Reglementaire benaming | 3de Regiment Grondverdediging tegen Luchtdoelen | 3GrVLu 3ème Régiment de Défense Terrestre contre Aéronefs | 3DTCA |
|
Type | Versterkings- en Opleidingsregiment | |
Ontdubbeld van | 1ste Regiment Luchtdoelartillerie 2de Regiment Luchtdoelartillerie |
|
Onderdeel van | Versterkings- en Opleidingscentrum Artillerie (VOC/Aie) | |
Bevelhebber | Luitenant-kolonel Armand De Bueger tot 14 mei 40 | |
Standplaats | Sint-Annakazerne te Laken | |
Samenstelling | I Groep Instructie (Cdt Camille Libert) | 1ste Batterij Instructie met 4 X C75 DTCA luchtafweerkanonnen (Lt J. Bartholomé) 2de Batterij Instructie met 4 X C75 DTCA luchtafweerkanonnen 3de Batterij Instructie met 4 X C75 DTCA luchtafweerkanonnen 4de Batterij Specialisten |
II Groep Versterking (Cdt Jean Schmitz) | 5de Batterij Versterking en Instructie Zoeklichten (Lt J. Vandevelde) 6de Batterij Versterking Luchtafweerartillerie (Lt R. Rosbach) 7de Batterij Versterking Luchtafweerartillerie (Lt M. Laurent) |
|
I Groep Territoriale Wacht voor Luchtafweer vanaf 14 mei (Cdt Eugène Englebert) |
1ste Batterij van 4 x C75 DTCA M36 FRC kanonnen (Lt R. Van Hecke) 2de Batterij van 4 x C75 DTCA M36 FRC kanonnen en 8 baragebalonnen (Lt J. Delhaye) 3de Batterij van 4 x C75 DTCA M36 FRC kanonnen (Lt Theyskens) |
|
Schoolbatterij |
3DTCA
Voor de mobilisatie besliste de legerleiding dat er voor de artillerie, in tegenstelling tot de andere wapens van het leger, geen eigen Versterkings- en Opleidingscentrum (VOC) opgericht zou worden. Er bestonden ook geen specifieke versterkings- en opleidingsregimenten om de rekruten van de klassen ’39 en ’40 verder op te leiden of om de nog op te roepen reservisten op te vangen. Dit diende te gebeuren door de Schoolbatterijen van elk regiment afzonderlijk die als achterwacht in de kazerne zouden blijven eens de gemobiliseerde artillerieregimenten naar hun gevechtsposities vertrekken.
Op 26 augustus, bij de afkondiging van Fase A van het mobilisatieplan, kreeg de artillerie toch een specifieke versterkings- en opleidingsstructuur namelijk het Aanvullings en Opleidings Depot van de Artillerie (AOD/A oftewel in het Frans: Dépôt de Renfort et d’Instruction de l’Artillerie – DRI/A). Aanvankelijk worden binnen dit depot een aantal Schoolbatterijen gegroepeerd om de vorming van nieuwe artilleristen over te nemen van de gemobiliseerde eenheden van het veldleger. De Schoolbatterijen van het 1ste Regiment Grondverdediging tegen Luchtdoelen (1DTCA) en het 2de Regiment Grondverdediging tegen Luchtdoelen (2DTCA) gaan bij de start van de mobilisatie uitzonderlijk niet over naar het AOD/A. 1DTCA en 2DTCA lieten hun schoolbatterijen achter in het Kwartier Sint-Anna te Laken, vredesvoet garnizoen van beide regimenten. Hier stonden deze batterijen tot maart 1940 in voor het opleiding van de rekruten van de klas ’39 bestemd voor de luchtdoelartillerie. De vermoedelijke reden waarom de Schoolbatterijen van 1DTCA en 2DTCA niet gegroepeerd werden in één of andere ondereenheid van het AOD/A is dat de artilleriestukken en bijhorend materieel gebruikt door beide regimenten, te specifiek waren en bijgevolg onderhoudsinfrastructuur nodig hadden die nergens anders beschikbaar was (TBC).
In het voorjaar van 1940, kort na de eerste oproepingen van de klas ’40, worden zes onafhankelijke versterkings- en opleidingsregimenten voor de artillerie opgericht. Deze regimenten moeten de miliciens van de klas ’40 opleiden en de oudere reservisten vrijgesteld van mobilisatie opvangen van zodra de oorlog begint. Uit het AOD/A ontstaan het 31A, 32A, 33A en 34A als versterkings- en opleidingsregimenten voor de lichte artillerie. Tegelijkertijd wordt ook het 6LA voor de zware artillerie en 3DTCA voor de luchtdoelartillerie opgericht.

Het 3DTCA werd in maart 1940 opgericht in de Sint-Annakazerne te Laken.
Het 3de Regiment Grondverdediging tegen Luchtdoelen (3DTCA) wordt in maart 1940, in volle mobilisatie, opgericht in de Sint-Annakazerne te Laken waar de luchtdoelartillerie sinds 1923 gehuisvest is. Het 3DTCA dient zich te ontfermen over de nog niet opgeleide artilleristen en de nog niet gemobiliseerde reservisten van 1DTCA en 2DTCA en kan bijgevolg beschouwd worden als een ontdubbelingsregiment van deze regimenten. Van bij de oprichting van het regiment worden de miliciens van de klas 40 aangehecht bij de Iste Groep Instructie die over eigen luchtafweerkanonnen beschikt om de opleiding te verzekeren. De IIde Groep Versterkings bestaat op 09 mei alleen uit kaderpersoneel. Deze groep heeft geen eigen kanonnen en kan de van mobilisatie vrijgestelde reservisten maar in de rangen opnemen na afkondiging van de algemene mobilisatie (fase E van het mobilisatieplan), hetgeen voorzien is te gebeuren bij de start van de vijandelijkheden.
Het 3DTCA staat onder het bevel van LtKol De Bueger die tot aan de mobilisatie diende bij het Regiment Artillerie Cavaleriekorps (RACC). Eens op oorlogsvoet gebracht zal het regiment kunnen beschikken over 36 officieren, 103 onderofficieren en 2.222 manschappen.
Schoolbatterij/3DTCA
Naast de Groep Instructie en de Groep Versterking beschikt 3DTCA ook nog over een Schoolbatterij. De Schoolbatterij stond enkel in voor de opleiding van kandidaat reserveofficieren en kandidaat reserveonderofficieren van de lichting ’40.

Een Miesse vrachtwagen met Galileo 120cm zoeklicht gefotografeerd in 1937.
Staf/3DTCA
De artilleristen van 3DTCA ontvangen rond 01u00 het bevel zich klaar te maken om de 10de mei bij eerste klaarte een vooraf verkend alarmkantonnement in te nemen in de buitenwijken van Brussel. Men vreest immers dat de reguliere kazernes van ons leger gebombardeerd zullen worden door de Duitse luchtmacht en bijgevolg moeten de Versterkings- en Opleidingsregimenten van de artillerie zich door een onmiddellijke verhuis in veiligheid stellen. Het 3DTCA stuurt de instructiebatterijen van I/3DTCA naar Strombeek-Bever om er een alarmkantonnement in te nemen.
De Staf/3DTCA wordt in zijn commandopost om 06u00 op de hoogte gebracht van de afkondiging van de algemene mobilisatie naar aanleiding van de Duitse inval. Door de afkondiging van de algemene mobilisatie worden de oudere reservisten en vrijgestelden opgeroepen om de Groep Versterking te vervoegen. Het gaat hier om militairen die omwille van een vrijstelling in de loop van de tweede helft van 1939 terug naar huis gestuurd werden, of nog niet onder de wapens waren geroepen. Eveneens om 06u00 geeft de Generale Staf van de Versterkings- en Opleidingstroepen (HK/TRI) het bevel om, zoals voorzien in het mobilisatieplan, uit te wijken naar oorlogskantonnenmenten die zich in diverse kleinere dorpen en steden van Oost- en West-Vlaanderen bevinden. In deze oorlogskantonnementen, ver verwijderd van de vijandelijkheden, kan de opleiding in relatieve rust voortgezet worden. Het voorziene oorlogskantonnement voor het 3DTCA is Assebroek, een randgemeente van Brugge.
Het regiment krijgt ook te horen dat het de Iste Groep van het Regionaal Commando Brussel van de Territoriale Wacht voor Luchtafweer (I/RCB/GTA) zal toegewezen kregen. Deze formatie is nog maar net aan zijn eerste opleidingsperiode begonnen en is niet operationeel.
In het alarmkantonnement van Strombeek-Bever wordt de verplaatsing naar Brugge voorbereid.
Het 3DTCA verlaat Strombeek-Bever en vervoegt zijn oorlogskantonnement te Assebroek.
Door de snelle opmars van de Duitsers wordt het voor het Groot Hoofdkwartier (GHK) snel duidelijk dat de verdere opleiding van de nieuwe rekruten enkel in Frankrijk, ver achter de linies, kon gebeuren. Alle eenheden van de VOC’s die niet ingezet werden voor de beveiliging van Brussel ontvangen de 13 mei om 14u00 het schriftelijk bevel van het HK/TRI om zich klaar te maken voor de verplaatsing naar Frankrijk. Dit naar analogie van wat er tijdens de Eerste wereldoorlog gebeurde.
Ook het 3DTCA maakt zich klaar voor de evacuatie naar Frankrijk, maar blijft voorlopig nog ter plekke. De verplaatsing naar Frankrijk was echter totaal niet voorbereid. Er was geen voorafgaandelijke regeling met de Franse militaire noch burgerlijke overheid, er waren geen voorafgaandelijke verkenningen van kantonnementen, er was slechts proviand voor twee dagen en er bestond geen logistieke organisatie voor herbevoorrading in Frankrijk. Daarenboven moest de commandant van 3DTCA zelf vervoer per spoor regelen door de treinen te gebruiken die het 7 Franse leger van generaal Giraud door Vlaanderen vervoerd hebben op weg naar Breda [1]. Het bevel om naar Frankrijk te vertrekken kwam echter geen dag te vroeg want op 13 mei steken de Duitsers rond 16u00 de Maas over te Sedan en beginnen hun opmars naar de Atlantische kust met als inzet zoveel mogelijk geallieerde troepen te omsingelen.
Staf/3DTCA
Op 14 mei wordt het Versterkings- en Opleidingscentrum Artillerie (VOC/Aie) te Beernem opgericht met als bevelhebber Kolonel Duquesnoy, regimentscommandant van het 32A. De zes Versterkings-en opleidingsregimenten worden onder bevel geplaatst van het VOC/Aie om enerzijds de heruitrusting van het veldleger en anderzijds de evacuatie naar Frankrijk mogelijk te maken. Kolonel Duquesnoy gaat onmiddellijk over tot een reorganisatie van de zes regimenten. De artillerie van het veldleger heeft immers belangrijke verliezen geleden en er moeten dringend nieuwe eenheden gevormd worden om de tekorten aan te vullen. Al gauw is duidelijk dat die nieuwe eenheden opgebouwd moeten worden uit elementen komende van verschillende Versterkings- en opleidingsregimenten. Om dit doel te bereiken beslist Kolonel Duquesnoy een beroep te doen op de opgeleide oudere reservisten van de versterkingsbatterijen en deze uit te rusten met de nog beschikbare kanonnen van de instructiebatterijen. Deze nieuwe batterijen worden dan verder aangevuld met personeel van de betrokken artillerieregimenten dat is kunnen ontsnappen en werd doorgestuurd naar het VOC/Aie. Kolonel Duquesnoy krijgt de toelating van het GHK om de versterkingsbatterijen van de artillerie in België te houden, ondanks het evacuatiebevel van het HK/TRI.
Door deze reorganisatie worden de twee groepen van het 3DTCA opgesplitst. De Groepering Versterking/3DTCA, met de Staf Regiment en de Groep Versterking, komt onder bevel te staan het “VOC/Aie Detachement Vlaanderen”. De Groepering Instructie/3DTCA met de Groep Instructie van Cdt Libert wordt ondergebracht in het “VOC/Aie Detachement Frankrijk” (ook wel Regiment Instructie van het VOC/Aie genoemd). Luitenant-Kolonel De Bueger, commandant van het 3DTCA, neemt het commando over het “VOC/Aie Detachement Frankrijk” dat vanaf nu bestaat uit de Groepering Instructie van 32A, 33A, 34A, 6LA en 3DTCA.
I/RCB/GTA
De Iste Groep van het Regionaal Commando Brussel van de Territoriale Wacht voor Luchtafweer (I/RCB/GTA) wordt onder het bevel van 3DTCA geplaatst. Kapitein-commandant Englebert heeft zijn Iste Groep slechts op 1 april 1940 kunnen activeren in de kazerne van Etterbeek en de stuksbemanningen zijn dan ook onervaren. Op 9 mei ontving de groep vier verouderde C75mm DTCA SF kanonnen, net genoeg voor het uitrusten van één batterij. Op de eerste oorlogsdag bracht Cdt Englebert de militairen van zijn groep samen te Zellik en Groot-Bijgaarden waar de instructie werd opgestart. Ondertussen moet de groep het materieel van de 32 en 33ste Batterij van XI/2DTCA overnemen om de twee andere batterijen van geschut te voorzien. Op 14 mei krijgt de groep het bevel Groot-Bijgaarden en Zellik te verlaten en uit te wijken naar Varsenare teneinde het 3DTCA te vervoegen. De groep zal het reeds overgenomen geschut achterlaten en de voorziene overname van het materieel van 2DTCA stopzetten. Cdt Englebert krijgt te horen dat zijn groep zal worden uitgerust met twaalf moderne C75mm DTCA M36 kanonnen die door de Technische Dienst der Grondverdediging tegen Luchtdoelen zullen geleverd worden bij aankomst op hun bestemming. De groep krijgt ook een sectie barrageballonnen toegewezen.
- 1/I/RCB
Lt Van Hecke, batterijcommandant van de 1Bij, wordt op 14 mei in Etterbeek verwittigd dat de overname van de verouderde kanonnen van de 32ste Batterij niet zal doorgaan. Hij moet onmiddellijk zijn batterij vervoegen om de verplaatsing naar Varsenare voor te bereiden. - 3/I/RCB
Lt Theyskens, batterijcommandant van de 3Bij stelt twee gemotoriseerde colonnes en één colonne per fiets samen om de verplaatsing naar Varsenare uit te voeren. Hij vertrekt dezelfde dag nog met de eerste colonne voertuigen om het kantonnement in Varsenare te verkennen en voor te bereiden.
I/3DTCA
Conform de orders van het VOC/Aie bereidt de Iste Groep Instructie (I/3DTCA) het vertrek per trein naar Limoux (Aude) in Frankrijk voor. De luchtafweerkanonnen worden overgedragen aan de IIde Groep Versterking die in België achterblijft onder bevel van het “VOC/Aie Detachement Vlaanderen”.
II/3DTCA
De Groep Versterking (II/3DTCA) die de kanonnen van I/3DTCA overnam blijft voorlopig te Assebroek.
I/RCB/GTA
De Iste Groep voert de verplaatsing naar Varsenaere uit waar de voorwacht in de loop van de avond toekomt.
I/RCB/GTA
Vanuit Varsenare wordt een detachement naar Brugge gestuurd om er in de fabriek van La Brugeoise, Nicaise & Delcuve twaalf C75mm DTCA Mod 36 kanonnen over te nemen van de Technische Dienst van de DTCA die werd geïntegreerd in de Koninklijke Kanongieterij (ofterwel Fonderie Royale de Canons – FRC). De twaalf kanonnen zullen over de drie batterijen verdeeld worden. De groep krijgt opdracht om zich naar Veurne te verplaatsen. Tijdens de nacht van 16 op 17 mei worden de eerste colonnes richting Veurne gestuurd.
- 1/I/RCB
De batterij gaat zijn vier kanonnen afhalen in La Brugeoise maar de overname verloopt moeilijk. De Technische Dienst van de DTCA die de overname moet regelen is volop bezig met de voorbereiding van zijn verplaatsing naar Roanne in Frankrijk. Er moeten ter plaatse voertuigen in beslag genomen worden om de kanonnen te vervoeren. Alle bijhorende materieel (radio’s, vuurleidingssystemen, enz..) evenals munitie kan echter niet geleverd worden. - 3/I/RCB
Ook deze batterij gaat zijn vier artilleriestukken afhalen in La Brugeoise. De eerste colonne voertuigen die naar Varsenare werd gestuurd wordt met deze opdracht belast. Bij vier vrachtwagens moeten de trekhaken aangepast worden om de kanonnen te kunnen trekken. Intussen komen de wielrijders en de tweede colonne voertuigen toe te Varsenare. Een colonne wielrijders wordt samengesteld en dezelfde dag nog doorgestuurd naar Veurne met het oog op een eventuele evacuatie naar Zuid-Frankrijk.
I/3DTCA
Cdt Libert en de rekruten van de klas ’40 vertrekken ‘s morgens vanuit het station van Brugge naar Frankrijk. Wanneer zij de Belgisch-Franse grens passeren worden enkele treinwagons met jongeren van de rekruteringsreserve aangehecht aan het treinkonvooi. I/3DTCA vertrekt richting Zuid-Frankrijk met bestemming Limoux in het departement van de Aude.
Groepering Versterking/3DTCA
Het Groot Hoofdkwartier wijzigt zijn eerdere plannen om de versterkingsbatterijen in ons land te houden en geeft Kolonel Duquesnoy opdracht om het “VOC/Aie Detachement Vlaanderen” onmiddellijk klaar te maken voor de evacuatie naar Frankrijk. Het Belgisch opperbevel lijkt er zich onvoldoende van bewust dat dit evacuatiebevel veel te laat komt. Na de doorbraak te Sedan stormen de Duitse troepen razendsnel naar de Atlantische kust richting Abbeville met de bedoeling zoveel mogelijk geallieerde troepen te omsingelen in Noord-Frankrijk en België.
II/3DTCA
II/3DTCA krijgt op 18 mei rond 01u00 het bevel om zich naar het station van Torhout te verplaatsen met het oog op het vertrek naar Frankrijk per trein. Een gedeelte van de manschappen moet de verplaatsing te voet uitvoeren. Na aankomst te Torhout wordt de ganse dag gewacht. Wanneer om 23u00 eindelijk een treinstel aankomt, kunnen alleen de manschappen meegenomen worden. Het materieel moet bij gebrek aan platte goederenwagons achtergelaten worden. Aangezien de eenheid niet over genoeg vrachtwagens beschikt wordt dan maar overgegaan tot de opeising van vrachtwagens om de tocht naar Frankrijk te kunnen aanvatten. Een honderdtal man onder leiding van Luitenant Poncelet en Luitenant Van Volsem blijven achter te Torhout met de kanonnen en ander materieel.
I/RCB/GTA
De Iste Groep maakt zich te Veurne klaar om als onafhankelijk detachement langs de weg richting Frankrijk te vertrekken. Een klein gedeelte van het personeel zal de verplaatsing per fiets moeten uitvoeren, de rest van het personeel zal met de vrachtwagens van de batterijen vervoerd worden.
Detachement Schmitz (II/3DTCA)
De trein met het gros van het personeel van het II/3DTCA vertrekt onder bevel van Kapitein-commandant Schmitz uit het station van Torhout richting Limoux. De reisweg is echter niet vrij en het treinstel komt vast te zitten in Kortrijk tot 21u00.
Detachement Poncelet (II/3DTCA) in Frankrijk
Eens er voldoende vrachtwagens opgeëist zijn bij de burgerbevolking van Torhout kan ook de autocolonne met de luchtafweerkanonnen en het materieel vertrekken. Een veertigtal voertuigen en een honderdtal mannen onder leiding van Lt Poncelet verlaten Torhout richting Armentière waar ze in de namiddag toekomen. De autocolonne wacht in Armentière op de aankomst van de trein met de manschappen.
Detachement Englebert (I/RCB/GTA) in Frankrijk
De Iste Groep wordt de Franse grens overgestuurd en vertrekt naar Saint-Omer.
Detachement Schmitz (II/3DTCA) in Frankrijk
De trein met de manschappen komt toe in de stad Armentières en maakt er rendez-vous met de colonne voertuigen van Lt Poncelet. De beide konvooien zetten vervolgens elk afzonderlijk hun tocht verder.
Detachement Poncelet (II/3DTCA) in Frankrijk
De autocolonne raakt verstrikt in de vluchtelingenstroom en het detachement valt in verschillende groepen uiteen. Luitenant François Van Volsem slaagt erin een vijftal voertuigen bijeen te houden en wordt enkele keren vanuit de lucht aangevallen echter zonder verliezen te lijden. Hij kan Abbeville niet doortrekken en trekt in een boog om de stad heen. Rond middernacht bereikt hij Dieppe.
Detachement Englebert (I/RCB/GTA) in Frankrijk
De Iste Groep, met zijn twaalf C75 DTCA Mod36 luchtafweerkanonnen, trekt van Saint-Omer naar Abbeville. De groep heeft heel wat problemen om over de Somme te geraken en moet een gedeelte van de voertuigen achterlaten. De 3de Batterij van Lt Theyskens wordt om 16u00 te Abbeville door de Duitse Luchtmacht onder vuur genomen, weliswaar zonder verliezen maar een kleine groep manschappen verliest contact met de batterij en wordt achtergelaten. Deze batterij slaagt er uiteindelijk in de Somme over te steken nabij St-Valérie-sur-Somme omstreeks 18u30. Met bijzonder veel moeite kunnen de meeste detachementen op 20 mei nog net aan de Duitse omsingeling ontsnappen.

Duitse opmars tussen 16 en 20 mei. In de nacht van 20 op 21 mei wordt de Franse kust bereikt.
Groepering Versterking/3DTCA
In de nacht van 20 op 21 mei bereiken de Duitsers Noyelle-sur-Mer aan de monding van de Somme. Hierdoor raken heel wat eenheden van het VOC/Aie ingesloten door de Duitsers. Door de te late beslissing om de versterkingsbatterijen naar het zuiden van Frankrijk te sturen wordt hun terugtochtweg uiteindelijk afgesneden.
Detachement Schmitz (II/3DTCA) in Frankrijk
De trein met de manschappen van de Versterkingsbatterijen reist verder Frankrijk in via Béthune, Bruay-en-Artois en Saint-Pol. Even buiten Saint-Pol raakt het treinstel geblokkeerd. De artilleristen willen kost wat kost Boulogne en Abbeville bereiken.
Detachement Englebert (I/RCB/GTA) in Frankrijk
Diegenen die er in slaagden de Somme over te steken hergroeperen in Rouen op 21 mei. Van hieruit wordt de groep verder doorgestuurd naar Evreux en Conches (Eure) waar ze een dag halt houden om uit te rusten. Op 23 mei is de colonne klaar om verder te trekken.
Groepering Versterking/3DTCA
In ons land laat de staf van het VOC/Aie aan al zijn achtergebleven eenheden weten dat de evacuatie naar Frankrijk niet langer uitvoerbaar is. Alle eenheden van het VOC/Aie die op dat ogenblik nog in Noord-Frankrijk of België aanwezig zijn, zullen ten dienste van de strijd in Vlaanderen ingezet worden.

Limoux in het departement Aude, eindbestemming van I/3DTCA.
I/3DTCA in Frankrijk
Wanneer op 22 mei de trein Toulouse (Haute-Garonne) passeert worden de wagons met de jongeren van de rekruteringsreserve afgekoppeld. I/3DTCA zet zijn reis naar Limoux door.
Detachement Schmitz (II/3DTCA) in Frankrijk
Intussen is de trein definitief vast te komen zitten op weg naar Saint-Omer. Het spoor naar Boulogne zit helemaal vast. Na een ganse dag vruchteloos zoeken naar een oplossing voor het transportprobleem, kan Kapitein-commandant Schmitz rond 22u00 niet anders dan besluiten om iedereen naar ons land te laten terugmarcheren.
Detachement Poncelet (II/3DTCA) in Frankrijk
Luitenant Van Volsem bereikte op 21 mei Rouen en wordt van daar uit doorgestuurd naar Evreux (Eure). Hier krijgt hij op 24 mei het bevel het VOC/Aie in Limoux te vervoegen waar hij op 28 mei toekomt. Over de andere groepen van het detachement Ponchelet zijn geen details gekend.
Detachement Schmitz (II/3DTCA) in Frankrijk
Via het Kanaal van Saint-Omer naar Duinkerke bereiken de manschappen van Cdt Schmitz het dorpje Watten. Omdat het gevaar voor een luchtaanval veel te groot is, worden de manschappen in kleine groepjes verder gestuurd richting Wormhout met als opdracht om in het grensdorp Killem te verzamelen.
Detachement Englebert (I/RCB/GTA) in Frankrijk
Van 23 tot 25 mei slaagt Cdt Englebert erin het grootste deel van zijn Groep, ongeveer 550 manschappen inclusief een voltallig officierenkorps, te verzamelen in Beaulieu (Orne). Hij krijgt het bevel door te trekken naar Montpellier. De colonne vrachtwagens legt het traject af langs de weg, de manschappen per fiets worden op de trein gezet naar Limoux (Aude) waar ze aangehecht worden bij het VOC/Aie Detachement Frankrijk.
Detachement Schmitz (II/3DTCA) terug in België
Het detachement met de manschappen van de IIde Groep is weer min of meer compleet te Killem en vertrekt na een rustpauze rondom 15u00 naar Fortem nabij Alveringem.
Detachement Schmitz
De manschappen van de IIde Groep verlaten Alveringem en marcheert Sint-Jacobs-Kapelle nabij Diksmuide binnen. De groep kan zonder bewapening en materieel niet veel meer uitrichten en zal in de buurt van Diksmuide verblijven tot bij de capitulatie op 28 mei.
Detachement Englebert (I/RCB/GTA) in Frankrijk
De colonne voertuigen van de Groep, die op 23 mei vertrokken is uit Beaulieu aan de Orne, komt aan bij het 3DTCA te Verzeille nabij Limoux. De Groep Englebert is er eindelijk in geslaagd het 3DTCA te vervoegen.
Groepering Instructie/3DTCA in Frankrijk
Het Belgische leger capituleert in Vlaanderen. De Belgische regering in ballingschap in Frankrijk beslist dat de Belgische eenheden, die zich niet in de zone van ons veldleger in Vlaanderen bevonden op 28 mei, buiten het capitulatieakkoord blijven. Ze zullen onder bevel van de Minister van Landsverdediging, Luitenant-generaal Denis, de strijd voortzetten aan de zijde van de geallieerden. Na aankomst van de detachementen Englebert en Poncelet in Frankrijk kan de Groepering Instructie/3DTCA over behoorlijk wat materieel beschikken om zijn instructie voort te zetten.
Detachement Poncelet in Frankrijk
De autocolonne met het materieel van de IIde Groep komt aan in Limoux. De colonne is onderweg weliswaar uit elkaar gevallen en maar de artilleristen zijn er toch in geslaagd hun einddoel te bereiken.
Detachement Schmitz
Na de capitulatie worden de manschappen van de IIde Groep ontwapend en wachten hun gevangenname af.
Groepering Instructie/3DTCA in Frankrijk
Het HK/TRI, onder bevel van Luitenant-generaal Wibier, is ingegaan op een Frans verzoek om 10.000 militairen te leveren voor het uitvoeren van veldwerken ten voordele van de Franse divisies opgesteld in tweede echelon langs de Seine, in Parijs en langs de Marne. In eerste instantie worden de Bataljons Versterking aangeduid voor deze opdracht teneinde de opleiding van de jonge rekruten niet te onderbreken. Aangezien de Groepering Instructie/3DTCA niet over Batterijen Versterking beschikt moet het 3DTCA initieel geen werkbataljon leveren.
Groepering Instructie/3DTCA in Frankrijk
Op 6 juni vragen de Fransen om nog eens 20.000 militairen te leveren voor het uitvoeren van veldwerken, 16.000 hiervan moeten aangeduid worden door het HK/TRI. Het HK/TRI ziet zich nu genoodzaakt om ook de Bataljons Instructie met deze opdracht te gelasten. Het VOC/Aie krijgt bijgevolg opdracht om meerdere werkbataljons op te richten die naar de Franse frontlinie gestuurd zullen worden. De Groepering Instructie/6LA wordt verzocht om de leiding te nemen bij de oprichting van een werkbataljon van ongeveer 850 man. Dit werkbataljon, I/6LA, zou moeten bestaan uit vier compagnies van elk ongeveer 200 man en zal vanuit Pomas naar het Frans-Duitse front in het noorden gestuurd worden.
Het 6LA levert de staf en één werkcompagnie, tezamen 350 man, de Vestingsartillerie levert twee compagnies van elk 200 man en het 3DTCA moet één compagnie van 250 man in versterking sturen. Het werkbataljon zal uiteindelijk ongeveer 1.000 manschappen tellen en staat onder bevel van Majoor Hardenne. Het 3DTCA duidt de 3de Batterij van I/RCB/GTA aan voor deze opdracht. Deze batterij wordt aangedikt tot 250 militairen en vertrekt onder leiding van Luitenant Theyskens naar het kantonnement van 6LA in Pomas.

Een C75 DTCA M36 FRC kanon van I/RCB/GTA te Mably op 08 juni 1940.
I/RCB/GTA bij 3DTCA in Frankrijk
Vermoedelijk werd minstens één batterij C75 DTCA Mod36 van I/RCB/GTA onmiddellijk na zijn aankomst in Verzeille doorgestuurd naar Mably nabij Roanne; een stadje ten noordwesten van Lyon (TBC). Hier bevindt zich in een uitgestrekt gebied het “Arsenal de Roanne”, een groot arsenaal van het Franse leger.
Het personeel van de Koninklijke Kanongieterij / Fonderie Royale des Canons (FRC) werd naar dit arsenaal gestuurd en heeft hier gewerkt van eind mei tot de Franse capitulatie van 22 juni. Op 8 juni werd een foto genomen van één van de stukken opgesteld nabij Mably. Deze batterij zou onder het bevel gestaan hebben van Luitenant Grey, een officier van de Technische Dienst der Grondverdediging tegen Luchtvaartuigen, die eveneens naar Roanne was uitgeweken.
Groepering Instructie/3DTCA in Frankrijk
Het werkbataljon van 6LA met de compagnie van Lt Theyskens, uiteindelijk een 1.000-tal man sterk, vertrekt op 09 juni vanuit Pomas naar Sevran-Livry (Seine-et-Oise) ten noordoosten van Parijs. Eens aangekomen in het station van Sevran-Livry stijgt het bataljon niet uit. Bij gebrek aan duidelijke orders wordt beslist om terug te sporen naar Limoux. Het werkbataljon van 6LA keert nagenoeg intact terug naar het zuiden van Frankrijk. Hierdoor werd de artilleristen van 3DTCA, in tegenstelling tot de manschappen van andere werkbataljons, heel wat leed bespaart.
Groepering Instructie/3DTCA in Frankrijk
Bij een telling van het materieel wordt de volgende inventaris opgesteld:
- Het gedeelte van het Detachement Englebert dat niet werd ingezet nabij Mably en Roanne beschikt over twee onvolledige en onbruikbare C75 DTCA M36 FRC vuurmonden
- Er is ook nog één C75 DTCA M36 FRC vuurmond afkomstig van het Centrum voor Technische Studies van de Artillerie uit Brasschaat
- Het regiment beschikt over het volgende vuurleidingsmaterieel:
- Eén vuurleidingtoestel van het merk Riberolles
- Eén afstandsmeter van het merk S.O.M.
- Twee luisterapparaten V20
- Eén luisterapparaat D26R
3/I/RCB/GTA bij 3DTCA in Frankrijk
Luitenant Theyskens en zijn manschappen keren terug van hun opdracht als militaire werkkrachten bij het bataljon Hardenne.
I/RCB/GTA bij 3DTCA in Frankrijk
De Iste Groep van de Territoriale Wacht voor Luchtafweer moet zijn wagenpark overbrengen naar Leuc. De 2de Batterij van deze groep zal te Cavanac ingekwartierd worden.
I/RCB/GTA bij 3DTCA in Frankrijk
Bij de capitulatie van het Franse leger wordt ook de Belgische aanwezigheid in het militaire arsenaal te Roanne een nutteloze zaak. Voor de aankomst van de bezetter, vertrekt de luchtdoelbatterij van Luitenant Grey naar het VOC/Aie in Frankrijk. Het is niet bekend of ook het geschut afgevoerd wordt. Op 28 juni zal dit detachement van ongeveer 70 militairen het VOC/Aie vervoegen te Malviès nabij Pomas.

Militairen van het 3DTCA te Malviès.
Groepering Instructie/3DTCA in Frankrijk
Door het groot aantal verliezen bij de werkbataljons drong de reorganisatie van de VOC’s zich op. Het HK/TRI vaardigt op 22 juni het bevel uit om nieuwe regimenten samen te stellen met de rekruten van de Instructieregimenten, de wederopgeroepenen van de Versterkingseenheden aangevuld met elementen van het veldleger die aan de Duitse omsingeling wisten te ontsnappen. Het VOC/Aie beslist om de Groepering Instructie/3DTCA te laten overgaan in een nieuw opgerichte Regiment DTCA onder leiding van Cdt Englebert van I/RCB/GTA. Dit nieuwe regiment omvat twee groepen, een instructiegroep en een versterkingsgroep.
Met de ondertekening van de Franse capitulatie in Compiègne op 22 juni wordt het duidelijk dat de rol van de VOC’s in Frankrijk is uitgespeeld. Het VOC/Aie bevindt zich in het niet bezet stuk van Frankrijk en valt onder de Vichy regering. Er zijn niet direct plannen om Frankrijk te verlaten en uit te wijken naar een uitvalsbasis van waaruit de strijd kan worden verdergezet. De Vichy regering zal dit zeker niet aanmoedigen en eerder beslag leggen op het aanwezige militair materieel zoals dit met de Duitsers was overeengekomen.
Regiment DTCA in Frankrijk
Het regiment wordt operationeel gemaakt door Kapitein-commandant Englebert. De nieuwe slagorde van het regiment is als volgt:
- Regimentsstaf
- Batterij Depot en Algemene Diensten
- Groep Instructie met 5 Batterijen rekruten (Kapitein-commandant Libert)
- Groep Versterking met 3 Batterijen reservisten (Kapitein-commandant Plisnier)
De kantonnementen liggen verspreid over Leuc, Verzeille en Couffoulens. De regimentsstaf verblijft in de Villa des Roses aan de Route de Verzeille, tussen het gelijknamige dorp en Leuc.

Militairen van het 3DTCA te Malviès.
Regiment DTCA in Frankrijk
De kantonnementen van twee van de batterijen worden verplaatst naar respectievelijk Caja Villedieu en Limoux.
Regiment DTCA in Frankrijk
De Minister van Landsverdediging, Luitenant-generaal Denis, gaf op 3 juli het HK/TRI de toelating om te starten met de repatriëring van dienstplichtigen jonger dan 32 jaar. De maatregel gaat van kracht op 15 juli. Meerder gemeentebesturen in België nemen het initiatief om hun jongeren op te halen in Zuid-Frankrijk.
Regiment DTCA in Frankrijk
Eind augustus, bij de ontbinding van de Belgische strijdkrachten in Frankrijk, start het VOC/Aie de repatriëring van zijn eenheden naar België. Het Regiment DTCA vertrekt op 6 september als één van de laatste eenheden per trein naar ons land en haalt de uiterste, door de Duitsers opgelegde repatriëringsdatum van 23 augustus niet. De militairen weten dan reeds dat de kans groot is dat ze niet naar ons land zullen terugkeren en krijgsgevangen gemaakt zullen worden bij het overschrijden van de demarcatielijn. Dit gebeurt ook daadwerkelijk op 7 september en de militairen worden onherroepelijk gevangen genomen en belanden zonder uitzondering in krijgsgevangenkampen in Duitsland.
Eenheid | Naam | Voornaam | Foto | Graad | Stand | Klas | ° op | ° te | + op | + te | Nota |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Onbekend | BAJOMEE | André, F.G. | Sdt | Mil | 26 | 26.07.1906 | Trélon (F) | 11.07.1940 | Brussel | Overleden aan verwondingen | |
Onbekend | BRASSEUR | Théophile, J. | Sdt | Mil | 26 | 02.04.1906 | Hoegaarden | 18.06.1940 | Coëtquidan (F) | ||
Onbekend | BRONNE | Julien, J. | Sdt | Mil | 40 | 07.03.1920 | Villers-l' Evêque | 25.07.1940 | Limoux (F) | ||
Onbekend | REMY | Victor, Gh. | Sdt | Mil | 23 | 05.02.1903 | Namur | 27.07.1940 | Limoux (F) | ||
Onbekend | VANHECKE | André, Roger | Sdt | Mil | 40 | 04.06.1920 | Ardooie | 20.08.1940 | Carcassonne (F) | Begraven op militair ereveld van kerkhof Saint-Michel in Carcassonne |
- Ten noorden van de Belgisch-Nederlandse grens was er geen aansluiting met het Nederlands verdedigingsdispositief. De Nederlanders hadden zich opgesteld ten noorden van de Rijn waardoor er een gapende opening ontstond tussen de Belgische en Nederlandse verdedigingslinies. Dit werd reeds in november opgemerkt door de Franse Generaal Gamelin die een plan liet uitwerken om het 7(FRA)Leger in te zetten tussen de stellingen van de Belgen en de Nederlanders. In zijn order N° 5 van 20 maart 1940 bevestigt Generaal Giraud, commandant van het 7(FRA)Leger, dat zijn eenheid in staat moet zijn om “tout en conservant ses anciennes missions, qui passent à l’arrière plan, a reçu une mission nouvelle d’une importance capitale qui consiste à assurer la liaison entre les armées belge et hollandaise dans la région Nord-Est d’Anvers“. Generaal Giraud beschikt hiervoor over twee legerkorpsen en een “Division Légère Mécanique“, alles tesamen het equivalent van 8 divisies. “L’Armée Giraud en Hollande (1939-1940)”, door Lerecouvreux, Nouveaux Editions Latines, Paris, 1956. [Partieel On Line beschikbaar][Laatst geraadpleegd 22 juli 2019]. Zowel de manschappen als de voertuigen van de Franse eenheden werden per spoor gebracht tot Oost-Vlaanderen. Van hieruit zetten ze hun opmars naar Breda langs de weg verder. De lege treinen van de Société Nationale des Chemins de fer Français (SNCF) bleven achter in de stations van Oost-Vlaanderen en moesten hoe dan ook terugkeren naar Frankrijk. Van die treinen maakten de eenheden van de Versterkings- en Opleidingstroepen gebruik om zich naar Zuid-Frankrijk te verplaatsen.
- L’armée belge de France en 1940, door Jean Jamart Col BEM Hre, uitgeverij Schmitz, Bastogne, 1994 p.
- Foto van een kanon C75 DTCA Mod 36 van I/RCB/GTA opgesteld in Mably genomen op 8 juni 1940 met een handgeschreven opschrift op achterkant ” 8 juin à Mably près de Roanne, sur la position. Reçu à Malviès le 9 juillet“. Op de foto van Mably staan ook drie artilleristen in de typische overall van de GTA.
- L’armée belge de France en 1940, door Jean Jamart Col BEM Hre, uitgeverij Schmitz, Bastogne, 1994 p.972. Een nota van de ‘Service du Matériel’ van het HK TRI aan het kabinet van MLV van 24 juli 1940 vermeld dat er 36 kanonnen 75mm DTCA in inventaris genomen zijn. Deze 36 kanonnen zouden zich bij het 3DTCA bevinden. Het zou moeten gaan om de kanonnen van I/RCB/GTA en van het FRC. (TBC het zou gaan om kanonnen Mod 36 hetgeen mogelijkerwijs tot een foute interpretatie van de nota kan leiden)
- Van Hecke André van 3DTCA werd begraven op het militair ereveld van het kerkhof Saint-Michel in Carassonne [On Line beschikbaar]: https://www.wardeadregister.be/nl/dead-person?idPersonne=60188 [Laatst geraadpleegd 9 november 2019]. Hij staat echter niet vermeld op de officiële lijst van gesneuvelden van 3DTCA. De reden waarom André Van Hecke begraven is in Carcassonne kan zijn omdat er in Carcassonne een Frans militair hospitaal was waar ook een Belgisch militair hospitaal (Hôpital Militaire Complémentaire – HMC de l’Hospice) aan toegevoegd was. In dit hospitaal werkten Belgische militaire artsen en verplegend personeel.
- Uitgebreid verslag van Lt Roger Van Hecke in dossier GTA van het CHD. Lt Van Hecke was batterijcommandant van 1/I/RCB.
- Uitgebreid verslag van Lt Theyskens in dossier GTA van het CHD. Lt Theyskens was batterijcommandant van 3/I/RCB.
- Dossier 3DTCA, Sectie Classified Archives, Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid, Ministerie van Defensie