12de Bataljon Genie

Situatie op 10 mei 1940

Type Geniebataljon
Ontdubbeld van 3de Regiment Genie  (TBC)
Onderdeel van VIde legerkorps
Bevelhebber Majoor Marie Meyers
Standplaats Nijvel
Samenstelling 1ste Compagnie (Kapitein-commandant Louis Vanuxem)
  2de Compagnie (Luitenant C. Pillaert)
  Peloton Park (Luitenant J. Sandra)

Tijdens de mobilisatie

Staf/12Gn
Het 12de Bataljon Genie (12Gn) werd op 01 september 1939 gemobiliseerd na afkondiging van Fase C van het mobilisatieplan. Het 12Gn wordt toegevoegd aan de 2de Infanteriedivisie (2Div) als het organieke bataljon genie van deze divisie. De 2Div is een actieve divisie die reeds op 25 augustus 1939 gemobiliseerd werd en bestond uit het 5de Linieregiment (5Li), het 6de Linieregiment (6Li) en het 28ste Linieregiment (28Li). Het 2de Artillerieregiment (2A) was de divisieartillerie. Van eind september 39 tot eind maart 40 bezet de 2Div de sector Eindhout – Herentals achter het Albertkanaal. Het 12Gn verbleef tijdens deze periode samen met de 2Div  aan het Albertkanaal en was gekantonneerd te Bruggeneinde een gehucht van Heist-op-den-Berg. Het bataljon levert algemene steun aan de 2Div door onder meer het bouwen van barakken en paardenstallen, het uitvoeren van veldwerken en het ondermijnen van bruggen over het Albertkanaal. De genie moet noodgedwongen barakken bouwen zo niet zouden de paarden en het materieel de vrieskou van de harde mobilisatiewinter niet overleven.

Op 4 april wordt de 2Div te Herentals afgelost aan het Albertkanaal en na een korte kampperiode te Beverlo op 24 april 40 naar Luik gestuurd om er onder bevel te komen van het IIIde Legerkorps (III/LK). Het 12Gn neemt echter niet deel aan de infanterietraining in het kamp van Beverlo maar wordt op 4 april naar Nijvel gestuurd waar het bataljon in algemene steun gegeven wordt van het VIde Legerkorps (VI/LK). Gezien geniebataljons in steun van een legerkorps normaal over drie compagnies beschikken wordt het 12Gn voor deze opdracht versterkt met de 2Cie van het 31ste Bataljon Genie (2/31Gn). 31Gn is één van de drie bataljons die behoren tot het Legergenieregiment  (RGnA) in algemene steun van het leger. 12Gn vervult vanaf nu de rol van organiek bataljon genie van het VI/LK dat als legerkorps van tweede reserve zelf niet over een bataljon legerkorpsgenie beschikt. Het 12Gn zoekt kantonnementen op te Nijvel en krijgt als taak de ondermijnde bruggen langsheen het Kanaal Brussel-Charleroi te bewaken. Deze bruggen liggen in het toekomstig operatiegebied van het 1ste Franse Leger [1(FRA)Leger] dat zich volgens de geallieerde plannen zal opstellen tussen Leuven en Namen eens de Belgische neutraliteit door de Duitsers geschonden wordt. De Franse genie die de vernielingsdispositieven bij de bruggen moet overnemen van 12Gn kan zich bijgevolg pas op Belgisch grondgebied begeven na de start van de vijandelijkheden (oftewel bij de afkondiging van de algemene mobilisatie – Fase E van het mobilisatieplan).

1/12Gn
De 1Cie, bevolen door Kapitein-commandant Vanuxem, neemt de bewaking van de vernielingsdispositieven van de bruggen over het het noordelijk gedeelte van het kanaal Brussel-Charleroi voor zijn rekening.

2/12Gn
De 2Cie van Lt Pillaert, die het zuidelijk gedeelte van het kanaal Brussel-Charleroi voor zijn rekening neemt, is verantwoordelijk voor volgende taken:
– technische wacht van de bruggen 9 tot en met 15 van het Kanaal Brussel-Charleroi, en de vernielingen op het vliegveld van Gosselies;
– technische wacht van de bruggen 16 tot en met 20 van het Kanaal Brussel-Charleroi;
– technische wacht van de bruggen 21 tot en met 24 van het Kanaal Brussel-Charleroi

2/31Gn in versterking van 12Gn
De 2Cie van 31Gn werkt ten voordele van de 5de Infanteriedivisie (5Div) ten zuidwesten van Brussel. De 5Div bezet de sector Halle – Ninove van de dwarsstelling Bierges – Ninove  als algemene reserve van het leger [1]. 2/31Gn beschikt niet over al zijn pelotons, één peloton van de compagnie levert de technische wachten bij vier bruggen over het Albertkanaal tussen Kuringen en Stokrooie in de sector van het Cavaleriekorps (CK).

Staf/12Gn
De Staf/12Gn bevindt zich in zijn kantonnement te Nijvel, de verschillende detachementen bewaken nog steeds de ondermijnde bruggen langsheen het Kanaal Brussel-Charleroi. Iets na middernacht wordt de afkondiging van het algemeen alarm ontvangen op de commandopost van 12Gn te Nijvel. Het alarm wordt doorgegeven aan de ondereenheden. Om 06u00 verneemt de Staf/12Gn de afkondiging van de algemene mobilisatie naar aanleiding van de Duitse inval. Omdat de Duitsers er in de ochtend van 10 mei al in slagen het Albertkanaal te overschrijden nabij Vroenhoven en Veldwezelt dreigt de Versterkte Positie Luik vanuit het noordwesten omsingeld te worden. Hierop geeft het Groot Hoofdkwartier (GHK) tijdens de avond van 10 mei aan alle eenheden die zich ten oosten van de Luik bevinden, waaronder de 2Div, het bevel om terug te trekken achter de Maas.

1/12Gn
De 1Cie zet zijn bewakingsopdracht aan de bruggen verder.

2/12Gn
De 2Cie zet zijn bewakingsopdracht aan de bruggen verder.

2/31Gn in versterking van 12Gn
2/31Gn wordt om 04u00 gealarmeerd door het 12Gn. De eerste oorlogsdag verloopt volgens plan. De bijkomende uitrusting wordt verdeeld onder de manschappen die vervolgens naar hun alarmposities vertrekken.

Staf/12Gn
De 2Div verlaat zijn stellingen ten oosten van de Maas en is na de Maas te zijn overgestoken niet langer nodig voor de verdediging van Luik. Hierop beslist het III/LK om de 2Div zo snel als mogelijk door te sturen naar de K.W. Stelling (oftewel Weerstandsstelling). De divisie verlaat Luik in de loop van de dag en begeeft zich naar de K.W. Stelling om er een divisiesector te bezetten maar beschikt niet meer over zijn organiek geniebataljon om de nodige geniewerken op de nieuwe stelling uit te voeren. Dit leidt tot een nieuwe de opdracht voor het 12Gn. Het bataljon moet zo snel mogelijk de 2Div vervoegen en zijn opdracht als organiek geniebataljon van 2Div terug opnemen. Aangezien de vernielingsdispositieven van de bruggen over het Kanaal Brussel-Charleroi niet onbewaakt kunnen worden achtergelaten dringt zich een reorganisatie op. De Staf/12Gn beslist dat 1/12Gn zijn bewakingsopdracht bij de bruggen moet verderzetten, dat de bewakingsopdracht van 2/12Gn zal worden overgenomen door 2/31Gn en dat na de overname van de bruggen door 2/31Gn de Staf/12Gn, 2/12Gn en het Peloton Park/12Gn naar sector van de 2Div langs de K.W. Stelling zullen vertrekken.

De K.W. Stelling bestond uit één of twee rijen gevechtsbunkers en waar mogelijk werden kanalen, spoorwegbermen en overstromingsgebieden geïntegreerd in de stelling. Waar een sterke hindernis voor handen was volstond één rij bunkers, in open terrein waar men geen gebruik kon maken van hindernissen werd een tweede lijn bunkers aangelegd. Strategische  punten werden met bijkomende gevechtsbunkers beschermd en uitgebouwd tot anti-tankcentra. Een honderdtal meter voor de bunkers werden talrijke hindernissen zoals prikkeldraadversperringen, anti-tankgrachten en Cointet-elementen aangebracht. De constructiewerken op de K.W. Stelling werden voor de oorlog uitgevoerd.

1/12Gn
De 1Cie zet zijn bewakingsopdracht aan de bruggen verder.

2/12Gn
De 2Cie wordt door de staf op de hoogte gebracht dat de bewaking van de vernielingsdispositieven moet worden overgedragen aan 2/31Gn. Luitenant Pillaert coördineert te  Luttre en Gosselies de overgave-overname van de opdrachten van 2/12Gn met Kapitein-commandant Haegeman, compagniecommandant van 2/31Gn.

2/31Gn in versterking van 12Gn
De Sector Halle – Ninove werd gedurende de nacht van 10 op 11 mei opgegeven omdat zowel de Britten als de Fransen de Frans-Belgische grens zijn overgestoken richting K.W. Stelling. De 5Div die de sector bezette wordt in de loop van de dag overgeplaatst naar de K.W. Stelling ten noorden van Leuven. 2/31Gn komt zonder opdracht te zitten en krijgt om 09u30 van de Staf/12Gn het bevel om de taken van 2/12Gn over te nemen.

Staf/12Gn
Na achterlating van 1/12Gn bij het VIde Legerkorps vertrekt de Staf/12Gn en het Peloton Park/12Gn naar Kampelaar nabij Kampenhout om de 2Div te vervoegen. De staf en het Peloton Park die de verplaatsing langs de weg maken komen  om 20u00 aan te Kampelaar. De overname van de taken van 2/12Gn door 2/31Gn nemen de ganse in beslag waardoor 2/12Gn zich op 12 mei nog niet naar de sector van de 2Div kan verplaatsen. 2/31Gn komt rechtstreeks onder bevel van het VI/LK.

1/12Gn
De 1ste Compagnie blijft achter te Nijvel onder rechtstreeks bevel van het VI/LK.

2/12Gn
De fysieke aflossing van de vernielingsdetachementen aan de bruggen duurt de ganse. Nadat alle vernielingsdispositieven zijn overgegeven aan detachementen van 2/31Gn vertrekt 2/12Gn vanuit het station van Gosselies per trein naar de K.W. Stelling.

2/31Gn in versterking van 12Gn
De compagniestaf vertrekt naar Trazegnies. Na een inspectieronde langsheen het Kanaal Brussel-Charleroi uit Cdt Haegeman zijn ongenoegen over het langzame verloop van de installatie van de compassementen. Bij verschillende bruggen liggen de explosieven nog opgeslagen op enige afstand van het kunstwerk. Hierdoor loopt de overname van de vernielingsdispositieven vertraging op.

Opstelling van de 2Div in de Sector Haacht – Keerbergen op de K.W. Stelling.

Staf/12Gn
Het gros van het bataljon bevindt zich nu opnieuw bij zijn 2Div. De 2Div staat intussen langs de K.W. stelling opgesteld met twee infanterieregimenten in lijn en één infanterieregiment in diepte. In de zuidelijke ondersector staat het het 5Li opgesteld tussen Haacht (exclusief) en Vossekot (inclusief). In de noordelijke ondersector staat het 6Li opgesteld van Keerbergen (inclusief) tot Doornlaar. In tweede lijn van de divisie richt het 28Li (Li) een anti-tankcentrum in te Boortmeerbeek. Alle detachementen van 12Gn worden te Kampelaar ondergebracht. Vanaf die datum blijft het 12Gn(-) bij de 2Div. De Hansbrug over de Dijle te Piervenshoek nabij Keerbergen blijkt nog niet ondermijnd te zijn en Kolonel Carion, commandant van het 5Li, neemt contact op met de Staf/12Gn om de nodige werken te laten uitvoeren. De 200 Kg explosieven nodig voor het vernielingsdispositief  van de Hansbrug werden door het 5de Bataljon Genie (5Gn) op 12 mei bij de brug afgeleverd [2].

Recente foto van de Hansbrug met op de voorgrond een bunker van de K.W. Stelling bezet door het 5Li

Recente foto van de Hansbrug met op de voorgrond een bunker van de K.W. Stelling bezet door het 5Li

2/12Gn
De 2de Compagnie, die de tocht per trein aflegt vanuit Gosselies, komt slechts om 09u00 toe te Weerde. Op de eerste dag aan de K.W. Stelling worden door de compagnie vier loopbruggen over de Dijle geworpen: drie voor het 5Li te Haacht en één voor het 6Li. Deze geïmproviseerde loopbruggen moeten toelaten dat patrouilles de overkant van de Dijle nog kunnen bereiken eens de Hansbrug wordt opgeblazen. De Dijlebrug van Rijmenam wordt ondermijnd.

1/12Gn in steun van VI/LK
De 1Cie ontvangt in de loop van de avond via het VI/LK het bericht dat de Franse genie de bruggen zal overnemen van 1/12Gn en 2/31Gn. Het Kanaal Brussel-Charleroi ligt in het achtergebied van de operatiezone van het 1(FRA)Leger en het is dan ook normaal dat de voorbereide vernielingen door de Franse genie worden overgenomen. De Franse geniesoldaten komen echter nog niet opdagen en de compagnie blijft ter plekke.

Staf/12Gn
Meer naar het zuiden maken de Duitse troepen rond 20u30 hun eerste contact met de K.W. Stelling in de Sector van de 5Div nabij de Remy-fabrieken van Wijgmaal. Bij de 2Div blijft het echter rustig.

2/12Gn
In de ondersector van 5Li wordt de Hansbrug over de Dijle te Keerbergen door de 2Cie ondermijnd en om 05u00 vernield [3].

Zicht op het zwaar gehavende centrum van Nijvel na het Duits luchtbombardement van 14 mei

Zicht op het zwaar gehavende centrum van Nijvel na het Duits luchtbombardement van 14 mei

1/12Gn
Wanneer de Franse genie in de loop van de morgen nog steeds niet komt opdagen krijgt de 1Cie het bevel om  te vertrekken, zelfs wanneer de aflossing nog niet plaatsgevonden heeft. Cdt Vanuxem duidt Lt Michaux aan om met een klein detachement de zes bruggen te blijven bewaken tot de Fransen de vernielingen overnemen terwijl de rest van de compagnie hergroepeert in Nijvel om naar het westen te vertrekken. Lt Michaux krijgt Sergeant Willy Guillaume als  adjunct. Nijvel ondergaat net na de middag een zwaar luchtbombardement [4]. Er vallen een 24-tal slachtoffers onder de inwoners maar ook enkele Belgische militairen van de Wachters van Verkeerswegen en Inrichtingen komen om in het bombardement. Het 1/12Gn leidt geen verliezen en verlaat na het einde van het bombardement Nijvel. 1/12Gn wordt door het VI/LK doorgestuurd naar West-Vlaanderen en zal geen aansluiting meer vinden met de rest van het bataljon [5]. Uiteindelijk komen Franse geniedetachementen om 20u30 toe om de vernielingsdispositieven over te nemen, het gros van 1/12Gn heeft op dat ogenblik Nijvel reeds verlaten.

Staf/12Gn
De Duitsers maken nu ook contact met de regimenten van de 2Div opgesteld langs de K.W. Stelling. Na de middag vinden de eerste Duitse verkenningen aan de Cointet elementen voor het 6Li plaats

Detachement Michaux/12Gn in steun van 28(FRA)RGn
Gedurende de dag neemt de regimentscommandant van het Franse 28e Régiment de Génie [28(FRA)RGn] (TBC) contact op met Lt Michaux en vraagt hem om de technische wacht bij de zes vernielingsdispositieven te blijven verzekeren.

Staf/12Gn
Omstreeks 16u00 wordt Majoor Meyers samen met de commandanten van de infanterie-eenheden van de 2Div bij de staf van de 2Div ontboden. De Staf/2Div deelt de onverwachte beslissing van het geallieerd opperbevel mee om naar het westen terug te trekken. Zonder dat de K.W. Stelling ten volle verdedigd werd moet de stelling op bevel van de Franse Général d’Armée Billotte worden prijsgegeven [6]. In het zuiden wist het Duitse leger immers een doorbraak te forceren over de Maas in de streek van Sedan en in het noorden heeft Nederland zich overgegeven. Het veldleger, dat riskeert langs beide flanken overvleugeld te worden, zal aan het eind van de dag de K.W. Stelling ontruimen en in drie nachtelijke etappes terugtrekken naar de lijn Terneuzen-Gent-Oudenaarde. De 2Div wordt naar het Bruggenhoofd Gent gestuurd. Om 20u00 loopt dan ook bij de Staf/12Gn het het bevel tot de aftocht binnen. Het bataljon verlaat de K.W. Stelling vanaf 21u00 mits achterlaten van enkele detachementen ter ondersteuning van de achterwacht van de 2Div. Het Peloton Park rijdt naar Elewijt en wordt gevolgd door de colonne te voet. De manschappen die te voet terugtrekken vervoegen Elewijt net voor middernacht en trekken vervolgens verder richting Eppegem. De eerste nacht moet 12Gn zich via de Verbrande Brug ten noorden van Vilvoorde in veiligheid brengen achter het Kanaal van Willebroek.

2/12Gn
De 2de Compagnie vernielt enkele huizen op de baan Kruisbaan-Keerbergen omdat deze het schootsveld belemmeren. Bij wijze van defensieve rivieroverschrijding wordt ten westen van Rijmenam nog een loopbrug over de Dijle aangelegd om de terugtocht van de 2Div te vergemakkelijken. Enkele detachementen van 2/12Gn worden aangehecht aan het 6Li dat van de Staf/2Div de opdracht krijgt om de achterhoede van de divisie te vormen. De achterhoede moet er voor zorgen dat de rest van de divisie het contact met de vijand kan afbreken zonder aangeklampt te worden. Als laatste verlaten zij de stelling er zorg voor dragend dat er voldoende afstand blijft tussen de oprukkende Duitsers en de terugtrekkende divisie, mede door het vernielen van bruggen nadat de laatste man er voorbij getrokken is. 

Detachement Michaux/12Gn
Om 11u00 geven de Franse genieautoriteiten Lt Michaux opdracht om de bruggen over het Kanaal Brussel-Charleroi te laten springen. Om 16u00 vliegt de laatste brug de lucht in waarop het detachement Michaux zich te voet naar het Franse Bergues begeeft waar hij van Cdt Vanuxem rendez-vous heeft gekregen met de rest van 1/12Gn.

Staf/12Gn
In de vroege ochtend van 17 mei marcheert het bataljon verder via Eppegem, de Verbrande Brug en Grimbergen om uiteindelijk om 07u00 Wolvertem te bereiken. Er wordt verder gemarcheerd richting Merchtem om rond 11u00 te Opwijk aan te komen waar gekantonneerd wordt tot de volgende nacht. In de rustplaats treft het bataljon de nodige voorbereidingen voor de volgende nachtmars die het 12Gn ten westen van de Dender moet brengen. Na het invallen van de duisternis worden de manschappen gewekt om de volgende mars aan te vatten.

2/12Gn
Het Eskadron Wielrijders van de 2Div (Esc Cy 2Div) blijft als laatste element van de achterhoede nog tot 03u00 achter op de K.W. Stelling waar ze de in steun gekregen detachementen van 2/12Gn bijstaan bij het tot ontploffing brengen van de Dijlebrug te Rijmenam. In de tweede helft van de nacht van 16 op 17 mei  worden ook nog de bruggen over de Vaart Leuven-Mechelen te Hever, Boortmeerbeek en Schiplaken vernield door de Belgische genie. 

Staf/12Gn
Tijdens de nacht van 17 op 18 mei wordt de tweede etappe afgelegd die het bataljon een 40-tal kilometer meer westwaarts brengt tot voorbij de Dender. De nachtmars gebeurt in moeilijke omstandigheden. Sedert de aanvang van de oorlog hebben de soldaten nog geen enkele deftige nachtrust gehad en moeten het sinds een paar dagen stellen zonder warme maaltijd. Er wordt een rustkantonnement ingenomen ten noorden van Aalst. De Dender wordt beveiligd door de 1ste Divisie Ardeense Jagers (1DivChA) waardoor het bataljon kan genieten van een relatieve rust. Tijdens de dag wordt de bataljonscommandant samen met de regimentscommandanten gebriefd over de nieuwe opdrachten in het Bruggenhoofd Gent. Het Bruggenhoofd Gent (in 1940 beter bekend onder zijn Franse naam TPG – Tête de Pont Gand) werd gevormd door een bunkerlinie ten zuiden van Gent. De verdedigingslinie bestond uit 228 betonnen bunkers die in het algemeen een portaal hadden en één tot drie ruimten afgesloten door een gepantserde deur. Vier bunkers hadden nog een verdieping en 35 waren uitgerust met een stalen waarnemingskoepel.  De volgende nacht rest nog een een mars van 25 kilometer om het Bruggenhoofd Gent te bereiken.

Detachement Vanuxem/12Gn in Frankrijk
Cdt Vanuxem die er niet in slaagde zich te herenigen met zijn bataljon wordt uiteindelijk vanuit West-Vlaanderen (vermoedelijk vanuit De Panne) richting Rouen gestuurd. Op 18 mei passeert 1/12Gn het Franse stadje Bergues (oftewel Sint-Winoksbergen) ten zuiden van Duinkerke en begeeft zich richting Saint-Omer en Abbeville.

Opstelling 2Div in Bruggenhoofd Gent tussen Kwatrecht en Gijzenzele.

Staf/12Gn
Na nog een nacht marcheren komen de eenheden van de 2Div toe op hun nieuwe stellingen. De 2Div neemt met het 5Li posities in tussen de Schelde te Kwatrecht en Gijzenzele. Vanaf Gijzenzele tot Betsberg neemt de 6Li over. Het 28Li wordt in reserve opgesteld achter 5Li en 6Li. De stelling is echter ver van in orde. Slechts één bunker met een C47mm anti-tankkanon en toebehoren is open. De andere schuilplaatsen en bunkers zijn nog afgesloten en het materiaal bevind zich nog te Gent. Wegens gebrek aan tijd om de bewapening, munitie, anti-gas middelen en voeding af te halen worden de hangsloten geforceerd en de bunkers in gebruik genomen met de eigen automatische wapens. Veldversterkingen in de vorm van anti-tankgrachten, hindernissen en loopgrachten zijn er ook niet. Ook de schootsvelden zijn niet geruimd en het zicht vanuit talrijke schietsleuven is bijzonder beperkt. De weinige prikkeldraadversperringen zijn op veel plaatsen verwijderd om de boeren toe te laten hun vee tot bij de bunkers te laten grazen. De eenheden van de 2Div die de stelling zullen bemannen moeten de bunkers zelf inrichten en ook de verbindingsloopgraven terug in orde brengen. Zij worden hierbij gesteund door het 12Gn.

Detachement Michaux/12Gn in Frankrijk
Lt Michaux komt op zijn beurt met zijn detachement toe te Bergues waar hij verneemt dat de rest van de 1Cie verder zuidwaarts getrokken is. Cdt Vanuxem heeft echter een bericht achtergelaten met het bevel om de compagnie te volgen richting Saint-Omer en Abbeville. Gezien de grote vermoeidheid van zijn manschappen beslist hij per fiets door te rijden in een poging zijn compagnie in te halen. Hij zal proberen een vrachtwagen vast te krijgen om zijn mannen op te halen. Hij geeft Sgt Guillaume opdracht om te voet verder te marcheren richting Abbeville.

Staf/12Gn
Omstreeks 04u00, bij eerste daglicht, lopen de eerste berichten binnen dat vijandelijke verkenners waargenomen worden ter hoogte van Kwatrecht. Tegen de middag zetten de Duitsers de aanval in tegen de 2Div in een poging om langs de zuidelijke Scheldeoever naar Gent op te rukken maar de aanval uit de opmars mislukt.

Caserne de Tallendier, verzamelpunt voor Belgische militairen op terugtocht naar Zuid-Frankrijk

Caserne de Tallandier te Rouen, verzamelpunt voor Belgische militairen op terugtocht naar Zuid-Frankrijk

Detachement Vanuxem/12Gn in Frankrijk
Via Saint-Omer bereiken ze Abbeville waar ze nog net voor de Duitsers deze stad bereiken de Somme kunnen oversteken. Van Abbeville gaat het naar de Tallandierkazerne in Le Petit-Quevilly [7]. Deze Franse kazerne gelegen ten zuiden van Rouen, in een bocht van de Seine, doet dienst als verzamelpunt voor alle geïsoleerde Belgische eenheden en militairen die erin geslaagd zijn de Somme over te steken. Vermoedelijk worden ze vanuit Rouen doorgestuurd naar Conches-en-Ouche de verzamelzone van de 7de Infanteriedivisie (7Div) ten zuiden van de Seine (dit was de standaard hergroeperingszone voor eenheden van het veldleger). Wanneer de 7Div op 27 mei vertrekt naar de streek van Morbihan in Bretagne wordt het detachement van Cdt Vanuxem doorgestuurd naar Bouchemaine nabij Angers (TBC – tussen het verlaten van Rouen en de aankomst in Bouchemaine is het wedervaren van 1/12Gn niet gedocumenteerd).

Staf/12Gn
De Duitse legerleiding heeft duidelijk zijn zinnen gezet op de snelle verovering van Gent voor propagandadoeleinden. Vanaf 09u00 wordt de aanval op de 2Div terug ingezet, dit keer met massale luchtsteun. Aanvankelijk kan de eerste aanval nog worden afgeslagen maar wanneer rond 15u30 een tweede aanval wordt ingezet moet de 2Div zich terugplooien op de tweede lijn. De divisie voert een verbeten gevecht rond Gijzenzele maar kan standhouden. Tegen de avond is het front weliswaar ingedrukt en de Duitsers controleren Kwatrecht maar de linies van de 2Div zijn nog niet doorbroken.

Duitse opmars tussen 16 en 20 mei. In de nacht van 20 op 21 mei wordt de Franse kust bereikt.

Duitse opmars tussen 16 en 20 mei. In de nacht van 20 op 21 mei wordt de Franse kust bereikt.

Detachement Michaux/12Gn in Frankrijk
In de nacht van 20 op 21 mei bereiken de Duitsers Noyelle-sur-Mer aan de monding van de Somme. Hierdoor raken heel wat Belgische en geallieerde eenheden ingesloten door de Duitsers. Lt Michaux die per fiets voorop reed is door het oog van de naald gekropen en is als enige van zijn detachement net voor het sluiten van de omsingeling over de Somme geraakt. Hij zet zijn weg voort tot Rouen waar hij doorgestuurd wordt naar Conches-en-Ouche. Hier wordt hij toegevoegd aan een detachement genisten van 4/32Gn onder bevel van Lt Listray die zich in het dorpje Le Fresne bevinden. 

Sgt Willy Guillaume [8], die met de rest van het detachement verder trok richting Abbeville, sneuvelt te Labroye, een stadje ten noorden van Abbeville. De rest van het detachement wordt krijgsgevangen genomen. 

Staf/12Gn
Na de Duitse doorstoot tot Abbeville aan de Atlantische kust zijn de geallieerde legers in Noord-Frankrijk en Vlaanderen geheel omsingeld. Het geallieerde oppercommando heeft op 21 mei tijdens de Conferentie van Ieper besloten om de Schelde-linie op te geven. Hierop bepaalt de Belgische legerleiding tijdens de ochtend van 22 mei dat onze strijdkrachten niet zoals afgesproken zullen terugtrekken naar de IJzer, maar stand zullen houden langsheen de Leie en het Afleidingskanaal van de Leie. Een plan wordt opgemaakt om het Bruggenhoofd Gent georganiseerd te ontruimen. De 16de en de 18de Infanteriedivisies zullen de stad verdedigen.  De 2de en de 4de Infanteriedivisie zullen zal in de nacht van 22 op 23 mei het contact in het Bruggenhoofd Gent afbreken en over de Leie trekken.

Staf/12Gn
De 2Div verlaat het Bruggenhoofd Gent en bereikt na een nachtelijke mars via Gontrode, Merelbeke, Gent en Drongen het dorp Hansbeke. De divisie wordt onmiddellijk ontplooid aan het Afleidingskanaal van de Leie.

Opstelling van de 2Div aan het Afleidingskanaal van de Leie .

Staf/12Gn
De 2Div staat nu opgesteld aan het Afleidingskanaal van de Leie met twee infanterieregimenten in lijn en één regiment in diepte. Het 5Li bezet de noordelijke ondersector, het 28Li wordt opgesteld in de zuidelijke ondersector ter hoogte van Merendree. Het 6Li wordt in reserve opgesteld achter het 5Li en 28Li.

Staf/12Gn
Terwijl de vijand oprukt naar het Afleidingskanaal wordt druk verder gewerkt aan de verdedigingslinies. Het Afleidingskanaal behoort niet tot de voorbereide stellingen van het initieel Belgische verdedigingsplan en alle noodzakelijke grondwerken worden zo snel mogelijk uitgevoerd.

Staf/12Gn
De sector van de 2Div wordt niet aangevallen door de vijand. Terwijl zowel in het noorden als in het zuiden de Belgen van de Leie-linie weggedrukt worden, blijft de 2de Infanteriedivisie op post.

Staf/12Gn
Het Groot Hoofdkwartier beveelt de algehele aftocht van het Afleidingskanaal van de Leie. De 2de Infanteriedivisie trekt zich terug naar het zuidwesten en neemt een nieuwe verdedigingslinie in rondom Aalter. Rond het middaguur wordt de rest van de divisie verder teruggetrokken tot de lijn Sint-Joris – Ruiselede.

Bouchemaine ten zuiden van Angers aan de monding van de Maine in de Loire

Bouchemaine ten zuiden van Angers, aan de monding van de Maine in de Loire, waar het 1/12Gn kantonneerde van 28 mei tot 12 juni.

Detachement Vanuxem/12Gn in Frankrijk
Op 28 mei komt Cdt Vanuxem toe te Angers en wordt hij met zijn detachement bestaande uit fragmenten van 1/12Gn en 1/24Gn doorgestuurd naar een kantonnement in Bouchemaine net ten zuiden van Angers. Hier bevindt zich reeds een detachement bestaande uit manschappen afkomstig van 2/10Gn en 4/32Gn onder leiding van Lt Listray waar ook Lt Michaux zich heeft bij aangesloten. Het detachement van Lt Listray wordt toegevoegd aan het detachement van Cdt Vanuxem [9]. Het nieuw samengesteld detachement genisten, bestaande uit 12 officieren (met onder meer Cdt Vanuxem, Lt Michaux, Lt Listray, Lt Bouffioux, Lt Josse, Lt Marot en OLt Léonard) en een 500 tal manschappen, is een samenraapsel van naar Frankrijk gevluchte militairen van 2/10Gn, 1/12Gn, 1/24Gn en 4/32Gn.

Te Angers verneemt het detachement de capitulatie van het Belgische leger in Vlaanderen. De Belgische regering in ballingschap in Frankrijk beslist dat de Belgische eenheden, die zich niet in de zone van ons veldleger in Vlaanderen bevonden op 28 mei, buiten het capitulatieakkoord blijven. Ze zullen onder bevel van de Minister van Landsverdediging, Luitenant-generaal Denis, de strijd voortzetten aan de zijde van de geallieerden. Deze beslissing bereikt het detachement Vanuxem niet onmiddellijk waardoor Cdt Vanuxem beslist in afwachting van nieuwe orders in Bouchemaine te blijven. Het detachement is ondergebracht in de tuin van een kasteel in Bouchemaine (vermoedelijk in de Rue Chevrière Nr 47), met een prachtig panorama en een rivier (Maine) waarin ze konden zwemmen [10].

Detachement Vanuxem in Frankrijk
Onder druk van de Fransen stemde de Belgische regering in ballingschap op 29 mei in om de 7Div terug operationeel te maken met de bedoeling deze grote eenheid zo snel mogelijk in te zetten aan de zijde van het Franse leger. De Belgische regering denkt er aan een nieuw veldleger van zes infanteriedivisies en een tankdivisie samen te stellen waarbij de 7Div als eerste paraat zal gesteld worden. 

Detachement Vanuxem in Frankrijk
Er is enige onduidelijkheid over de bestemming van het Detachement Vanuxem. Als detachement samengesteld uit eenheden van het veldleger is het de bedoeling dat zij conform de beslissing van de Belgische regering in ballingschap, de strijd aan de zijde van de Fransen moeten verder zetten. Daartoe zouden ze moeten terugkeren naar de verzamelzone van de 7Div alleen blijkt niemand te weten waar het detachement zich bevind en omgekeerd heeft Cdt Vanuxem ook alle verbinding met de rest van het veldleger verloren waardoor hij niet op de hoogte is van de beslissing die de regering genomen heeft. De onzekerheid over de toekomst zorgt voor ongerustheid bij de manschappen die het verderzetten van de oorlog aan de zijde van de Fransen niet zien zitten [10].

6 juni 1940.

Detachement Vanuxem in Frankrijk
Op 6 juni wordt het kantonnement te Bouchemaine opgeschrikt door een parachutistenalarm. Er worden in allerijl patrouilles uitgestuurd maar er wordt niets abnormaal ontdekt. Intussen rukt de vijand steeds verder op naar het zuiden

Detachement Vanuxem wordt Detachement Patoux in Frankrijk
De Compagnie Mechanische Uitgravingen van het Legergenieregiment komt per trein toe te Bouchemaine. Het Detachement Vanuxem wordt onder bevel geplaatst van Cdt Patoux, compagniecommandant van de Compagnie Mechanische Uitgravingen/RGnA [9].

12 juni 1940

Detachement Patoux in Frankrijk
Op 12 juni verplaatst het groot detachement genie zich onder bevel van Cdt Patoux op aangeven van de Fransen naar Juigné-sur-Loire ten zuiden van de Loire nabij Angers waar ze tot 16 juni blijven kantonneren. 

17 juni 1940

Detachement Vanuxem in Frankrijk
Op 17 juni om 13u30 richt Maréchal Pétain zich in een radiotoespraak tot de Franse bevolking om de nakende capitulatie van Frankrijk aan te kondigen. Nu de Fransen de strijd staken kunnen de Belgen niet langer op Franse steun rekenen om de strijd voort te zetten. De resterende eenheden van het veldleger zullen dan maar opgenomen worden in de getalsterkte van de Versterkings- en Opleidingstroepen. Het detachement van Cdt Vanuxem wordt bijgevolg  van het Detachement Patoux afgesplitst en krijgt de opdracht om vanuit Angers langs de weg het Versterkings- en Opleidingscentrum Genie (VOC/Gn)  te Castries te vervoegen. Het Detachement Vanuxem zal er worden opgenomen in de getalsterkte van het 40ste Regiment Genie (40Gn). De Compagnie Mechanische Uitgravingen van Cdt Patoux wordt een andere richting uitgestuurd.

18 juni 1940

Detachement Vanuxem in Frankrijk
Het detachement verlaat Juigné-sur-Loire en legt een eerste etappe van 200 kilometer af richting Castries. Er wordt halt gehouden te Poitiers waar kantonnementen worden opgezocht voor de nacht.

Detachement Vanuxem in Frankrijk
Het detachement verlaat Poitiers en begeeft zich naar Toulouse. Na een nieuwe etappe van 200 kilometer worden kantonnementen voor de nacht opgezocht te Saint-Jory op een tweetal kilometer ten noorden van Toulouse. Hier wordt de nacht van 19 op 20 juni doorgebracht

20 juni 1940

Detachement Vanuxem in Frankrijk
Wanneer de colonne van het Detachement Vanuxem zijn kantonnement te Sint-Jory wil verlaten worden ze om nog ongekende redenen door de Verkeersregelingscommissie van Toulouse tegengehouden en naar Fonsorbes gestuurd een 20 tal kilometer ten zuidwesten van Toulouse. Fonsorbe ligt in de sector van het 3de Versterkings- en Opleidingscentrum (3VOC). Het detachement krijgt er kantonnementen toegewezen en wordt aangehecht bij het 62ste Linieregiment (62Li) . Naast het Detachement Vanuxem worden nog tal van andere detachementen die Toulouse op 20 en 21 juni passeren op weg naar hun verschillende thuiskantonnementen in Zuid-Frankrijk, door de verkeersregelingscommissie doorgestuurd naar het 3VOC. Het betreft onder meer detachementen van het 7de Gemotoriseerd Regiment (7Mo), het 4de Regiment Grenadiers (4Gr), het 4de Regiment Karabiniers (4C), het 12de Regiment Jagers te Voet (12J) en het 59ste Linieregiment (59Li), alles bijeen een 2.000 tal manschappen.

22 juni 1940

Detachement Vanuxem in Frankrijk
Op 22 juni capituleren de Fransen en ondertekenen ze een verdrag met de Duitsers in Compiègne. Het Vichy regime is niet langer gemachtigd de Belgische oorlogsinspanningen te steunen want in het verdrag dat Frankrijk op 22 juni te Compiègne met de Duitsers ondertekende staat onder meer vermeld dat Frankrijk er zich toe verbind de aanwezige Belgische militairen ten zuiden van de demarcatielijn te ontwapenen en aan Duitsland uit te leveren. Duitsland wil kost wat kost voorkomen dat de ongeveer 180.000 Belgische militairen die zich in Zuid-Frankrijk bevinden nog naar Engeland of Congo zouden worden overgebracht om daar de strijd aan de zijde van de geallieerden voort te zetten. De praktische modaliteiten voor een de uitlevering van de Belgische militairen zullen nog een tijdje op zich laten wachten.

23 juni 1940

Detachement Vanuxem in Frankrijk
Het detachement installeert zich zo goed als mogelijk in zijn kantonnement te Fonsorbes en wacht er nieuwe orders af. Deze orders blijven echter uit en de komende dagen ontstaat er wrevel tussen het VOC/Gn die het detachement Vanuxem had verwacht in Castries maar niet ziet toekomen en het 3VOC die het detachement om onduidelijke redenen heeft omgeleid. 

4 juli 1940

Detachement Vanuxem in Frankrijk
Eindelijk wordt een regeling gevonden om de vele eenheden die in de sector van 3VOC vast kwamen te zitten terug te sturen naar hun respectievelijke regimenten. Majoor van Malcote van het 7Mo wordt op 4 juli door de Generale Staf der Versterkings- en Opleidingstroepen (EM/TRI) belast met de organisatie van het terugsturen van al deze detachementen vanuit kantonnementen te Thil, Fonsorbes, Saint-Lys en Mérenvielle naar hun organieke regimenten [11]. Het detachement Vanuxem krijgt te horen dat ze zullen doorreizen naar Castries.

11 juli 1940

Sector van het Versterkings- en Opleidingscentrum van de Genie in Zuid-Frankrijk

Sector van het Versterkings- en Opleidingscentrum van de Genie in Zuid-Frankrijk

Detachement Vanuxem in Frankrijk
Op 09 juli komt het detachement genisten van Cdt Vanuxem, dat enkele dagen eerder per spoor uit Fonsorbes vertrok, toe in Castries. Cdt Vanuxem meldt zich aan bij de Staf VOC/Gn. De manschappen van het detachement worden verdeeld over de zes compagnies van het Bataljon Genie dat nog overbleef na de inzet van, het inmiddels opgedoekte, 40Gn in het noorden van Frankrijk. Een gedeelte van de manschappen van 1/12Gn wordt gekantonneerd in Saint-Drézéry, een ander gedeelte in het vlakbij gelegen Beaulieu [10]. Op hun tocht, die hen langs onder meer Saint-Omer, Rouen, Poitiers en Toulouse leidde, sliepen de soldaten in verlaten gebouwen, hoeves, auto’s, scholen, onder de blote hemel of in een tent. Voor voedsel waren de soldaten alsmaar meer op zichzelf aangewezen. Aanvankelijk werden ze onderweg bevoorraad vanuit Franse kazernes, maar ze konden slechts moeilijk aan het eten wennen. Wanneer ze hun soldij kregen, gingen ze zelf op zoek naar eten om zich van ‘den fransschen kost te bevrijden’ [10].

15 juli 1940

1/12Gn in Frankrijk
De Minister van Landsverdediging, Luitenant-generaal Denis, geeft op 3 juli de EM/TRI de toelating om te starten met de repatriëring van dienstplichtigen jonger dan 32 jaar. De maatregel gaat van kracht op 15 juli. Meerder gemeentebesturen in België nemen het initiatief om hun jongeren op te halen in Zuid-Frankrijk. Voor wie moet blijven begint de verveling toe te slaan. De soldaten doden de tijd met voetbal en turnoefeningen, met zoektochten naar voedsel en nieuws van hun familie via het Rode Kruis of het Belgisch consulaat en ze verkenden de Franse dorpen.

6 augustus 1940

1/12Gn in Frankrijk
Op 2 augustus worden de geniesoldaten door de Fransen ontwapend waarna alsmaar meer soldaten deserteren en op eigen houtje naar huis vertrekken. Op 10 augustus mochten de soldaten vanaf 35 jaar gedemobiliseerd worden, de soldaten van 32 tot 35 jaar en al degenen die een bewijs van vervoer konden voorleggen mochten op 15 augustus vertrekken. In de Midi bevonden er zich heel wat door het Belgische leger in beslag genomen vrachtwagens of vrachtwagens die daar eerder met gevluchte burgers waren toegekomen. De enige manier om deze vrachtwagens voorbij de demarcatielijn te krijgen was dat zij ingezet worden om Belgische militairen naar België te laten terugkeren. Zo ook de door het Belgisch leger in beslag genomen vrachtwagen van Henri Rossel uit Clabecq wiens boorddocumenten nog in het voertuig lagen. Het groepje rond Willy Vandersteen weet de voor stuk achtergelaten vrachtwagen op te lappen en vertrekt op 14 augustus richting België. De gedemobiliseerde soldaten reden via Nîmes naar Avignon en Lyon, door de Rhonevallei naar Villefranche-sur-Saône. Daar vertelden Franse gendarmes dat de grensovergang tussen Vichy-Frankrijk en bezet Frankrijk in Mâcon afgesloten was. Een alternatief was rond te rijden langs Bourg-en-Bresse, wat ze deden. In Bourg overnachtte het gezelschap op tafels in een café. De volgende dag reden ze door langs Lons-le-Saunier, Poligny en Dole. Daar was de grensovergang tussen bezet en onbezet Frankrijk. Auto’s werden in groepjes doorgelaten tussen twee slagbomen die als flessenhals dienden. Een Duits soldaat controleerde de papieren. Ze reden door naar Gray, overnachtten in het voertuig en reden de volgende dag verder. Onderweg zagen ze de sporen van verwoede gevechten. In Vitry-le-François zagen ze krijgsgevangenkampen en vernielde bruggen. Langs de weg stonden vernielde auto’s en tanks. In Rocroi bereikte de groep op 16 augustus de Belgische grens. Jean Moerloos bezorgde de vrachtwagen waarmee de legermakkers naar huis keerden terug aan zijn oorspronkelijke eigenaar.

Wanneer op 25 augustus een trein met de laatste nog in Frankrijk aanwezige militairen van het VOC/Gn naar ons land terugkeert en tegengehouden wordt aan de Franse demarcatielijn, worden de beroepsofficieren naar Duitsland afgeleid. De rest van het personeel mag naar huis.

Na de capitulatie

Slachtoffers

EenheidNaamVoornaamFotoGraadStandKlas° op° te+ op+ teNota
1GUILLAUMEWilly, L.J.SgtMil3217.11.1912Berchem21.05.1940Labroye (F)

Bibliografie en Bronnen

  1. Doorheen de ganse mobilisatie heeft het Groot Hoofdkwartier (GHK) op roterende basis drie divisies als algemene reserve van het leger behouden. Eén divisie bevond zich steevast in het Kamp van Beverlo om een ver doorgedreven training uit te voeren. De twee andere werden ingezet om de Sector Leuven van de K.W. Stelling preventief te bemannen en om de Sector Halle – Ninove te beveiligen. Op 9 mei bevond de 11Div zich zo te Beverlo, de 10Div bezet de Sector Leuven en de 5Div bezet de Sector Halle – Ninove. De sector Halle – Ninove was gericht naar het zuidwesten en maakte deel uit van de Dwarsstelling (oftewel bretel) Bierges – Ninove die te Bierges aansloot op de K.W. Stelling. Een dwarsstelling wordt normaal opgericht wanneer de vijand de linies doorbreekt en dient om de eenheden in lijn die niet opgesteld staan daar waar de doorbraak gebeurde de tijd geven om het contact af te breken. Het GHK hield blijkbaar een slag achter de hand om, in het geval dat de Britten en de Fransen zich niet zouden ontplooien in België, een achterwaarts manoeuvre uit te voeren via de K.W. Stelling naar de Schelde en deze defensieve lijn (met de bruggenhoofden Gent en Antwerpen) te verlengen tot de Frans-Belgische grens. In dit scenario zou de 11Div zich dan opstellen tussen de 10Div en de 5Div om zo de flank van het Belgisch leger te beveiligen. (Deze analyse gebeurde op basis van een kaart van 1956 met de reconstructie van de opstelling van de Belgische troepen op 10 mei 1940 die zich in het Rijksarchief bevindt. Deze kaart is [On Line Beschikbaar]: https://search.arch.be/imageserver/topview.php?FIF=510/510_1531_000/510_1531_000_00862_000/510_1531_000_00862_000_0_0001.jp2 [Laatst geraadpleegd 6 oktober 2021]. Het bestaan van dit ‘contingency plan‘ moet nog door geschreven documenten bevestigd worden).
  2. De reden waarom de Hansbrug nog niet ondermijnd was en dat de munitie voor het vernielingsdispositief door het 5Gn bij de brug werd afgezet is te vinden bij het feit dat de Hansbrug voor de komst van de 2Div nog in de divisiesector van de 5Div lag en bijgevolg door het 5Gn moest ondermijnd en vernield worden. Door de komst van de 2Div naar de K.W. Stelling werd het dispositief van het VIde Legerkorps aangepast en moest de 5Div naar het zuiden opschuiven om plaats te maken voor de 2Div. Hierdoor kwam de Hansbrug in de sector van de 2Div te liggen en moest de brug bijgevolg door de genie van de 2Div ondermijnd en vernield worden.
  3. Achtergrondinformatie bij de oude Hansbrug te Keerbergen [On line beschikbaar]: https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/200147  [Laatst geraadpleegd 17 januari 2022].
  4. Fotomateriaal bombardement Nijvel [On Line beschikbaar]: https://octavesanspoux.jimdofree.com/nivelles-en-guerre/nivelles-en-ruine/la-grand-place/  [Laatst geraadpleegd 17 januari 2022].
  5. De reden waarom het VI/LK de 1Cie niet naar de Sector van de 2Div ten noorden van Leuven heeft gestuurd maar wel naar West-Vlaanderen moet verder onderzocht worden. De Staf van het VI/LK wist waar de rest van het 12de Bataljon Genie zich bevond aangezien de 2Div waartoe het 12Gn behoorde onder bevel stond van het VI/LK. Enige verklaring kan liggen bij het feit dat de Duitsers op 14 mei rond 20u30 reeds contact hebben gemaakt met de 5Div die ten zuiden van de 2Div stond opgesteld achter de K.W. Stelling. Nochtans was de K.W. Stelling de weerstandstandstelling waarop het beslissend gevecht moest gevoerd worden en dit beslissend gevecht zou langer dan één dag moeten duren.
  6. Générale d’Armée Gaston Billotte was de bevelhebber van de 1ste Franse Legergroep die vanaf 12 mei de oorlog in België leidde. Het betreft de coördinatie van de operaties van het 1ste Franse Leger, het 7de Franse Leger, de British Expeditionary Force (BEF) en het Belgische Leger. Op 16 mei werd duidelijk dat deze Legergroep dreigde omsingeld te worden na de Duitse opmars van Sedan richting Franse kust. Achtergrondinformatie bij Generaal Billotte [On Line beschikbaar]: https://en.wikipedia.org/wiki/Gaston_Billotte [Laatst geraadpleegd 13 maart 2023].
  7. De Tallandierkazerne was een voormalige katoenspinnerij in 1938 opgekocht door het Franse leger om er l’Etablissement Régional de Matériel (ERM) van de Service de matériel de l’Armée de Terre” in onder te brengen. De Tallandierkazerne bestaat nog maar werd gerenoveerd en geïntegreerd in een wooncomplex in de Avenue Jean Jaurès Nr 76 in Petit-Quevilly nabij Rouen. [On line beschikbaar] https://www.google.be/maps/@49.4273702,1.0653597,3a,75y,344.33h,83.88t/data=!3m6!1e1!3m4!1suX3grspRJpHXGHzLMhTvgg!2e0!7i13312!8i6656 [Laatst geraadpleegd 7 april 2020].
  8. Bevestiging van overlijden Sgt Willy Guillaume van 1/12Gn te Labroye [on Line beschikbaar]: https://www.wardeadregister.be/nl/dead-person?idPersonne=57448 [Laatst geraadpleegd 03 april 2020]. Op dezelfde dag op dezelfde plaats sneuvelt Soldaat Bertiaux van het 7de Territoriaal Bataljon dat vermoedelijk hetzelfde traject aflegde als het Detachement Michaux van 1/12Gn. Het doet vermoeden dat de soldaten van het detachement die onder leiding van Sgt Guillaume te voet richting Abbeville stapten werden omsingeld en afgesneden van de rest van de compagnie ter hoogte van Labroye enkele kilometer noord van Abbeville (TBC).
  9. “L’armée belge de France en 1940″, p. 161, door Jean Jamart Colonel BEM Hre, 1994, uitgeverij Schmitz, Bastogne.
  10. De oorlogsjaren van Willy Vandersteen, onderzoeksrapport opgesteld door het Geheugen Collectief, historisch onderzoeksbureau. [On Line beschikbaar]: https://usercontent.one/wp/geheugencollectief.be/wp-content/uploads/2021/03/Geheugen-Collectief-De-oorlogsjaren-van-Willy-Vandersteen-onderzoeksrapport.pdf [Laatst geraadpleegd 01 april 2021]. Het onderzoek maakt gebruik van een dagboek dat vermoedelijk werd bijgehouden door Frits Janssens en vertelt het wedervaren van Ademar Ex, Piet Schrauwen, Jean Moerloos en Willy Vandersteen, allen soldaat bij het 12de Bataljon Genie. Uit dit onderzoek blijkt dat de 1ste Compagnie van het 12Gn in het zuiden van Frankrijk terecht kwam via Saint-Omer, Abbeville, Rouen, Bouchemaine, Poitiers en Toulouse.
  11. LtGen Wibier stuurt Kol SBH Bellefroy, commandant van 3VOC, op 29 juni volgend telegram als antwoord op diens vraag naar steun om de vele gestrande militairen in zijn sector op te vangen: “Je ne vous envoie aucun détachement – stop – Je fais au contraire l’impossible pour vous débarasser des détachements qui vous encombrent – stop – Protestez auprès régulateur de Toulouse“. De reden waarom alle passerende detachementen door de verkeersregelingscommissie van Toulouse werden doorgestuurd naar 3VOC is niet gekend. Het is echter weinig waarschijnlijk dat de verkeersregulator, meestal een luitenant-kolonel, op eigen initiatief handelde. De ietwat vreemde ondertoon in het telegram van LtGen Wibier laat vermoeden dat de bevelhebber van 3VOC zijn fel uitgedunde effectieven probeerde op te krikken door geïsoleerde elementen af te leiden naar zijn sector in de hoop 62Li en 63Li terug operationeel te maken. Verder onderzoek zal dit moeten uitklaren. Het telegram bevindt zich in het dossier EM/TRI bij de Sectie Classified Archives, ADIV, Ministerie van Defensie. 
  12. Verslag Lt Michaux in het dossier 12Gn dat zich bevindt in het Sectie Classified Archives, Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid, Ministerie van Defensie (voormalig Centrum Historische Documentatie) te Evere.