14de Regiment Artillerie

Situatie op 10 mei 1940

Reglementaire benaming 14de Regiment Artillerie | 14ème Régiment d’Artillerie | 14A
Type Regiment veldartillerie van het actieve leger
Ontdubbeld van n.v.t.
Taalstelsel Nederlandstalig
Onderdeel van Iste Legerkorps (Staf, I, IV, V en VI Groep)
IIde Legerkorps (II en III Groep)
Bevelhebber Kolonel SBH Georges Raquez
Adjudant-majoor Kapitein-commandant Pierre Dallemagne
Standplaats Dekkingsstelling Albertkanaal
Commandopost te Alden Biesen
Samenstelling I Groep
(Kapitein-commandant M. Quinet)
1ste Batterij met 4 x Ob155 M17 Schneider houwitzers (Lt Fernand Beniest)
2de Batterij met 4 x Ob155 M17 Schneider houwitzers (Kapt Jacques De Cuyper)
3de Batterij met 4 x Ob155 M17 Schneider houwitzers (Kapt J. Henrard)
getrokken door Citroën Kégresse P14B tractoren
  II Groep
(Kapitein-commandant François Antoine)
4de Batterij met 4 x Ob155 M17 Schneider houwitzers (Lt A. Simonis)
5de Batterij met 4 x Ob155 M17 Schneider houwitzers (Lt J. Wittmann)
6de Batterij met 4 x Ob155 M17 Schneider houwitzers (Cdt Paul Fétu)
getrokken door paarden
  III Groep
(Kapitein-commandant Victor Roze)
7de Batterij met 4 x C105L M13 Schneider kanonnen (Lt L. Van Aalteren)
8ste Batterij met 4 x C105L M13 Schneider kanonnen (Lt G. Coets)
9de Batterij met 4 x C105L M13 Schneider kanonnen (Lt M. Périer)
getrokken door paarden
  IV Groep
(Majoor Nicolas Hurt)
10de Batterij met 4 x C120 M31 FRC kanonnen (Kapt L. Renson)
11de Batterij met 4 x C120 M31 FRC kanonnen (Lt A. Rits)
getrokken door Citroën Kégresse P14A tractoren
  V Groep
(Majoor Paul Preudhomme)
13de Batterij met 4 x C105L M13 Schneider kanonnen (Lt H. Dony)
14de Batterij met 4 x C105L M13 Schneider kanonnen (Lt R. Weenen)
15de Batterij met 4 x C105L M13 Schneider kanonnen (Lt F. Lambeau)
getrokken door paarden
  VI Groep
(Majoor Van Den Berghe)
16de Batterij met 4 x Ob155 M17 Schneider houwitzers (Lt M. De Bondt)
17de Batterij met 4 x Ob155 M17 Schneider houwitzers (Lt R. Delsart)
18de Batterij met 4 x Ob155 M17 Schneider houwitzers (Cdt Pierre Haegelsteen)
getrokken door Citroën Kégresse P14B tractoren
  Stafbatterij
(Luitenant F. De Winter)
 

Tijdens de mobilisatie

14AStaf/14A
Het 14de Regiment Artillerie (14A) was in vredestijd reeds de legerkorpsartillerie van het Iste Legerkorps (I/LK) en wordt als actief artillerieregiment op 26 augustus gemobiliseerd in de Kazerne Rolin te Etterbeek [1] bij afkondiging van Fase A van het mobilisatieplan. Na op oorlogsvoet gebracht te zijn in het Pajottenland wordt het regiment samen met de rest van het I/LK op 10 november 1939 naar zijn gevechtsstellingen aan het meest oostelijke deel van het Albertkanaal gestuurd.

Het commando van het regiment installeert zich te Rijkhoven (Bilzen) in de burcht van Alden Biesen [2]. Door het feit dat 14A legerkorpsartillerie is, worden de groepen van 14A steeds in vuurversterking gegeven van de organieke artillerieregimenten van de divisies, ook wel divisieartillerie genoemd. Hierdoor zullen de groepen van 14A betrokken zijn bij verschillende gevechten tijdens de achttiendaagse veldtocht, maar het regiment is als dusdanig niet zichtbaar.

Ingang Kazerne Rolin te Etterbeek waar 14A gekazerneerd was bij afkondiging van de mobilisatie.

De Iste en de Vde Groep vormen samen de Ondergroepering Oost die zo staat opgesteld dat zij gemakkelijk het 20ste Regiment Artillerie (20A), de divisieartillerie van de 7de Infanteriedivisie (7Div), kan versterken. De IVde en de VIde Groep vormen samen de Ondergroepering West, klaar om het 8ste Regiment Artillerie (8A), de divisieartillerie van de 4de Infanteriedivisie (4Div), te ondersteunen. De Ondergroepering West wordt bevolen door Kolonel Pahaut, de Ondergroepering Oost door LtKol Bossuyt.

De zes groepen staan op 9 mei 1940 als volgt opgesteld:

  • Iste Groep te Vlijtingen, Echelon in de Blaarstraat te Tongeren;
  • IIde Groep te Deurne bij Diest;
  • IIIde Groep te Genendijk (7/III/14A en 9/III/14A) en te Tessenderlo (III/14A);
  • IVde Groep te Hombroek (Romershoven), Echelon te Guigoven;
  • Vde Groep te Herderen (13/V/14A en 15/V/14A) en te Veldwezelt (14/V/14A), Echelon in de Blaarstraat te Tongeren;
  • VIde Groep te Nederstraat (Hoeselt), Echelon te Alt-Hoeselt.
Landcommanderij Alden Biezen

Landcommanderij Alden Biesen waar de commandopost van 14A stond opgesteld op 10 mei 1940

II/14A en III/14A
Wanneer begin maart 1940 de 4Div de stellingen van de 6de Infanteriedivisie (6Div) bij het I/LK overneemt en de 6Div gedurende rest van de maand maart een rustperiode gegund wordt aan de kust, verhuizen II/14A en III/14A mee met de 6Div. De IIde en de IIIde Groep blijven tijdelijk onder bevel van het 6de Regiment Artillerie (6A). Eind maart verhuist de 6Div naar de sector Eindhout-Beringen aan het Albertkanaal en komt er onder bevel van het IIde Legerkorps (II/LK) te staan. II/14A en III/14A leveren nog steeds vuurversterking aan 6A en vormen samen met IV/6A de Ondergroepering Oost in algemene steun van de 6Div.

Staf/14A
Rond middernacht wordt het alarm ontvangen in de commandopost (CP) van 14A en onmiddellijk worden de groepen van het alarm op de hoogte gebracht. Niettegenstaande benadrukt werd dat het ditmaal ging om een werkelijk alarm wordt zonder veel commotie overgegaan tot de normale routine. Er was immers een alarmoefening aangekondigd voor vrijdag 10 mei en de avond voordien waren voor het eerst sinds lang verloven toegestaan. De manschappen gaan naar de stellingen om de artilleriestukken na te zien, de munitie wordt klaargemaakt en de lijnverbindingen worden getest. Alle observatieposten worden bemand, overtollig materieel wordt op de voertuigen geladen klaar om afgevoerd te worden en tegen 01u55 is de laatste batterij aan het Albertkanaal klaar tot vuren. Vanaf 04u30 overvliegen vijandelijke vliegtuigen de streek. De CP van 14A ondergaat geen luchtaanvallen, mede door het feit dat het kasteel van Alden Biesen in het verleden deel uitmaakte van het patrimonium van de Teutoonse ridderorde en als dusdanig door de Duitsers als deel van hun erfgoed werd beschouwd.

Bij dageraad voeren Duitse luchtlandingstroepen een verrassingsaanval uit op de bruggen van Vroenhoven, Veldwezelt en Kanne alsook op het Fort van Eben-Emael. Hierdoor is de infanterie van de 7de Infanteriedivisie vanaf 04u30 over de ganse lijn in volle strijd verwikkeld. De vuursteun van de artillerie wordt aangevraagd vanaf het ogenblik dat de Duitse luchtlandingseenheden hun objectieven aanvallen. In eerste instantie wordt vuursteun geleverd door de divisieartillerie, later wanneer meer inzicht werd verworven over de aard en de omvang van de aanval wordt ook de legerkorpsartillerie ingeschakeld. De eerste vuren door 14A op de veroverde bruggenhoofden worden uitgevoerd om 06u00. Om 07u55 wordt de Ondergroepering Oost onder bevel geplaatst van de 7Div. Dit ter compensatie van het verlies aan vuurkracht van 20A door de vernietiging van de kanonnen van de kazematten Maastricht 1 en 2 en Visé 1 van het Fort van Eben-Emael door de Duitse luchtlandingstroepen. Deze kazematten kregen volgens de vuurplanning van de 7Div hun vuurbevelen van de commandant van 20A.

Wanneer om 10u15 door de infanterieregimenten in lijn aan 20A en 14A gevraagd wordt de Duitse troepen te beschieten die zich nog op Nederlands grondgebied bevinden en zich verplaatsen richting bruggenhoofden aan het Albertkanaal, wordt dit door het I/LK geweigerd. Een order van 14 april 1940 uitgevaardigd door het Groot Hoofdkwartier (GHK) gericht aan de Legerkorpscommandanten verbood namelijk het uitvoeren van beschietingen op Nederlands grondgebied zonder toelating van het GHK. “L’entrée de troupes étrangères en Hollande n’entrainerait pas Ipso Facto pour nos troupes, l’autorisation de pénétrer en territoire hollandais, de la survoler, ou d’y agir par les feux, même si cette invasion menaçait directement nos frontières, et même si notre intervention était demandée par les hollandais. De telles actions sont subordonnées à l’autorisation préalable du Commandant en Chef”. Deze door het GHK opgelegde beperking heeft de vijand een aanzienlijk voordeel geboden. Initieel werden enkel de bruggenhoofden zelf bestookt en de vijand kon zich niet alleen vrij bewegen ten oosten van de Maas maar ook op de uitgangswegen van Maastricht richting België. Het verbod om op Nederlands grondgebied tussenbeide te komen kon niet onmiddellijk worden opgegeven omdat op dat ogenblik het GHK aan het verhuizen was van Brussel naar het fort van Breendonk. Pas in de namiddag wordt het verbod om artilleriebeschietingen op Nederlands grondgebied uit te voeren opgeheven. ’s Namiddags blijven de radioverbindingen intact, terwijl de telefoonverbindingen regelmatig onderbroken worden. De verbinding met het HK van het I/LK dat zich in het justitiepaleis van Tongeren bevond functioneert goed.

 

Opstelling I/14A en III/20A nabij Vlijtingen en Rosmeer in de ondersector van 18Li (projectie op kaart van 1938).

I/14A
De Iste Groep (1, 2 en 3 Bij) staat opgesteld te Vlijtingen (Riemst). De Groep ontvangt het alarm om 00u42 en om 01u50 zijn de drie batterijen Houwitser 155mm klaar tot vuren. In de kerktoren van Vlijtingen wordt door de Iste Groep een observatiepost ingericht. Om 05u00 vinden de eerste luchtaanvallen op de Iste Groep plaats die zullen blijven voortduren tot 20u00. Ondanks de luchtaanvallen blijven de 12 stukken van de groep operationeel. Om 07u55 wordt de Ondergroepering Oost (Iste en Vde Groep) in vuurversterking gegeven van 20A. De commandant van het 20A laat de Iste Groep talrijke beschietingen uitvoeren op de brug van Veldwezelt en zijn toegangswegen. De 1ste Batterij onder leiding van Luitenant Beniest weet zich bijzonder te onderscheiden door de doeltreffendheid van zijn vuren. De 2de en de 3de Batterij moeten de vuren bij momenten staken onder druk van de luchtaanvallen. Bij het bombardement van 18u00 komt de Soldaat George De Handschutter om het leven en worden de Soldaten Camiel Persyn en René Eeckhout zwaar gewond afgevoerd naar het veldlazaret van het I/LK ontplooid in het Sint Jozef pensionaat te Borgloon waar zij enkele dagen later overlijden aan de gevolgen van hun verwondingen. In de nacht van 10 op 11 mei voert de groep storingsvuren uit op de bruggen van Veldwezelt en Briegden.

V/14A
De Vde Groep (13, 14 en 15 Bij) staat enigszins verspreid opgesteld. De staf, de 13de en de 15de Bij bevinden zich te Herderen, een deelgemeente van Riemst, de 14de Batterij neemt een vooruitgeschoven stelling in te Veldwezelt (nu een deelgemeente van Lanaken) in de ondersector van het 2de Regiment Karabiniers (2C). De Vde Groep, ontvangt het alarmbevel omstreeks 00u50 en is klaar tot vuren om 01u10.

Opstelling 14/V/14A en 4/II/20A te Veldwezelt in de ondersector van 2C (projectie op kaart van 1938).

De 14de Batterij werd in Veldwezelt opgesteld om scherend vuur af te geven op Lanaken, het Verbindingskanaal Briegden – Neerharen en de Zuid-Willemsvaart ter ondersteuning van de Wielrijdersgroep 17Div (GpCy 17Div). De waakrichting van de stukken is bijgevolg richting Lanaken en de veldwerken rond de stukken, de fameuze epaulementen, verhinderen dat de zware kanonnen in andere richtingen, zoals bijvoorbeeld de brug van Veldwezelt, kunnen vuren. De batterijstelling bevindt zich op 1 kilometer van de brug van Veldwezelt, ten noorden van de baan Maastricht – Bilzen. Op 10 mei wordt de batterij gedurende de ganse dag gebombardeerd door de vijandelijke luchtmacht waardoor alle telefoonverbindingen worden afgesneden, ook die met de voorwaartse waarnemers. Dit verklaart waarom de batterij geen enkel artillerievuur uitvoerde op 10 mei. Eén enkele vuuraanvraag van de GpCy 17Div komt binnen via het I/LK en de Staf van 14A tot bij de CP van de Ondergroepering Oost. Daar wordt vastgesteld dat de gevraagde doelen zich buiten dracht van de 14de Batterij bevinden. De voorwaartse waarnemers opgesteld in de buurt van de brug van Briegden zijn getuige van de hevige gevechten rond de brug en van de vernietiging van de kazerne van de grenswielrijders aan de overkant van het kanaal. De batterij richt drie weerstandsnesten in en wordt ’s middags aangevallen door parachutisten van de sMG Trupp (Sectie zware machinegeweren) van het Duitse parachutisten peloton dat om 05u15 in versterking van het bruggenhoofd werd gedropt. Deze Trupp landde per vergissing niet op zijn geplande landingszone bij de brug van Veldwezelt maar een 1000 tal meter meer westwaarts vlakbij de stelling van de 14Bij. Bij valavond heeft de batterij reeds enkele gewonden en vier gesneuvelden te betreuren, waaronder de Soldaten Joannes Bibouw, Willem Moreel en André Temmerman. Soldaat Karel Hessel wordt zwaar gewond en in allerijl afgevoerd naar de hulppost van het 18de Linieregiment (18Li) in Hees waar hij aan zijn verwondingen bezwijkt. Luitenant reservist Weenen, batterijcommandant van de 14Bij raakt eveneens gewond en wordt afgevoerd voor verzorging naar de hulppost van de V/14A in Herderen [3]. Met de avond nemen de luchtaanvallen af maar de parachutisten worden steeds stoutmoediger en nemen stelling rond de batterij.

Opstelling Staf V/14A, 13/V/14A en 15/V/14A te Herderen (projectie op kaart van 1938).

De rest van de groep, opgesteld in Herderen, wordt omstreeks 04u30 overvlogen door de eerste Duitse vliegtuigen en vanaf 04u45 wordt de stelling regelmatig onder vuur genomen. Rond 05u10 krijgt de groep het bevel om de superstructuur van het fort van Eben-Emael te beschieten teneinde de daar gelande parachutisten te verdrijven. Deze vuren worden uitgevoerd om 06u00. De Vde Groep wordt vervolgens om 07u55 in vuurversterking gegeven van 20A. De kerktoren van Herderen waarin zich een observatiepost van de groep bevindt, wordt gebombardeerd om 08u00. Tijdens dit bombardement komen Soldaat Van Hastel, Soldaat TS Van De Steene, Soldaat TS Van Steenberghe en Soldaat TS Van Tomme om [4]. Nadat een eerste poging om een pontonbrug over de Maas te leggen ter hoogte van Lanaye werd verijdeld door de artillerievuren van 20A, onderneemt de Duitse 269 ste Infanteriedivisie een tweede poging ten zuiden van Lanaye. De Vde Groep krijgt om 12u40 het bevel van het I/LK om de tweede pontonbrug die de Duitse Genie [5] over de Maas heeft gelegd te beschieten. Dit bevel wordt om 13u25 nog eens bevestigd door de Comd van 20A die ook IV/20A aanduidt voor dezelfde opdracht. De forten van Pontisse, Barchon en de kazemat Visé2 van het fort van Eben-Emael mengen zich in het gevecht. V/14A vuurt om 13u45 zijn eerste schoten af op Duitse troepen die via de geniebrug pogen de Maas over te steken. De vuren worden geleid door de artillerie observatiepost (O32) die zich in de kerk van Loen bevond.

Resultaat van de uitwerking van de vuren van V/14A op de Duitse pontonbrug van Ternaaien.

Onder druk van de artilleriebeschieting ondernemen de Duitsers na 14u00 geen pogingen meer om via de pontonbrug de Maas over te steken. V/14A herneemt de beschieting van de brug vanaf 16u10 tot de pontonbrug wordt vernietigd om 18u12. Vanaf 20u30 begint V/14A met de beschieting van de brug van Vroenhoven tot wanneer Duitse troepenbewegingen worden waargenomen in Sint-Geertruid nabij Eijsden in Nederland. Om 20u50 wordt het kruispunt op de Sint-Geertruiderweg waar de troepen werden gesignaleerd onder vuur genomen. Bij toeval wordt ook de commandopost van de 269ste Duitse Infanteriedivisie (Generaal-majoor Ernst Hell) geraakt [6]. De verliezen onder de Duitsers die samentroepen in het dorp Eijsden lopen hoog op, zij tellen 35 gesneuvelden en niet minder dan 140 gewonden [7]. Door de vernietiging van de pontonbrug en door de geleden verliezen wordt op 10 mei geen nieuwe poging meer ondernomen om de Maas nabij Lanaye te overschrijden. Uit frustratie laten de Duitsers de kerktoren van Visé springen omdat ze ervan overtuigd zijn dat de vuren vanuit deze toren geleid worden. Na de beschieting van Eijsden wordt de brug van Vroenhoven opnieuw onder vuur genomen door de Vde Groep, deze beschieting wordt de ganse nacht voortgezet.

Opstelling van de Ondergroepering West in steun van 8A de divisieartillerie van de 4Div (projectie op recente kaart).

Opstelling van de Ondergroepering West in steun van 8A de divisieartillerie van de 4Div (projectie op recente kaart).

IV/14A
De IVde Groep, die samen met de VIde Groep de Ondergroepering West vormt, is een gemotoriseerde groep van twee batterijen 120 mm kanonnen (10 en 11 Bij) onder leiding van Majoor Hurt. De batterijen staan opgesteld ten noorden van Hombroek (Hoeselt). De groep ontvangt het alarm om 00u15 en is klaar tot vuren om 00u45 maar krijgt geen vuuropdrachten in de loop van de dag gezien de vijand zich niet binnen dracht van de kanonnen bevindt. De veldtreinen van de IVde Groep, opgesteld in Guigoven, worden door de vijandelijke luchtmacht gebombardeerd. Soldaat Jozef Moens van de Staf van de IVde Groep komt hierbij om het leven. ’s Nachts wordt een afsluitingsvuur gevraagd op de zuidelijke uitgangswegen van Genk. De IVde Groep staat in telefonisch contact met II/8A.

VI/14A
De VIde Groep die eveneens deel uitmaakt van de Ondergroepering West staat opgesteld langs de Nederstraat (Hoeselt) ten zuiden van Beverst. De groep onder leiding van Majoor Van Den Berghe bestaat uit drie gemotoriseerde batterijen 155 mm (16, 17 en 18 Bij). De groep ontvangt het alarm om 00u30 en is een half uur later klaar tot vuren. Een ploeg voorwaartse waarnemers van VI/14A bezet een observatiepost in het steunpunt van de 5Cie van het 11de Linieregiment (11Li) achter het Albertkanaal tussen Eigenbilzen en Munsterbilzen. Ook deze groep voert tijdens de dag geen artilleriebeschietingen uit. Enkele luchtaanvallen op de batterijstellingen veroorzaken geen schade.

II/14A
De groep staat opgesteld ten oosten van Deurne bij Diest en bestaat uit drie batterijen door paarden getrokken 155mm kanonnen. Samen met de IIIde Groep zijn zij in vuurversterking van 6A, de divisieartillerie van de 6Div. II/14A, III/14A en IV/6A vormen de Ondergroepering Oost in algemene steun van de 6Div. De groep beschikt tevens over een vooraf verkende vooruitgeschoven positie in het gehucht Baal nabij Tessenderlo. Deze stelling zal niet gebruikt worden. De groep ontvangt het alarm om 02u45 en is klaar tot vuren om 07u00. Er gebeurt die dag niets bijzonders bij het IIde Legerkorps (II/LK).

III/14A
Zoals de IIde Groep bevindt de IIIde Groep zich bij de 6Div. De 8ste Bij is ontplooid nabij het gehucht Molenhuizen aan de oostrand van de Schoterse Bossen te Tessenderlo. De 7de en de 9de Bij staan op een vooruitgeschoven stelling te Genendijk. II/14A, III/14A en IV/6A vormen de ondergroepering OOST in algemene steun van de 6Div. De beide vooruitgeschoven batterijen kunnen vuurversterking geven aan I/6A en IV/6A die eveneens opgesteld stonden dicht bij de frontlijn om de toegangswegen naar het Albertkanaal in diepte te bevuren. De 6Div heeft hiervoor bijkomende ploegen voorwaartse waarnemers opgesteld ten noorden van het Albertkanaal in Oostham, Kwaadmechelen en Meerhout. Bovendien kan de vooruitgeschoven artillerie, indien nodig, beroep doen op een observatieballon van de 1ste Compagnie Luchtscheepvaart die opstijglocaties gebruikt te Vorst, Veerle en Westerlo. Deze ballon zal echter nooit ingezet worden. De IIIde Groep wordt evenals de IIde Groep niet ingezet op de eerste dag van de achttiendaagse veldtocht. De drie batterijen uitgerust 105mmL kanonnen worden vuurklaar gemaakt en wachten hun vuurbevelen af.

Vernielingen na bombardement op het vliegveld van Schaffen

Daar waar de schootsbatterijen een rustige dag beleven speelt zich een drama af bij de veldtreinen. De veldtreinen en steunelementen van III/14A staan opgesteld op het vliegveld van Schaffen. Bij het bombardement van het vliegveld van Schaffen in de vroege ochtend van 10 mei worden zowel de door de groep ingenomen lokalen als ook de veldtreinen getroffen. Naast materiële schade (twee keukenvrachtwagens en de consultatieruimte van Geneesheer OLt Allard, de groepsarts) worden twee adjudanten en zes soldaten gewond. Ook een veertigtal paarden overleven het bombardement niet hetgeen een kleine ramp is voor de IIIde Groep aangezien de kanonnen van deze groep nog door paarden worden getrokken. De overblijvende paarden moeten herverdeeld worden over de kanonnen waardoor er vanaf nu slechts vier in plaats van zes paarden per kanon ingespannen kunnen worden. Het gerij van de paardenspannen moet worden ingekort en aangepast.

Staf/14A
De CP van 14A in Alden Biesen dreigt omsingeld te worden door oprukkende Duitse tanks. Wanneer LtKol Bossuyt, commandant van de Ondergroepering Oost omstreeks 09u30 op de CP regiment toekomt en verslag uitbrengt over de gebeurtenissen in Vlijtingen beslist commandant 14A zijn CP te ontruimen. De Regimentscommandant en zijn staf slagen erin te ontsnappen en ontkomen via Hendriken naar Mechelen-Bovelingen (Marlinne)  de reorganisatieplaats voor het I/LK. De tocht wordt van daar uit voortgezet via Mélin (Malen) nabij Beauvechain, Vilvoorde en Grimbergen naar Meise de verzamelplaats voor 14A. Prompt wordt begonnen met de hergroepering en de reorganisatie van de eenheden van 14A.

Door het I/LK geplande dwarsstelling om de Duitse doorbraak te vertragen.

Door het I/LK geplande dwarsstelling om de Duitse doorbraak te vertragen (projectie op recente kaart).

Bij de Ondergroepering West komt om 10u00 via de 4Div het bevel binnen dat de IVde en de VIde Groep nieuwe stellingen moeten innemen te Jesseren en Vliermaal teneinde een inderhaast ingerichte dwarsstelling te steunen. Na de Duitse doorbraak bij de 7Div heeft het I/LK immers het plan opgevat om een dwarsstelling (bretel) op te richten op de as Eigenbilzen – Mopertingen – Kleine Spouwen – Rijkhoven en die vervolgens langs de Demer te vervolledigen tot in Tongeren. De orders voor de inrichting van de dwarsstelling worden om 03u30 verspreid door het I/LK maar pas om 10u00 krijgen de eenheden van de 4Div van de Staf/4Div hun orders voor stellingname op de dwarsstelling. De beide groepen van de Ondergroepering West verlaten hun stellingen ruim één uur nadat de verdediging van de dwarsstelling door het I/LK al werd opgeheven omdat de Duitsers deze inderhaast opgeworpen linie ten zuiden van Hoeselt al doorbroken hadden. De informatie om via Hasselt op Brussel terug te plooien bereikt de Ondergroepering West niet. IV/14A kan als eerste vertrekken, VI/14A die later het bevel kreeg om zijn stelling te ontruimen vertrekt pas om 12u00. Beide groepen volgen de eerder opgelegde terugtochtweg naar het zuidwesten, parallel aan de door de Groepering De Droog ingerichte dwarsstelling (bretel van Kortessem). Onderweg naar hun nieuwe stellingen worden beide groepen dan ook ingehaald door de vijand, IV/14A ter hoogte van Vliermaal, VI/14A ter hoogte van Wellen. Het stafvoertuig van Kolonel Pahaut en zijn adjunct Kapitein-commandant Dallemagne wordt onderschept vlakbij Gors-Opleeuw en beide officieren worden gevangen genomen.

OLt Cornille (links) van het 14A tijdens de mobilisatie (foto Marc Cornille).

OLt Cornille (links) van het 14A tijdens de mobilisatie (foto Marc Cornille).

I/14A
Het 18Li dat stelling heeft genomen achter het Albertkanaal tussen Vroenhoven en Veldwezelt, is niet in staat de Duitse stormloop tegen te houden temeer doordat de brug van Vroenhoven intact in de handen van de Duitsers is gevallen. Kolonel Duez, regimentscommandant van het 18Li, beslist de strijd te staken en geeft om 05u00 het bevel de CP opgesteld tussen Lafelt en Vlijtingen te ontruimen. Op zijn terugtocht passeert hij de stelling van I/14A en brengt groepscommandant Kapitein-commandant Marcel Quinet op de hoogte van de komst van de vijand. Om 07u00 meldt de observatiepost in de kerktoren van Vlijtingen dat een zestigtal Duitse Infanteristen nadert vanuit de richting van Lafelt. Even later worden zij waargenomen op het kerkplein van Vlijtingen. De 1ste Bij wordt aangevallen en verdedigt zich heftig. De houwitsers zijn niet bruikbaar voor de nabije verdediging van de stelling en de artilleristen uitgerust met karabijnen, ieder met 15 patronen, zijn geen partij voor de Duitse infanterie die over automatische wapens beschikt. De 1ste Bij wordt omsingeld en tijdens de gevechten sneuvelen onder andere de Batterijcommandant Luitenant Fernand Beniest en de Soldaat Ceulemans. Het lot van de 1ste Bij liet de manschappen van de 2de Bij niet onverschillig. Een tegenaanval om de omsingelde batterij te ontzetten werd opgezet echter zonder succes. Bij deze tegenaanval komen onder andere de Kapitein Jacques De Cuyper, commandant van de 2de Bij en Adjudant KROLt Albert Froment om het leven. Kapitein-commandant Quinet, geeft de 3de Bij het bevel zich niet te laten aanklampen, de 1ste en de 2de Batterij worden omstreeks 07u45 uit hun stellingen verdreven. Om 08u30 geeft de Groepscommandant het bevel terug te trekken, hij verzamelt een maximum aan personeel van zijn Groep en trekt te voet richting Tongeren mits het intact achterlaten van de artilleriestukken. Via Borgworm, Hannuit en Eghezee bereiken ze Mélin nabij Jodoigne waar ze de nacht doorbrengen. De Iste Groep is erin geslaagd de Duitse infanterie anderhalf uur op te houden ter hoogte van Vlijtingen.

V/14A
De 14de Batterij in Veldwezelt wordt omstreeks 02u00 opnieuw aangevallen door de parachutisten. De 2de Sectie wordt overweldigd en na een kort gevecht gevangen genomen. Op dat ogenblik is de batterij reeds omsingeld en zijn alle verbindingen met het 2C verbroken. Bij dageraad wordt de rest van de batterij aangevallen door de Duitse infanterie ondersteund door kanonnen 37 mm. Na een vinnig gevecht geeft het overblijvend gedeelte van de batterij zich gewonnen en wordt gevangen genomen. Bij de verdediging van de commandopost van de batterij wordt Brigadier Crommen zwaar gewond [8].

De rest van de Vde Groep staat nog steeds op stelling in Herderen en zet vanaf 03u30 de beschietingen van de brug van Vroenhoven verder, echter zonder waarneming van de uitwerking van de vuren. Rond 06u00 worden de stellingen opnieuw overvlogen door Duitse vliegtuigen. Wanneer rond 08u30 de Vde Groep door I/14A verwittigd wordt dat de Duitse infanterie Vlijtingen heeft ingenomen krijgt de groep het bevel stand te houden en zich met eigen middelen te verdedigen. Om 08u45 wordt de 13de Bij aangevallen en gevangen genomen. Bij de gevechten op de batterijstelling sneuvelt Onderluitenant François Kufferath [9] evenals Soldaat Georges De Cree die wordt neergeschoten wanneer hij probeert aan krijgsgevangenschap te ontkomen. Om 09u00 wordt de CP aangevallen en hierbij wordt Groepscommandant Majoor Paul Preudhomme, een veteraan van de Eerste Wereldoorlog, gevangen genomen. De 15de Bij laat de kanonnen intact achter op de stelling en probeert te voet Genoelselderen te bereiken langs een holle weg. Het personeel van de batterij loopt echter in een hinderlaag waarbij Soldaat André Vandamme omkomt. Om 10u00 dient de volledige Vde Groep de strijd te staken en houdt zij op te bestaan. De Groep wiens kanonnen getrokken werden door paarden had geen kans om te ontkomen. De gevangen genomen soldaten van V/14A worden te voet weggevoerd langs de baan Riemst – Maastricht. Ter hoogte van de brug van Vroenhoven vallen zij onder bevriend artillerievuur van de IVde Groep van 20A die tot 13u00 concentratievuren blijft uitvoeren op de brug van Vroenhoven. De concentratievuren gebeuren op coördinaten, zonder dat het doel door waarnemers wordt geobserveerd.

Het bevel om ter plaatse stand te houden en de artilleriestelling te verdedigen heeft enkel geleid tot het verlies van de artilleriestukken en een geringe vertraging van de vijandelijke infanterie. Hieruit werden de nodige lessen getrokken, gedurende de rest van de achttiendaagse veldtocht heeft geen enkele batterij zich nog laten aanklampen en hebben ze allen meegevochten tot de capitulatie op 28 mei. Er kan wel gesteld worden dat V/14A de vijand voldoende lang heeft opgehouden om het HQ van de 7Div, opgesteld in Genoelselderen twee kilometer ten zuiden van Herderen, tijd te geven op te breken en aan gevangenname te ontsnappen.

Op het ogenblik dat VI/14A zijn stellingen verlaat heeft de Duitse voorhoede Hoeselt reeds ingenomen. Om 13u30 is de terugtochtweg reeds afgesloten (projectie op recente kaart).

Op het ogenblik dat IV/14A zijn stellingen verlaat heeft de Duitse voorhoede Hoeselt reeds ingenomen. Om 13u30 is de terugtochtweg via Kortessem afgesloten (projectie op recente kaart).

IV/14A
Na het afsluitingsvuur op de uitgangswegen van Genk komen geen vuuraanvragen meer binnen. Om 10u30 krijgt de IVde Groep van de CP van de Ondergroepering West het bevel een stelling te verkennen ten noorden van Jesseren (Borgloon). De verkenners die voorop gestuurd worden kunnen hun opdracht niet uitvoeren daar de streek reeds door Duitse pantservoertuigen was ingenomen. Ondertussen wordt om 12u00 de stelling te Hombroek verlaten en de groep vertrekt naar het zuiden. Gedurende deze verplaatsing komt de colonne in contact met vijandelijke tanks ter hoogte van Vliermaal (oost van de Mombeek tussen Guigoven en Wintershoven) en dreigt omsingeld te worden. Hierop geeft de Groepscommandant Majoor Hurt de opdracht de stukken te vernietigen en ontsnapt hij met zijn manschappen richting Grimbergen. Tijdens deze schermutseling sneuvelt Soldaat Antoon Vanderveken van de staf van de IVde Groep en raakt de Brigadier Godderis van de 11Bij ernstig gewond. Hij overlijdt de volgende dag aan zijn verwondingen

Dit incident maakt meteen ook een kruis over de plannen van het Groot Hoofdkwartier om de IV/14A toe te voegen aan de Groepering G van de Legerartillerie die tussen Halen en Drieslinter had ontplooid moeten worden om vuursteun te leveren op de Demer/Gete-Stelling bij de terugtocht van het veldleger naar de K.W. Stelling.

De staart van de colonne van VI/14A wordt door geïnfiltreerde vijandelijke pantserwagens ingehaald op de baan van Kortessem naar Wellen (projectie op recente kaart)

De staart van de colonne van VI/14A wordt door geïnfiltreerde vijandelijke pantserwagens ingehaald op de baan van Kortessem naar Wellen (projectie op recente kaart)

VI/14A
Rond 01u00 wordt voor het eerst gevuurd op een tankcolonne die zich ten zuiden van Genk op de baan naar Langerlo (Genk) bevond. Een tweede vuuraanvraag komt binnen om 08u00 voor het beschieten van een vijandelijke waarnemingspost. Om 11u30 krijgt de groep het bevel een nieuwe stelling te verkennen in de buurt van Vliermaal en om 12u30 wordt de stelling te Nederstraat op bevel van de Ondergroepering West opgebroken. Een half uur later dan de IVde Groep begeeft de VIde Groep zich richting Vliermaal en Gors-Opleeuw. Onderweg kruist de colonne meerdere voertuigen met infanteristen die de colonnecommandant op de hoogte brengen dat de terugtochtweg via Vliermaal door de Duitsers is afgesneden. Gealarmeerd door de terugkerende infanteristen maakt de colonne rechtsomkeer en slaagt er zo in de vijandelijke voorhoede te ontwijken. De colonne ontsnapt via  Vliermaalrood, Kortessem en Wellen. Een sectie van de 17Bij die contact heeft verloren met de rest van de groep botst per toeval te Schalkhoven op Kolonel SBH Horckmans, commandant van 11Li, die hen aanraadt via Vliermaalrood richting Diepenbeek en Hasselt terug te trekken [10]. Te Wellen wordt de rest van de colonne dan toch ingehaald door vijandelijke pantservoertuigen en kan maar gedeeltelijk aan een omsingeling ontsnappen. De Groep kan slechts zeven van de twaalf artilleriestukken vrijwaren. De 18de Bij die de groepscolonne afsluit wordt tijdens de verplaatsing op de baan van Kortessem naar Wellen ingehaald en gevangen genomen. De stukken worden intact achtergelaten [11] maar de artillerietractoren worden gesaboteerd. Via de Tramstraat reden de Duitsers richting Dorpsstraat en Meersstraat. Wanneer de Duitse voorhoede de Sint-Christinalaan oprijdt worden ze rond 16u00 door Soldaat Florent Creemers onder vuur genomen. De mitrailleurploeg van Soldaat Creemers stond opgesteld  langs de Sint-Christinakapel en moest de opmars van de Duitsers afremmen om de rest van de groep tijd te geven te ontkomen. De Duitsers schieten terug en doden Soldaat Creemers. Het lijk van Sdt Creemers werd samen met zijn motorfiets in een diepe gracht in de nabijheid van de kapel gegooid. Tijdens het vuurgevecht worden twee voorbijrijdende inwoners van Kerniel dodelijk getroffen door de kogelregen van de tankcolonne [12]. 

Detachement overtollig materieel/VI/14A
De vrachtwagen met Soldaat Gaston Meulemeester van VI/14A aan het stuur en Sgt Dossogne van 2C als begeleider, die onmiddellijk na de afkondiging van het alarm op 10 mei werd aangeduid om overtollig materieel op te halen bij 2C en af te voeren naar Brussel, wordt op 11 mei ter hoogte van Werm op de baan naar Tongeren onder vuur genomen door een Duits C37mm anti-tank kanon [13]. Sgt Dossogne sneuvelt onmiddellijk, Gaston Meulemeester wordt zwaar gewond en slaagt er nog in Alt-Hoeselt te bereiken waar hij sterft aan zijn verwondingen [14].

II/14A
De groep onder bevel van Kapitein-commandant Antoine richt zijn stelling verder in en wordt uitgestuurd op zoek naar Duitse valschermspringers, de IIde Groep krijgt die dag geen vuuraanvragen. Ten gevolge van de Duitse doorbraak in de sector van de 7Div, beveelt het GHK naar de avond toe de gedeeltelijke evacuatie van de Dekkingsstelling langs het Albertkanaal. Alle troepen ten oosten van de junctie van het Albertkanaal met het Kanaal Dessel – Kwaadmechelen worden naar de K.W. Stelling doorgestuurd. Ook de 6Div, die ten westen van de junctie van het Albertkanaal met het Kanaal Dessel – Kwaadmechelen staat opgesteld ontvangt dit bevel. Het bevel wordt verkeerdelijk geïnterpreteerd door de Staf/6Div die aan zijn eenheden bevel geeft om hun stellingen aan het Albertkanaal onmiddellijk te ontruimen en zich naar de meest noordelijke sector van de K.W. Stelling tussen Lier en Sint-Katelijne-Waver te begeven. In het kader van de herontplooiing van de 6Div wordt II/14A om 22u00 op wielen gebracht om het Albertkanaal te verlaten. De colonne vertrekt op 11 mei om 24u00. 

C105mmL M13 Schneider in stelling. Dit kanon werd gebruikt door de III/14A en V/14A.

III/14A
1ste Kapitein Med Scarcez, regimentsarts van 6A, moet een Med Hulppost oprichten nabij kilometerpaal 63 op de Engsbergsesteenweg. Hiervoor haalt hij te Averbode een motorambulance op die in standby zal worden gezet in de op te richten Med Hulppost. Hij keert terug via Zichem, Scherpenheuvel en Diest naar Tessenderlo en besluit daar door te rijden tot Genendijk waar III/14A zich bevindt. Hier draagt hij het voertuig over aan OLt Med Allard en heeft de arts het bevel om de leiding te nemen van de Med Hulppost bij kilometerpaal 63. OLt Med Allard, wiens ambulance onherstelbaar beschadigd werd tijdens het bombardement van Schaffen, zit zonder transport voor zijn medisch materieel en kan de ambulance goed gebruiken [15]. Na een dag op stelling zonder vuuraanvragen krijgt de IIIde Groep, onder bevel van Kapitein-commandant Roze, om 22u00 eveneens het bevel de stelling aan het Albertkanaal te verlaten teneinde zich op te stellen achter de K.W. Stelling ter hoogte van Lier. De groep vertrekt in de vroege morgen van 12 mei.

C120 M31 vuurmond met Citroën Kégresse tractor waarmee IV/14A was uitgerust.

IV/14A
De manschappen van de groep komen zonder artilleriestukken toe te Grimbergen. De Groep krijgt er in de loop van de 12 mei opnieuw contact met het commando van 14A en krijgt bevel verder te trekken
naar Meise waar het regiment hergroepeert.

VI/14A
De groep bereikt de K.W. Stelling en trekt de 12 mei verder naar het westen. Alleen de 16/VI en de 17/VI zijn kunnen ontsnappen. De 17Bij met vijf stukken wordt opgesteld te Meerbeek ten westen van Leuven in versterking van het 11de Regiment Artillerie, divisieartillerie van de 5de Infanteriedivisie (5Div). De rest van de groep trekt verder via Leuven en Vilvoorde naar Meise, de hergroeperingszone van 14A.

II/14A
De terugtocht van de 6 Div naar het westen verloopt moeizaam. Tijdens de tweede helft van de nacht van 11 op 12 mei speelt zich een incident af te Tolhuis nabij Westerlo tussen een niet nader bepaalde batterij van deze groep en Kolonel Scharff regimentscommandant van het 17de Linieregiment (17Li). De artilleristen ontdekken de woning waar de mess van de Staf/17Li in ondergebracht is, sturen het personeel de laan uit en doen zich te goed aan de levensmiddelen en rookwaren. Een woedende Kolonel Scharff komt tussenbeide en stuurt de batterij onmiddellijk de baan op. De provoostdienst van de 6Div stelt vast dat voor 4.000 Frank schade werd toegebracht. De IIde Groep is de ganse dag onderweg en komt via Deurne, Testelt, Langdorp, Heikant en Koningsgooikt uiteindelijk op 13 mei omstreeks 02u00 aan te Duffel.

III/14A
De IIIde Groep bereikt Engsberg via Deurne omstreeks 05u00. Daar wordt de groep opgehouden tot 16u00 om uiteindelijk zijn tocht verder te zetten via Averbode, Testelt, Zavel, Langdorp, Begijnendijk, Heikant, Koningshooikt en Duffel naar Lier waar de groep toekomt de 13 mei om 04u00. Bij de doortocht te Booischot wordt Kapitein-commandant Roze, bevelhebber van de groep, een eerste keer onderzocht door OLt Allard en 1Kapt Scarcez, regimentsarts van 6A. Roze is onwel geworden maar besluit om verder te werken.

Battle Damage Assessment van het bombardement op de bruggen van Maastricht. De bruggen worden niet geraakt, de bommen vallen in de Maas maar ook de Havenstraat wordt getroffen.

Battle Damage Assessment van het bombardement op de bruggen van Maastricht. De bruggen worden niet geraakt, de bommen vallen in de Maas maar ook de Rechtstraat wordt getroffen.

Krijgsgevangenen
De krijgsgevangenen van de Vde Groep brachten de nacht door in Maastricht op de terreinen van de tegelfabriek de Céramique. Toen op 12 mei omstreeks 08u00 de colonne krijgsgevangenen de Sint Servaasbrug passeerde werd de brug door enkele Blenheims van het RAF 107 Squadron aangevallen [16]. Eén van de bommen trof de colonne krijgsgevangenen in de Rechtstraat. Onder de Belgische krijgsgevangenen vielen er zeven dodelijke slachtoffers, waaronder de Soldaten Aimé Haesaert [17] en Jozef Reyniers [18] van 14A en Pierre Zoller van 20A [19]. Diegenen die het bombardement overleefden werden overgebracht naar STALAG XI/B te Fallingbostel in de buurt van Hannover.

Staf/14A
Vanuit de hergroeperingszone in Meise poogt de Staf van het regiment vanaf 13 mei contact te krijgen met de uiteengeslagen groepen en batterijen. Eén Groep (V/14A) is nagenoeg volledig gevangen genomen, twee groepen (I/14A en VI/14A) hebben zich slechts gedeeltelijk kunnen loswerken uit de Duitse greep en komen toe in Meise zonder stukken en een vierde Groep (VI/14A) is weggeraakt met zeven van de twaalf kanonnen. Het is de taak van de Staf om deze groepen zo snel mogelijk opnieuw van materieel te voorzien en de getalsterkte terug op peil te brengen.

Hiervoor beschikt het Belgisch leger over een aantal Versterkings- en Opleidingsregimenten die elk verantwoordelijk zijn voor de opvang van niet getrainde militairen en vrijgestelde reservisten. Ook het wapen van de artillerie beschikt over zijn eigen Versterkings-en Opleidingsregimenten. Het betreft zes regimenten: 31A, 32A, 33A en 34A voor de lichte artillerie, 6LA voor de zware artillerie en 3DTCA voor de luchtdoelartillerie. 31A was het ontdubbelingsregiment voor 6A, 11A en 14A met reservisten van deze regimenten.

De Versterkings- en Opleidingsregimenten hebben op 10 mei het bevel ontvangen om zich naar hun respectievelijke oorlogskantonnementen te begeven. Men vreest immers dat de kazernes van ons leger gebombardeerd zullen worden. De regimenten verhuisden onmiddellijke naar diverse kleinere dorpen en steden in West- en Oost-Vlaanderen. Voor het 6LA is de voorziene bestemming Cleyt (Klijt – Maldegem), voor 31A is dit Knesselare.

I/14A
Op 13 mei komen de resterende 11 officieren en 260 manschappen van de Iste Groep onder leiding van Commandant Quinet toe in Meise. Ze krijgen twee dagen rust en worden de 16 mei per trein naar Maldegem getransporteerd om heraangevuld en herbewapend te worden.

II/14A en III/14A
II/14A vormt met III/14A en I/6A een gezamenlijke ondergroepering. De Groep passeert op 13 mei de K.W. Stelling te Duffel en stelt zich op aan een bosrand ten oosten van Lint klaar om vuursteun te leveren aan de 6de Infanteriedivisie voor de verdediging van de K.W. Stelling. Dezelfde stelling wordt bezet op 14 en 15 mei, de 15de wordt er ingeschoten. III/14A stelt zich op ten oosten van Lier.

VI/14A
De 17Bij staat nog steeds opgesteld te Meerbeek in vuurversterking van de 5Div. De rest van de groep installeert zich in het kasteel van Bouchout te Meise, de hergroeperingszone van 14A.

Staf/14A, I/14, IV/14A, VI/14A
Hergroepering, rust en reorganisatie te Meise. De staf en de IVde Groep maken zich klaar om op 15 mei per spoor naar Knesselare te vertrekken, de Iste Groep maakt zich klaar om op 16 mei naar Kleit (Maldegem) te vertrekken. Terwijl het 14A in Meise hergroepeert wordt in Beernem het Versterkings- en Opleidingscentrum van de Artillerie (VOC/Aie) opgericht. Deze staf krijgt het bevel over de zes Versterkings- en Opleidingsregimenten van de Artillerie en zal de leiding nemen over de reorganisatie en heruitrusting van de artillerieregimenten. Het VOC/Aie zal ook de prioriteiten bepalen van welke regimenten met welk materieel worden heruitgerust.

Te Meise komt eveneens de Compagnie C47 op T13 van de 3de Infanteriedivisie aan. Deze compagnie is permanent aangehecht bij het 1ste Regiment Karabiniers-Wielrijders en is na de aftocht van de Demer/Gete-Stelling op zoek naar zijn regiment. De compagnie wordt in onderhoud geplaatst bij het 14A.

II/14A
II/14A is klaar tot vuren in versterking van 6A ter verdediging van de K.W. Stelling en staat opgesteld in Lint.

III/14A
III/14A is eveneens klaar tot vuren in versterking van 6A en staat opgesteld ten westen van Lier. Kapitein-commandant Roze, Groepscommandant van III/14A wordt op bevel van Geneesheer 1ste Kapitein Scarcez van 6A afgevoerd naar het militair hospitaal van Antwerpen. De commandant werd eerder op de dag opgenomen door kloosterzusters te Lier en zit er fysiek en moreel helemaal door [20]. Het bevel over III/14A wordt overgenomen door Luitenant Coets, batterijcommandant van de 8ste Batterij die op zijn beurt wordt afgelost door Adjt KROLt Heymann.

Staf/14A en IV/14A
Kolonel Raquez verneemt dat het 1Cy te Steenokkerzeel kantonneert en stuurt de Compagnie C47 op T13 van de 3de Infanteriedivisie door naar dit dorp.

Na de hergroepering en een korte reorganisatie van de groepen in Meise op 13 en 14 mei vertrekt de Staf op 15 mei naar Knesselare om er materieel en aanvullend personeel van 31A, 32A, 33A en 6LA van het VOC/Aie in ontvangst te nemen. De Staf/14A komt in de late namiddag toe in Knesselare en zal er blijven tot 18 mei 40. IV/14A vergezelt de staf op 15 mei naar Knesselare om er te worden heruitgerust door het 31ste Regiment Artillerie (31A) van het VOC/Aie. De IVde Groep wordt op 16, 17 en 18 mei omgevormd tot een groep met drie batterijen 75mm door paard getrokken kanonnen. Na overgave van de kanonnen aan 14A worden de niet-operationele batterijen van 31A met het nodige lesmateriaal op de trein gezet richting Frankrijk.

I/14A
De Iste Groep blijft in Meise klaar om de 16 mei af te reizen naar Kleit (Maldegem).

II/14A en III/14A
Klaar tot vuren in versterking van 6A ter verdediging van de KW linie. II/14A staat opgesteld in Lint, III/14A staat opgesteld ten westen van Lier.

VI/14A
De VIde Groep reorganiseert zich te Meise waar de stukken en het personeel herverdeeld worden over de 16 en de 17Bij. De groep wordt versterkt met manschappen en materieel komende van andere groepen. De VIde Groep wordt opnieuw onder het bevel van het I/LK geplaatst en krijgt opdracht zich naar Knesselare te begeven.

Staf/14A en IV/14A
Reorganisatie te Knesselare. De staf van 14A wordt door het artilleriedepot van Eeklo opnieuw voorzien van voertuigen, klein materieel en personeel zodat zij ten volle het commando van het regiment terug kan opnemen.

Schematische voorstelling van het Kégresse tractiesysteem.

I/14A
De Iste Groep van 14A, die zijn kanonnen heeft moeten achterlaten tijdens de gevechten aan het Albertkanaal, vertrekt per spoor naar Kleit (Maldegem) en komt er in de avond toe. De groep zal er worden heruitgerust met materieel en personeel van 31A, 32A en 33A van het VOC/Aie. Elk van deze regimenten zal de enige batterij voorzien van 155mm M17 houwitsers die ze op slagorde hebben overdragen aan I/14A. Zo ook zal de 2/III/31A met zijn houwitsers integraal overgeplaatst worden naar de I/14Ain Kleit. Het klein materieel en de munitie wordt eveneens afgehaald in het artilleriedepot van Eeklo.

II/14A en III/14A
Op 16 mei komt onverwachts het bevel van het geallieerd opperbevel (Franse generaal Bilotte) om verder westwaarts te trekken. Zonder dat men de KW linie ten volle verdedigd heeft moet de stelling worden prijsgegeven. In het zuiden wist het Duitse leger immers een doorbraak te forceren over de Maas in de streek van Sedan en in het noorden heeft Nederland zich overgegeven. Het veldleger zal aan het eind van de dag de K.W. Stelling ontruimen en in drie nachtelijke etappes terugtrekken naar de lijn Terneuzen-Gent-Oudenaarde.

De beide groepen worden toegevoegd aan de colonnes van de 6de infanteriedivisie. III/14A zal de eerste marseenheid van de colonne West vormen en dient om 21u30 het vertrekpunt aan het kruispunt van de Oude Liersebaan en de Hoogstraat te Duffel te passeren. II/14A moet als tweede eenheid passeren om 22u30. De marsroute zal vervolgens via de Liersesteenweg tot in de Ekelenhoek ten westen van Sint-Katelijne-Waver lopen. Vervolgens leidt de tocht naar Battel. Net ten oosten van Battel dient de colonne de Dijle over te steken via de militaire noodbrug. Het Kanaal Leuven-Mechelen wordt gekruist via de brug net ten noorden van de sluis van Battel. Via de Leestsesteenweg kan dan de Zenne overgestoken worden en vervolgens rijden de eenheden richting Tisselt. De colonne West staat onder het bevel van Kolonel SBH Bouha van het 9de Linieregiment. II/14A komt toe te Breendonk in de vroege morgen van 17 mei. III/14A kantonneert vanaf 17 mei 06u00 in Willebroek.

VI/14A
De groep vertrekt in de vroege morgen en verplaatst zich langs de baan naar Knesselare waar ze de volgende dag omstreeks 01u00 toekomen.

Staf/14A 
Reorganisatie te Knesselare

I/14A
Reorganisatie te Kleit (Maldegem). De verschillende batterijen uitgerust met 155mm houwitsers worden door de verschillende Versterkings- en Opleidingsregimenten vanuit hun respectievelijke alarmkantonnementen naar Kleit doorgestuurd. Deze batterijen versmelten met de restanten van I/14A die zijn kunnen ontkomen aan de Duitsers. Zo worden op 17 mei volgende batterijen opnieuw samengesteld:

  • 1/I/14A wordt gevormd met kanonnen en personeel afkomstig van 33A en 31A.  Lt Res Roland (33A) wordt de nieuwe batterijcommandant, bijgestaan door OLt Michiels (31A) en OLt Dupuis (31A).
  • 2/I/14A wordt samengesteld met de kanonnen en het personeel van de 1ste Batterij Instructie van III/32A, onder bevel van Lt Bridoux. Lt Ostyn en OLt Potvlieghe (19A) versterken eveneens de 2de Batterij.
  • 3/I/14A van Lt Henrard krijgt nieuwe kanonnen en versterkingen om de tekorten aan te vullen. Lt Res Kunsch komt over van 2/I/33A

II/14A en III/14A
Het personeel en de paarden zijn afgemat, de rest van de dag wordt gerust te Breendonk en te Willebroek. Tot nu toe hebben beide groepen enkel nog maar ingeschoten, geen enkel vuurbevel werd aan de batterijen overgemaakt. De groepen worden op de hoogte gebracht dat een nieuwe stelling zal worden voorbereid door de 6Div achter het kanaal Gent-Terneuzen. III/14A vertrekt reeds om 22u00 uit Breendonk en trekt over Lippelo, Baasrode en Grembergen naar Zele. 

IV/14A
De volledige 1ste Batterij van I/33A, onder bevel van Kapitein-commandant Bauvet, gaat met al zijn personeel en artilleriestukken over naar IV/14A. De batterij wordt hernummerd tot 12/IV/14A. Met Cdt Bauvet worden ook de Luitenants Wery en Ancion overgeplaatst. De 10de en de 11de Batterij krijgen nieuwe artilleriestukken.

VI/14A
De groep komt om 01u00 toe in Knesselare waar ze zich installeren. De rest van de dag wordt gerust in het kantonnement te Knesselare. Om 18u00 krijgen ze bevel van Generaal-majoor Renard, de Commandant Artillerie (CA) van het I/LK om zich naar het kasteel Grand Noble in De Pinte, ten zuiden van Gent te begeven. Luitenant De Bondt, batterijcommandant van de 16de Batterij wordt voorop gestuurd om de stelling te verkennen maar ontvangt een tegenbevel nog voor de groep is aangekomen in De Pinte. Er moet een nieuwe stelling verkend worden in Drongen.

Staf/14A en IV/14A
Reorganisatie te Knesselare. Dankzij de doortastende aanpak van Kolonel Duquesnoy, commandant van het pas opgerichte VOC/Aie, zal 14A weldra het front kunnen vervoegen met een volledige staf en twee volledig nieuw uitgeruste groepen. Ze zullen zeer snel opnieuw in de strijd geworpen worden. De drie andere groepen van 14A (II/14A, III/14A en VI/14A) die niet heruitgerust moeten worden komen onder bevel te staan van het I/LK en worden in versterking gegeven van 16A. Deze groepen worden naar Gent gestuurd voor de verdediging van het Bruggenhoofd Gent

I/14A
Reorganisatie te Kleit (Maldegem).

II/14A
De 18 mei om 02u00 wordt de mars vanuit Breendonk naar het westen verdergezet over Willebroek, Lippelo, Grembergen naar Zele waar ze in de voormiddag toekomen. Ze krijgen om 13u00 bevel verder te trekken over Lokeren, Kerken, Meerbeke en Wachtebeke naar Zelzate teneinde er stelling te nemen achter het kanaal Gent-Terneuzen in steun van de 6Div. Wanneer ze echter de baan Gent-Antwerpen kruisen krijgen ze de opdracht af te buigen naar Drongen ten zuiden van Gent om er te kantonneren en zich ter beschikking te stellen van het Iste Legerkorps (I/LK). Hier eindigt hun opdracht voor het IIde Legercorps en de 6Div. Het I/LK zal met zijn artillerie de 16de en 18de Div ondersteunen. Hiervoor beschikt het I/LK over de Staf/16A, I/16A, III/16A, IV/16Ade, V/16A en VI/16A evenals over II/14A, III/14A en VI/14A. II/14A vormt samen met III/14A en VI/16A een ondergroepering.

Kapitein-commandant Antoine biedt zich aan op de commandopost van de 16de Infanteriedivisie om 21u00.

III/14A
De groep komt om 07u00 toe in Zele en blijft er kantonneren tot 14u00. Om 14u00 vertrekt de Groep naar Lokeren waar ze bevel krijgen zich naar Drongen te begeven. De Groepscommandant gaat naar het hoofdkwartier van het I/LK en krijgt de opdracht om stelling te nemen te Zwijnaarde. Om middernacht komt de Groep toe en stelt zich op, klaar om een ondergroepering te vormen met II/14A en VI/16A. Deze ondergroepering wordt in vuurversterking gegeven van de 16Div tijdens de verdediging van het Bruggenhoofd Gent.

IV/14A
Reorganisatie te Knesselare.

VI/14A
De nog uit twee batterijen met samen acht stukken bestaande gemotoriseerde groep staat nog steeds onder bevel van het I/LK en kantonneert in de nacht van 17 op 18 mei te Zwijnaardse Dries in de sector van de 16 Div. De 18 mei wordt stelling genomen aan de westrand van Mariekerke in het Drongense gehucht Vliegersmolen langs de Mariekerksesteenweg. Het I/LK zal met zijn artillerie de 16de en 18de Div ondersteunen. Hiervoor beschikt het I/LK over de Staf/16A, I/16A, III/16A, IV/16Ade, V/16A en VI/16A evenals over II/14A, III/14A en VI/14A. Het VI/14A die samen met I/16A en III/16A een ondergroepering vormt levert vanaf nu vuursteun aan de 18 Div die zelf niet meer over zijn divisieartillerie beschikt aangezien 26A werd afgedeeld bij het Vde Legerkorps.

Initiële opstelling voor de verdediging van de lijn Terneuzen-Gent-Oudenaarde.

Staf/14A
Vanaf 19 mei 40 wordt Kolonel SBH Raquez de commandant van de korpsartillerie (CA Corps) van het VIde legerkorps (VI/LK). Het VI/LK had geen eigen korpsartillerie en moest bijgevolg gesteund worden door een ad hoc samengestelde groepering met groepen zware artillerie komende van de andere legerkorpsen. Onder bevel van de commandant van 14A staan nu I/14A, IV/14A, III/15A, IV/15A en II/16A. De artillerie van het VI/LK wordt door commandant 14A als volgt georganiseerd; III/15A en V/15A (ontstaan uit de fusie van IV en V/15A) vormen samen de Eerste Ondergroepering, I/14A en II/16A vormen de Tweede Ondergroepering terwijl IV/14A in directe steun van de 5Div wordt gegeven.

I/14A
Opnieuw voorzien van zware kanonnen verlaat I/14A zijn reorganisatiezone te Klijt met de opdracht vuursteun te leveren aan het VI/LK tijdens de verdediging van het bruggenhoofd Gent. De groep vertrekt ijlings naar Gent en kantonneert de 19 mei ’s avonds in de streek van Belle/Hansbeke.

IV/14A
IV/14A, nog steeds in zijn reorganisatiezone te Knesselare, is vanaf 19 mei uitgerust met nieuwe kanonnen en wacht op orders voor een nieuwe opdracht bij het VI/LK. Gezien de beperkte dracht van de nieuwe 75mm kanonnen kan de IVde Groep niet meer ingezet worden in algemene steun van een Legercorps. Hierdoor wordt IV/14A in directe vuursteun gegeven van de 5Div.

II/14A
Na hun overgang naar het Iste Legercorps (I/LK) en na orders ontvangen te hebben in hun kantonnement te Drongen verplaatst de groep zich naar De Broeken (een verkaveling in Zwijnaarde, oost van de Zwijnaardsesteenweg en zuid van de Leebeek) waar ze toe komen de 19 mei om 03u00. De stelling wordt de 19 mei ingericht en de groep maakt een kalme nacht mee. II/14A maakt nog steeds deel uit van een ondergroepering bestaande uit II/14A, III/14A en VI/16A ter ondersteuning van de 16 Div.

III/14A
De verschillende batterijen van de IIIde Groep staan nu opgesteld in Zwijnaarde en nemen stelling nabij meerdere kleine boerderijen in de buurt van kasteel De Ghellinck. Zo wordt minstens één Sectie van de 7Bij opgesteld op het erf van de Hoeve Marchant (Coord 31U ES 495 522) gelegen langs de Maaltemeers een zijstraat van de N60, toen nog de Audenaerdse Steenweg genoemd. De III Groep maakt nu deel uit van een ondergroepering bestaande uit II/14A, III/14A en VI/16A die in vuursteun wordt gegeven van de 16 Div. Reeds op 19 mei zijn er vuuraanvragen voor beschietingen in de streek van Kwatrecht, ten noordoosten van Melle en de oostelijke rand van Heusden. In Kwatrecht wordt onder meer de watertoren onder vuur genomen nadat de Duitsers er een waarnemingspost in hadden geïnstalleerd. Het zijn de eerste schoten die door III/14A gelost worden sinds het uitbreken van de vijandelijkheden.

VI/14A
De VIde Groep staat nog steeds op stelling ten noorden van Drongen in het gehucht Vliegersmolen. De 18 Div die nog niet in contact is met de vijand geeft geen vuurbevelen door.

Staf/14A
Verkenningen van de artilleriestellingen ter verdediging van het bruggenhoofd Gent worden uitgevoerd op 20 mei, de CP wordt opgesteld te Zwijnaarde. Van hieruit worden de vijf groepen legerartillerie in steun van VI/LK bevolen.

I/14A
Vanuit de streek van Belle/Hansbeke wordt de volgende ochtend doorgereden naar een afwachtingsstelling in de Kleistraat nabij het kasteel Grand Noble ten noorden van de Pinte waar het II/16A zich reeds bevindt. Beide groepen worden ondergebracht in de 2de Ondergroepering van 14A. Deze Ondergroepering is de algemene artilleriereserve van het Corps en kan tussenkomen ten voordele van alle Div van het Corps. Vanuit de afwachtingsstelling worden nieuwe stellingen verkend in de buurt van Zevergem, een deelgemeente van De Pinte. Vanaf 21u00 wordt er stelling genomen langs de Boeregemstraat ten zuiden van het kasteel De Klosse te Zevergem. Hier krijgt I/14A het bevel over de 17Bij van het 15de Regiment Artillerie (15A).

IV/14A
De IVe Groep krijgt de 20 mei om 07u00 van het VI/LK bevel stellingen te verkennen ten zuiden van De Pinte. De groep wordt geïntegreerd in het dispositief van 11A, het artillerieregiment van de 5Div, en neemt stelling te Zwartegat voor de nacht viel.

II/14A
Omstreeks 10u00 worden de eerste vuren aangevraagd op Kwatrecht en Gijzenzele in vuurversterking van het 2de Regiment Artillerie (2A). De Duitse voorhoede meld aan hun hoofdkwartier dat zij in beide gemeenten blok gezet worden en dat oprukken nauwelijks mogelijk is. Er is sprake van zeer effectief werkend Belgisch artillerievuur. Van nu af aan neemt de Duitse druk op het bruggenhoofd Gent toe vooral in de sectoren van de 2 en 4 Div.

III/14A
Voortzetting van de beschietingen vanaf hun stelling in Zwijnaarde ter ondersteuning van de 16 Div. Zoals meer gebeurde tijdens de veldtocht maakten soldaten gebruik van een pauze in de gevechten om eens thuis langs te lopen wanneer hun regiment in de buurt van hun thuis was gestationeerd. Zo vertrokken de Soldaten Albert Verliefde en Albert Van Impe van 8/III/14A de 19 mei s’avonds per fiets van Zwijnaarde naar Sint-Lievens-Houtem. Zij waren er zich niet van bewust dat Sint-Lievens-Houtem reeds door de Duitsers was ingenomen. Wanneer ze de 20 mei ‘s ochtends de rand van het dorp naderden werden ze door Duitse militairen gesommeerd halt te houden. Trouw aan hun belofte terug te keren naar hun batterij maakten ze rechtsomkeer en probeerden ze aan gevangenschap te ontsnappen. Soldaat Verliefde werd neergeschoten, Soldaat Van Impe werd krijgsgevangen genomen.

VI/14A
Op stelling te Vliegersmolen in steun van de 18 Div, rien à signaler (RAS).

Staf/14A

I/14A
Er wordt gevuurd vanaf de stelling nabij kasteel De Klosse onder meer op Kwatrecht en Gijzenzele ten voordele van de 2Div waar het 5Li en 6Li hevig weerstand bieden. Over de uitwerking ten voordele van het 5Li en het 6LiOp 210600 Mei 40 begint de zware artillerie opgesteld nabij De Pinte een beschieting van de Wetterstraat (12 obussen), de Heidestraat (4 obussen) en de Herdershoek (2 obussen) ter voorbereiding van een Belgische tegenaanval. De afstand tussen opstelling en doel bedraagt ongeveer 13,5 kilometer. De vuren hebben hun uitwerking niet gemist want bij de start van de aanval is duidelijk te zien dat door het vuren van de artillerie, de Duitsers hun stellingen hebben verlaten.”

IV/14A
Staat opgesteld ten zuiden van De Pinte in Zwartegat. Op 21 mei begint de vijand ook aan te vallen in de zuidelijke sector van het bruggenhoofd Gent . De 5Div wordt gebombardeerd door de Luftwaffe en beschoten door de vijandelijke artillerie. IV/14A wordt aangeduid om samen met IV/11A vuuropdrachten uit te voeren in algemene steun van de 5Div.

II/14A
Talrijke vuren uitgevoerd vanaf de stelling De Broeken op de streek rond Kwatrecht.

III/14A
Voortzetting van de beschietingen vanaf hun stelling in Zwijnaarde ter ondersteuning van de 16 Div.

VI/14A
Op stelling te Vliegersmolen in steun van de 18 Div, RAS.

Staf/14A
De 22 Mei ’s morgens, tijdens de Conferentie van Ieper tussen de Belgen, Fransen en Britten wordt beslist dat het front achteruit moet omdat in de Britse sector de Schelde door Duitse troepen is overgestoken nabij Oudenaarde. De Duitsers zijn er daar in geslaagd een definitieve overgang over de Schelde te creëren en men liep het risico omsingeld te worden. De staf van het Belgische leger plant een manoeuvre in twee fasen om terug te plooien achter de Leie. In een eerste fase, tijdens de nacht van 22 op 23 mei zullen de 16e en de 18e Div herontplooien om de stad Gent te verdedigen, de 1e Div zal de stad verlaten en naar de streek van Kortrijk verhuizen, de 2e en de 4e Div zullen het bruggenhoofd Gent verlaten, terwijl ten zuiden van de stad de 1ste Div Ardeense Jagers en de 5Div nog achter de Schelde opgesteld blijven teneinde de terugtocht van de 2Div en de 4Div te ondersteunen. In een tweede fase, tijdens de nacht van 23 op 24 mei zullen zij zich vervolgens achter de Leie terugplooien. De 22 mei omstreeks 14u00 krijgt Commandant 14A de eerste berichten dat de stellingen in het bruggenhoofd Gent zullen verlaten worden. In de late namiddag worden nieuwe verkenningen uitgevoerd en ’s avonds verplaatst het CP 14A naar een hoeve langs het Kanaal van Schipdonk 500 meter ten noorden van Nevele.

I/14A
Er wordt de ganse dag gevuurd vanaf De Klosse. Bij het aanbreken van de dag op 22 Mei blijken de remmen van de stukken van de 17Bij/15A niet meer te werken waardoor deze batterij niet meer kan meevuren en wordt opgegeven. Om 17u30 krijgt de groep het bevel op te breken en te herontplooien langs het Warandebos ten westen van Sint-Maartens Latem. Tijdens het opbreken van de stellingen worden de batterijen zonder verdere schade uit de lucht aangevallen.

IV/14A
Staat nog steeds opgesteld te Zwartegat in het dispositief van 11A. Geeft algemene vuursteun aan de 5 Div samen met IV/11A.

II/14A
De artillerievuren op de streek rond Kwatrecht worden de ganse dag voortgezet vanaf de stelling De Broeken. Conform het terugtrekkingsplan uitgevaardigd op 22 mei krijgt de 16 Div bij het invallen van avond het bevel terug te trekken naar het westen om stelling te nemen ten noorden van Gent. Om 21u00 krijgt II/14A het bevel zich terug te plooien op de westelijke Scheldeoever en stelling te nemen in het park van kasteel Nieuwenhove, ook wel kasteel Soenens genoemd. Na een moeilijke tocht door de nacht (want ook de 2 en de 4 Div zijn aan het terugplooien) bereikt II/14A om 24u00 zijn nieuwe positie aan het kasteel Soenens te Zwijnaarde. Aan het kasteel staan nog enkele 75mm TR artilleriestukken opgesteld zodat de mannen van 14A moeten wachten alvorens ze kunnen starten met de ontplooiing. De stellingname loopt bovendien vertraging op door de regelmatige luchtaanvallen. Tijdens één van die luchtaanvallen wordt Soldaat Remi De Wolf verwond. Vanaf deze stelling kan enkel nog vuursteun geleverd worden aan het VI/LK. Dit betekent het einde van de opdracht bij het I/LK en de overgang naar het VI/LK, terug onder bevel van 14A.

III/14A
III/14A krijgt op 22 mei ’s avonds samen met II/14A en de 16 Div einde opdracht in het bruggenhoofd Gent. De groep moet stelling te nemen te Lotenhulle en wordt niet meer gerecupereerd voor de ondersteuning van het VI/LK.

VI/14A
Ook deze groep krijgt ‘s avonds einde opdracht en wordt in steun gegeven van het VII/LK meer naar het zuiden. De verkenningsgroep wordt uitgestuurd naar Meulebeke voor de verkenning van een nieuwe stelling.

Staf/14A
De 23 mei worden de vuren de ganse dag geleid vanuit Nevele, in de namiddag worden verkenningen uitgevoerd ten zuiden van Lotenhulle voor de volgende opstelplaats van het CP. Gedurende de nacht van 23 op 24 mei wordt stelling genomen in de hoeve Vo(o)rm(e)zele, klaar voor het leiden van de vuursteun aan het gevecht aan de Leie.

I/14A
Tijdens de voormiddag wachten de kanonniers in Sint-Maartens Latem hun vuurbevelen af ter ondersteuning van de terugplooiing van de 1Div ChA en de 5Div. Tussen 13u00 en 14u30 worden beschietingen uitgevoerd op Merelbeke waardoor het 192ste Duitse infanterieregiment wordt geblokkeerd. De beschietingen doen de vijand uiteindelijk afzien van een verdere opmars door Merelbeke. De 23 mei om 14u30 krijgt de groep bevel via de militaire brug van Baarle de Leie over te steken en post te vatten te Malsem drie km ten noordoosten van Lotenhulle. Hiermee is de opdracht van I/14A in het bruggenhoofd Gent beëindigd.

IV/14A
De 23 mei om 00u00 krijgt de groep bevel stelling te nemen ten westen van De Pinte in de splitsing van de spoorweg. De groep geraakt tijdig klaar tot vuren op de nieuwe stelling en wordt om de 23 mei om 11u00 in steun gegeven van de 1Div ChA. De 5de Divisie ontplooit zich nu op de westelijke Schelde oever met drie regimenten in lijn. De Jagers te Voet moeten de zuidflank van de aftocht uit het Bruggenhoofd Gent dekken. Om 19u00 krijgt de IVde Groep opdracht de Leie over te steken en zich op te stellen te Veldeken ten noordwesten van Nevele. Zij nemen er stelling om 24u00 klaar om terugtocht van de 1 Div ChA tijdens de nacht te steunen.

II/14A
Vanaf de stelling aan het kasteel Soenens voert II/14A op 23 mei talrijke beschietingen uit ter ondersteuning van de ontruiming van het bruggenhoofd Gent. De beschietingen blijven duren tot middernacht wanneer de groep bevel krijgt om de Leie over te steken en zich naar Marialoop ten zuiden van Tielt te begeven. Dit betekent meteen het einde van de opdracht bij VI/LK

III/14A
Via Gent en Nevele gaat III/14A die ochtend om 06u00 in stelling te Lotenhulle.De groep blijft er op stelling tot 15u00 en vertrekt dan via Poeke, Kanegem en Tielt naar Zwevezele dat om 20u00 bereikt wordt. De groep stelt er zich op in een kantonnement klaar om over te gaan naar het VII/LK

VI/14A
VI/14A ontvangt om 21u00 het bevel zich klaar te maken voor vertrek en verlaat op 23 mei de westrand van Mariekerke en vertrekt naar Meulebeke waar ze de 24 mei ‘s morgens toekomen en onder bevel geplaatst worden van 4LA. De groep zal in vuurversterking gegeven worden van de Divisieartillerie van de 2 Div ChA van het VII/LK.

Opstelling I/14A te Malsem in het achtergebied van de 5Div (bron CHD Evere).

Staf/14A
14A vervult nog steeds de rol van legerkorpsartillerie van het VI/LK. Onder bevel van 14A staan I/14A, III en V/15A en II/16A. De ganse dag staat de CP opgesteld bij de hoeve Voormezele 1Km ten zuidoosten van Poeke, talrijke beschietingen worden van hieruit geleid.’s Nacht wordt verplaatst naar Ruislede.

I/14A
I/14A en III/15A vormen een ondergroepering in steun van de 5Div. De Groep staat de ganse dag op stelling in Malsem maar krijgt geen vuurbevelen.

IV/14A
De groep verblijft de ganse dag te Veldeken en om 18u30 komt het bevel zich ter beschikking te stellen van de 4Div en stelling te nemen te Proostdij tussen Poeke en Poelsele.

II/14A
De IIe Groep is de ganse dag onderweg en bereikt via Nevele, Vinkt, Kanegem en Tielt omstreeks 24u00 Marialoop waar gekantonneerd wordt. De groep wordt in vuurversterking gegeven van 4LA de korpsartillerie van het VII/LK en komt onder bevel van commandant 4LA. De stelling Ketelberg wordt verkend teneinde de volgende morgen de stelling te bezetten.

III/14A
De IIIe Groep wordt eveneens in vuurversterking gegeven van 4LA de korpsartillerie van het VII/LK. De commandant van het 4LA brengt de groep samen met II/14A en I/3A onder in een rechtstreekse steungroepering van de 16Div. Omstreeks 19u00 komen de batterijen toe op hun stelling te Paanders, twee Km ten westen van de Ketelberg.

VI/14A
Vanuit Meulebeke wordt een stelling verkend ten zuidoosten van Aarsele waar de groep voor de middag toekomt. De CP van de groep wordt opgesteld in de Baudeloohoeve aan de Baudeloostraat 48 te Aarsele. De VIde Groep wordt door commandant 4LA in vuurversterking gegeven van 4A en vormt nu een groepering met IV/4A. Deze groepering wordt in steun gegeven van de 2Div ChA en staat onder het bevel van Luitenant-kolonel Thomas van 4A. De groep is tegen 09u30 per veldtelefoon verbonden met de commandopost van Thomas. Om de verbinding te realiseren werd telefoonkabel geleend bij 4A. De waakrichting van het geschut loopt naar doel SK9 van het vuurplan van de divisie: het kruispunt nabij kilometerpaal 21,3 op de steenweg Gent-Kortrijk. Onmiddellijk na de stellingname worden vuren aangevraagd op Gottem en de streek van Ham-Olsene. In de namiddag worden de vuren verdergezet en wordt de onmiddellijke omgeving van de brug te Ponthoek en de weg naar Olsene onder vuur genomen. Tot laat in de avond wordt nog gevuurd, om 21u00 wordt het station van Machelen onder vuur genomen en iets later een kruispunt op de baan Kortrijk-Gent nabij Machelen. De vuuraanvragen verlopen vlot en de vuursteun bij het VII/LK lijkt goed geregeld.

Staf/14A
De CP neemt zijn intrek in een herberg (‘t Zwijntje) op 2 Km ten westen van Ruislede en blijft daar tot 27 mei. De vijand breekt door ter hoogte van Neigem en Nevele, talrijke beschietingen worden uitgevoerd.

Opstelplaats II en III/14A te Ketelberg – Paanders.

I/14A
De batterijen van de Groep, nog steeds opgesteld in Malsem, komen in actie. Om 08u00 wordt een afsluitingsvuur gegeven op de oever van het afleidingskanaal van de Leie te Meigem. Van 09u00 tot 10u30 volgt een beschieting van Meigem en Nevele. Om 12u30 wordt bevel gegeven stelling te nemen ten noordwesten van Kanepoel. De stelling is vuurklaar om 14u30. Opnieuw moet de I/14A van stelling veranderen, om 19u00 vertrekt de groep naar een stelling 1 Km oost van Lotenhulle.

IV/14A
Tegen dageraad neemt de groep stelling te Proostdij. Lang blijven ze echter niet op stelling, opnieuw moeten zij zich verplaatsen naar een nieuwe stelling, ditmaal ten zuiden van Poeke. Onderweg naar de nieuwe stelling wordt hun mars vertraagd door wegverkeer en komen de 11 en de 12 Bij onder vijandelijk artillerievuur te liggen. Er worden verliezen geleden. Alleen de 10 Bij kan stelling nemen bij Denduin en voert in de late namiddag een afsluitingsvuur uit op Dentergem. De twee andere batterijen worden opnieuw geconstitueerd bij het diensten echelon. ‘s Avonds komt het bevel om te Lotenhulle te kantonneren om zich de volgende morgen op te stellen te Molenakker, west van Lotenhulle.

II/14A
Vanuit Marialoop wordt 2 Km meer naar het zuiden stelling genomen op de Ketelberg, een heuvel die deel uitmaakt van een heuvelrug ten noorden van Oostrozebeke. Soldaat Remi De Wolf wordt achtergelaten in de kloosterschool van Marialoop waar een geïmproviseerde medische post werd ingericht door het Geneeskundig Korps van de 8Div. Hij overlijdt nog diezelfde dag. De groep is klaar tot vuren vanaf 07u00, maar zit zonder veldtelefoonkabel en is dan ook aangewezen op estafetten voor de verbinding met zijn hogere echelon. Samen met III/14A en I/3A vormt zij de rechtstreekse steungroepering van de 16Div. Op vraag van III/14A opent de groep even na 07u00 het vuur in de streek van Grenzenhoek teneinde vijandelijke aanvalsvoorbereidingen te verstoren. De groep wordt ook in steun gevraagd om een vijandelijke aanval te stoppen bij de samenloop van het Kanaal van Roeselare naar de Leie en de Leie. Brigadier Noël Leaucourt die op verbindingsopdracht wordt uitgestuurd naar Aarsele sneuvelt tijdens deze missie.

III/14A
Vanaf 0630 is de groep vuurklaar te Paanders. Omstreeks 07u00 wordt het vuur geopend waarbij een vijandelijke waarnemingsballon wordt neergehaald.

VI/14A
Tijdens de tweede helft van de nacht van 24 op 25 mei wordt zowel de staf van Luitenant-kolonel Thomas als de IV/4A weggehaald bij de 2de Divisie Ardeense Jagers en doorgestuurd naar de operatiezone van de 9de Infanteriedivisie langsheen het Kanaal van Roeselare naar de Leie. De VI/14A blijft alleen verantwoordelijk voor het algemeen vuursteunelement van de divisie.

‘s Morgens wordt nogmaals op Machelen en de Leiebocht ten westen van het dorp gevuurd, daarna onophoudend tussen Meigem en Nevele. Iets voor 10u00 vliegt een Duits verkenningsvliegtuig over de stelling en schiet witte vuurpijlen af om de stelling te markeren. Het resultaat laat niet op zich wachten, om 10u00 wordt het bevoorradingsechelon van de groep door de vijandelijke artillerie onder vuur genomen en onmiddellijk daarna vallen een tiental schoten op het CP van de groep. Brig Léaucourt, de chauffeur van Majoor Van Den Berghe, en een burger komen hierbij om het leven, de Baudeloohoeve wordt ernstig beschadigd. Vervolgens is het de beurt aan de 16de en de 17de batterij maar hier worden geen verliezen geleden. Onmiddellijk na het incident worden de vuursteun aan de 2DivChA hervat. Wanneer de waarnemingspost die zich in de kerktoren van Aarsele bevond in de namiddag een Duitse artilleriebatterij opmerkt, wordt er een 70 tal schoten op deze batterij afgevuurd. Enkele munitiecaissons worden geraakt waardoor de Duitse batterij is uitgeschakeld. Op het einde van de dag beslist de commandant van de 2Div ChA om het 5 Regiment ChA op de dwarslijn Vinkt, Caleshoek, Gramenne terug te trekken. VI/14A krijgt bevel stelling te nemen te westen van Aarsele.

Staf/14A
Opgesteld 2 Km ten westen van Ruislede tot de namiddag van 27 mei

I/14A
In de vroege ochtend is de Groep klaar tot vuren op de nieuwe stelling en ontvangt zijn eerste vuuraanvragen omstreeks 08u00. Van 08u00 tot 09u30 worden de overgangsplaatsen over het afleidingskanaal ter hoogte van Gottem bevuurd. Van 13u00 tot 17u30 wordt een vuurconcentratie afgegeven op Gottem hierbij dikwijls gehinderd door de vijandelijke luchtmacht. Van 20u30 tot 21u40 volgt een beschieting van de weg Vinkt – Nevele in steun van een tegenaanval van de infanterie.

IV/14A
Bij het innemen van de stelling te Molenakker wordt de groep met brandbommen gebombardeerd. Bij dit bombardement komt wachtmeester Jean Accent om het leven. Talrijke paarden worden door paniek aangegrepen en de groep krijgt bevel om opnieuw stelling te nemen nabij Denduin. In de avond komt het bevel om heuveltop 115 tussen Poeke en Ruislede te bezetten. De verplaatsing naar deze nieuwe stelling zal gebeuren in de nacht van 26/27 mei.

II/14A
In de vroege morgen worden de beschietingen hernomen, vooral op Oostrozebeke, twee Km meer naar het zuiden. Luitenant-kolonel Thomas, commandant 4A en bevelhebber van het algemeen vuursteunelement van de 9Div, vermeldt om 10u00 dat het VIIde Legerkorps de groep onder zijn bevel plaatst. Of en wanneer dit precies gebeurd is, is echter niet duidelijk. Wel bevestigt Thomas dat de groep niet over een veldtelefoonaansluiting beschikt en hij zijn transmissieofficier Luitenant De Craemer per auto uitstuurt met een hoeveelheid kabel die toelaat om de II/4A met de centrale van de I/3A te verbinden. De IIde Groep krijgt het bevel terug te trekken wanneer de munitie in de caissons opgebruikt is. Na het afvuren van het laatste schot wordt de stelling opgebroken en om 11u00 bereikt de groep de weg Ginste-Meulebeke om onder hevige artilleriebeschietingen verder te trekken naar Ondank. Luitenant De Craemers missie is dan ook overbodig geworden en hij keert terug wanneer hij tussen 11u00 en 11u45 op een terugtrekkende batterij van de groep stuit.

III/14A
Nadat de groep zijn laatste munitie heeft afgevuurd op Oost-Rozebeke krijgen zij bevel de stelling Paanders te ontruimen en zich terug te trekken ten westen van de baan Kortrijk-Brugge. Eenmaal op de weg naar Meulebeke blijkt dat de vijand de stad reeds in handen heeft waardoor de Groepscommandant bevel krijgt opnieuw de stelling Paanders in te nemen en ter plaatse de vijand te weerstaan. Nauwelijks zijn de stukken op stelling of de groep wordt aangevallen. Bij de 8ste Batterij worden de stukken nog op stelling vernietigd door een granaat in de kamer te brengen, de lopen in verticale stand te brengen, water in de lopen te gieten en vervolgens een schot af te vuren. Na het onklaar maken van de kanonnen ontstaat er een kort gevecht waarbij onder meer Adjudant KROLt Claude Heymann dienstdoend Batterijcommandant en Soldaat Hendrik Van Der Spiegel omkomen. Om 12u30 staakt de IIIe Groep het gevecht en wordt zij gevangen genomen.

Enkele militairen kunnen ontsnappen.  Zo laat Luitenant-generaal Deffontaine, bevelhebber van het VIIde Legerkorps, in de late namiddag een tuchtverslag opstellen wegens postverlating ten laste van Onderluitenant Van Den Dries, topograaf van de groep.  Van Den Dries passeerde omstreeks 15u30 op de baan van Tielt naar Pittem, en verklaarde aan Luitenant Camu van de staf van het VII/LK dat hij de enig overgeblevene van zijn groep was.

VI/14A te Aarsele.

VI/14A
De groep neemt tijdens de nacht stelling nabij een boerderij ten westen van Aarsele en staat om 07u00 klaar om de vuren te hervatten. Er komen vuuraanvragen binnen voor Gothem en De Knok. Om 16u00 geeft het VII/LK bevel tot terugtrekking waarop de groep een afwachtingsstelling inneemt te Ondank om van daaruit samen met IV/12A een gezamenlijke groepering te vormen die opgesteld zal worden ten noorden van Biesgat. Deze groepering zal het vuursteunelement vormen van de formatie rond de 16de Infanteriedivisie die onder leiding van Luitenant-generaal Van Egroo het centrale deel van de operatiezone van het VII/LK verdedigt. De groepering zal zijn orders ontvangen van op het hoofdkwartier van Van Egroo te Nachtegaal. Wanneer de 16de batterij in zijn afwachtingsstelling wordt aangevallen door de Duitse luchtmacht worden de Soldaten Guillaume Dekleermaeker en George Vandenbroek levensgevaarlijk gewond en afgevoerd voor verpleging naar Lichtervelde. Zij bezwijken aan hun verwondingen. De groepering bestaande uit VI/14A en IV/12A is klaar tot vuren de 27 mei in de vroege morgen.

Staf/14A
In de namiddag vertrekt de CP naar een boerderij ten noorden van Wingene om van daaruit verder te trekken naar een opstelplaats aan de overweg te Veldegem

I/14A
De volgende ochtend hervat de groep zijn activiteit door vanaf 08u00 storend vuur op Zeveren uit te voeren. Vanaf 10u30 wordt I/14A in steun gegeven van de 5Div. In opdracht van de 5Div wordt om 11u00 de beschieting van een colonne gevechtswagens uitgevoerd die werden opgemerkt bij een beboste strook zuidwaarts van Kamvenhoek. Om 14u00 wordt het bevel gegeven om stelling te nemen ten noordoosten van Wingene. De groep bereikt deze stelling via Veldhoek, Loveld, Aalter, Straten, Maria-Aalter en Veldkapelleken. Om 21u00 wanneer de stelling bereikt wordt komt het bevel door te rijden naar Sijslo ten noordoosten van Ruddervoorde.

IV/14A
Bij dageraad wordt de nieuwe stelling aangenomen. Om 14u00 wordt samen met nog twee andere artillerie groepen vuursteun geleverd voor de terugtocht van het 2 ChA, meerdere vuren worden uitgevoerd. Om 22u00 komt het bevel terug te trekken naar Ruddervoorde.

II/14A
De groep reorganiseert zich te Ondank en trekt verder naar Wingene waar met de overblijvende stukken twee nieuwe batterijen gevormd worden. De IIe Groep kan echter niet verder deelnemen aan de strijd gezien ze niet meer over munitie beschikt.

VI/14A
De groep is de ganse dag zeer bedrijvig op de stelling Biesgat.  Bij de laatste beschieting treft het noodlot opnieuw de 16de batterij.  De stukken van deze batterij staan dan opgesteld op Hoeve Van Quathem.  Een sectiecommandant en drie kanonniers, waaronder de soldaten Gustaaf De Grande, Michel Lagae en Raymond Vanderpelen komen om het leven bij een vroegtijdige ontploffing van een bom in het artilleriestuk.  Verder zijn er nog twee gewonden.  Omstreeks 23u00 trekt de groep zich terug in de omgeving van Wingene.

OLt Cornille (rechts) en een onbekende geneesheer OLt na de overgave (foto Marc Cornille).

Staf/14A
Te Veldegem verneemt de Regimentscommandant de capitulatie. Vanaf het eerste uur van de achttiendaagse veldtocht tot aan de capitulatie hebben de verschillende groepen van 14A deelgenomen aan de gevechten. 14A leverde vuursteun aan het Albertkanaal, op de KW linie, in het Bruggenhoofd Gent en aan de Leie. Hiervoor werd dan ook een hoge tol betaald, vijftig militairen van het regiment sneuvelden tijdens de veldtocht.

De laatste zorg van de commandant was het vrijwaren van de standaard. Kolonel Raquez wordt op de hoogte gebracht van een initiatief van de koning om de standaarden van de Regimenten die de strijd staakten in de buurt van Torhout, onder te brengen in het kasteel van Wijnendale. De standaard van 14A wordt naar het kasteel overgebracht waar ook alle andere standaarden en vlaggen worden verzameld. Van daar uit worden ze in drie keer overgebracht naar de crypte van de Abdij van Zevenkerke te Loppem. Daar wordt de standaard van 14A samen met 37 andere standaarden, vaandels en vlaggen ingemetseld. De emblemen werden door de Duitsers nooit ontdekt en na de oorlog teruggeven aan de respectievelijke regimenten.

Het koopvaardijschip Diamant van John Cockerill Line waarmee Lt Bogaerts mee kon ontsnappen naar Engeland op 28 mei .

Het koopvaardijschip Diamant van John Cockerill Line waarmee Lt Bogaerts mee kon ontsnappen naar Engeland op 28 mei .

I/14A
Nachtelijke stellingname te Sijslo. De Groep is vuurklaar om 06u00 maar ontvangt op dit ogenblik het bevel tot overgave. Hier eindigt de veelbewogen veldtocht van de Ie Groep die aan vele gevechten deelnam. In Sijslo worden OLt Res Victor Cornille, Sectiecommandant van de 3 Bij en Soldaat Albert Godfroid, kanonnier van de 2 Bij, krijgsgevangen genomen. Beiden maakten de volledige 18daagse veldtocht mee met de Ie groep, van Vlijtingen tot Sijslo. Albert Godfroid wordt naar Stalag VIII A in Görlitz Polen overgebracht en vrijgelaten in februari 41.

IV/14A
Verneemt de capitulatie te Ruddervoorde in de ochtend van 28 mei 40.

II/14A
De IIe Groep verneemt de capitulatie te Wingene in de ochtend van 28 mei 40.

VI/14A
De VIe Groep staakt de strijd te Wingene, tijdens de laatste drie dagen werden door de 7 stukken van de groep 1250 schoten gelost.

Lt Bogaerts/II/14A
Enkele officieren van 14A zijn echter niet bereid de strijd te staken na de capitulatie. Lt Res Bogaerts, topograaf van Staf/II/14A, tesamen met een Adjt KROLt (voorlopig geen naam gekend) weten aan krijgsgevangenschap te ontsnappen en trekken op 28 mei verder door naar Oostende. Hier botsen ze op een groepje andere officieren die eveneens naar Engeland willen ontkomen. Samen met Cdt Dubois, Lt Leloux, Lt Jamotte en OLt Danloy van het 26ste Regiment Artillerie (26A), met Lt Res de Lancker, 1Kapt Ganshof en Cdt BEM Stiers van de Staf van de Directie voor aan en afvoer bij het leger (Staf/DREA) en de Lt Terlinden van het 2de Regiment Lansiers (2L) schepen ze in op het koopvaardijschip “Diamant” van de John Cockerill Line [21]. Het schip van kapitein van de koopvaardij De La Rue verlaat de haven van Oostende rond 07u45 en vaart onder Belgische vlag. ‘s Avonds tegen 21u00 bereiken ze de monding van de Theems waar ze voor anker gaan. De Britten komen aan boord en de ontsnapte militairen worden ontwapend.

Milton Barracks in Gravesend (vooroorlogse foto).

Milton Barracks in Gravesend (vooroorlogse foto).


Lt Bogaerts/II/14A
Uiteindelijk mogen de naar Engeland ontkomen officieren de 29ste mei aan land te Gravesend waar ze opgevangen worden in de officiersmess van de Milton Barracks, een kazerne van de Royal Engineers. Op 31 mei worden ze doorgestuurd naar Tenby in Wales waar alle Belgische militairen die de overgang naar Engeland waagden werden verzameld [22]. In Tenby wordt een detachement samengesteld met 400 militairen die de strijd wilden verderzetten in Frankrijk.

4 juni 1940
Lt Bogaerts/II/14A

Lt Bogaerts en de Adjt KROLt verlaten tesamen met het detachement Tenby op 3 juni en stappen in Milford-Haven aan boord van het Nederlands schip de Hr.Ms. Batavier II die hen op 04 juni afzet in de haven van Brest in Bretagne. Van daar uit worden ze doorgestuurd naar Morbihan waar de 7Div reorganiseert. Later reizen ze af naar Zuid-Frankrijk waar ze op 10 juni het Versterkings- en Opleidingscentrum Artillerie (VOC/Aie) vervoegen in Limoux. Lt Bogaerts wordt uiteindelijk overgeplaatst naar de Generale Staf van de Versterkings- en Opleidingstroepen (oftewel Etat-Major des Troupes de Renfort et d’Instruction – EM/TRI) te Montpellier.

Na de capitulatie

Krijgsgevangenen/14A
Drie militairen van 14A komen om in krijgsgevangenschap.

  • Majoor Paul Preudhomme komt op 13 augustus 1943 om het leven als Krijgsgevangene te Neubrandenburg (DEU) waar hij werd gevangen gehouden in het Oflag II E dat gevestigd was op het landgoed Funfeichen.
  • Soldaat Milicien Remi De Clercq is omgekomen bij een treinramp waarbij nog 96 andere Belgische militairen het leven verloren. Op 21 januari 1941 verlaten twee treinen, met elke 1.000 Belgische krijgsgevangenen aan boord, de Stalag I A te Stablack, een dorp op ongeveer 8,5 km van Preußisch Eylau (tegenwoordig Bagrationovsk in de Oblast Kaliningrad van de Russische Federatie). De gevangenen, hoofdzakelijk Vlamingen, waren net vrijgelaten en onderweg naar Antwerpen. Voor de eerste trein verliep de treinreis normaal maar voor de tweede trein werd de rit noodlottig. Op 22 januari rond 08u20 ‘s morgens verlaat de trein het station van Gifhorn te Isenbüttel nabij Hannover. Het is nog donker, er hangt een dikke mistlaag en het sneeuwt. De trein was nog op snelheid aan het komen toen hij langs achter aangereden werd door een goederentrein. Bij de botsing worden 71 militairen op slag gedood en een honderdtal andere gewond. Later overlijden nog eens 26 krijgsgevangenen in het hospitaal van Braunschweig. De meeste slachtoffers werden begraven op de begraafplaats van Stalag IX A te Fallingbostel, enkelen op het kerkhof van Braunschweig [23].
  • Soldaat Arthur Copienne (een beroepsmilitair) overlijdt als krijgsgevangene in Aussig (Ossig of Osiek) in de buurt van Breslau (nu Wroclaw in Polen) op 12 februari 1945. Verder onderzoek zal moeten uitmaken in welk Stalag hij zich bevond.

Slachtoffers

EenheidNaamVoornaamFotoGraadStandKlas° op° te+ op+ teNota
IVACCENTJean EdmondWMMil3413.11.1914Elsene26.05.1940MolenakkerGesneuveld tijdens bombardement op zijn batterij
1/IBENIESTFernand Hubert RichardLtRes2922.08.1909Elsene11.05.1940VlijtingenBatterijcommandant
Gesneuveld tijdens de omsingeling van zijn batterij
14/VBIBOUWJoannesSdtMil3125.10.1911Ingelmunster10.05.1940VeldwezeltNeergeschoten tijdens schermutseling met Duitse parachutisten op de batterijstelling
Staf/IVCALLEBAUTHendrikWMMil3030.09.1910Jette25.05.1940RuiseledeVerpleger Gestorven tijdens bombardement van de batterijcolonne
1/ICARONHenriSdtMil3411.03.1914Hoeilaart11.05.1940HoepertingenGemitrailleerd tijdens verplaatsing van zijn batterijcolonne
ICEULEMANSFrans GermainSdtMil3516.10.1915Lier11.05.1940VlijtingenGesneuveld tijdens tegenaanval om de 1ste Batterij te ontzetten
VICOOLAdolfSdtMil3409.01.1914Opwijk26.05.1940Aarsele
OnbekendCOPIENNEArthurSdt06.05.1910Carnières12.02.1945Osiek (PL)Gestorven in krijgsgevangenschap
1/ICORNEILLIEVictorSdtMil3705.03.1918Lindhout10.05.1940Vroenhoven
VICREEMERSFlorentSdtMil3109.02.1911Oudenaarde11.05.1940Wellen
OnbekendDE CLERCQRémi Albert JozefSdtMil3929.10.1919Maldegem22.01.1941Isenbuttel (D)Omgekomen tijdens krijgsgevangenschap
13/VDE CREEGeorgesSdtMil3416.05.1914Grimbergen11.05.1940HerderenNeergeschoten tijdens een poging aan krijgsgevangenschap te ontsnappen
2/IDE CUYPERJacques Herman Marie AugusteKaptRes20/05/1898Mechelen11.05.1940VlijtingenBatterijcommandant, gesneuveld tijdens tegenaanval om de 1ste Batterij te ontzetten
16/VIDE GRANDEGustaafSdtMil3429.08.1914Beernem27.05.1940AarseleOmgekomen tijdens vroegtijdige ontploffing van een bom in het artilleriestuk
1/IDE HANDSCHUTTERGeorgeSdtMil3907.06.1918Oetingen10.05.1940VlijtingenGesneuveld tijdens luchtbombardement op zijn batterij
IIDE WOLFRemi JanSdtMil3919.09.1919Herdersem25.05.1940MarialoopOverleden aan zijn verwondingen in veldlazaret van Marialoop
16/VIDEKLEERMAEKERGuillaumeSdtMil3026.06.1910Hoeilaart27.05.1940LichterveldeOverleden aan zijn verwondingen na een luchtbombardement
13/VDERAETLouisSdtMil3006.06.1910Neder-Over-Heembeek11.05.1940Bommershoven
1/IEECKHOUTRené OmerSdtMil3822.01.1919Nederbrakel19.05.1940BorgloonOp 10 mei verwond tijdens luchtbombardement op zijn batterij.
Overleden in het veldlazaret te Borgloon
Staf/IFROMENTAlbertAdjtKROLt3817.04.1916Sint-Genesius-Rode11.05.1940VlijtingenGesneuveld tijdens tegenaanval om de 1ste Batterij te ontzetten
11/IVGODDERISLéo AridomarisBrigMil3528.11.1916Oostende12.05.1940VliermaalGesneuveld toen zijn colonne werd aangevallen door Duitse tanks
15/VHAESAERTAime JosephSdtMil3017.10.1910Heldergem12.05.1940Maastricht (NL)Kanonnier
Omgekomen als krijgsgevangene tijdens Brits luchtbombardement op Maastricht
3/IHESSELKarelSdtMil3921.08.1919Veurne11.05.1940HeesOverleden na verwondingen opgelopen tijdens schermutseling met Duitse parachutisten op de batterijstelling
8/IIIHEYMANNCladiusAdjtKROLt3431.01.1914Machelen26.05.1940MeulebekeBatterijcommandant a.i.
Gesneuveld tijdens omsingeling van zijn batterij
13/VKUFFERATHFrançoisOLtRes30.04.1913Brussel11.05.1940HerderenSectiecommandant
Gesneuveld door de uitwerking van een handgranaat tijdens gevechten op zijn batterijstelling
16/VILAGAEMichel AdolfSdtMil3922.02.1920Kortrijk27.05.1940TieltOmgekomen tijdens vroegtijdige ontploffing van een bom in het artilleriestuk.
Staf/VILEAUCOURTNoëlBrigMil3322.02.1913Lauwe25.05.1940AarseleTelegrafist Seiner
Chauffeur Groepscommandant
Gedood tijdens bombardement van de commandopost van de VIde Groep
Staf/IMAESMichel GuillaumeSdtMil3117.10.1911Menen11.05.1940Kemexhe
17/VIMEULEMEESTERGastonSdtMil3201.01.1912Ruddervoorde11.05.1940Alt HoeseltChauffeur Citroën Kégresse, gedood in zijn voertuig
na beschieting door Duits anti-tank geschut
Staf/IVMOENSJozef Jan AlfonsSdtMil4022.03.1920Leest10.05.1940GuigovenGesneuveld tijdens luchtbombardement op de veldtreinen van de IVde Groep
14/VMOREELWillemSdtMil3107.10.1911Kortrijk10.05.1940VeldwezeltNeergeschoten tijdens schermutseling met Duitse parachutisten op de batterijstelling
Staf/IVMORHAYEAmandusSdtMil2827.09.1908Neeren?26.05.1940RuiseledeGesneuveld tijdens bombardement van de veldtreinen van de IVde Groep
16/VIMUREZIvo OmerSdtMil3922.03.1920Ronse27.05.1940TieltOmgekomen tijdens vroegtijdige ontploffing van een bom in het artilleriestuk
Staf/IPERSIJNCamiel CyrielSdtMil3517.05.1915Stalhille17.05.1940BorgloonOp 10 mei verwond tijdens luchtbombardement op zijn batterij.
Overleden in veldlazaret van Borgloon
Staf/VPREUDHOMMEPaul FerdinandMajAct01.04.1895Namur13.08.1943Neubrandenburg (D)Groepscommandant, gestorven in krijgsgevangenschap
15/VREYNIERSJozef LeopoldSdtMil3310.02.1913Londerzeel12.05.1940Maastricht (NL)Omgekomen als krijgsgevangene tijdens Brits luchtbombardement op Maastricht
14/VTEMMERMANAndré AugusteSdtMil3120.09.1911Ledeberg10.05.1940VeldwezeltNeergeschoten tijdens schermutseling met Duitse parachutisten op de batterijstelling
III/StafTOUSSAINTFrançoisSdtMil3719.06.1917Oudergem07.08.1940Duitsland (KG)Gestorven in krijgsgevangenschap
VVAN DAMMEAndré PetrusSdtMil3201.06.1912Godveerdegem11.05.1940HerderenNeergeschoten tijdens poging om uit hinderlaag te ontsnappen
Staf/VVAN DE STEENEHonoréSdtMil3217.06.1912Poeke10.05.1940HerderenTelegrafist Seiner
Omgekomen tijdens bombardement van zijn observatiepost in de kerktoren van Herderen
8/IIIVAN DER SPIEGELHendrik LouisSdtMil3531.12.1914Aalst26.05.1940MeulebekeNeergeschoten tijdens omsingeling van zijn batterij
8/IIIVAN HASTELValèreSdtMil3211.10.1912Aarsele10.05.1940HerderenOmgekomen tijdens bombardement van zijn observatiepost in de kerktoren van Herderen
Staf/VVAN STEENBERGHEVictorSdtMil3125.09.1911Borsbeke10.05.1940HerderenTelegrafist Seiner
Omgekomen tijdens bombardement van zijn observatiepost in de kerktoren van Herderen
16/VIVANDENBROEKGeorge Jean LadislasSdtMil3029.06.1910Bierges26.05.1940LichterveldeOverleden aan zijn verwondingen na een luchtbombardement op de afwachtingsstelling van zijn batterij
16/VIVANDERMEERENCarolusSdtMil3427.01.1914Bertem27.05.1940TieltOmgekomen tijdens vroegtijdige ontploffing van een bom in het artilleriestuk
16/VIVANDERPELENRaymondSdtMil3409.05.1914Zaventem27.05.1940TieltOmgekomen tijdens vroegtijdige ontploffing van een bom in het artilleriestuk
Staf/IVVANDERVEKENAntoniaanSdtMil3505.12.1915Doncaster (GB)11.05.1940VliermaalGesneuveld toen zijn colonne werd aangevallen door Duitse tanks
Staf/VVANTOMMEEliasSdtMil3312.08.1913Zedelgem10.05.1940HerderenTelegrafist Seiner
Omgekomen tijdens bombardement van zijn observatiepost in de kerktoren van Herderen
1/IVANVOLSEMJean BaptistSdtMil3421.02.1914Dworp12.05.1940Gors Opleeuw
8/IIIVERLIEFDEAlbert (Eugeen)SdtMil3724.05.1917Bavegem20.05.1940Sint-Lievens-HoutemNeergeschoten tijdens een poging aan krijgsgevangenschap te ontsnappen

Bibliografie en Bronnen

  1. Historiek van de Rolinkazerne. [On Line beschikbaar] https://belgiummilitary.wordpress.com/vastgoed-geklasseerd-per-gemeente/etterbeek/ [Laatst geraadpleegd 20 februari 2022, vanaf 20 februari 2022 is de informatie verstrekt door deze site enkel nog beschikbaar tegen betaling en niet langer zichtbaar voor het grote publiek].
  2. Alden Biesen, Voormalige Commanderij der Teutonische Orde in Woord en Beeld, door Jonkheer Roelants du Vivier, Uitgeverij Nassen, Bilzen, 1964.
  3. Verslag Kapitein Weenen, commandant 14Bij/V/14A. Het verslag bevindt zich in het dossier 14A bij de Sectie Classified Archives, Algemene Dienst Inlichtingen en Veiligheid, Ministerie van Defensie .
  4. Het bombardement op Herderen 10 en 11 mei 1940, door Willy Brône, GOGRI Riemst, 2002.
  5. De pontonbrug wordt gebouwd door de 3Cie van het 269ste Duitse Genie Bataljon, het organiek geniebataljon van de 269(DEU)ID. Deze divisie had als opdracht om een bruggenhoofd over de Maas te veroveren ten zuiden van Maastricht. Bij de artilleriebeschieting sneuvelen meerdere soldaten van de 3/269(DEU)PI Btl. Tien van hen liggen begraven op het Duits militair kerkhof van Lommel. Lijst gesneuvelde Duitse militairen begraven op het Duits militair kerkhof van Lommel.
  6. Geschichte der 269. Infanterie-Division, Helmuth Römhild, Podzun-Verlag, Bad Nauheim-Dorheim, 1967.
  7. Eijsden dorp onder vuur, door Frans Roebroeks, Regionaal Historisch Centrum Limburg. [On Line beschikbaar]: https://www.rhcl.nl/application/files/5114/1648/2839/Eijsden_dorp_onder_vuur_1940.pdf  [Laatst geraadpleegd 5 juli 2021]. 
  8. Brigadier Crommen werd voor zijn inzet benoemd tot ridder in de orde van Leopold II met palm en hij kreeg ook het Oorlogskruis 1940 met palm. Hij werd geciteerd in het staatsblad met volgende tekst: “Werd zwaar gewond op 11 mei bij de verdediging van de commandopost van zijn batterij tegen geweldige aanvallen van de vijandelijke infanterie te Veldwezelt” Belgisch staatsblad Nr 362 p 11. [On Line beschikbaar].
  9. Overlijdensakte OLt Res Kufferath, stad Brussel, nr 667 opgesteld 11 juli 1940. (Overgemaakt door Bram Desmet).
  10. Uitgebreid getypt verslag opgesteld in het Frans door Kolonel Horckmans, bevelhebber van het 11Li. Op blz 10 vermeld Kol SBH Horckmans de ontmoeting met een sectie van de 17Bij te Schalkhoven. Het verslag bevindt zich in het dossier van het 11Li bij de Sectie Classified Archives, Algemene Dienst Inlichtingen en Veiligheid, Ministerie van Defensie.
  11. Historiek van het 1ste Regiment Jagers te Paard opgesteld door de verbroedering 1JP, blz 50. Wanneer na de Duitse doortocht in Wellen de rust terugkeert probeert Adjt KROLt de Moffarts van 1JP nog om onder dekking van een Franse verkenningseenheid de achtergelaten kanonnen te recupereren. De Jagers te Paard slagen er niet in om de gesaboteerde Citroën-Kégresse tractoren terug aan de praat te krijgen en laten op hun beurt de 155mm kanonnen van de 18Bij achter. [On Line beschikbaar]: https://drive.google.com/file/d/1y1ZUV1qLeO44CUfqLDS8CpAIE_Hva6iH/view [Laatst geraadpleegd 26 november 2018].
  12. Achtergrondinformatie bij het sneuvelen van Sdt Creemers [On Line beschikbaar]: https://www.wellen.be/sites/default/files/nieuws-toestand%20wellen%2010%20mei%201940.pdf  [Laatst geraadpleegd 25 augustus 2020].
  13. Dagboek van een fatale seconde – 11 mei 1940, door Pierre Baerten, Luc Tonneau en Jean-Louis Sourbron, uitgegeven door Geschied- en Heemkundige kring Werm, 2013
  14. Overlijdensakte Gaston Meulemeester, parochieregister Alt-Hoeselt, 11 mei 1940.
  15. Verslag Geneesheer 1ste Kapitein R. Scarcez, regimentsarts 6A. Het verslag bevindt zich in het dossier van het 6A bij de Sectie Classified Archives, Algemene Dienst Inlichtingen en Veiligheid, Ministerie van Defensie.
  16. Foto genomen op 12 mei boven Maastricht door de laatste Blenheim van het RAF 107 Squadron die het objectief overvloog met de bedoeling het resultaat van het bombardement te verifiëren (BDA – Battle Damage Assessment). De foto bevindt zich in de  archieven van het Imperial War Museum. De foto is een stille getuige van de doodsoorzaak van de zeven Belgische militairen van 18Li, 14A en 20A die als krijgsgevangen langs de Rechtstraat afmarcheerden richting Sint-Servaasbrug.
  17. Overlijdensakte Aimé Haesaert, Maastricht, Regionaal Historisch Centrum Limburg, 19 Jun 40, toegang 12.059, inventarisnummer 307, aktenummer 495. Achtergrondinformatie bij het sneuvelen van Soldaat Aimé Haesaert  in het artikel “Gesneuvelde soldaten WOI en WOII van Haaltert”, door René De Troyer, uitgegeven door Heemkundige kring Haaltert, 2005. [On Line beschikbaar]: https://heemkringhaaltert.be/   [Laatst geraadpleegd 5 juli 2021].
  18. Overlijdensakte Jozef Reyniers, Maastricht, Regionaal Historisch Centrum Limburg, 19 Jun 40, toegang 12.059, inventarisnummer 307, aktenummer 493.
  19. Nederlands onderzoek naar gesneuvelde Belgen in Maastricht [On Line beschikbaar]: http://www.maastrichtsegevelstenen.nl [Laatst geraadpleegd 27 maart 2022].
  20. Verslag Kapitein-commandant Roze, commandant III/14A, Evere, archief CHD. Kapitein-commandant Roze, Groepscommandant van III/14A wordt op bevel van 1ste Kapitein Med Scarcez van 6A op 14 mei afgevoerd naar het militair hospitaal van Antwerpen. De commandant werd eerder op de dag opgenomen door kloosterzusters te Lier en zit er fysiek en moreel helemaal door. Cdt Roze zal na een kort verblijf in het HM Antwerpen via het HRM van de Panne in eerste instantie doorgestuurd worden naar Berck-Plage in Frankrijk. Vervolgens wordt hij afgevoerd naar Nantes in Bretagne. Na zijn ontslag uit het militair hospitaal Arsène Leloup in Nantes wordt hij aangehecht bij het VOC/Aie in Limoux (Aude). Uiteindelijk wordt hij aangesteld als groepscommandant van I/32A.
  21. Het koopvaardijschip “Diamant” van de John Cockerill Line NV had net als de andere schepen van deze rederij de naam van een edelsteen. Het schip was ingeschreven in Antwerpen. Achtergrondinformatie bij de Diamant in het jaarboek 1982 van heemkring Ter Cuere Bredene, p89, John Cockerill Line NV, door L. Vande Casteele. [On Line beschikbaar]: https://core.ac.uk/download/pdf/84814685.pdf   [Laatst geraadpleegd 21 oktober 2019].
  22. Getypt verslag opgesteld in het Frans op 9 juni 1940 te Poitiers door Lt Res Robert de Lancker, een artillerieofficier behorende tot de Dienst van het Wagenpark en Brandstoffen van de Staf/DREA. Het verslag bevindt zich in het dossier DREA in het archief van de Sectie Classified Archives, Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid (ADIV), Ministerie van Defensie.
  23. Achtergrondinformatie bij de treinramp van Isenbüttel in het Frans met onder meer een volledige naamlijst van de slachtoffers  [On Line beschikbaar]: http://www.maisondusouvenir.be/isenbuttel_stalag1a.php  en een bron in het Duits https://de.wikipedia.org/wiki/Eisenbahnunfall_von_Gifhorn_(1941) [Laatst geraadpleegd 30 april 2020].
  24. Genealogisch onderzoek van Riemst en deelgemeenten, door Jean Buysmans
  25. Lothaire, R., 2013, L’artillerie lourde de campagne belge 1914-1918, Verviers: Editions du Patrimoine Militaire.
  26. Lothaire, R., 2010, L’artillerie de campagne belge de 1900 à 1940: tome I, Verviers: Editions du Patrimoine Militaire.
  27. Une batterie d’artillerie lourde en action durant les dix-huit jours de mai ’40, door Emile Bette, Adjudant KROLt, relaas 16/VI/14A
  28. Foto’s en memoires van Soldaat Maurits Marchant, stukoverste bij 7/III/14A overgemaakt door Eugène Marchant
  29. Foto’s en memoires van OLt Victor Cornille, Sectiecommandant bij 3/I/14A overgemaakt door Marc Cornille
  30. Everaert, R., 1952, Avec le régiment des carabiniers Prince Baudouin à la campagne des XVIII jours, Brussel: Goemaere
  31. Eindelijk Vrede, Kortessem een klein dorp tijdens de oorlog 1940 – 1945, Heemkundige kring Kortessem, 20 augustus 1994
  32. Verslag Luitenant-kolonel Bossuyt, commandant ondergroepering OOST, Evere, archief van de Sectie Classified Archives, Algemene Dienst Inlichtingen en Veiligheid, Ministerie van Defensie
  33. Overlijdensakte Leon Godderis, gemeente Vliermaal, akte nr 20 opgesteld 12 mei 1940.
  34. Albertus Godfroid Oud-strijder 1940 – 1945, door Sanne Meysmans, Zedelgem, 2007
  35. Getuigenis Kolonel Scharff, regimentscommandant 17Li, opgesteld in 1941 in het krijgsgevangenenkamp te Prenzlau.
  36. Extract van het velddagboek van het 8ste Regiment Artillerie van 10 en 11 mei (Archief van de Sectie Classified Archives, Algemene Dienst Inlichtingen en Veiligheid, Ministerie van Defensie te Evere)
  37. 20 RA, Si le 20ème Régiment d’Artillerie m’était conté, 1923-1940, door J. Thonus, 2008, Printing House défense.
  38. Genummerd boekje (Nr 74) uitgegeven naar aanleiding van de inhuldiging van het monument 40-45 van 14A op 10 juli 1949 in de Rolin kazerne te Etterbeek, door Luitenant-Generaal Raquez, Uitgeverij Cloetens-Dury, Elsene – Brussel, 1949
  39. Het is nog onduidelijk wat de Soldaat Corneillie van 1/I/14A deed bij de brug van Vroenhoven. Verder onderzoek moet uitwijzen of hij deel uitmaakte van een observatiepost bij het 18Li of dat hij als krijgsgevangene werd afgevoerd over de brug die op dat ogenblik nog onder Belgisch artillerievuur (van 14A en 20A) viel en waarbij bijna zeker doden en gewonden zijn gevallen onder de Belgische krijgsgevangen die via deze brug naar Maastricht werden geëvacueerd.
  40. Slagorde officieren 14A, archief van de Sectie Classified Archives, Algemene Dienst Inlichtingen en Veiligheid, Ministerie van Defensie
  41. Martens, M., 2004, Mei 1940: De Regio Tielt in de Vuurlinie, Tielt: De Roede van Tielt.
  42. Verslag Kapitein-commandant Quinet, commandant I/14A, Evere, archief van de Sectie Classified Archives, Algemene Dienst Inlichtingen en Veiligheid, Ministerie van Defensie.
  43. Gesneuvelden van Zottegem, door Danny Lamarq.
  44. Historique des forces Armées N° C.1.56.5, Belgique, Titre V, l’action de l’artillerie, Evere, archief van de Sectie Classified Archives, Algemene Dienst Inlichtingen en Veiligheid, Ministerie van Defensie.