IIde Legerkorps

Situatie op 10 mei 1940

Reglementaire benaming IIde Legerkorps | IILK
IIème Corps d’Armée | IICA
Type Infanteriekorps
Ontdubbeld van n.v.t.
Bevelhebber Luitenant-generaal Victor Michem
Stafchef Majoor SBH Henri Vanden Eynde
Onderstafchef Majoor SBH Paul Hulsmans
Verbindingsofficier Groot Hoofdkwartier Kapitein SBH H. Guilmot
Commandant Artillerie Generaal-majoor Auguste Baesens
Commandant Genie Kolonel Alphonse Verstraete
Commandant Transmissietroepen Kolonel Joseph Kestens
Commandant Transportkorps Luitenant-kolonel Roger Denis
Commandant Gezondheidsdienst Geneesheer Kolonel Jean-Marie Voncken
Commandant Paardenartsenijdienst Dierengeneesheer Luitenant-kolonel Pierre Van Blerckom
Commandant Luchtvaart Majoor vlieger Marc Bridoux
Standplaats Dekkingstelling Albertkanaal
Zone Herentals – Beringen Mijnen
Commandopost te Aarschot
 
Organieke Eenheden Hoofdkwartier 1ste Bureau – Operaties (Kapt SBH R. Filleul)
    2de Bureau – Inlichtingen (Kapt A. Druart)
    3de Bureau – Personeel en Materieel (Lt SBH A. Pauly)
    4de Bureau – Ravitaillering en Evacuatie (Cdt SBH Arsène Devaux)
  6de Infanteriedivisie  
  9de Infanteriedivisie  
  24ste Bataljon Genie  
  22ste Bataljon Transmissietroepen  
  16de Regiment Artillerie  
  Geneeskundig Korps II/LK Staf (Geneesheer Majoor Marius De Gueldre)
    Geneeskundige Versterkingscompagnie (Med OLt J. Limbosch)
    1ste Legerkorpsambulance (Med 1Kapt Arthur Goossens)
    2de Legerkorpsambulance (Med Lt V. Desmet)
    Geneeskundige Ambulance (Med 1Kapt Pierre Collin)
    Lichte Heelkundige Ambulance (Med 1Kapt Paul Kempeneers)
    Hygiënetrein (Med Lt J. Riems)
  Intendancekorps II/LK Staf (Kapitein-commandant De Roover)
    Compagnie Intendance
  Transportkorps II/LK Staf (Cdt Eric Dessain)
    1ste Autopeloton voor Artilleriemunitie (Lt R. de Cock de Raneyen)
    2de Autopeloton voor Artilleriemunitie (Lt J. Marien)
    Autopeloton voor Ravitaillering (Lt W. Cuypers)
    Autopeloton voor Materieel (Lt R. Verbeek)
    Atelier voor Herstelling van het Wagenpark (Lt E. Slaghmuylder)
    Atelier voor Herstelling van het Materieel (LT E. Marevoet)
    Ontsmettingscompagnie (Lt F. Peeters)
  Compagnie Luchtafweermitrailleurs II LK (Kapitein-commandant J. Buers)
  Provoost (Majoor Emile Jongen)
Tijdelijke Eenheden 2de Batterij Artillerie Meetdienst
  Iste, IIIde en IVde van het Groep 2de Regiment Legerartillerie
  Iste en IVde Groep van het 4de Regiment Legerartillerie
  IIde Groep 1ste Luchtvaartregiment
  1ste Compagnie Luchtscheepvaart 1ste Luchtvaartregiment

Tijdens de mobilisatie

Generaal-majoor Auguste Baessens, artilleriecommandant van het II/LK

HK II/LK
In volle vredestijd is het IIde Legerkorps (II/LK) een actief legerkorps samengesteld uit de 1ste Infanteriedivisie (1Div) van Gent en de 2de Infanteriedivisie (2Div) van Antwerpen. Het Hoofdkwartier (HK) van het II/LK is eveneens in Antwerpen gevestigd. De staf van het IIde Legerkorps (II/LK) wordt op 27 augustus 1939 gemobiliseerd in de Koloniale Hogeschool te Antwerpen. Op 2 september verhuist de legerkorpsstaf naar Nijvel. Eind september wordt het hoofdkwartier verplaatst naar Aarschot bij de ontplooiing van het legerkorps aan het Albertkanaal. De 2Div bezet begin oktober, als organieke eenheid van het II/LK, de sector Herentals – Eindhout. In oktober 1939 komt ook de 7de Infanteriedivisie (7Div) onder bevel van het II/LK om stelling te nemen tussen Eindhout en Beringen. Gedurende de strenge winter van 1939 wordt de stelling ingericht. De eenheden van de 2Div en de 7Div moeten noodgedwongen hun eigen barakken bouwen zo niet zouden de paarden en het materieel de vrieskou niet overleven.

 

Op 29 maart 1940 wordt de 9de Infanteriedivisie (9Div), die net een oefenperiode in het Kamp van Beverlo had afgewerkt, onder bevel geplaatst van het II/LK om er de 2de Infanteriedivisie (2Div) af te lossen in de sector Herentals-Eindhout langs het Albertkanaal. Deze sector omvat van west naar oost de spoorbrug van Herentals, de wegbrug van de Lierseweg te Herentals, de brug van de Herenthoutseweg bij nabij de Hannekenshoek, de brug van de Aarschotseweg, het sluizencomplex te Olen, en de bruggen van Neerbruul, Hoogbruul, Punt en Stelen. Op 30 maart 1940 wordt ook de 6de Infanteriedivisie (6Div) overgeplaatst naar het het IIde Legerkorps. De 6Div bevindt zich aan de kust, waar de divisie gedurende de maand maart een rustperiode werd gegund. Aan het Albertkanaal neemt de 6Div de sector Eindhout-Beringen over van de 7Div.

Aan de vooravond van de oorlog bezet het II/LK een Korpszone van Herentals tot Beringen met twee divisies in lijn, in het noorden de 9Div en in het zuiden de 6Div. Voorts wordt het legerkorps nog ondersteund door het 16de Regiment Artillerie (16A), zijn organieke korpsartillerie, het 24ste Bataljon Genie (24Gn) en het 22ste Bataljon Transmissietroepen (22TTr). Het II/LK kan ook nog rekenen op de tijdelijke steun van de Iste, de IIIde en de IVde Groep van het 2de Regiment Legerartillerie (2LA), de Iste en de IVde Groep van het 4de Regiment Legerartillerie (4LA) en de IIde Groep van het 1ste Luchtvaartregiment (1Lu).

Het hoofdkwartier van het II/LK staat bij het begin van de oorlog nog steeds opgesteld in Aarschot. Rechts van het II/LK staat het Cavaleriekorps (CK) opgesteld achter het Albertkanaal van Beringen tot Diepenbeek, links verlengt het IVde Legerkorps (IV/LK) de stellingen vanaf Herentals tot de Versterkte Positie Antwerpen (VPA).

TptK II/LK
Het Transportkorps van het II/LK (TptK/ II/LK) wordt bevolen door Luitenant-kolonel Denis en beschikt over een staf, enkele pelotons (1PAMA en 2PAMA) die moeten instaan voor de bevoorrading van artilleriemunitie van het legerkorps, een autopeloton bevoorrading levensmiddelen (PARa) en een autopeloton bevoorrading materieel (PAMat). Naast de bevoorradingspelotons beschikt het korps ook over een atelier voor de herstelling van het voertuigenpark (ARCA), een atelier voor de herstelling van het materieel (ARM) en een Ontsmettingscompagnie (OntCie).  Het TptK II/LK wordt gemobiliseerd op 1 september 1939 te Borgerhout.

Cie MiCA II/LK
De Compagnie Luchtafweermitrailleurs van het IIde Legerkorps (oftewel Compagnie Mitrailleurs Contre-Avions – Cie MiCA II/LK) werd samengesteld uit reservisten komende van een infanterieregiment. De compagnie beschikt over zes pelotons die samen 24 lichte Maxim mitrailleurs bezitten, waarvan er 18 op vrachtwagens kunnen geïnstalleerd worden om de mobiele luchtverdediging van het HK en de korpstroepen te verzekeren. Tot 10 april 1940 was de Cie MiCA II/LK een onderdeel van het transportkorps, na 10 april werd de eenheid een onafhankelijke compagnie. Toch wordt de compagnie hoofdzakelijk ingezet voor de luchtverdediging van logistieke eenheden van het II/LK. De Cie MiCA II/LK wordt bevolen door Kapitein-commandant Buers die wordt bijgestaan door OLt Res Matthijs en Adjt KROLt De Cock (1ste Peloton), Lt Res Millet (2de Peloton),  OLt Res Lievens (3de Peloton), OLt Res Defloor en Adjt KROLt Ponjaert (4de Peloton), OLt Res Teetaert (5de Peloton) en OLt Res Schacht (6de Peloton) die de functies van pelotonscommandant en pelotonsadjunct (wat de Adjt KROLt betreft) uitoefenen. 

Provoostdienst II/LK
Het mobilisatiekantonnement van de provoostdienst bevindt zich aan de Markgravenlei 163.  De manschappen worden gemobiliseerd in de Stadsjongensschool 7 aan de Markgravenlei 147-149.

HK II/LK
De volledige 11de Infanteriedivisie (11Div), bevindt zich als reserve van het leger in het Kamp van Beverlo op het ogenblik dat het algemeen alarm ontketend wordt. Aangezien het Kamp van Beverlo zich ten noorden van het Albertkanaal bevindt, en bijgevolg aan de verkeerde kant van de Dekkingsstelling lag, voorzag het oorlogsplan dat het kamp in geval van alarm onmiddellijk ontruimd moest worden. De 11Div organiseert een spoedontruiming van het kamp en hergroepeert in verschillende dorpen en gehuchten ten zuiden en ten westen van Diest in de divisiesector van de 6Div. Het II/LK wil echter zijn vrijheid van handelen behouden en dringt er bij het GHK op aan dat de 11Div zo snel mogelijk de Korpszone van het II/LK verlaat. Het GHK geeft de 11Div dezelfde avond nog de opdracht om zich naar de K.W. Stelling te begeven.

Voor een gedetailleerd overzicht van de gebeurtenissen vanaf 10 mei, zie de verslagen van de 6Div, de 9Div, 16A, 24Gn en 22TTr.

Geneeskundig korps II/LK
Het Medisch-Chirurgisch Centrum (MCC) van het II/LK staat opgesteld in het Stedelijk Gasthuis van Aarschot. In de vroege ochtend komen in het MCC reeds heel wat gewonden toe afkomstig van de Medische Hulpplaats van de 6Div die de gewonde militairen trieert afkomstig van vliegveld van Schaffen maar ook van het Kamp van Beverlo die beiden zwaar gebombardeerd werden door Luftwaffe eerder op de dag.  De Geneeskundige Ambulance meldt om 13u00 reeds 136 opnames. De Staf van het Geneeskundig korps van het II/LK vraagt de steun aan van de Geneeskundige Dienst van de Directie der Ravitailleringen en Evacuaties van het Leger (Staf/SSDREA) om de gewonden die zich in het MCC bevinden, af te voeren naar de niet-mobiele hospitalen van de Troepen en Etablissementen der Binnenlandse Gezondheidsdienst (TESSI) in het achtergebied.  Tijdens de eerste helft van de nacht van 10 op 11 mei arriveert in het station van Aarschot een evacuatietrein die deze opdracht volbrengt.

HK II/LK
Het IIde Legerkorps beveelt om 20u30 om binnen de Korpszone, alle bruggen over het Albertkanaal, behalve één per divisiesector, te vernielen. In de sector van de 9Div blijft de brug aan de Aarschotseweg intact tot na de terugtocht van het Vooruitgeschoven Inlichtingencentrum van Herentals. Bij de brug van de Lierseweg bevindt zich op dat ogenblik een Franse tankcolonne. De Fransen worden tegengehouden door de Belgen en onder groot protest omgeleid naar de brug te Grobbendonk. Tegen 22u00 zijn de vernielingen van de bruggen uitgevoerd. De bruggen van Stelen en Herentals liggen slechts gedeeltelijk in het water en zullen ‘s anderendaags van nieuwe springladingen voorzien worden.

Het Groot Hoofdkwartier vreest dat na de vijandelijke doorbraak bij de 7de infanteriedivisie en de Duitse inname van Tongeren een omsingeling van de de positie aan het Albertkanaal nabij is. Alle formaties ten oosten van de K.W. Stelling krijgen de opdracht om bij het vallen van de duisternis de mars naar het westen aan te vatten. Daar waar de 6Div onmiddellijk reageert op het bevel van het GHK en begint met de evacuatie van het Albertkanaal blijft de 9Div nog ter plaatse mits een aanpassing van zijn dispositief om de vrijgekomen oostflank te beveiligen. Het HK van het II/LK komt niet tussenbeide.

Geneeskundig korps II/LK
Het MCC in het Stedelijk Gasthuis is het nog steeds bijzonder druk.  Bovendien blijft de stad Aarschot het doelwit van vijandelijke luchtaanvallen.  Het MCC wordt gesloten om 23u00 en zal verplaatst worden naar Elewijt.  Om tijdens de terugtocht een medische capaciteit op niveau legerkorps te behouden, wordt de lichte ambulance naar Beerzel verplaatst en hier ontplooit.

HK II/LK
Het IIde Legerkorps laat na de middag weten dat de volledige aftocht van het kanaal een overhaaste beslissing was. Om de rest van het veldleger toe te laten de K.W. Stelling op een veilige manier te vervoegen, zal een troepenscherm ontplooid worden om het marsgebied te beveiligen. De aangeduide troepen voor deze opdracht moeten op stelling blijven tot de nacht van 13 op 14 mei. Het II/LK moet de nodige eenheden terug in stelling brengen om dit troepenscherm te bemannen.

De 6Div krijgt de opdracht om met één infanterieregiment de volledige voormalige divisiesector opnieuw te bezetten tussen Eindhout in het westen en de Winterbeek in het oosten. Langsheen de Winterbeek zal het 2de Regiment Gidsen de verbinding maken met de Demer/Gete-Stelling waar de rest het Cavaleriekorps post vat. De commandant van de 6Div duidt het 1C aan voor deze opdracht waarna dit regiment op zijn stappen terugkeert. De overige formaties van de 6Div zullen de tocht naar de K.W. Stelling verder zetten.

De 11Div, die in de vroege ochtend de K.W. Stelling bereikt, laat zijn regimenten verzamelen in hergroeperingszones oost van de K.W.Stelling. Diezelfde dag nog wordt de 11Div onder het bevel van het II/LK geplaatst en begint met de stellingname op de K.W. Stelling. De K.W. Stelling bestond uit één of twee rijen gevechtsbunkers en waar mogelijk werden kanalen, spoorwegbermen en overstromingsgebieden geïntegreerd in de stelling. Waar een sterke hindernis voor handen was volstond één rij bunkers, in open terrein waar men geen gebruik kon maken van hindernissen werd een tweede lijn bunkers aangelegd. Bepaalde dorpskernen, zoals Peulis, werden met bijkomende gevechtsbunkers beschermd en uitgebouwd tot anti-tankcentra. Een honderdtal meter voor de bunkers werden talrijke hindernissen zoals prikkeldraadversperringen, anti-tankgrachten en Cointet-elementen aangebracht. De constructiewerken op de K.W. Stelling werden voor de oorlog uitgevoerd.

HK II/LK
Op het middaguur start het IIde Legerkorps met de voorbereidingen tot de evacuatie van het Albertkanaal. De divisiestaven worden kort na de middag op de hoogte gesteld van de gebeurtenissen langsheen de Demer/Gete-Stelling en de Dwarsstelling aan de Winterbeek. Het hoofdkwartier zet de grote lijnen uit voor de verdediging van de K.W. Stelling en geeft de troepen die nog niet ter plekke zijn twee nachtelijke etappes om naar de nieuwe weerstandslinie terug te trekken:

  • De zone die het II/LK moet verdedigen loopt vanaf Lier (exclusief) in het noorden tot Haacht (exclusief) in het zuiden.  Hiervoor behoudt het legerkorps twee divisies in eerste lijn, met de 6Div in sector noord en de 11Div in sector zuid.  De 9Div zal in de diepte geplaatst worden.
  • Het 1C mag terugtrekken van het Albertkanaal om de rest van de 6Div te vervoegen op de K.W. Stelling.  Het regiment moet tevens de overgebleven batterijen van het 6A meenemen, alsook het Wielrijderseskadron van de 6Div en het Wielrijderseskadron van de 9Div.  De marsroute voor al deze troepen loopt via Veerle, Varendonk, Westerlo, Westmeerbeek, Hulshout, Itegem, Koningshooikt en Duffel naar Lint.  Aan het eind van de eerste etappe moeten de colonnes halt houden ten westen van de meridiaan van Aarschot.
  • De 9Div moet in twee etappes naar zijn nieuwe stelling marcheren. In een eerste etappe, die tijdens de nacht van 13 op 14 mei moet worden afgelegd, dienen de regimenten van de 9Div de K.W. Stelling te overschrijden en mag pas halt gehouden worden ten westen van de meridiaan van Putte. Tijdens een tweede nachtmars moet het Bruggenhoofd Mechelen bereikt worden.  De 9Div krijgt twee marsroutes toegewezen.  Route noord loopt via Herenthout, Itegem, Sterreke en Sint-Katelijne-Waver naar Walem.  Route zuid leidt via Westerlo, Booischot, Heist-op-den-Berg en Putte naar Nekkerspoel.  De staf van de 9Div moet zich op het Fort van Walem installeren.
  • De 9Div moet de Iste Groep van 16A doorsturen naar Muizen.  De rest van het regiment moet naar Nekkerspoel marcheren.
  • De 11Div is reeds op de K.W. Stelling aangekomen.
  • De VIIde Groep van het 1DTCA zal tijdens 14 mei op stelling blijven om zoveel mogelijk dekking te gunnen geven aan de terugtrekkende troepen, en moet aan het eind van de dag rendez-vous geven aan het kruispunt van de Rijmenamseweg en de Weynsebaan tussen Rijmenam en Mart
  • Het 10de Regiment Hulptroepen van het Leger moet zijn detachementen afzonderlijk doorsturen van uit hun huidige locaties naar Putte.  Het regiment zal pas in deze gemeente samengebracht worden.  Aan het eind van de eerste etappe moeten de troepen de oostrand van de stad Mechelen trachten te bereiken.

De 11Div begon op 12 mei al met het organiseren van zijn divisiesector langs de K.W. Stelling hetgeen tot wrijvingen leidt wanneer de 6Div en de 9Div door de reeds voorbereide stellingen van de 11Div trekken en op hindernissen botsen die de 11Div in de loop van de dag had opgeworpen.

De korpsstaf verlaat het hoofdkwartier te Aarschot om 20u00.  Er wordt een achterwacht ter plekke gelaten die de permanentie verzekert tot 24u00.

Het hoofdkwartier installeert zich in het Fort van Walem en zal hier vanaf 22u00 te bereiken zijn.

Geneeskundig korps II/LK
Het IIde Legerkorps richt voorlopig geen nieuw Medisch-Chirurgisch Centrum (MCC) in.  Zieken en gekwetsten kunnen rechtstreeks afgevoerd worden naar het MCC op niveau leger te Mechelen.  Tijdens eerste fase van de terugtocht zal wel een vooruitgeschoven heelkundige ploeg van de Lichte Ambulance achterblijven te Beerzel.  Deze ploeg zal ter plekke zijn tot 04u00 op 14 mei.  De rest van de Lichte Ambulance vervoegt de kantonnementen te Elewijt.

De paardenartsenijdienst van het legerkorps is bij de aanvang van 13 mei nog steeds te Booischot geplaatst, maar wordt vervolgens teruggetrokken naar de Elsestraat te Willebroek.

HK II/LK
De ontplooiing van de Belgische troepen op de K.W. Stelling is nu min of meer compleet. Het IIde Legerkorps staat nu opgesteld tussen Lier en Rijmenam met de 6Div en de 11Div in lijn en de 9Div in reserve. Tussen Rijmenam en Leuven ligt het VIde Legerkorps.

  • Het gros van de 6Div is op 13 mei toegekomen op zijn nieuwe positie en staat opgesteld in het noorden van de Korpszone tussen Lier en het Fort Koningshooikt. Alleen het 1C dat werd teruggestuurd naar het Albertkanaal ontbreekt nog. 1C komt uiteindelijk tegen de avond toe en neemt nog voor het vallen van de duisternis een hergroeperingszone in ten westen van de K.W. Stelling.
  • De 11Div heeft sinds de 12 mei stelling genomen in het zuiden van de Korpszone tussen Fort Koningshooikt en Rijmenam en beschikt over een goed uitgebouwde defensieve stelling.
  • De 9Div is op weg naar het Bruggenhoofd Mechelen. De hergroeperingszones waar de infanterieregimenten van de 9Div aan het eind van de eerste etappe zullen kantonneren liggen net achter de voorste echelons van de divisiesector van de 11Div, wat tot enkele belangrijke incidenten zal leiden. Detachementen van de 9Div komen voor reeds vergrendelde Cointet anti-tankhekkens te staan, wat tot vertragingen en omleidingen zal leiden. De ophopingen voor de anti-tankbarrière duren vaak tot na zonsopkomst zodat de troepenconcentraties makkelijke doelwitten vormen voor de Luftwaffe. Uiteindelijk neemt de 9Div stelling in het Bruggenhoofd Mechelen dat een verbinding vormt vanaf de Nete te Walem in het noorden tot de Dijle tussen Muizen en Hever in het zuiden. Het bruggenhoofd beveiligt ter hoogte van Mechelen belangrijke overgangen over deze beide waterlopen. De stelling omvat 21 mitrailleurbunkers, aangevuld met een installatieplan voor de troepen in de tussenliggende zones.

HK II/LK
Het Groot Hoofdkwartier besluit om vestingen van de Versterkte Positie Antwerpen tussen Lier en Mechelen onder het bevel te plaatsen van het IIde Legerkorps.  Dit betreft het Fort van Lier, de Schans van Tallaart, het Fort van Koningshooikt, de Schans van Bosbeek, de Schans van Dorpveld, het Fort van Sint-Katelijne-Waver en het Fort van Walem.

HK II/LK
Op 16 mei komt onverwachts het bevel van het geallieerd opperbevel (Franse generaal Bilotte) om verder westwaarts te trekken. Zonder dat men de K.W. Stelling ten volle verdedigd heeft, moet deze worden prijsgegeven. Het Duitse leger wist immers in het zuiden een doorbraak te forceren in de streek van Sedan, terwijl in het noorden Nederland zich heeft overgegeven. Het veldleger zal aan het eind van de dag de K.W. Stelling ontruimen en zich terugplooien op de lijn Terneuzen-Gent-Oudenaarde. De aftocht zal in drie nachtelijke etappes afgelegd worden waarbij men aan het Kanaal van Willebroek en aan de Dender en de Schelde telkens een vertragingsmanoeuvre zal uitvoeren zodat de terugtocht kan plaatsvinden op een zo veilig mogelijke manier.

  • De 9de Infanteriedivisie zal het II/LK verlaten en naar de Bovenschelde overgebracht worden. De infanteristen te voet van de 9Div zullen met een konvooi van 120 autobussen van de Legerautogroepering in één ruk getransporteerd worden naar de regio van Kruishoutem. De 9Div zal na zijn verplaatsing overgaan naar het VIIde Legerkorps.
  • De 6Div wordt rechtstreeks doorgestuurd naar zijn nieuwe standplaats te Kaprijke. Deze divisie zal bij aankomst ontplooid worden in de sector Zelzate aan het Kanaal Gent-Terneuzen en zal onder het commando van het Vde Legerkorps (VLK) komen te staan.
  • De 11Div blijft onder het bevel van het II/LK.

Het II/LK krijgt een nieuwe divisie toegewezen voor de verdediging van het kanaal Gent-Terneuzen namelijk de 13de Infanteriedivisie (13Div) die samen met de 11Div langs het kanaal zal worden opgesteld. De 13Div bevindt zich op 16 mei nog steeds in de Versterkte Positie Antwerpen en moet voorlopig nog ter plaatse blijven om de terugtocht te dekken van de eenheden die terugtrekken van de K.W. Stelling.

HK II/LK
Vanaf 04u00 is het hoofdkwartier van het IIde Legerkorps operationeel te Buggenhout.

De oversteek van het Kanaal van Willebroek door de korpstroepen verloopt bijzonder traag en chaotisch.  Om 07u00 staat nog een belangrijk deel van de motorvoertuigen in volle daglicht aan de schuiven op de oostelijke oever.  De vertraging is enerzijds het gevolg van de gebrekkige marstucht bij de eigen troepen, en anderzijds toe te schrijven aan de troepen van het 7de Franse Leger die telkenmale de colonnes tegenhouden om eigen formaties op terugtocht naar het zuiden te laten passeren.

Het Belgische plan voorziet dat de terugtocht van de divisies die opgesteld staan aan de K.W. Stelling, gedekt zal worden door twee tijdelijke verdedigingslinies; een eerste verdedigingslijn langs het Kanaal van Willebroek en een tweede lijn langs de Dender zodat de terugtocht veilige kan verlopen. Aan het Kanaal van Willebroek zal de tijdelijke verdediging uitgevoerd worden door de 1ste Infanteriedivisie die de noordelijke sector, tot Willebroek voor zijn rekening zal nemen terwijl het kanaal tussen Willebroek en Vilvoorde door de beide Regimenten Grenswielrijders (1CyF en 2CyF) en eenheden van de Lichte Regimenten van de Rijkswacht (1LR en 2LR) beveiligd zal worden.

Mede door de succesvolle ontruiming van de K.W. Stelling en het vlot verloop van de algemene terugtocht naar het westen besluit de Belgische legerleiding in de late namiddag om Antwerpen niet langer te verdedigen en de troepen te laten terugtrekken tot de lijn Terneuzen-Gent-Oudenaarde. Vanaf 17u00 bereidt de 13Div de aftocht voor.

HK II/LK
Het Belgische verdedigingsplan voor het Kanaal Gent-Terneuzen neemt zijn definitieve vorm aan. In het noorden bewaakt de 1ste Cavaleriedivisie de sector rond Terneuzen. Het centrum zal worden verdedigd door het Vde Legerkorps met de 17de en 6de Infanteriedivisies. Het zuidelijke deel van het kanaal is voor rekening van het IIde Legerkorps met de 13Div in het noorden en de 11Div in het zuiden.

Ten zuiden van het II/LK wordt het Bruggenhoofd Gent gehouden door het Iste Legerkorps en het VIde Legerkorps.

Het hoofdkwartier van het legerkorps bevindt zich te Waarschoot.

HK II/LK
Na de Duitse doorstoot tot Abbeville aan de Atlantische kust zijn de geallieerde legers in Noord-Frankrijk en Vlaanderen geheel omsingeld. Het geallieerde oppercommando heeft op 21 mei tijdens de Conferentie van Ieper besloten om de Schelde-linie op te geven. Hierop bepaalt de Belgische legerleiding tijdens de ochtend van 22 mei dat onze strijdkrachten niet zoals afgesproken zullen terugtrekken naar de Ijzer, maar stand zullen houden langsheen de Leie en het Afleidingskanaal van de Leie.  Deze terugtocht zal in twee fases gebeuren.

Het Kanaal Gent-Terneuzen zal bezet blijven tot de nacht van 23 op 24 mei, in hoofdzaak om het belangrijke legerdepot van Eeklo te kunnen evacueren.

Het IIde Legerkorps behoudt dus zijn 13Div en 11Div aan het Kanaal Gent-Terneuzen tot de nacht van 23 mei.  Na de terugtocht zal het legerkorps verantwoordelijk worden voor de verdediging van de centrale zone langsheen het Afleidingskanaal van de Leie.  Deze zone loopt vanaf het Kanaal Gent-Brugge in het zuiden tot Oostwinkel in het noorden.  Het korps krijgt hiervoor alvast het bevel over de 12Div die zich reeds achter het kanaal bevindt.

HK II/LK
Tijdens de nacht van 23 op 24 mei verplaatst de staf van het legerkorps zich naar Lange Donk nabij Knesselare.

Het II/LK is verantwoordelijk geworden voor de verdediging van het gedeelte van het Afleidingskanaal van de Leie dat zich uitstrekt van de omgeving van Langestraat in het noorden tot het Kanaal Gent-Brugge in het zuiden. Deze zone is verdeeld in twee sectoren: de 12de Infanteriedivisie verdedigt de noordelijke sector en de 11de infanteriedivisie de zuidelijke sector. In de sector van de 12de Infanteriedivisie bezetten het 2Li en het 23Li het eerste echelon en het 22Li het tweede echelon.  Bij de 11de Infanteriedivisie worden het 14Li en het 20Li langsheen de kanaaloever geplaatst en krijgt het 29Li het tweede echelon toegewezen.

Provoostschap II/LK
Het krijgsauditoraat van het II/LK installeert zich in het justitiepaleis te Brugge.

HK II/LK
De legerkorpsstaf is operationeel te Lange Donk.  Het civiele elektriciteitsnet is uitgevallen, zodat de commandopost van stroom voorzien wordt door de elektrogeengroep van het 22TTr.

HK II/LK
Het GHK bepaalt dat het hoofdkwartier van het II/LK naar Zedelgem moet verplaatst worden en wil dat de staf hier tegen 22u00 operationeel is.

Na de capitulatie

Slachtoffers

Geen gesneuvelden bekend.

Bibliografie en Bronnen

  1. Getuigenis Kapitein SBH Corstiens, Sectie Classified Archives, Ministerie van Defensie, Evere.
  2. Handgeschreven verslag opgesteld in het Nederlands op 10 juni 1949 door Luitenant Res Deluycker, pelotonscommandant bij het ARM van het transportkorps. Het verslag bevindt zich bij Sectie Classified Archives, Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid, Ministerie van Defensie.
  3. Getypt verslag opgesteld in het Frans door Lt baron de Meester, pelotonscommandant bij het 1PAMA. Het verslag bevindt zich bij Sectie Classified Archives, Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid, Ministerie van Defensie.
  4. Zeer uitvoerig getypt verslag opgesteld in het Nederlands door Lt Peeters, compagniecommandant van de Ontsmettingscompagnie van het II/TptK. Het verslag bevat onder meer uitgebreide namenlijsten van personeel van de compagnie. Het verslag bevindt zich bij Sectie Classified Archives, Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid, Ministerie van Defensie.
  5. Zeer summier handgeschreven verslagje van ongeveer een halve pagina, opgesteld in het Frans door toenmalig Lt Res Louis De Kinder, adjunct van het 2PAMA. Het verslagje vermeld zijn evacuatie eerst naar het hospitaal van Sint-Niklaas en later naar het hospitaal van Gent op 18 mei 1940. Interessant detail, Kapt De Kinder bevindt zich drie maanden later in een hospitaal in Engeland waar zijn behandeling werd voortgezet. Allicht behoorde hij tot die beperkte groep gewonden die via een van de reservehospitalen van Oostende naar Engeland werd afgevoerd – TBC. Het verslagje bevindt zich bij Sectie Classified Archives, Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid, Ministerie van Defensie.
  6. Slagorde officieren Transportkorps II/LK (inclusief officieren Cie MiCA II/LK) bij de Sectie Classified Archives, Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid, Ministerie van Defensie.