Bataljon Grenswielrijders

Reglementaire benaming Bataljon Grenswielrijders | Bataillon de Cyclistes-Frontière | Bn CyF
Type Versterkings- en Opleidingsbataljon
Ontdubbeld van 1ste Regiment Grenswielrijders
2de Regiment Grenswielrijders
Onderdeel van Versterkings- en Opleidingscentrum Ardeense Jagers
Bevelhebber Kapitein-commandant Paul Dumont
Standplaats Charleroi
Samenstelling 1ste Compagnie Versterking (Luitenant Theo Gustin)
2de Gemengde Compagnie (Luitenant L. Georges)

 Tijdens de mobilisatie

Staf/Bn CyF
Tijdens de mobilisatie wordt in april 1940 een Bataljon Grenswielrijders (Bn CyF) opgericht. Het Bn CyF dat instaat voor de opvang en opleiding van de versterkingen bestemd voor de verschillende eenheden grenswielrijders (1CyF en 2CyF) is gestationeerd te Charleroi waar zich ook het Versterkings- en Opleidingscentrum Ardeense jagers (VOC/ChA) bevindt. Het bataljon bestaat uit twee compagnies, de 1ste Compagnie Versterking en de 2de Gemengde Compagnie. Het bataljon wordt bevolen door Kapitein-commandant Paul Dumont, voormalig bevelhebber van de Compagnie Instructie van het 1ste Regiment Grenswielrijders (1CyF) en veteraan van WOI.

1Cie/Bn CyF
De 1ste Compagnie Versterking (1Cie/Bn CyF) bestaat op dat ogenblik enkel uit kaderleden tot wanneer bij de afkondiging van de algemene mobilisatie( fase E van het mobilisatieplan) de nog niet gemobiliseerde reservisten zullen worden opgeroepen. Het gaat hier om militairen die omwille van een vrijstelling in de loop van de tweede helft van 1939 terug naar huis gestuurd werden, of nog niet onder de wapens geroepen oudere reservisten.

2Cie/Bn CyF
In normale omstandigheden stonden de verschillende regimenten grenswielrijders zelf in voor de opleiding van hun nieuwe miliciens. Omdat dit moeilijk lag voor de reeds gemobiliseerde regimenten grenswielrijders worden de laatst opgeroepen dienstplichtigen bestemd voor het 1CyF en 2CyF samengebracht in het Bn CyF. De miliciens van de klas ’40 worden, naarmate ze worden opgeroepen, overgeheveld naar de 2de Gemengde Compagnie (2Cie/Bn CyF).

Een groepje onderofficieren van het Bn CyF gefotografeerd te Charleroi op 3 mei 1940.

Staf/Bn CyF
De 10de mei omstreeks 01u00 krijgt het Bn CyF van de Staf van het VOC/ChA het bevel om vanaf dageraad de vredesvoet kazerne te ontruimen en zich naar zijn alarmkantonnement te begeven uit voorzorg tegen Duitse luchtaanvallen op de reguliere kwartieren. Dit vooraf verkende alarmkantonnement bevindt zich aan de rand van de agglomeraties van Charleroi. Tijdens het verblijf in het alarmkantonnement wordt het Bn CyF aangehecht aan het VOC/ChA. Naar aanleiding van de Duitse inval geeft het VOC/ChA omstreeks 06u00 het bevel de oorlogskantonnementen in Oost-Vlaanderen in te nemen zoals voorzien in het mobilisatieplan. Onmiddellijk wordt begonnen met voorbereiding van de evacuatie naar de oorlogskantonnementen. Voor het Bn CyF is de voorziene bestemming De Klinge in Sint-Gillis-Waas. Op 10 mei worden vanaf 06u00 ook de nog niet gemobiliseerde reservisten opgeroepen. Wanneer zij de eenheid vervoegen wordt binnen het Bn CyF de 1ste Compagnie Versterking geactiveerd.

Staf/Bn CyF
Het VOC/ChA komt aan te Sint-Gillis-Waas, gevolgd door zijn eenheden. Naast het 7ChA arriveren eveneens het 2de Bataljon Motorwielrijders en het Bataljon Grenswielrijders. Het VOC/ChA beschikt ook nog over een Schoolcompagnie die de onderofficieren in opleiding moet opvangen nu de scholen van het leger gesloten zijn. De verschillende eenheden worden in hun kantonnementen geïnstalleerd. Met de beschikbare zware machinegeweren wordt gepoogd om de luchtafweer van de kantonnementen te verzekeren. De komende dagen zullen tientallen groepjes reservisten toekomen bij het Bn CyF. De meesten hebben een lange en moeilijke reisweg afgelegd en raakten nu het openbaar vervoer grondig verstoord is slechts met moeite in Sint-Gillis-Waas. Op de slagorde van het Bn CyF zijn zo’n 650 militairen voorzien. Uiteindelijk dagen zo’n kleine 300 manschappen op.

Staf/Bn CyF
Het GHK beslist om alle eenheden van de VOC’s naar Frankrijk door te sturen om ginds hun opleiding te voltooien. Het bevel om zich klaar te maken voor de aftocht naar Frankrijk wordt aan de VOC’s overgemaakt.

Staf/Bn CyF
De eenheden van het VOC/ChA maken zich klaar voor de inscheping naar Frankrijk. De tocht zal met de trein gebeuren: om het Bn CyF en zijn zustereenheden te evacueren zijn zes treinstellen voorzien. De nodige wagons en locomotieven worden verzameld in het station van Sint-Gillis-Waas langsheen de nu verdwenen spoorlijn 54 van Mechelen naar Sint-Niklaas. Er blijkt onvoldoende plaats voor alle manschappen van het VOC en er wordt besloten het Bn CyF de nacht onder de blote hemel te laten doorbrengen rondom het station van Sint-Gillis-Waas.

Bn CyF (-), detachement Cdt Dumont
Die dag vertrekken vijf van de zes treinen richting Frankrijk. Zo’n 125 man van de Staf/Bn CyF en de 1Cie/Bn CyF, onder bevel van de bataljonscommandant Cdt Dumont, nemen plaats in één van de vijf treinen bestemd voor het VOC/ChA die op 15 mei richting Zuid-Frankrijk vertrekken. De 2Cie/Bn CyF kan wegens plaatsgebrek niet mee met deze treinen en moet de tocht naar het zuiden van Frankrijk per fiets maken.

2Cie/Bn CyF
De Gemengde Compagnie wordt rondom 14u00 per fiets naar Moeskroen gestuurd. De 140 fietsers vertrekken, gevolgd door een vrachtwagen voor de bevoorrading en een camionette met wisselstukken voor de fietsen. De groep wordt begeleid door drie officieren, de Luitenanten Georges en Hagelstein en Onderluitenant Franz Jeanmart en bestaat uit een honderdtal beroepsvrijwilligers en een veertigtal miliciens van de klas ’40. OLt Jeanmart rijdt helemaal achterop om de achterblijvers ten gevolge van lekke banden en ongevalletjes op te vangen en mee te nemen. De wielrijders komen rond 21u00 aan te Gontrode.

Detachement Cdt Dumont in Frankrijk
De vijf treinen van het VOC/ChA trekken door het noorden van Frankrijk. Te Amiens en Rouen schouwt Generaal-majoor Res Lambert, commandant van het VOC/ChA, nog twee keer zijn troepen.

2Cie/Bn CyF
Te Gontrode klimmen de mannen van de Gemengde Compagnie om 08u00 opnieuw in het zadel en bereiken net voor 18u00 de stad Moeskroen. Generaal Lambert is nog steeds ter plekke en beveelt de compagnie om verder te fietsen naar Amiens. Er wordt aanvankelijk besloten om de twee pelotons beroepsvrijwilligers onder leiding van OLt Jeanmart terug te sturen naar Brugge om er het veldleger te vervoegen. Even later verandert Generaal Lambert van idee en geeft de ganse compagnie de opdracht om nog 48 uur in Moeskroen te blijven. De generaal reist vervolgens af naar Frankrijk om zijn VOC te vervoegen. De mannen van Luitenant Georges zoeken dan maar een geschikte slaapplaats op.

2Cie/Bn CyF
De Gemende Compagnie van Lt Georges bevindt zich nog steeds te Moeskroen. De manschappen worden ingezet voor anti-parachutistenpatrouilles en bewakingsopdrachten.

Detachement Cdt Dumont in Frankrijk
De eerste vijf treinen van het VOC/ChA met aan boord de 125 grenswielrijders onder bevel van Cdt Dumont passeren intussen Orléans waar Generaal Lambert contact opneemt met het commando van de VOC’s. Die sturen de Ardeense Jagers verder naar de Pyreneeën.

2Cie/Bn CyF in Frankrijk
Luitenant Georges krijgt te horen dat zijn ganse compagnie dan toch samen naar Frankrijk moet vertrekken. Het vertrek wordt gepland voor de volgende dag.

2Cie/Bn CyF in Frankrijk
De Gemende Compagnie fietst naar Arras en komt rond 19u00 ongeschonden en voltallig aan te Rivière op zo’n 10 Km ten zuidwesten van de stad. De mannen overnachten hier.

Lied van de Grenswielrijders

De Grenswielrijders hadden tevens een eigen lied.

Detachement Cdt Dumont in Frankrijk
Die zelfde dag wordt het gros van het VOC/ChA na een kort oponthoud in Argelès-sur-Mer nabij Perpignan doorgestuurd naar Pont-Saint-Esprit in de Gard. De vijf treinen zetten zich opnieuw in beweging.

2Cie/Bn CyF in Frankrijk
Om 08u30 gaat de Gemengde Compagnie alweer de baan om en verlaat Arras richting Amiens. Luitenant Georges heeft geen enkel idee van de Duitse posities in de streek. Tijdens de vroege namiddag nadert de colonne het dorpje Puchevillers langsheen de D11. Een inwoner doet de Belgen halt houden en vertelt hoe de Duitsers zonet twee Franse soldaten neerschoten nabij de kerk. Georges laat zijn manschappen onmiddellijk de zijweg naar Beauquesnes inslaan. De drie pelotons stijgen af en nemen positie in rondom de weg Beaquesnes-Puchevillers. De compagnie beschikt per peloton slechts over één enkel Browning licht machinegeweer met een 50-tal patronen. De manschappen zelf hebben elk niet meer dan 20 patronen voor hun karabijn op zak. Even later duiken enkele Duitse lichte tanks op en worden de manschappen onder vuur genomen. In enkele minuten vallen er 14 doden en meerdere gewonden bij de Belgen. Bij de gesneuvelden bevinden zich Sergeant Dufour, Korporaal Lechevin en de Soldaten Delmany, Delree, Depaifve, Depoorter, Feront, Franco, Fumal, Genon, Hansenne, Mathieu en Raskin. De drie gevechtsgroepen van het peloton Jeanmart worden gevangen genomen. OLt Jeanmart kan echter ontkomen met enkele manschappen door het ontwapenen van hun Duitse bewaker en vervoegt de rest van de compagnie die nu herleid is tot zo’n 90 militairen. De Duitse tanks verlaten het dorp en zetten hun opmars voort. Omdat tijdens het gevecht een aantal fietsen verloren zijn gegaan, besluit Luitenant Georges de compagnie in twee te splitsen: een 75-tal militairen fietsen verder en de rest zal te voet de Somme trachten over te steken. OLt Jeanmart zal de groep te voet leiden [1].

2Cie/Bn CyF in Frankrijk
De groep vluchtende militairen van OLt Jeanmart verneemt van enkele Franse burgers dat de Duitsers Abbeville hebben ingenomen en besluit zich over te geven aan de vijand. De groep telt enkele gewonden en Jeanmart ziet geen enkele mogelijkheid om ongeschonden door de Duitse linies te komen. De Wielrijdersgroep trekt die dag langs naar de Somme om er op zoek te gaan naar een geschikte oversteekplaats.

2Cie/Bn CyF in Frankrijk
De Wielrijdersgroep van Luitenant Georges bereikt aan het eind van de dag Saint-Leger-les-Domart op zo’n 8 Km van de Somme. De mannen houden zich schuil tot de volgende dag.

Detachement Cdt Dumont in Frankrijk
Het VOC/ChA komt aan te Pont-Saint-Esprit. Het detachement van het Bn CyF dat met de trein meereisde, zoekt kantonnementen op te Saint-Paulet-de-Caisson.

2Cie/Bn CyF in Frankrijk
Met de groep Georges gaat het niet goed. De 75 militairen hebben al drie dagen niets meer te eten en beseffen dat ze veel te talrijk zijn om samen een oversteekpoging over de Somme te wagen. Luitenant Georges breekt zijn compagnie op en stuurt de mannen verder in groepjes van een half dozijn militairen om alzo de kans op slagen van hun vluchtpoging te vergroten.

2Cie/Bn CyF in Frankrijk
De kleine groepjes militairen van de compagnie van Luitenant Georges trachten de Somme over te steken. De Duitsers bewaken echter de bruggen en overgangspunten en vele Belgen vallen dan ook onmiddellijk in handen van de vijand.

2Cie/Bn CyF in Frankrijk
De mannen van de groep Georges blijven langs de Somme dwalen in de hoop de rivier ongezien te kunnen oversteken.

Detachement Cdt Dumont in Frankrijk
De manschappen die toch naar Zuid-Frankrijk zijn kunnen ontkomen, worden overgeheveld naar het 7de Regiment Ardeense Jagers (7ChA). Het bataljon wordt ontbonden op 27 mei.

2Cie/Bn CyF in Frankrijk
Luitenant Georges zelf wordt met drie kompanen ingerekend aan de oever van de Somme te Ablaincourt. Ook het detachement van Sergeant Bradfer wordt gevangen genomen. Er blijven nu slechts enkele groepjes wielrijders over, waaronder ook het detachement van Luitenant Hagelstein. De groep rond Lt Hagestein weet zich te verstoppen in Saint-Ouen, halfweg Abbeville en Amiens, in de hoop dat er een Franse tegenaanval komt waarna ze vooralsnog naar het zuiden kunnen doortrekken.

2Cie/Bn CyF in Frankrijk
Het veldleger in Vlaanderen capituleert.

2Cie/Bn CyF in Frankrijk
Het groepje rond Lt Hagelstein verneemt in Saint-Ouen het nieuws van de capitulatie in ons land en besluit drie dagen later om naar huis terug te keren. Op 3 juni verlaten ze Saint-Ouen en slagen erin ongemerkt het door de Duister bezet gedeelte van Noord-Frankrijk te doortrekken.

Na de capitulatie

Op 6 juni komt Lt Hagelstein aan te Charleroi en slaagt er in een demobilisatiebewijs te verkrijgen van de Duitsers. Hagelstein is een vrij man. In augustus worden de manschappen van het Bn CyF die zich nog in Zuid-Frankrijk bevinden naar België gerepatrieerd. De 51-jarige Cdt Dumont blijft achter in Frankrijk (om gezondheidsredenen – TBC). Hij wordt gehospitaliseerd in het militair hospitaal van Toulouse waar hij op 25 oktober 1940 overleed [2]. Hij werd op 30 oktober initieel begraven op het vlakbij gelegen Cimitière de Lardenne.

Slachtoffers

EenheidNaamVoornaamFotoGraadStandKlas° op° te+ op+ teNota
Bon CyFDELMANYEmile, C.J.SdtMil4026.06.1920Indre (F)20.05.1940Beauquesne (F)II/1CyF
Bon CyFDELREEJoseph T.G.SdtMil4015.12.1920Ivoz-Ramet20.05.1940Beauquesne (F)
Bon CyFDEPAIFVEPierre, L.J.SdtMil4025.11.1920Liège20.05.1940Beauquesne (F)1CyF
Bon CyFDEPOORTERRoger, J.B.SdtMil4024.07.1920Herseaux20.05.1940Beauquesne (F)II/1CyF
Bon CyFDUFOURPierre R.A.SgtBV3725.01.1920Villefranche (F)20.05.1940Beauquesne (F)
Bon CyFDUMONTPaul, G.C.Cdt14.04.1888Liège25.10.1940Toulouse (F)
Bon CyFFERONTMaurice, L.J.SdtMil4015.03.1920Lincent20.05.1940Beauquesne (F)1CyF
Bon CyFFRANCOJoseph, L.SdtMil4009.11.1920Seraing20.05.1940Beauquesne (F)1CyF
Bon CyFFUMALDésiré, J.L.SdtBV4015.01.1922Grivegnée20.05.1940Beauquesne (F)1CyF
Bon CyFGENONAndré, J.J.SdtMil4002.06.1921Sprimont20.05.1940Beauquesne (F)II/1CyF
Bon CyFHANSENNEAlbert, J.SdtMil4019.03.1921Lierneux20.05.1940Beauquesne (F)1CyF
Bon CyFLECHEVINMauriceKplBV3716.02.1919Tournai20.05.1940Beauquesne (F)
Bon CyFMATHIEUFernand, L.J.SdtWDieN06.02.1921Sart-Sainte-Walburge20.05.1940Beauquesne (F)II/1CyF
Bon CyFRASKINVictor, M.J.SdtMil4002.06.1920Chênée20.05.1940Beauquesne (F)1CyF

Bibliografie en Bronnen

  1. De Gemengde Compagnie Grenswielrijders krijgt op 10 augustus 1946 voor zijn houding tijdens de gevechten rond Beauquesnes volgende vermelding op het Algemeen Dagorder van het Leger (OJA):
    Composée de recrues à peine instruites, mais animée d’un morale élevé, cette unité voulant continuer la lutte, n’a pas hésité, bienque dépourvue d’armes anti-chars, à engager un combat avec les blindés allemands le 20 mai 1940 à Beauquesnes au cours de son replie en territoire français, perdant dans cette action dix pour cent de ses effectifs“.
  2. Achtergrondinformatie bij overlijden Cdt Paul Dumont [On Line beschikbaar]: https://www.wardeadregister.be/nl/dead-person?idPersonne=56946  [Laatst geraadpleegd 5 december 2021].