Reglementaire benaming | Dienst der Ravitaillering en Depannage|DRD/Lu Service de Raviltaillement et Dépannage | SRD/Aé |
Type | Logistieke Steuneenheid |
Ontdubbeld van | n.v.t. |
Onderdeel van | Militaire Luchtvaart |
Bevelhebber | Luitenant-Kolonel vlieger Victor Biver |
Standplaats | Evere Lot |
Samenstelling | Directie |
1ste Autopeloton voor Munitie | |
2de Autopeloton voor Munitie | |
Autopeloton voor Brandstoffen | |
Smaldeel Depannage en Vervangingen | |
Herstellingswerkplaats voor Wielvoertuigen |
Staf SRD/Aé
De Dienst der Ravitaillering en Depannage (SRD/Aé) heeft twee taken. De eenheid is enerzijds verantwoordelijk voor de bevoorrading met munitie, brandstoffen en smeerstoffen van de operationele eenheden van de militaire luchtvaart. Anderzijds staat de dienst ook in voor het uitvoeren van herstellingen aan vliegtuigen en aan het voertuigenpark van onze luchtstrijdkrachten. De dienst heeft zijn onderkomen op het militaire vliegveld van Evere. Daarnaast is er ook een detachement gestationeerd te Lot (oorlogsvliegveld Nr 69) ten zuiden van Brussel. Hier bevindt zich ook de Werkplaats vliegtuigmotoren en een kleiner detachement van de Groep Bevoorrading van de Etablissementen de Militaire Luchtvaart (EtAé). In zijn totaliteit bestond de SRD/Aé aan de vooravond van de oorlog uit 19 officieren, 43 onderofficieren en een vierhonderdtal manschappen. De eenheid wordt bevolen door Luitenant-kolonel Vlieger Biver.
Staf SRD/Aé
Op 18 mei incasseert de Belgische militaire luchtvaart nog maar eens een zware klap door het Duits bombardement van het vliegveld van Aalter. Hierbij gaan alle resterende vliegtuigen van van het 3de Smaldeel van II/1Lu en van het 5de en 7de Smaldeel van III/3Lu verloren evenals talrijke voertuigen. Wat overblijft van II/1Lu en III/3Lu wordt naar Frankrijk geëvacueerd waardoor in België slechts drie smaldelen van 1Lu met beperkte middelen overblijven. De vereiste logistieke steun om deze drie smaldelen te ondersteunen is eerder beperkt. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de Generale Staf der Militaire Luchtvaart (EM/Aé) om 16u45 beslist om de SRD/Aé eveneens naar Frankrijk over te brengen. De SDR/Aé wordt naar Norrent-Fontes gestuurd, het verzamelpunt voor luchtvaarteenheden in Noord-Frankrijk. Hier zal de eenheid nieuwe orders ontvangen voor de verdere terugtocht naar Zuid-Frankrijk. Luitenant-Kolonel Vlieger Biver stelt een klein detachement samen dat het resterend deel van het 1Lu verder zal bevoorraden in munitie en brandstof tijdens de rest van de veldtocht in België. Het overige deel van de SRD/Aé, die op dat ogenblik geïnstalleerd is in een kasteelhoeve (Groenhove, TBC) te Gijverinkhove (op 11 kilometer ten zuiden van Veurne), laadt alle materieel op de voertuigen en vertrekt al om 18u00 richting Frankrijk. De eenheid komt iets voor middernacht toe in Norrent-Fontes.
Staf SRD/Aé in Frankrijk
In Norrent-Fontes krijgt LtKol Vlieger Biver te horen dat zijn volgende bestemming het vliegveld van Carpiquet in Caen is. Hij neemt de beslissing om nog tijdens de nacht van 18 op 19 mei door te rijden naar Caen. Hij duidt Lt Dereine samen met nog een officier aan als achterwacht in Norrent-Fontes om achterblijvers door te sturen naar Caen. De luitenant moet deze opdracht gedurende 48 uur uitvoeren.
Staf SRD/Aé in Frankrijk

Duitse opmars tussen 16 en 20 mei, de voorhoede bereikt de monding van de Somme in de nacht van 20 op 21 mei.
De eenheid komt in de vroege ochtend toe te Caen en installeert zich ten zuidoosten van de stad in verschillende kantonnementen. Onderweg zijn ze de colonne van de Herstellingswerkplaats voor Wielvoertuigen (ARCA/Aé) kwijtgespeeld. De SRD/Aé is ternauwernood aan een omsingeling door de Duitsers ontsnapt. De Duitse voorhoede bereikt Noyelle-sur-Mer aan de monding van de Somme tijdens de nacht van 20 op 21 mei waardoor de terugtocht van heel wat Belgische eenheden wordt afgesneden. Zo ook voor de achterwacht die werd achtergelaten in Norrent-Fontes, Lt Dereine zal er niet meer in slagen de Somme over te steken. In de loop van de dag laat Generaal-majoor Vlieger Legros, bevelhebber van de Belgische luchtvaarteenheden in Frankrijk, weten dat de SDR/Aé moet doorreizen naar Bordeaux, zijn definitieve bestemming in Frankrijk. In Bordeaux bevinden zich reeds de Etablissementen der Militaire Luchtvaart (EtAé). Gezien de vermoeidheid van de chauffeurs beslist LtKol Biver om zijn eenheid te laten recupereren en op de achterblijvers te wachten vooraleer door te rijden tot Bordeaux.
Staf SRD/Aé in Frankrijk
De colonne van de Herstellingswerkplaats voor Wielvoertuigen komt toe te Caen en vervoegt de rest van de eenheid.
Staf SRD/Aé in Frankrijk
Uiteindelijk vertrekt de colonne van de SDR/Aé naar het zuiden waar ze op 25 mei toekomen. In afwachting van de toekenning van een definitieve kantonneringsplaats door de Fransen, installeert de SDR/Aé zich in Saint-André-de-Cubzac.
Staf SRD/Aé in Frankrijk

Château de Lestonnat in Gradignan waar de Staf van de SRD vanaf 29 mei zijn intrek nam
De eenheid van LtKol Biver wordt aangehecht bij de Etablissementen der Militaire Luchtvaart. De Et/Aé laten de SRD op 29 mei verhuizen naar Gradignan ten zuiden van Bordeaux waar de eenheid betere kantonnementen kan vinden. De staf neemt zijn intrek in het Château de Lestonnat.
Voor het verdere verloop van de veldtocht voor het SRD zie de pagina van het Et/Aé.
Geen gesneuvelden bekend.
1. L’armée belge de France en 1940, Jean Jamart, Bastogne 1994, uitgeverij Schmitz