Net voor het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog telde het Belgische Leger negentien actieve infanterieregimenten. Deze regimenten waren samengesteld uit beroepsmilitairen en uit miliciens die onder de wapens waren. Er was nog steeds een traditioneel onderscheid tussen de linie-infanterie, carabiniers, grenadiers en jagers te voet, maar buiten de kentekens op het uniform was er in 1940 geen verschil meer qua organisatie, bewapening en uitrusting.
Bij de mobilisatie van september 1939 ontstonden uit elk actief regiment telkens drie bijkomende regimenten. Bij deze ontdubbeling werd telkens een kleine kern van leidinggevende militairen overgeheveld naar het nieuwe regiment en aangevuld met opgeroepen reservisten. Op die manier ontstond bijvoorbeeld uit het 1ste Linieregiment (actief regiment) het 25ste Linieregiment (eerste reserve), 31ste Linieregiment (tweede reserve) en 51ste Linieregiment (versterkings- en opleidingstroepen).
De actieve regimenten en de regimenten van eerste reserve hadden dezelfde organisatie en bewapening. Het actieve regiment behield de miliciens die op het ogenblik van de mobilisatie aan hun legerdienst bezig waren en werd aangevuld met reservisten van de jongste militieklassen. De eerste reserve was samengesteld uit de reservisten die grosso modo in de eerste helft van de jaren ’30 hun dienstplicht hadden vervuld.
De tweede reserve was in hoofdzaak samengesteld uit miliciens van de oudere klassen 28, 29, 30 en 31. Ook hadden deze regimenten een andere organisatie en een oudere bewapening. Zo ontbrak in de regimenten van de tweede reserve het vierde bataljon met de zware wapens. Het peloton verkenners had geen motorfietsen, maar was wel groter dan bij het actieve leger en de eerste reserve. De fuseliers kregen in hoofdzaak oude Belgische Mauser M1889 geweren en Chauchat FM15/27 lichte mitrailleurs. Bovendien ontbrak het aan DBT granaatwerpers en werden als alternatief oude Lebel geweren met Vivien Bessières tromblons gebruikt om geweergranaten over een afstand tot 150m te kunnen vuren. De zware mitrailleurs waren niet de Mi Maxim maar de Mi Colt-Browning M1895.
Elk regiment richtte tenslotte ook een versterkings- en opleidingsregiment op voor de opleiding van de vrijgestelde reservisten en de jonge rekruten van de klas 40.
De vier regimenten Karabiniers-Wielrijders (oftewel Cyclisten) behoorden bij de infanterie maar waren aangehecht bij het Cavaleriekorps. In tegenstelling tot de andere infanterieregimenten, waar alle verplaatsingen te voet gebeurden, was bij deze eenheden de fiets het voornaamste vervoermiddel. Hierdoor beschikten ze over een verhoogde mobiliteit en waren ze in staat de cavalerie-eenheden te volgen. De Kabariniers-Wielrijders hadden ook een meer compacte samenstelling.
Oudere reservisten van de infanterieregimenten werden ook gebruikt om het 1ste Regiment Speciale Vestingseenheden op te richten. Dit regiment stond in voor de bijkomende beveiliging van de drie zogenaamde Versterkte Posities die deel uitmaakten van het strategisch verdedigingsplan van ons land: de Versterkte Positie Antwerpen (VPA), de Versterkte Positie Luik (VPL) en de Versterkte Positie Namen (VPN).
Tot slot werden reservisten van de infanterie ook gebruikt om de anti-tankcompagnies van de divisietroepen samen te stellen. Deze compagnies waren uitgerust met getrokken C47 kanonnen of T13 tankjagers op rupsbanden. Divisies van de tweede reserve hadden dit soort middelen niet.
Linie-infanterie
Actief Regiment | Eerste Reserve | Tweede Reserve | Versterking en Opleiding | |||
---|---|---|---|---|---|---|
1ste Linie | 25ste Linie | 31ste Linie | 51ste Linie | |||
2de Linie | 22ste Linie | 32ste Linie | 52ste Linie | |||
3de Linie | 23ste Linie | 33ste Linie | 53ste Linie | |||
4de Linie | 24ste Linie | 34ste Linie | 54ste Linie | |||
5de Linie | 17de Linie | 35ste Linie | 55ste Linie | |||
6de Linie | 28ste Linie | 36ste Linie | 56ste Linie | |||
7de Linie | 15de Linie | 37ste Linie | 57ste Linie | |||
8ste Linie | 16de Linie | 38ste Linie | 58ste Linie | |||
9de Linie | 18de Linie | 39ste Linie | 59ste Linie | |||
11de Linie | 20ste Linie | 41ste Linie | 61ste Linie | |||
12de Linie | 21ste Linie | 42ste Linie | 62ste Linie | |||
13de Linie | 19de Linie | 43ste Linie | 63ste Linie | |||
14de Linie | 29ste Linie | 44ste Linie | 64ste Linie |
Jagers te Voet
Actief Regiment | Eerste Reserve | Tweede Reserve | Versterking en Opleiding | |||
---|---|---|---|---|---|---|
1ste Jagers te Voet | 4de Jagers te Voet | 7de Jagers te Voet | 10de Jagers te Voet | |||
2de Jagers te Voet | 5de Jagers te Voet | 8ste Jagers te Voet | 11de Jagers te Voet | |||
3de Jagers te Voet | 6de Jagers te Voet | 9de Jagers te Voet | 12de Jagers te Voet |
Grenadiers
Actief Regiment | Eerste Reserve | Tweede Reserve | Versterking- en Opleiding | |||
---|---|---|---|---|---|---|
1ste Grenadiers | 2de Grenadiers | 3de Grenadiers | 4de Grenadiers |
Karabiniers
Actief Regiment | Eerste Reserve | Tweede Reserve | Versterking en Opleiding | |||
---|---|---|---|---|---|---|
1ste Karabiniers | 2de Karabiniers | 3de Karabiniers | 4de Karabiniers |
Karabiniers-Wielrijders
Actief Regiment | Eerste Reserve | Versterking en Opleiding | ||
---|---|---|---|---|
1ste Regiment Karabiniers-Wielrijders | 3de Regiment Karabiniers-Wielrijders | 5de Regiment Karabiniers-Wielrijders | ||
2de Regiment Karabiniers-Wielrijders | 4de Regiment Karabiniers-Wielrijders |
Speciale Vestingseenheden
Speciale Vestingseenheden (USF: Unités Speciales de Forteresse)