Reglementaire benaming | 4de Regiment Legerartillerie | 4LA 4ème Régiment d’Artillerie d’Armée | 4RAA |
|
Type | Regiment zware artillerie van de reserve | |
Ontdubbeld van | 14de Regiment Artillerie | |
Onderdeel van | Staf, II Groep, III Groep: VIIde Legerkorps I Groep: 6de Infanteriedivisie IVde Groep: 9de Infanteriedivisie V Groep: 17de Infanteriedivisie VI Groep: 13de Infanteriedivisie |
|
Bevelhebber | Kolonel SBH René Laitat | |
Adjudant-majoor | Kapitein-commandant Joseph Van Aubel | |
Standplaats | Staf, II Groep, III Groep: Versterkte Positie Namen | |
Samenstelling | I Groep (Majoor André Bigwood) |
1ste batterij 4 x Ob150L M17 Krupp houwitsers (Lt Lucien Lippert) 2de batterij 4 x Ob150L M17 Krupp houwitsers (Lt E. Piret) 3de batterij 4 x Ob150L M17 Krupp houwitsers (Cdt Victor Loriaux) |
II Groep (Majoor Albert Hardenne) |
4de batterij 4 x Ob150L M17 Krupp houwitsers (Lt R. Maurus) 5de batterij 4 x Ob150L M17 Krupp houwitsers (Lt M. Foulon) 6de batterij 4 x Ob150L M17 Krupp houwitsers (Cdt Ferdinand von Meurers) |
|
III Groep (Kapitein-commandant Paul Lapiere) |
7de batterij 4 x Ob150L M17 Krupp houwitsers (Cdt Léopold Baudry) 8ste batterij 4 x Ob150L M17 Krupp houwitsers (Cdt Jean De Codt) 9de batterij 4 x Ob150L M17 Krupp houwitsers (Cdt Maurice Druez) |
|
IV Groep (Kapitein-commandant Eugeen Van Grevelynghe) |
10de batterij 4 x Ob150L M17 Krupp houwitsers (Cdt Paul Fobelets) 11de batterij 4 x Ob150L M17 Krupp houwitsers (Lt F. Nyst) 12de batterij 4 x Ob150L M17 Krupp houwitsers (Lt A. de Hollain) |
|
V Groep (Kapitein-commandant Jean Van Nyen) |
13de batterij 4 x Ob6″ M17 Vickers houwitsers (Cdt Firmin Ledewyn) 14de batterij 4 x Ob6″ M17 Vickers houwitsers (Lt F. Langouche) 15de batterij 4 x Ob6″ M17 Vickers houwitsers (Lt O. Tommelein) |
|
VI Groep (Kapitein-commandant Charles Letellier) |
16de batterij 4 x Ob6″ M17 Vickers houwitsers (Kapt E. de Vicq de Cumptich) 17de batterij 4 x Ob6″ M17 Vickers houwitsers (Kapt C. Forcelle) 18de batterij 4 x Ob6″ M17 Vickers houwitsers (Cdt Jean Deneef) |
|
Stafbatterij (Luitenant E. Fremau) |
Staf/4LA, II/4LA en III/4LA
Het 4de Regiment Legerartillerie (4LA) is een bijzonder groot artillerieregiment dat maar liefst 52 zware houwitsers uit de eerste wereldoorlog groepeert. Het regiment is een eenheid van de reserve en werd pas begin september 1939 opgericht in de regio van Aartselaar als ontdubbelingseenheid van het 14de Regiment Artillerie (14A). Door het feit dat 4LA behoort tot de legerartillerie worden de groepen van 4LA in eerste prioriteit gedetacheerd naar de legerkorpsen van tweede reserve die zelf niet over een organiek artillerieregiment beschikken of in tweede prioriteit in vuurversterking gegeven van de korpsartillerie van de andere legerkorpsen. Hierdoor zullen de groepen van 4LA betrokken zijn bij verschillende gevechten tijdens de achttiendaagse veldtocht, maar het regiment is als dusdanig niet zichtbaar.
Op 5 september ’39 komt een grote hoeveelheid paarden per trein toe in het regiment. De trekdieren werden bij boeren uit Roeselare in beslag genomen. De kanonnen worden opgehaald in het Fort IV van Mortsel (TBC). Op 16 september ’39 vertrekken de Staf/4LA, II/4LA en III/4LA uit Aartselaar om zich naar Namen te begeven waar ze onder het bevel van het VIIde Legerkorps (VII/LK) komen te staan. Kolonel Laitat is naast korpscommandant van 4LA ook commandant van het algemeen vuursteunelement van het VII/LK. Dit omvat II/4LA, III/4LA, 10/II/5LA, twee batterijen 6″ van het steunelement van de Versterkte Positie Namen (VPN) en de C75GP en C105 kanonnen van de herbewapende forten van de stad. De rest van het regiment blijft te Aartselaar in afwachting van een opdracht.
I/4LA
De Iste Groep van het 4LA (I/4LA) is een van de weinige volledige gemotoriseerde eenheden van de zware artillerie en de enige volledig gemotoriseerde groep binnen het regiment. Per kanon beschikt de eenheid over een trekker type Latil K.T.L.4 voor de vuurmond en twee vrachtwagens voor de bemanning en de munitie. Bij de overige groepen wordt alleen het kanon getrokken door een artillerietrekker, terwijl voor het overige transport een combinatie van paardenwagens en opgeëiste autobussen en vrachtwagens voorzien wordt. Alhoewel de Latil K.T.L.4 trekkers een snellere verplaatsing over de baan toelaten, belemmert de geringe alle-terrein capaciteit van deze voertuigen de opstellingsmogelijkheden van het geschut. De zware Ob105L houwitsers kunnen alleen bij droog weer op zachte bodem ontplooid worden en waar mogelijk worden ze op een houten platform geïnstalleerd om het geschut makkelijker te kunnen draaien. De Latil K.T.L.4 trekkers worden tijdens de mobilisatie vaak uitgeleend aan het Kamp van Helchteren tijdens schietperiodes van de luchtdoelartillerie. Om dit ongemak op te vangen, heeft Majoor Bigwood vijf opgevorderde burgervrachtwagens laten voorzien van een gepaste trekhaak. De Iste Groep is gedetacheerd bij het IIde Legerkorps (II/LK) maar wordt door dit legerkorps in versterking gegeven van de 6de Infanteriedivisie (6Div). De groep is sinds oktober 1939 ondergebracht in de Abdij van Averbode. De manschappen zijn allen afkomstig van de klas ’29 en klas ’30 van het 14de Regiment Artillerie (14A) en verblijven in de stallen en bijgebouwen van de Abdij. Binnen de 6Div worden de vuren van de verschillende groepen waarover de divisie beschikt verdeeld door het 6de Regiment Artillerie (6A) het divisieartillerieregiment van de 6Div. Kolonel Stas regimentscommandant van 6A en tevens CADI (oftewel Commandant d’Artillerie de la Division) van de 6Div, geeft I/4LA samen met I/6A in directe vuursteun van het 9de Linieregiment.
IV/4LA
De IVde Groep (IV/4LA) is eveneens gedetacheerd bij het II/LK wordt door dit legerkorps in versterking gegeven van de 9de Infanteriedivisie. Binnen de 9Div worden de vuren van de verschillende groepen waarover de divisie beschikt verdeeld door het 4de Regiment Artillerie (4A) het divisieartillerieregiment van de 9Div. Luitenant-Kolonel Libert Thomas, regimentscommandant van 4A en tevens CADI van de 9Div, bepaalt de opdracht van IV/4LA. De groep heeft zijn batterijen opgesteld nabij Tessenderlo.
V/4LA
De Vde Groep (V/4LA) is gedetacheerd bij het Vde Legerkorps (V/LK) dat verantwoordelijk is voor de verdediging van de Versterkte Positie Antwerpen (VPA) tussen de Schelde en het Kanaal Dessel-Turnhout-Schoten. Het V/LK beschikt hiervoor over de 17de Infanteriedivisie (17Div) en de 13de Infanteriedivisie (13Div). De 17Div staat opgesteld aan de noordrand van de Versterkte Positie Antwerpen en de 13Div ten noordoosten van de stad. V/4LA wordt door Generaal-majoor Cheville, commandant artillerie van het V/LK in versterking gegeven van de 17Div. Bij de 17Div worden de vuren van de verschillende groepen waarover de divisie beschikt verdeeld door het 25ste Regiment Artillerie (25A) het divisieartillerieregiment van de 17Div. De Vde Groep staat opgesteld te Hoevenen ten noorden van de Antwerpse haven.

Kasteel Cleydael te Aartselaar waar de Staf/VI/4LA zich installeerde tijdens de eerste mobilisatiemaand van 1939.
VI/4LA
De VIde Groep (VI/4LA) wordt op 3 september gemobiliseerd te Aartselaar ten zuiden van Antwerpen en zal daar blijven tot 25 september [4]. Tijdens de eerste mobilisatiemaand neemt de Staf/VI/4LA zijn intrek in het kasteel Cleydael te Aartselaar [5]. Eind september wordt VI/4LA gedetacheerd bij het V/LK en wordt door GenMaj Cheville toegewezen aan de 13de Infanteriedivisie (13Div) die ten noordoosten van de Versterkte Positie Antwerpen (VPA) staat opgesteld. Bij de 13Div worden de vuren van de verschillende groepen waarover de divisie beschikt verdeeld door het 21ste Regiment Artillerie (21A), het divisieartillerieregiment van de 13Div. Kolonel Terlin, regimentscommandant van 21A en tevens CADI van de 13Div, houdt VI/4LA in algemene steun van de divisie. Aan de vooravond van de oorlog staat het geschut opgesteld rond Brasschaat. Twee batterijen staan op voorwaartse stellingen. De 16Bij is opgesteld te Ekeren – Donk met als waakrichting de Bredabaan. De ravitailleringsechelons staan opgesteld in Hof De Bist te Ekeren

Opstelling op 10 mei van de III/4LA nabij Beez aan de oevers van de Maas.
Staf/4LA
De staf van Kolonel SBH Laitait werkt van uit de Rue Léanne 84 te Namen waar zijn staf intrek genomen heeft.
I/4LA
Op 10 mei meldt de groep dat de eerste twee batterijen vanaf 04u10 klaar tot vuren zijn. De verbinding met de schootsstellingen verloopt aanvankelijk per koerier. Slechts omstreeks 07u30 zijn de telefoonconnecties beschikbaar. De laatste batterij meldt even later ook klaar tot de actie te zijn. De rest van de dag wordt afgewacht. De luchtafweermitrailleurs worden getest.
II/4LA
De batterijen van de groep staan opgesteld nabij Wartet en heeft front gemaakt naar het zuidoosten. De voornaamste uitkijkposten van de voorwaartse waarnemers zijn geïnstalleerd te op de rotsen aan de Maas te Wartet en Marche-les-Dames. De eerste echelons bevinden zich de Gelbressée. De munitievoorraad is opgeslagen op veilige afstand te Saint-Gervais.
III/4LA
Het ravitailleringsechelon van deze groep bevindt zich te Temploux. De kanonnen staan opgesteld nabij het dorp Beez.
IV/4LA
De groep blijft op de eerste oorlogsdag op zijn stellingen nabij Tessenderlo.
V/4LA
De Vde groep staat nog steeds opgesteld te Hoevenen ten noorden van de Antwerpse haven en levert algemene vuursteun aan de 17Div.

Opstelling van de 13Div langs de anti-tankgracht op 10 mei 1940 (projectie op recente kaart).
VI/4LA
Iets na middernacht wordt VI/4LA op de hoogte gebracht van het algemeen alarm. Om 02u00 gaat de VPA over naar alarmstadium II. Alle troepen binnen de VPA dienen vanaf nu hun mobilisatiekantonnementen te verlaten en moeten zich op, of in de onmiddellijke omgeving van, hun gevechtsposities klaar houden. Om 07u30 krijgt Kapitein-commandant Letellier, groepscommandant van de VIde Groep, opdracht van Generaal-majoor Cheville, Commandant Artillerie van het V/LK (oftewel CA Corps V/LK), om zich te ontfermen over een batterij van vier C120L M1878 de Bange kanonnen (het betreft de Batterij de Bange 120mmL van het 1ste Regiment Speciale Vestingseenheden (1SVE) bevolen door Lt De Brouwer). Deze hopeloos verouderde vuurmonden zonder terugstootrem noch moderne richtmiddelen beschikken bovendien niet over eigen transportmiddelen. De VIde Groep moet zijn voertuigen ter beschikking stellen om de kanonnen naar de Donksesteenweg te brengen. Tijdens de voormiddag beveelt de 13Div om over te gaan naar alarmstadium III. Dit houdt onder meer in dat de wegen die de anti-tankgracht kruisen richting Nederland en Kempen nog wel open blijven, maar dat alle verkeer voortaan gecontroleerd wordt. Het schoots- en waarnemingsveld oost van de anti-tankgracht wordt vrijgemaakt door onder meer het kappen van struiken en maaien van gewassen. Voor VI/4LA betekent alarmstadium III dat de batterijen ontplooid op voorwaartse stellingen klaar tot vuren moeten zijn binnen het uur, de overige batterij wordt op pre-advies drie uur gebracht. Ook wordt de burgerbevolking geëvacueerd uit het doelgebied van de artillerie. De manschappen van de VIde Groep wachten de ganse dag af. Buiten het lopen van patrouilles en het uitzetten van schildwachten worden allerlei bevelen van de groepscommandant uitgevoerd om de stellingen te verbeteren. Tegen 17u00 komt de Batterij C120 de Bange kanonnen op de stelling van de VIde Groep aan, echter zonder munitie.
I/4LA
De kanonniers komen niet in actie en wachten af. Om 11u20 passeert Majoor de Creeft, commandant van de IIIde Groep van het 6A, voorbij de commandopost van I/4LA. Hij komt Majoor Bigwood oppikken voor een vergadering op de Staf van de 6Div. Hier verneemt de groepscommandant het nieuws van de aanval op de 7de Infanteriedivisie (7Div) te Vroenhoven, Veldwezelt en Kanne en de razendsnelle opmars van de vijand richting Haspengouw. I/4LA dient zich klaar te maken voor de aftocht. Het vertrekorder wordt gegeven om 23u00. I/4LA zal het IIde Legerkorps verlaten en moet zijn geschut naar Bertem overbrengen waar de groep onder bevel komt van het VIde Legerkorps (VI/LK).
II/4LA
De posities worden omstreeks 05u30 gemitrailleerd door de Luftwaffe. Er is die dag ook luchtalarm: in de buurt zou een luchtlanding uitgevoerd zijn. Dit gerucht blijkt evenwel niet te kloppen. De groep ontvangt omstreeks 21u00 het bevel om te verhuizen naar nieuwe stellingen net ten noorden van Beez.
III/4LA
De groep wacht af op zijn stellingen.
IV/4LA
Tijdens de avond krijgt de groep het bevel om naar Duffel te vertrekken.
V/4LA
Blijft op zijn stellingen nabij Hoevenen.
VI/4LA
De manschappen krijgen te maken met de eerste Nederlandse militairen die over de grens weggevlucht zijn van het oorlogsgeweld. De Nederlanders worden ontwapend en overgebracht naar het Kasteel Rivierenhof aan de Turnhoutsebaan. De reserveofficieren van de groep ontvangen op de tweede oorlogsdag hun persoonlijk wapen met munitie. Te Antwerpen worden ook patronen afgehaald voor de luchtverdedigingsmitrailleurs.
I/4LA
De groep vertrekt via de baan van Veerle naar Westerlo. Vluchtende burgers en terugtrekkende militairen lopen er door elkaar en de groep kan bij dageraad nog maar net de noordrand van Westerlo bereiken. Het verkeer dunt gelukkig wat uit en de groep komt toe te Bertem rond 08u00. De kanonnen worden ontplooid te Bertem terwijl het ravitailleringsechelon opgesteld wordt in het park van Tervuren. Het VI/LK geeft de groep in versterking van de 10de Infanteriedivisie (10Div). De groepscommandant neemt contact op met Kolonel SBH Van Saceghem, commandant van het 10de Regiment Artillerie (10A) en tevens CADI van de 10Div. Hier verneemt hij dat I/4LA, samen met de Iste Groep van 10A (I/10A) en de IVde Groep van 10A (IV/10A), het steunelement van het 5de Regiment Jagers te Voet (5J) zal vormen.
II/4LA
De nieuwe stellingen ten noorden van Beez worden tijdens de ochtend ingericht.
III/4LA
De kanonnen openen de eerste keer het vuur. De wegen rond Sart-Bernard worden bestookt.
IV/4LA
De kanonnen bereiken Duffel in de vooravond. De stellingname wordt onmiddellijk gestart.
V/4LA
De groep blijft op zijn stellingen nabij Hoevenen.
I/4LA
De 10Div wordt te Leuven afgelost door de 3(UK)Div van de British Expeditionary Force (BEF) en als reserve van het VI/LK opgesteld in de buurt van Zaventem. Aangezien artillerie nooit in reserve wordt geplaatst blijft het 10A achter op de K.W. Stelling en wordt het regiment toegevoegd aan het 11de Regiment Artillerie (11A), divisieartillerie van de 5Div. De 5Div heeft net ten noorden van Leuven post gevat. Door de aankomst van eerst 10A en later ook de IVde Groep van het 2de Regiment Legerartillerie (IV/2LA) beschikt de 5Div over maar liefst 110 stuks geschut in plaats van de voorziene 48 van het 11A. Hierop beslist het VI/LK om I/4LA in steun te geven van het 2de Regiment Artillerie, divisieartillerie van de 2de Infanteriedivisie (2Div). De 2Div behoorde eveneens tot het VI/LK en bezet de Sector Rijmenam – Haacht van de K.W. Stelling. Een nieuwe verplaatsing dringt zich dan ook op. Omstreeks 16u00 vertrekt de groep vanuit Bertem naar het gehucht Heide nabij Kampenhout. De bagagetros zal te Kampenhout ondergebracht worden. De stellingen te Heide worden nog tijdens de nacht van 13 op 14 mei bezet.
II/4LA
De groep wacht af.
III/4LA
De III/4LA komt opnieuw in actie van op zijn stellingen te Beez. De zone ten zuidoosten van Namen wordt onder vuur genomen.
IV/4LA
De stellingen te Duffel blijven bemand.
VI/4LA
De munitievoorziening wordt op gang gebracht. De batterijen worden bevoorraad. Er wordt één vuureenheid munitie voor de groep afgehaald bij de Werkplaatsen voor Fabricatie van Munitie in het Fort van Zwijndrecht.
I/4LA
De groep bevindt zich op nieuwe stellingen te Heide. Er wordt de ganse nacht afgewacht. Om 19u30 krijgt de munitiecolonne de opdracht om een bijkomende vuureenheid op de stellingen af te leveren. De munitie wordt dan ook overgebracht van Kampenhout naar Heide.
II/4LA
De groep opent het vuur vanaf 01u00. Er worden doelen bestookt rond Hingeon en Bellaire.
III/4LA
De III/4LA komt opnieuw in actie van op zijn stellingen te Beez. De zone ten zuidoosten van Namen wordt onder vuur genomen.
IV/4LA
De groep blijft te Duffel.
V/4LA
De groep blijft op zijn stellingen nabij Hoevenen.
VI/4LA
De voorposten van de 13Div melden dat de Duitse voorhoede te Wuustwezel aangekomen is. Even voor middernacht wordt bevestigd dat nu ook Gooreind bezet is. Meerdere vuren worden voorbereid maar niet uitgevoerd op bevel van de CADI 13Div. VI/4LA wordt momenteel nog niet ingezet.
Staf/4LA
Bij de ontruiming van de Versterkte Positie Namen (VPN) wordt het algemeen steunelement van het VIIde legerkorps ontbonden. Kolonel Laitat dient de II/4LA, III/4LA en de beide 6″ batterijen van de VPN uit de positie weg te halen en naar kantonnementen te sturen te Wagnelée, Viesville en Obaix-Buzet.
I/4LA
Kolonel baron Terlinden, artilleriecommandant van de 2de Infanteriedivisie, inspecteert de stellingen van de groep. Er zijn tot dan toe nog geen vuuropdrachten uitgevoerd. Om 20u15 gaat de 1ste Batterij over tot het inschieten van de stukken. Hierbij zal de kerktoren van Keerbergen als referentiepunt dienen. De kerktoren wordt echter door een fout met de richtinstrumenten per ongeluk getroffen. De stukken komen een uur later voor de eerste keer echt in actie wanneer een storingsvuur van tien obussen uitgevoerd wordt op de linies voor Kampenhout.
II/4LA
Het geschut bestookt meermaals de baan van Hannuit naar Namen. Omstreeks 09u30 worden de stellingen verlaten en trekt de groep zich terug via Rhisnes en Temploux naar Boignée. De colonnes komen hier aan omstreeks 18u00 en krijgen even rust. Tijdens de avond krijgt de groep te horen dat ze zich voor 08u00 ‘s anderendaags ten westen van Wagnelée moet bevinden om vervolgens door te trekken tot Liberchies nabij Doornik teneinde er in een grote boerderij nieuwe kantonnementen op te zoeken. De Staf/II/4LA die over motorvoertuigen beschikt vertrekt op kop. De colonne met het paardengerei, waaronder alle kanonnen, kunnen het tempo echter niet volgen en zien lijdzaam toe hoe de motorvoertuigen de tocht naar Doornik alleen voortzetten.
III/4LA
De laatste vuuropdracht vertrekt omstreeks 01u00. Om 08u00 volgt het bevel om naar het westen terug te plooien. De groep moet via Rhisnes, Namen en Wepion wegtrekken. De colonne vertrekt uit Beez omstreeks 12u30 en wordt vrijwel onmiddellijk in twee gesplitst: de autovoertuigen zullen voorop rijden terwijl het paardengerei met de kanonnen zo snel mogelijk zal volgen.
IV/4LA
De groep blijft te Duffel. De eerste vuuropdrachten worden uitgevoerd.
V/4LA
De groep blijft op zijn stellingen nabij Hoevenen.
VI/4LA
VI/4LA, in algemene steun van de 13Div, bevindt zich nog steeds op zijn stellingen nabij Donk langs de Kapelsesteenweg te Brasschaat. Omstreeks 16u10 bereiken de eerste Duitse troepen de meest veraf gelegen Belgische mijnenvelden voor de VPA. De kanonnen komen pas tijdens de eerste helft van de nacht van 15 op 16 mei voor het eerst sinds het begin van de veldtocht in actie. Nadat de batterijen van waakrichting veranderd zijn, wordt om 23u00 het vuur geopend.

1WM Jozef Verstraete van de 17de Batterij van het 4LA achterop een opgevorderde Saroléa motorfiets.
In samenspraak met de geallieerden wordt de K.W. Stelling opgegeven. In drie nachtelijke etappes zal het veldleger terugtrekken naar een nieuwe linie van Terneuzen over Gent tot Oudenaarde.
Staf/4LA
Kolonel Laitat krijgt het bevel om zich naar Horrues – Chaussée Notre Dame te begeven samen met de IIde en IIIde groep. Om 19u30 volgt het bevel om te Eine nabij Oudenaarde te verzamelen met de gemotoriseerde elementen van het 4LA, de 6-duim batterijen van de VPN en het 3LA.
I/4LA
De Iste Groep voert verschillende opdrachten uit tussen middernacht en 04u00. Bij de 3de Batterij maakt een voortijdige ontploffing van een obus in een vuurmond drie gewonden. Omstreeks 17u40 krijgt de groep het bevel om zich klaar te maken voor de aftocht van de K.W. Stelling. Door een gebrek aan transportmiddelen moet de op 14 mei afgeleverde extra munitie op de stellingen achtergelaten worden. De colonnes vertrekken om 20u35. Om 21u30 verlaat Majoor Bigwood als laatste de stellingen.
II/4LA
De autocolonne van de staf trekt in één stuk door naar Liberchies en verliest hierbij alle contact met het paardengerei. Majoor Hardenne heeft geen idee waar de rest van zijn groep zich ergens bevindt. De colonne met de paardenvoertuigen en het geschut doorkruisen het achtergebied van het 1ste Franse Leger en hinderen hierbij de verkeersstromen van deze grote eenheid. De gemotoriseerde colonne van II/4LA komt aan te Liberchies nabij Doornik waar ze de nacht doorbrengen. Ze blijven er tevergeefs wachten op de kanonnen die vermoedelijk bij het doortrekken van de Franse linies richting Vlaanderen zijn opgestuurd.
III/4LA
De groep trekt in twee afgezonderde detachementen verder: de autocolonne bereikt via Temploux en Boigné het dorpje Viesville om 02u00 en houdt er halt om te wachten op de tweede colonne. Het paardengerei bereikt het dorp om 09u30. De beide colonnes moeten vervolgens een herenboerderij te Liberchies nabij Doornik vervoegen waar aangesloten moet worden bij de II/4LA. De twee marsdetachementen van de groep komen opnieuw samen in kantonnementen te Silly waar ze de nacht doorbrengen. Onderweg raakt echter een detachement met onder meer Kapitein-commandant Rosa en de Dierengeneesheer Onderluitenant Deriveau afgezonderd van de hoofdcolonne nabij Seneffe, Dit detachement zal op eigen houtje via Quévaucamps naar Doornik verder trekken en wordt de volgende dag doorgestuurd naar het 6LA te Maldegem.
IV/4LA
De kanonnen komen in actie tussen 17u00 en 21u00. Tijdens de avond worden de stellingen verlaten. De colonne vertrekt naar Breendonk. De marsroute zal via Pallaart, Blauwenhoek, Sint-Katelijne-Waver, Mechelen, Battel en Tisselt lopen.
V/4LA
De groep blijft op zijn stellingen nabij Hoevenen. Tijdens de avond van 16 op 17 mei worden de kanonnen uit hun stellingen gehaald en vertrekt de groep naar het westen.
VI/4LA
De vuuropdrachten houden aan tot ongeveer 02u00. De groep ontvangt om 16u30 het bevel om zich naar Moerbeke te begeven. De stellingen worden opgebroken en om 20u30 kruisen de laatste elementen van de colonnes de Schelde via de autotunnel. De bestemming wordt gewijzigd naar Eeklo. Te Zwijndrecht wordt rond 22u00 een eerste halte ingelast.
Staf/4LA
De staf, het paardengerei van de II/4LA, III/4LA, 3LA en de 6-duim batterijen van de VPN bereiken Eine. De formaties worden verdeeld over kantonnementen tussen Eine en Huise.
I/4LA
Majoor Bigwood komt aan te Lebbeke rondom 06u30. De Staf van het VIde Legerkorps (VI/LK) geeft de groep de opdracht om te Impe verdere instructies voor de terugtocht af te wachten. Die bevelen komen er echter niet en wanneer Bigwood zich na de middag realiseert dat het leger in volle aftocht is, laat hij zijn groep vertrekken naar de Westelijke oever van de Schelde. De colonne wordt naar Asper gestuurd.
Detachement Hardenne
De staf van Majoor Hardenne blijft te Liberchies tevergeefs wachten op de kanonnen die vermoedelijk bij het doortrekken van de Franse linies richting Vlaanderen zijn opgestuurd. Majoor Hardenne besluit dan maar verder te rijden naar Doornik. De Staf/II/4LA geraakt afgezonderd van de rest van het regiment.
II/4LA(-)
De kanonnen van de IIde Groep zijn niet verloren gegaan en hebben hun terugtocht alleen voortgezet tot Huise nabij Zingem, waar ze erin slagen terug contact op te nemen met het regiment. Hier vernemen de batterijen dat de Staf van III/4LA het commando van de IIde Groep zullen overnemen.
III/4LA
De IIIde Groep van 4LA vertrekt uit Silly en bereikt later op de dag Liberchie, maar daar is II/4LA reeds vertrokken. III/4LA trekt verder tot Eine in Oost-Vlaanderen en wordt door de regimentsstaf naar Zingem gestuurd om er een nieuwe volwaardige groep te vormen door te fusioneren met de batterijen van de IIde Groep. Kapitein-commandant Lapiere, groepscommandant van III/4LA wordt groepscommandant van het nieuw gevormde II/4LA. De IIIde Groep wordt voorlopig op non-actief gezet en houdt op te bestaan.
IV/4LA
De colonnes bereiken Breendonk rond 04u00 en wachten hier de komende nacht af.
V/4LA
De groep trekt in twee nachtelijke etappes naar het Kanaal Gent-Terneuzen.
VI/4LA
De colonnes bereiken Nieuwkerken-Waas rondom 02u00 en houden hier een tweede keer halt. Om 04u00 wordt verder gereden. Vervolgens wordt te Stekene gerust. Na de middag volgt nog een grote halte te Zelzate. De groep bereikt Eeklo vanaf 18u15. De manschappen worden ingekwartierd in Lembeke en zullen niet in actie komen tot 19 mei.
Staf/4LA
Met het oog op de verdediging van het Scheldefront tussen Gent en Oudenaarde wordt Kolonel Laitat vanaf 18 mei 40 opnieuw de commandant van de legerartillerie van het VIIe Legerkorps (VII/LK). Hij richt zijn commandopost op anderhalve kilometer van Lozer in de Hoeve Wyckhuys.
I/4LA
De groep wacht af te Asper. Omstreeks 12u30 ontdekt Majoor Bigwood dat de staf van de 9de Infanteriedivisie zich in de buurt bevindt. De 9de divisie weet echter niet wat te doen met de I/4LA. Bigwood heeft nog steeds een verbindingsagent bij de staf van de 2de Infanteriedivisie, maar ook hier blijven de bevelen uit. Even voor 18u00 vertrekt de groepscommandant opnieuw op verkenning. Uiteindelijk belandt hij op de commandopost van het VIIde legerkorps waar hij een copie van de orders uitgeschreven door het Groot Hoofdkwartier voor de legerartillerie voor 19 mei kan bekomen. De commandant leert dat zijn groep bij dageraad in De Pinte moet staan. Bij zijn terugkomst te Asper omstreeks 21u00 ligt echter een schriftelijk bevel van het VIde Legerkorps klaar. Hierin staat vermeldt dat de groep in Melle dient te ontplooien. Bigwood besluit het bevel van het Groot Hoofdkwartier te verkiezen, maar zal afwachten om zijn colonne de baan op te sturen.
Nieuwe II/4LA
De groep wordt ontplooid ten zuiden van Nazaret.
Detachement Hardenne
Majoor Hardenne trekt verder naar het westen en komt toe in Brandhoek tussen Poperinge en Ieper waar hij hoopt de batterijen met de kanonnen terug te vinden. Hierop vertrekt Majoor Hardenne naar het GHK dat zich toen al in Sint-Andries nabij Brugge bevond. Hij neemt er contact op met Kolonel SBH Tromme chef operaties van het Commando van de Artillerie. Wanneer deze verneemt dat het detachement zich in Brandhoek bevindt zonder kanonnen, beschouwt hij de Staf II/4LA als een geïsoleerd detachement en geeft hij Majoor Hardenne opdracht zich in verbinding te stellen met het VOC/Aie Detachement Vlaanderen te Oedelem om zijn vertrek naar Frankrijk te regelen.
IV/4LA
Tijdens de nacht van 17 op 18 mei wordt verder getrokken naar Willebroek, Wolf, Lippelo, Baasrode en Grembergen. De manschappen houden rond 04u00 halt te Zele. Om 13u00 wordt verder gereden naar Zelzate via Lokeren, Keersmaker, Dorselaar en Zaffelare. Tijdens de etappe loopt een opdracht binnen van het Iste Legerkorps om door te rijden naar Drongen. De groep zal bij de 18de Infanteriedivisie aangehecht worden.
V/4LA
De VIde groep wordt opgesteld aan het Kanaal Gent-Terneuzen als onderdeel van het algemeen vuursteunelement van de 6de Infanteriedivisie.
VI/4LA
De groep rust uit. De motorcolonne ontvangt een nieuwe benzinevoorraad.
Staf/4LA
4LA als legercorpsartillerie van VII/LK ontvangt de IV/2LA in vuurversterking. Deze groep heeft stellingen ingenomen tussen Eke en Nazareth.
I/4LA
Tijdens de nacht worden de bevelen eindelijk verduidelijkt: de groep zal te Sint-Denijs-Westrem ontplooien nabij het kruispunt gevormd door de baan Gent-Deinze en Gent-Oudenaarde en zal hier vuursteun leveren voor de 1ste Divisie Ardeense Jagers. Het installatiepersoneel wordt uitgestuurd en de stellingname start rond het middaguur.
Nieuwe II/4LA
De groep komt in actie bij de verdediging van de Bovenschelde en zal tot 21 mei op post blijven.
Detachement Hardenne in Frankrijk
Teruggekomen in Brandhoek wordt het vertrek naar Frankrijk langs de weg voorbereid. Het detachement wordt overgeplaatst naar het VOC/Aie Detachement Frankrijk en vertrekt dezelfde dag nog naar Frankrijk om deze eenheid achterna te reizen. Het gemotoriseerde detachement van Majoor Hardenne bereikt die dag nog Saint-Omer.
IV/4LA
Samen met de I/17A wordt een steungroepering gevormd voor de 18de Infanteriedivisie. De kanonnen worden ontplooid nabij het Floraliënpaleis in het Gentse citadelpark. De groep zal tot 22 mei op deze stellingen blijven.
V/4LA
Commandant Van Neyen ontvangt het bevel om zich bij de 13de Infanteridivisie te begeven. De groep moet om 15u00 aanwezig zijn in het dorp Kluizen voor nieuwe orders. De kanonnen worden in rechtstreekse steun geplaatst bij het 34Li.
VI/4LA
De 13Div heeft post gevat langsheen het Kanaal Gent-Terneuzen. De groep die zich nog steeds in de hergroeperingszone van Lembeke bevindt wordt opnieuw naar het front gestuurd. VI/4LA is niet langer meer in steun van de 13Div maar zal vanaf nu de artillerie van 17Div versterken. Lembeke wordt omstreeks 17u00 verlaten. De colonnes bereiken enkele uren later het dorp Boekhoute en wachten hier verdere bevelen af. De vuren van VI/4LA worden verdeeld door de regimentscommandant van het 25ste Regiment Artillerie (25A) tevens CADI van de 17Div.
I/4LA
De groep werkt te Sint-Denijs-Westrem nog steeds aan zijn nieuwe stellingen. Er wordt een verbindingsagent uitgestuurd per motorfiets om de komst van de 1ste Divisie Ardeense Jagers af te wachten.
Nieuwe II/4LA
De groep komt in actie bij de verdediging van de Bovenschelde en zal tot 21 mei op post blijven.
Detachement Hardenne in Frankrijk
Onderweg ontmoet het detachement Hardenne enkele stafvoertuigen van III/4LA met hierin Lt Genique en Dierengeneesheer Onderluitenant Deriveaux die eerder vanuit Maldegem door het VOC/Aie zuidwaarts werden gestuurd. Ze hechten ook een klein groepje militairen van de staf van de VIde Groep van 12A aan. Het detachement komt in de late namiddag aan te Abbeville en slaagt erin de Somme over te steken nabij Sainte-Valéry-sur-Somme net voor de Duitsers er aankomen.
IV/4LA
De groep is nog steeds ontplooid nabij het Floraliënpaleis in het Gentse citadelpark.
V/4LA
Het geschut staat opgesteld te Kluizen ten voordele van het 34Li.
VI/4LA
Nog steeds te Boekhoute, krijgen de batterijen om 03u00 het bevel om hun kanonnen te ontplooien. Ook de ravilailleringsechelons worden in dit dorp opgesteld. Om 13u00 wordt een verkenningsploeg uitgestuurd naar Philippine om een nieuwe stelling te verkennen. Eén batterij vertrekt naar deze positie en opent van hieruit het vuur op Sluiskil.
I/4LA
Omstreeks 01u00 krijgt Majoor Bigwood van de I/4LA te horen dat hij zijn geschut dient te verplaatsen naar De Pinte. De I/4LA komt tijdens de ochtend aan in De Pinte en brengt daar opnieuw zijn stukken in stelling. De I/4LA vormt een tijdelijke groepering met de II/19A ten voordele van de 1ste Divisie Ardeense Jagers.
Nieuwe II/4LA
De groep komt in actie bij de verdediging van de Bovenschelde en zal tot 21 mei op post blijven.
III/4LA
De IIIde groep die zijn groepscommandant en staf heeft moeten zien vertrekken naar de IIde groep, komt nu onder het bevel te staan van Majoor Decoux van de Vestingsartillerie van Namen. De groep omvat nu in hoofdzaak manschappen van de de oude 5de, 7de en 8ste batterijen. De kanonnen zullen ontplooid worden te Vaddenhoek, op ongeveer 600 meter ten zuiden van Wannegem-Lede. De groep wordt in steun geplaatst bij de 3de Infanteriedivisie.
IV/4LA
De groep is nog steeds ontplooid nabij het Floraliënpaleis in het Gentse citadelpark.
V/4LA
De formatie wordt opnieuw aangehecht bij de divisiestaf van de 13de Infanteriedivisie als onderdeel van het algemeen steunelement. De kanonnen verhuizen naar nieuwe posities te Tervenen ten westen van Ertvelde.
VI/4LA
De batterijen worden voorzien van munitie. De ravilailleringsvoertuigen halen nieuwe munitie op te Adinkerke en Houthulst.
Staf/4LA
Op de Conferentie van Ieper tussen de Belgen, Fransen en Britten is beslist dat het front achteruit moet. Het Belgische leger zal de aftocht naar de Leie aanvatten en rondom Gent worden de Belgische posities herschikt en wordt het Bruggenhoofd Gent opgegeven. De 16de en de 18de infanteriedivisies zullen de stad verdedigen. De 1ste infanteriedivisie zal de stad verlaten en naar de streek van Kortrijk verhuizen. De 2de en de 4de infanteriedivisie zullen het Bruggenhoofd Gent verlaten, terwijl ten zuiden van de stad de 1ste Divisie Ardeense Jagers en de 5de infanteriedivisie nog achter de Schelde moeten blijven tot de nacht van 23 op 24 mei en zich vervolgens ook achter de Leie moeten terugtrekken.
De staf van Kolonel Laitat verlaat Lozer rond 17u00 en begeeft zich naar Ginste. De commandopost wordt opnieuw geopend omstreeks 19u00.
I/4LA
Majoor Bigwood laat zich die dag vervangen door Luitenant Lippert, batterijcommandant van de 1Bij, omwille van hoge koorts. Bigwood kan de volgende dag zijn taak hervatten. De groep blijft ter plekke, maar de groepering met II/19A wordt nu geleid door de groepscommandant van deze laatste formatie. Het 1ste Legerkorps zal met zijn artillerie de 16de en 18de infanteriedivisies in Gent ondersteunen. Hiervoor beschikt het korpscommando over de II/14A, III/14A en VI/14A, net zoals de Iste, IIIde, IVde, Vde en VIde groep van het 16A. Bovendien worden ook de IVde groep van het 3LA en de Iste en de IVde groep van het 4LA aan deze artillerieformatie toegevoegd.
Nieuwe II/4LA
De stellingen te Nazaret worden verlaten vanaf 17u00. De groep wordt doorgestuurd naar Aarsele voor de komende strijd aan het Afleidingskanaal van de Leie en komt hier aan omstreeks 22u00.
Detachement Hardenne in Frankrijk
Op 22 mei bereikt het detachement Conche (Eure), het verzamelpunt georganiseerd door de 7Div voor alle geïsoleerde elementen die erin geslaagd zijn de Somme over te steken. Het detachement dat nu is aangegroeid tot 150 man wordt aangehecht aan een batterij van 20A in het kantonnement van Seez-Mesnil ten zuiden van Conche waar ze zullen verblijven tot 26 mei.
III/4LA
De batterijen zijn om 04u00 klaar tot vuren. Er wordt de ganse dag gewacht op de stellingen. Om 16u20 volgt het bevel om te verhuizen naar Kalberg, op een paar kilometer ten noordoosten van Oostrozebeke.
IV/4LA
De groep is nog steeds ontplooid nabij het Floraliënpaleis in het Gentse citadelpark. Tijdens de avond wordt de groep overgeplaatst naar de 16de Infanteriedivisie en de baan opgestuurd naar nieuwe stellingen te Maalte.
V/4LA
De groep is actief van op stellingen te Tervenen.
VI/4LA
Om 20u00 loopt het bevel van de CADI 17Div binnen om de stellingen te verlaten en terug te trekken naar Maldegem om vervolgens stelling te nemen in het Maldegemse gehucht Donk.
Staf/4LA
4LA ontvangt nu II/14A, III/14A,VI/14A en I/3A in vuurversterking. Rond 18u00 wordt de commandopost verhuisd naar Poelberg.
I/4LA
De groep komt in actie ten voordele van de verdediging van Gent. Net voor 10u00 komt een eerste vuuraanvraag aan bij de I/4LA. De groep plant onmiddellijk de vuuropdracht van vijftien schoten per batterij op het viaduct aan de Fraterstraat te Merelbeke, maar tien minuten later wordt dit bevel reeds geannuleerd en worden de vuren verlegd naar de Duitse troepen die bij de scheepswerf De Roose op de Gaverse Steenweg opgedoken zijn. Een half uur later krijgen de Duitsers 60 granaten te verwerken. Net na 11u00 wordt hetzelfde doel nog drie keer onder vuur genomen. Verscheidene kruispunten op de Gaverse Steenweg worden gebombardeerd. Om 15u30 krijgt de scheepswerf er opnieuw van langs. Bij een Duits tegenbatterijvuur raakt Adjudant KROLt Gypens aan de arm gewond. Omstreeks 19u00 komt het bevel tot de aftocht. De groep vertrekt anderhalf uur later naar Poesele.
Nieuwe II/4LA
De groep werkt aan zijn nieuwe stellingen te Aarsele. Er wordt niet gevuurd.
III/4LA
Van op zijn nieuwe stellingen te Kalberg voert de groep meerdere opdrachten uit ten voordele van de 2de Divisie Ardeense Jagers.
IV/4LA
Het geschut staat opgesteld te Maalte. De 16de Infanterieidivisie trekt zich aan het eind van de dag terug uit Gent. De groep wordt naar Kanegem gestuurd.
V/4LA
Het Kanaal Gent-Terneuzen wordt geëvacueerd. De groep moet zich te Ursel bij het 13A voegen. De colonnes rijden weg van de kanaalzone om 22u30.
VI/4LA
De VIde Groep wordt naar Maldegem gestuurd om er het 26ste Regiment Artillerie te versterken. De gevormde artilleriegroepering (oftewel groupement d’ensemble) met I/26A en II/26A wordt in in algemene steun geplaatst van de 17Div voor de verdediging van het Afleidingskanaal van de Leie. Na aankomst in Maldegem worden de colonnes doorgestuurd naar het gehucht Donk ten westen van Maldegem waar stelling wordt genomen. Het ravilailleringsechelon wordt te Veldhoek opgesteld. De batterijen plannen vuuropdrachten op de omgeving van Balgerhoeke en de baan van Eeklo naar dit dorp.
I/4LA
De groep komt aan te Poesele omstreeks 01u30 en rust de rest van de dag uit. Om 20u45 wordt de eenheid aangehecht bij de 5de Infanteriedivisie. Dit bevel wordt enkele uren later aangepast wanneer om 23u00 de opdracht binnenloopt om naar Roeselare te rijden en hier orders van het IVde Legerkorps af te wachten.
Nieuwe II/4LA
De kanonnen komen een eerste keer in actie en vuren op de wegen naar de brug van Deinze. De groep ontvangt zijn vuuropdrachten van de 2de Divisie Ardeense Jagers.
III/4LA
De groep blijft vuren van op zijn stellingen te Kalberg.
IV/4LA
De formatie wordt in steun geplaatst van de 10de Infanteriedivisie.
V/4LA
De colonne bereikt Ursel en neemt enkele vuurmonden van het 13A over. Vervolgens worden nieuwe stellingen te Ruddervoorde ingenomen.
VI/4LA
De vuurmonden worden herbevoorraad met munitie.
Staf/4LA
De commandopost die zich bevindt in de boerderij van Jules D’Huyvetter gelegen in de Putterijstraat Nr 42 te Poelberg (Tielt) ondergaat een hevig luchtbombardement. Kapitein-commandant Van Aubel, de Brigadier Telegrafist-Seiner Doupagne, de Soldaat Telegrafist-Seiner Welter, en de Soldaat Bonne worden hierbij gedood [3].
I/4LA
De colonne houdt halt op de baan van Ardooie naar Roeselare terwijl Majoor Bigwood naar de staf van het IVde Legerkorps rijdt. Majoor Bigwood bereikt de staf van het IVde Legerkorps omstreeks 02u00 en verneemt dat hij samen met de II/17A in steun zal geplaatst worden van de 6de Infanteriedivisie. De kanonnen wordt opgesteld aan de Zuidwestrand van Izegem rond 03u40. Er wordt vrijwel onmiddellijk gevuurd. De kanonnen blijven op post tot 09u30 en worden vervolgens batterij per batterij verplaatst naar Oekene. Nieuwe stellingen tussen dit dorp en Rumbeke worden ingenomen. Omstreeks 16u40 zijn de laatste kanonnen op post. De vuren worden hervat en de groep blijft in actie tot 22u20.
Nieuwe II/4LA
De groep blijft vuren van op zijn stellingen te Aarsele.
III/4LA
Na de Duitse doorbraak over de Leie dienen de kanonnen van front te veranderen om de omgeving tussen Ingelmunster en de monding van het Kanaal van Roeselare onder vuur te kunnen nemen.
IV/4LA
De groep levert het algemeen steunelement van de 10de Infanteriedivisie. De kanonnen worden op een viertal kilometer ten zuiden van Roeselare opgesteld. Er wordt de ganse dag lang gevuurd.
V/4LA
De groep staat te Ruddervoorde en zal niet meer in actie komen.
VI/4LA
Terwijl de kanonnen te Donk blijven staan, wordt het ravitailleringsechelon naar Burkel verhuisd.
Staf/4LA
Kolonel Laitat blijft op post tot 19u30, sluit dan zijn commandopost en verplaatst zijn staf naar een huis nabij kilometerpaal 1 op de baan van Pittem naar Egem. Omstreeks 21u00 is de staf opnieuw operationeel. Laitat voert nu een groepering aan bestaande uit de III/2LA en IV/2LA.
I/4LA
De groep wordt vanaf 01u30 rechtstreeks aangehecht bij de 6de Infanteriedivisie, zonder van stelling te veranderen. De kanonnen blijven de ganse dag in actie. Wanneer rond 18u00 de laatste munitie verschoten wordt, krijgt de groep het bevel om naar het munitiedepot van Zedelgem te rijden. De posities worden vanaf 20u00 ontruimd.
Nieuwe II/4LA
De groep is in positie te Aarsele, maar de munitie voor de Ob150L kanonnen is uitgeput. De groep wordt naar het munitedepot te Zedelgem gestuurd om zijn zware houwitsers om te ruilen voor lichte C75GP kanonnen waarvoor het leger nog wel voldoende munitie heeft.
Detachement Hardenne in Frankrijk
Het detachement wordt op de trein gezet richting Montpellier van waaruit ze doorgestuurd worden naar Limoux waar het VCO/Aie detachement Frankrijk zich bevindt. Ze worden aangehecht bij 6de Regiment Legerartillerie (6LA)
III/4LA
Het geschut staat nog steeds te Kalberg, met front naar het zuiden. Om 16u00 begeeft de groep zich naar de westelijke oever van de Mandelbeek. Ook deze groep zit door zijn munitievoorraad heen. De groep trekt vanaf 20u00 verder richting Pittem. Er worden twee colonnes gevormd: in de eerste colonne bevindt zich het voetvolk, en de tweede colonne bestaat uit de paardenwagens en de vuurmonden. De bereden colonne rijdt via Tielt waar ze aangevallen wordt door enkele vijandelijke pantserwagens. De voertuigen worden uit elkaar gedreven en de groep is opnieuw buiten strijd.
IV/4LA
De groep blijft vuren tot uitputting van zijn munitievoorraad en wordt dan eveneens naar Zedelgem gezonden.
V/4LA
De groep staat te Ruddervoorde en zal niet meer in actie komen.
VI/4LA
De kanonnen beschieten onder meer de brug over het Afleidingskanaal van de Leie te Balgerhoeke en de toegangswegen naar deze oversteekplaats.
I/4LA
Majoor Bigwood komt aan te Varsenare om 04u00 en ontmoet hier Luitenant-generaal Lepoivre, bevelhebber van de legerartillerie. Omwille van het grote tekort aan munitie voor de Ob150L M17 kanonnen wordt voorgesteld om de beide groepen met paardentractie uit te rusten met C75TR en C75GP kanonnen. De gemotoriseerde groep zal dan van zijn vrachtwagens gebruik maken om de munitiebevoorrading voor zijn rekening nemen.
Overdag wordt alsnog een lading van 300 obussen gevonden in het depot van Zedelgem. De eerste batterij zal nu zijn Ob105L geschut behouden en krijgt deze munitie toegewezen. De twee overige batterijen dienen hun Ob105L geschut in te leveren en zullen het munitietransport van de nieuwe C75TR en C75GP kanonnen verzekeren.
De 1ste batterij kijgt omstreeks 22u45 het bevel om zich opnieuw voorzien van obussen naar Handzame te begeven om hier nieuwe orders van het IVde Legerkorps te ontvangen. Het bevel wordt echter niet meer uitgevoerd.
Nieuwe II/4LA
De groep werkt te Zedelgem aan de overgave van zijn Ob150L kanonnen en de overname van het C75GP geschut. Aan het eind van de dag vertrekt de groep naar Diksmuide.
III/4LA
De groep wordt doorgestuurd naar Zedelgem.
V/4LA
De groep staat te Ruddervoorde en zal niet meer in actie komen.
VI/4LA
Om 12u15 krijgt de groep het bevel om de stellingen bij Donk op te geven en naar Zwaan, een gehucht ten noorden van Sijsele, te trekken. De echelons, staf en schootsbatterijen blijven voorlopig samen. Om 19u00 wordt iedereen doorgestuurd naar Loppem.
I/4LA
De groep is bezig met het inladen van de nieuwe 75mm munitie te Zedelgem wanneer het nieuws van de capitulatie binnenloopt.
Nieuwe II/4LA
De colonne is onderweg naar Diksmuide en verneemt rond 10u00 het nieuws van de overgave. De manschappen worden verzameld te Leke en Koekelare.
III/4LA
De groep legt de wapens neer te Handzame.
IV/4LA
De manschappen bevinden zich nog steeds in het depot van Zedelgem.
V/4LA
De veldtocht van deze groep eindigt te Ruddervoorde.
VI/4LA
De groep is onderweg naar Loppem en krijgt om 06u00 tijdens de verplaatsing te horen dat de oorlog voorbij.
Eenheid | Naam | Voornaam | Foto | Graad | Stand | Klas | ° op | ° te | + op | + te | Nota |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Onbekend | DERIE | Polydore | Brig | Mil | 27 | 08.06.1908 | Namur | 25.05.1940 | Aarsele | ||
Onbekend | DISTAVE | Armand, O.C. | Lt | Res | 19.02.1900 | Marchin | 26.05.1940 | Oostrozebeke | |||
Onbekend | DOUPAGNE | Albert, J.J. | Brig | Mil | 34 | 30.04.1914 | Huy | 25.05.1940 | Tielt | Verbrand op hoeve D'Huyvettere | |
5/II | FOULON | Marcel, E.G. | Lt | Res | 19.06.1905 | Verviers | 16.05.1940 | Anderlues | |||
Staf/III | SMET | René, I. | Sdt | Mil | 39 | 12.03.1920 | Kruibeke | 26.05.1940 | Oostrozebeke | ||
Staf | VAN AUBEL | Joseph, M. | Cdt | 21.11.1896 | Liège | 25.05.1940 | Tielt | Gedood in artilleriebeschieting | |||
Onbekend | WELTER | Olivier, G.J. | Sdt | Mil | 31 | 15.11.1911 | Liège | 25.05.1940 | Tielt | Verbrand op hoeve D'Huyvettere | |
6/II | WILLE | Tryphon, J. | Sdt | Mil | 30 | 27.06.1910 | Beernem | 27.05.1940 | Aarsele |
- Dossier 4LA, Sectie Classified Archives, Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid, Ministerie van Defensie.
- Lothaire, R., 2013, L’artillerie lourde de campagne belge 1914-1918, Verviers: Editions du Patrimoine Militaire.
- Lijst van de slachtoffers die omkwamen in de brand van de hoeve D’Huyvettere in de Putterijstraat 42 te Poelberg (Tielt) ten gevolge van Duits luchtbombardement [On Line beschikbaar] https://aalst.courant.nu/issue/HAN/1940-06-14/edition/0/page/4?query= [Laatst geraadpleegd 3 april 2020]. Zeven onder hen waren zwaar verbrand. Het betreft onder meer de Brigadier Doupagne en de Soldaat Welter TS van de Staf/4LA en de soldaten Beaupain en Deboutte van de Staf/6ChA en de Soldaat Colle van 20TTr.
- Brieven aan het thuisfront van Soldaat Milicien Marcel Coopman tijdens de mobilisatie van 1939. Sdt Mil Coopman maakte tot oktober 1939 deel uit van 16/VI/4LA. Zijn brieven werden gepubliceerd in het Jaarboek 2008 van de heemkundige kring Het Ambacht van Maldegem [On Line beschikbaar].
- Achtergrondinformatie bij kasteel Cleydael te Aartselaar: [On Line beschikbaar]: https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/12436 [Laatst geraadpleegd 27 juli 2020]. De soldaten van de Staf/VI/4LA werden tijdens de eerste maand van de mobilisatie ondergebracht in de koestal van het kasteel.