Arthur Lerminiau) |
9de Compagnie Wielrijders Versterking (Cdt Nicolas Piette) 10de Compagnie Wielrijders Versterking (Cdt Fernand Jacques) 11de Compagnie Wielrijders Instructie (Lt R. Authelet) 12de Compagnie Wielrijders Instructie (Cdt Raymond Cleeren) |
|
Compagnie Diensten (Cdt Alfred Rosoux) | ||
Schoolcompagnie (Cdt Maurice Courtois) |
Op 9 maart 1940 wordt te Charleroi het 7de Regiment Ardeense Jagers (7ChA) opgericht als enig infanterieregiment van het Versterkings- en Opleidingsregiment van de Ardeense Jagers (VOC/ChA). Het VOC/ChA groepeert naast het 7ChA ook nog het 2de Bataljon Motorwielrijders van de ChA. In normale omstandigheden stonden de verschillende regimenten Ardeense Jagers zelf in voor de opleiding van hun nieuwe miliciens. Omdat dit moeilijk lag voor de reeds gemobiliseerde regimenten worden de laatst opgeroepen dienstplichtigen bestemd voor het 1ChA, 2ChA, 3ChA en hun ontdubbelingsregimenten 4ChA, 5ChA, 6ChA samengebracht in het 7ChA.
Het 7ChA, verschilt in samenstelling van andere Versterkings- en Opleidingsregimenen van de infanterie. Het 7ChA beschikt op het ogenblik van zijn oprichting over een Staf, een Compagnie Diensten, een Schoolcompagnie en drie Bataljons Versterking en Instructie. Elk bataljon instructie bestaat uit twee Instructiecompagnies, die de pas opgeroepen rekruten van de klas 40 omkaderen, en twee Versterkingscompagnies. De Versterkingscompagnies bestaan op dat ogenblik enkel uit kaderleden tot wanneer bij de afkondiging van de algemene mobilisatie (fase E van het mobilisatieplan) de nog niet gemobiliseerde reservisten zullen worden opgeroepen. Het gaat hier om militairen die omwille van een vrijstelling in de loop van de tweede helft van 1939 terug naar huis gestuurd werden, of nog niet onder de wapens geroepen oudere reservisten.
De 10de mei omstreeks 01u00 krijgt het 7ChA van de Staf van het VOC/ChA het bevel om vanaf dageraad de vredesvoet kazerne te ontruimen en zich naar zijn alarmkantonnement te begeven uit voorzorg tegen Duitse luchtaanvallen op de reguliere kwartieren. Dit vooraf verkende alarmkantonnement bevindt zich aan de rand van de agglomeraties van Charleroi. Naar aanleiding van de Duitse inval geeft het VOC/ChA omstreeks 06u00 het bevel de oorlogskantonnementen in Oost-Vlaanderen in te nemen zoals voorzien in het mobilisatieplan. Onmiddellijk wordt begonnen met voorbereiding van de evacuatie naar de oorlogskantonnementen. Voor het 7ChA is de voorziene bestemming Sint-Gillis-Waas. Op 10 mei 1940 worden vanaf 06u00 ook de nog niet gemobiliseerde reservisten opgeroepen. Wanneer zij de eenheid vervoegen wordt binnen het 7ChA de verschillende versterkingscompagnies van de Bataljons Versterking en Instructie geactiveerd.
Het VOC/ChA komt aan te Sint-Gillis-Waas, gevolgd door zijn eenheden. Naast het 7ChA arriveren eveneens het 2de Bataljon Motorwielrijders en het Bataljon Grenswielrijders (Bn CyF). Het VOC/ChA beschikt ook nog over een schoolcompagnie die de onderofficieren in opleiding moet opvangen nu de scholen van het leger gesloten zijn. De verschillende eenheden worden in hun kantonnementen geïnstalleerd Met de beschikbare zware machinegeweren wordt gepoogd om de luchtafweer van de kantonnementen te verzekeren. De komende dagen zullen honderden reservisten toekomen bij het 7ChA. De meesten zullen een lange en moeilijke reisweg afleggen en raken nu het openbaar vervoer grondig verstoord is slechts met moeite in Sint-Gillis-Waas. Op de slagorde van het 7ChA zijn zo’n 3.000 militairen voorzien.

Rekruten van het 7ChA te Charleroi.
De rekruten van de klas ’40 die nog moeten worden opgeleid zullen naar Frankrijk worden doorgestuurd om daar hun opleiding te vervolledigen. Door de snelle opmars van de Duitsers was het voor het GHK snel duidelijk dat de verdere opleiding enkel in Frankrijk, ver achter de linies, kon gebeuren. Het 7ChA ontvangt de 13 mei om 14u00 het schriftelijk bevel van het VOC/ChA om zich klaar te maken voor de verplaatsing naar Frankrijk. Dit naar analogie van wat er tijdens de Eerste wereldoorlog gebeurde. Doordat in het 7ChA enkel gemengde Versterkings en Instructiebataljons bestonden worden ook de versterkingscompagnies naar Frankrijk doorgestuurd. Het overbrengen van de versterkingscompagnies naar Frankrijk was echter een minder goed idee want eens de compagnies op spoor gezet en naar Frankrijk geëvacueerd, konden ze niet meer instaan om de verliezen geleden door de regimenten Ardeense Jagers tijdens de achttiendaagse veldtocht terug aan te vullen.
De verplaatsing naar Frankrijk was echter totaal niet voorbereid. Er was geen voorafgaandelijke regeling met de Franse militaire noch burgerlijke overheid, er waren geen voorafgaandelijke verkenningen van kantonnementen, er was slechts proviand voor twee dagen en er bestond geen logistieke organisatie voor herbevoorrading in Frankrijk. Daarenboven moesten de commandanten van de respectievelijke VOC’s zelf vervoer per spoor regelen door de treinen te gebruiken die het 7 Franse leger van generaal Giraud naar Zeeland hadden gebracht. Het bevel om de VOC’s naar Frankrijk te evacueren kwam echter geen dag te vroeg want de 13de mei om 16u00 steken de Duitsers de Maas over te Sedan en begint hun opmars naar de Atlantische kust met als opzet zoveel mogelijk geallieerde troepen te omsingelen.
De bataljons van het 7/ChA maken zich klaar voor de inscheping naar Frankrijk. De tocht zal met de trein gebeuren: om het het VOC/ChA te vervoeren zijn zes treinstellen voorzien. De nodige wagons en locomotieven worden verzameld in het station van Sint-Gillis-Waas langsheen de nu verdwenen spoorlijn 54 van Mechelen naar Sint-Niklaas.
Die dag vertrekken vijf van de zes treinen richting Frankrijk. De staf, I/7ChA en II/7ChA kunnen onmiddellijk afreizen. De zesde trein voor het III/7ChA raakt maar niet compleet en de manschappen blijven voorlopig nog ter plekke. De reis door ons land verloopt langzaam maar toch relatief vlot. Via Gentbrugge, Torhout, Lichtervelde, Gits, Roeselare, Kortrijk wordt ‘s avonds wordt het station van Moeskroen op de Franse grens bereikt.
Staf/7ChA
De eerste vijf treinen van het VOC/ChA trekken door het noorden van Frankrijk via Tourcoing, Roubaix, Croix-Wasquehal, Lille, Lambertsart, Lompret, Hazezbroek, Renescure, St-Omer, Audruicq en Nortkerque.
III/7ChA
Het IIIde Bataljon Versterking en Instructie blijft noodgedwongen in het station van Sint-Gillis-Waas kantonneren tot ze kunnen vertrekken.
Staf/7ChA
De reis gaat verder via Calais, Boulogne-sur-Mer, Hesdigneul-lès-Boulogen, Neufchâtel-Hardelot, Dannes, Etaples, Rue, Noyelle-sur-Mer, Port-le-Grand, Grand-Laviers, Abbeville waar de Somme overgestoken wordt, Feuquières-en-Vimeu en Fressenneville richting Le Tréport.
III/7ChA
De zesde en laatste trein met aan boord het III/7ChA verlaat nu ook Sint-Gillis-Waas om over Gent richting Franse grens te sporen. Met behulp van een reeks wagons achtergelaten door het Franse leger kon de trein vervolledigd worden. De situatie in ons land is nu echter bijzonder ernstig geworden en het treinverkeer ligt helemaal in de knoop. Bovendien loopt het voor de mannen van het IIIde Bataljon mis aan de Franse grens in Tourcoing. Een verontwaardigde Franse stationschef laat iedereen uitstijgen en de trein leegmaken onder het voorwendsel dat de aan de SNCF toebehorende voertuigen terug ons land in moeten en ter beschikking van het Franse leger moeten blijven.
Staf/7ChA in Frankrijk
Vanuit Le Tréport gaat het richting Rouen via Aumale, Gourchelle, Abancourt, Formerie, Gaillefontaine, Serqueux, Mathonville, Cléres, Montville, Maromme. In Rouen bevindt zich een verzamelpunt voor Belgische eenheden die voorbij de Somme zijn geraakt. In Rouen neemt Generaal-majoor Lambert, commandant van het VOC ChA, contact op met de treincommandanten van de vijf treinen van het 7ChA.
III/7ChA in Frankrijk
In Frans-Vlaanderen lijkt er intussen een oplossing voor het transportprobleem van het IIIde bataljon. Na een discussie van zo’n 12 uur is Kapitein-commandant Lerminiau er eindelijk in geslaagd om een Belgische trein tot in Tourcoing te krijgen. Hij laat de manschappen van het III/7ChA weer instijgen om hun tocht naar Frankrijk te hervatten. In hetzelfde station zitten ook de treinen van het I/62Li en II/63Li vast.
Staf/7ChA
Vanuit Rouen gaat het op 19 mei verder naar Lisieux, St-Pierre-sur-Dives, Couliboeuf, Montabard, Argentan, Alençon, Champfleur naar Le Mans.
III/7ChA in Frankrijk
Terwijl de eerste twee bataljons steeds dieper Frankrijk intrekken, zet de trein met het derde bataljon zich opnieuw in beweging. De trein moet voortdurend halt houden terwijl de Franse spoorwegen wanhopig naar een route naar het zuiden zoeken die nog niet bedreigd wordt door de oprukkende Duitsers.
Staf/7ChA in Frankrijk
In de vroege ochtend wordt Le Mans gepasseerd en de tocht gaat verder via Anger, Saumur, Thouars, Niort en Fontaines-d’Ozillac richting Bordeaux. In Orléans neemt Generaal-majoor Lambert contact op met het HQ TRI. Die sturen de Ardeense Jagers verder naar de Pyreneeën.
III/7ChA in Frankrijk
In het noorden van Frankrijk nemen de Duitsers Abbeville in en bereiken de kust. De geallieerden in ons land en Noord-Frankrijk zijn nu volledig afgesneden. De tocht van het IIIde Bataljon wordt abrupt afgebroken te Boulogne. De SNCF koppelt de locomotief los en laat de Belgen aan hun lot over. Cdt Lerminiau moet vaststellen dat zijn bataljon geen kant meer opkan. Hij laat de manschappen dan maar inkwartieren in leegstaande huizen en tracht aan bevoorrading voor zijn troepen te raken. Die dag bevinden zich te Boulogne naast de trein van het III/7ChA nog negen andere treinstellen met Belgische soldaten.
Staf/7ChA
Vanaf Bordeaux gaat het sneller, via Marmande, Agen, Lamagistère, Montauban, Toulouse en Carcassonne wordt doorgereisd naar Béziers.
III/7ChA in Frankrijk
Na de val van Abbeville wil het Duitse leger de val helemaal sluiten door nu naar het noorden op te rukken. Boulogne wordt bedreigd door de oprukkende vijand. Het beruchte bevel van de Fuhrer om halt te houden en voorlopig niet aan te vallen richting Calais en Duinkerke geeft de geallieerden nog even wat tijd. De Fransen trachten de verdediging van de stad te organiseren en ontvangen versterking van de Britse 20ste infanteriebrigade. De Belgische troepen in de stad omvatten de staven van het 53Li, 62Li en 63Li, drie bataljons instructie met rekruten van de klas 40 (I/62Li, I/63Li en I/11J), drie bataljons versterking (II/53Li, II/63Li en III/7ChA) en de schoolcompagnie en de compagnie antitank-kanonnen C47 van het 3VOC. Bovendien blijken er in de stad nog verschillende losse detachementen van de territoriale troepen en de gezondheidsdienst rond te lopen.
Staf/7ChA
Vanuit Béziers wordt het 7ChA doorgestuurd naar Argelès-sur-Mer nabij Perpignan waar ze tijdelijk worden ondergebracht in een voormalig interneringskamp voor Spaanse vluchtelingen die na het einde van de Spaanse burgeroorlog naar Frankrijk zijn gevlucht. Vanuit Argelès-sur-Mer krijgt het regiment uiteindelijk Pont-Saint-Esprit in het departement van de Gard als eindbestemming. De vijf treinen zetten zich opnieuw in beweging.
III/7ChA in Frankrijk
Te Boulogne doen de Belgen een poging om de zaak te organiseren. Een plaatscommando wordt gevormd en er wordt verbinding gemaakt met het Franse leger ter plekke. Een 2000-tal manschappen worden gehergroepeerd in een reeks tijdelijke eenheden en de gezondheidsdienst richt gedurende een korte periode een veldhospitaal in in een plaatselijke school. In totaal bevinden zich zo’n 4.000 Belgen te Boulogne.
Staf/7ChA in Frankrijk
De staf van het 7ChA en het Iste en IIde Bataljon komen aan te Pont-Saint-Esprit.
III/7ChA in Franrijk
De gevechten rond Boulogne nemen in alle hevigheid toe. Het aantal Belgen dat betrokken raakt in een rechtstreeks treffen met de vijand is eerder beperkt. De voortdurende luchtaanvallen en artilleriebeschietingen zaaien echter paniek onder te troepen. Er vallen ook heel wat gewonden. Belgische eenheden die contact hebben met de vijand geven zich al snel over. Ook een groot aantal manschappen van het III/7ChA staakt de strijd en laat zich krijgsgevangen maken.
Staf/7ChA in Frankrijk
Het 5VOC en het VOC/ChA samengevoegd tot één enkele formatie onder leiding van Generaal-majoor Lecrique.
III/7ChA in Frankrijk
Boulogne valt. De laatste Belgische troepen worden gevangen genomen en weggeleid. Ook de restanten van het III/7ChA geven zich over.
Staf/7ChA in Frankrijk
Het 7ChA heeft zijn eenheden verdeeld over de volgende kantonnementen:
- de Staf/7ChA, schoolcompagnie, compagnie algemene diensten en de 3de en 4de Compagnies verblijven de Pont-Saint-Esprit,
- het ganse IIde Bataljon verblijft eveneens in Pont-Saint-Esprit,
- de Staf en de rest van het Iste Bataljon zijn ingekwartierd te Saint-Paulet-de-Caisson.
De restanten van het Bataljon Grenswielrijders (Bn CyF) worden overgeheveld naar het 7ChA. Het bataljon wordt ontbonden.
Staf/7ChA in Frankrijk
De aan het Albertkanaal teruggeslagen 7de Infanteriedivisie (7Div) is via heel wat omwegen naar de Bretoense zuidkust geëvacueerd. Deze divisie heeft zware verliezen geleden en is dringend aan versterking toe. De Versterkings- en Opleidingstroepen in het zuiden van Frankrijk ontvangen het bevel om zo’n 140 officieren en 4.500 manschappen aan te duiden om de rangen van de 7Div opnieuw aan te vullen. Deze manschappen moeten in eerste instantie worden gezocht onder de naar Frankrijk gevluchte van hun eenheid geïsoleerde militairen en onder de ervaren reservisten. De detachementen moeten vervolgens aangevuld worden met miliciens van de klas 40.
II/7ChA in Frankrijk
Het II/7ChA wordt aangeduid voor deze opdracht en bereidt een detachement van 18 officieren en 600 manschappen bestemd voor de 7Div. Dit detachement vertrekt op 2 juni naar Bretagne.
Staf/7ChA
Het Commando van de Versterkings- en Opleidingscentra (HK/TRI) onder bevel van Luitenant-Generaal Wibier is ingegaan op een Frans verzoek om maar liefst 31.000 militairen te leveren voor het uitvoeren van veldwerken ten voordele van de Franse divisies opgesteld in tweede echelon langs de Seine, in Parijs en langs de Marne. Aan het VOC/ChA worden initieel drie werkbataljons met elk vier compagnies van 250 militairen gevraagd. Generaal-majoor Lambert duidt het 7ChA om twee bataljons te leveren, het derde werkbataljon zal geleverd worden door het X/GVCE.
Staf/7ChA
De regimentscommandant van 7ChA duidt het II/7ChA, om het eerste werkbataljon te leveren dat onder onder bevel geplaatst wordt van Cdt Declerck. Het tweede werkbataljon wordt geleverd door I/7ChA en staat onder bevel van Cdt Massotte [3].
I/7ChA
I/7ChA moet twee compagnies leveren van 250 man en de leiding nemen over het tweede werkbataljon van 7ChA. Initieel was het de bedoeling het werkbataljon naar Méaux (Seine-et-Marne) te sturen maar uiteindelijk vertrekt het 547 man sterke bataljon richting Damery (Marne). Het werkbataljon van I/7ChA verlaat Pont-Saint-Esprit per spoor op 7 juni en stijgt enkele dagen later uit te Damery.

Bièvres waar het het II/7ChA ontscheepte.
II/7ChA
II/7ChA moet een werkbataljon met drie compagnies van 250 man samenstellen dat nog eens versterkt zal worden met één compagnie van II/11J van het 5VOC. Het werkbataljon van II/7ChA wordt op 9 juni op de trein gezet te Pont-Saint-Esprit richting Bièvres. De compagnie van II/11J die het werkbataljon moest versterken is nooit toegekomen in Pont-Saint-Esprit waardoor het totaal effectief van het werkbataljon 792 man bedraagt verdeeld over een bataljonsstaf en drie compagnies. Op 11 juni stijgt het II/7ChA uit in het station van Bièvres en zoekt een bivak in de buurt. In Bièvres zijn ook de werkbataljons van I/61Li, I/64Li en II/52Li toegekomen. II/7ChA wordt ter beschikking gesteld van het Xde Franse Legerkorps. Op 13 juni naderen de Duitsers de Parijse noordrand waarop Cdt Declerck besluit in overleg met de andere bataljonscommandanten om te voet naar het zuiden terug te keren. Van de 792 uitgestuurde militairen van het II/7ChA komen er slechts een 412-tal terug naar het 7ChA in Pont-Saint-Esprit.
Eenheid | Naam | Voornaam | Foto | Graad | Stand | Klas | ° op | ° te | + op | + te | Nota |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Onbekend | BEAUFAYS | Jules, Joseph | ![]() | Kpl | Mil | 25 | 17.04.1904 | Chevron | 16.06.1940 | Nurnberg (D) | Krijgsgevangene |
Onbekend | DEMOL | François | ![]() | Kpl | Mil | 02.04.1905 | Anderlecht | 23.05.1940 | Boulogne (F) | ||
Cie Dst | JANSSEN | Désiré, Mathieu | ![]() | Sdt | Mil | 15.02.1914 | Rekem | 06.06.1940 | Point-Saint-Esprit (F) | ||
Onbekend | VAN DEN HEUVEL | Jacobus, Julius | ![]() | Sdt | Mil | 25 | 04.12.1905 | Weerde | 31.05.1940 | Point-Saint-Esprit (F) | |
Onbekend | VAN SPEEBROEK | Adolphe, Jean | Lt | 27.04.1904 | Athus | 25.05.1940 | Point-Saint-Esprit (F) |
- Jamart, J., 1994, L’armée belge de France en 1940, Bastenaken: Schmitz.
- La Fraternelle Royale des Chasseurs Ardennais, 2011. Pertes des Chasseurs Ardennais durant la deuxième guerre mondiale, [online] beschikbaar op: <http://www.fraternellechasseursardennais.be/> [geraadpleegd op 10 september 2011].
- Cdt Massotte staat niet op de originele slagorde van het 7ChA. Hij is later toegevoegd aan het regiment. Als commandant van het 9de Territoriaal Bataljon werd hij samen met zijn bataljon op 18 mei naar het Zuiden van Frankrijk gestuurd. Als enige slaagde hij erin over de Somme te geraken.