Reglementaire benaming | 8ste Infanteriedivisie | 8ID 8ème Division d’Infanterie | 8DI |
|
Type | Infanteriedivisie | |
Ontdubbeld van | n.v.t. | |
Onderdeel van | VIIde Legerkorps | |
Bevelhebber | Generaal-majoor André Lesaffre | |
Commandant Infanterie | Generaal-majoor Alfred Desclée | |
Stafchef | Luitenant-kolonel SBH Herman Weber | |
Commandant Artillerie | Kolonel M. Delvaux | |
Commandant Gezondheidsdienst | Geneesheer Majoor Auguste J. Rorive | |
Intendant | Kapitein-commandant Louis Dumont | |
Commandant Transportkorps | Majoor Camille Cogge | |
Standplaats | Versterkte Positie Namen Commandopost in de Citadel te Namen |
|
Samenstelling | Hoofdkwartier | |
13de Linieregiment | ||
19de Linieregiment (- III Bataljon) | ||
21ste Linieregiment | ||
5de Regiment Artillerie (- IV Groep) | ||
10de Bataljon Genie | ||
8ste Bataljon Transmissietroepen | ||
Wielrijderseskadron 8ID | ||
Compagnie Getrokken C47 8ID (Kapitein A. Dorman) | ||
(Compagnie C47 op T13 8ID) (Kapitein-commandant Emile Salentiny) -> Aangehecht bij Bataljon T13 2CD | ||
Geneeskundig Korps 8ID | Staf (Med Lt F. Julien) | |
Geneeskundige Versterkingcompagnie (Med Kapt J. Linder) | ||
Lichte Ambulance (Med 1Kapt Camille Neuray) | ||
Ambulance Infanteriedivisie (Med 1Kapt Fernand Vandermolen) | ||
Sanitair Treinpeloton (TBC) | ||
Autopeloton der Sanitaire Vervoersformaties (Lt M. Mathieu) | ||
Compagnie Intendance 8ID (Luitenant H. Vannuvel) | ||
Transportkorps 8ID | Staf (Cdt Richard Deschepper) | |
Peloton voor Infanteriemunitie (PMI) (Lt A. Graux) | ||
1ste Autopeloton voor Infanteriemunitie (1PAMI) (Lt G. De Coster) | ||
2de Autopeloton voor Infanteriemunitie (2PAMI) (Lt jonkheer E. Pirmez) | ||
1ste Autopeloton voor Artilleriemunitie (1PAMA) (Lt R. Delattre) | ||
2de Autopeloton voor Artilleriemunitie (2PAMA) (Lt A. Lisein) | ||
Autopeloton voor Ravitaillering (PARa) (Lt A. Xhignesse) | ||
Autopeloton voor Materieel (PAMat) (Lt G, Chanoine) | ||
Atelier voor Herstelling van het Wagenpark (ARCA) (Lt R. Nivelles) | ||
Compagnie Luchtafweermitrailleurs (Kapitein G. Dubois) | ||
Provoost (Luitenant René Soussigne) |

Organisatie van de Versterkte Positie Namen in mei 1940.
Staf/8Div
De 8ste Infanteriedivisie (8Div) is een onderdeel van het op 22 november 1939 opgerichte VIIde Legerkorps. Dit legerkorps is de opvolger van de Troupes de Défense du Luxembourg et de Namur (TDLN) en bewaakt de Maas tussen Engis en Andenne alsook de Versterkte Positie Namen (VPN). Deze VPN is georganiseerd in drie sectoren, onderverdeeld in acht ondersectoren. In tegen wijzerzin:
- Sector Meuse-Meuse (MM)
- Ondersector I: vanaf de positie Meuse Aval tot het fort van Andoy (inclusief)
- Ondersector II: vanaf het fort van Andoy (exclusief) tot de positie Meuse Amont
- Sector Entre Sambre et Meuse (ESM)
- Ondersector III: vanaf de Maas stroomopwaarts van de stad tot de Samber
- Sector Position Fortifiée de Namur Nord (NN)
- Ondersector IV: vanaf de Samber tot de spoorlijn Namen-Brussel (inclusief)
- Ondersector V: vanaf de spoorlijn Namen-Brussel (exclusief) tot het fort van Emines (inclusief)
- Ondersector Vbis: vanaf het fort van Emines (exclusief) tot de kerktoren van Cognelée (inclusief)
- Ondersector VI: vanaf de kerktoren van Cognelée (exclusief) tot Ville-en-Waret (inclusief)
- Ondersector VIbis: vanaf Ville-en-Waret (exclusief) tot de positie Meuse Aval
Aan de vooravond van de Duitse aanval zijn de eenheden van de 8ste Infanteriedivisie als volgt verdeeld doorheen de Versterkte Positie Namen:
- In de sector Entre Sambre et Meuse (ESM) bevindt zich het I/13Li, ondersteund door de Ob75 houwitsers van de forten van Malonne en Saint-Héribert, eventueel aangevuld met het Ob75 geschut fort van Dave.
- Twee pelotons van het I/13Li zijn gedetacheerd bij de Maasbruggen te Anseremme, Hastière en Heer-Agimont om de tactische wacht bij de springinrichtingen te verzekeren.
- In deze ondersector bevinden zich tevens de 12 MVD loopgraafmortieren van de 2Bij van de Groep Loopgraafartillerie van het Vestingsregiment van Namen.
- De sector Meuse-Meuse (MM) staat onder het commando van de 8ste Infanteriedivisie en omvat de volgende formaties:
- In ondersector I (Meuse Aval – Fort d’Andoy) is het 21Li ontplooid met het I/21Li in het rechter kwartier en het II/21Li in het linker kwartier, ondersteund door de III/5A en het Ob75 geschut van het fort van Andoy, en eventueel het Ob75 geschut van het fort van Maizeret. De commandopost van het 21Li en de III/5A staan opgesteld in het Château de Loyers.
- In ondersector II (Fort d’Andoy -Meuse Amont) bevindt zich het 13Li met het III/13Li over de beide kwartieren van het eerste echelon, ondersteund door II/5A en eventueel de Ob75 houwitsers van het fort van Andoy. Het II/13Li is gekazerneerd in de Maria Henriettakazerne en heeft 2/3 van zijn effectieven aan het werk in ondersector II voor het aanleggen van veldversterkingen. De commandopost van het 13Li en de II/5A staan opgesteld in Château Goemar te Erpent.
- De divisiestaf heeft zijn hoofdkwartier op de citadel van Namen.
- De staf van het 5A bevindt zich te Beez.
- In de sector Meuse Aval, tussen Maizeret en Seilles, staat het 19Li opgesteld buiten de grenzen van de Versterkte Positie Namen. De regimentsstaf en het II/19Li bevinden zich te Hingeon. Het I/19Li wordt bevolen van uit Vezin en heeft de 1ste, 2de, 3de, 4de en 6de compagnies in vier onderkwartieren langsheen de Maas tussen Nâmeche en Seilles. Het 19Li wordt ondersteund door de I/5A aangevuld met de Ob75 van Maizeret. De I/5A wordt bevolen van uit Ville-en-Waret, omdat Hingeon te ver van de stellingen ligt.
- De sector Position Fortifiée de Namur Nord (NN) staat onder het bevel van de Commandant Infanterie van de 8ste Infanteriedivisie, Generaal-majoor Desclée. Deze sector is dun bezet en omvat slechts het IIIde Bataljon van het 4de Regiment Hulptroepen (III/4HuT), de 3Bij MVD loopgraafmortieren van het Vestingsregiment van Namen en de staf, 32Cie en 33Cie van het VIde Bataljon van de Speciale Vestingseenheden.
- Het III/19Li tenslotte staat onder rechtstreeks gezag van het VIIde Legerkorps. Bij het bataljon is 2/3 van de effectieven werkzaam te Waret-la-Chaussée bij de verdere uitbouw van de VPN, terwijl het overige 1/3 in de kazerne van Flawinne ingekwartierd is.
Staf/8Div
De staf van de 8ste Infanteriedivisie ontvangt het algemeen legeralarm om 00u45. De legerkorpsstaf beveelt om alle verlofgangers terug te roepen en tevens de wegversperringen en anti-tankbarrières rondom de Versterkte Positie Namen onmiddellijk te sluiten en te vergrendelen. Een goed uur later volgt een tegenbevel om de spoorwegen en de buurtspoorwegen en ook de wegen aangeduid als marsroutes voor het veldleger weer vrij te maken. Luitenant-kolonel SBH Weber noteert precies 28 minuten later dat alle eenheden op de hoogte gebracht zijn.
Na het alarm roept de divisie het II/13Li terug naar het linker kwartier van het eerste echelon van ondersector II. Het III/13Li trekt zijn compagnies samen in het rechter kwartier.
Kort na 06u00 laat het VIIde Legerkorps het III/19Li naar het Grand Bois de Grandes Salles verplaatsen. Het bataljon wordt hier opgesteld als onderdeel van de reservemacht van het korps en wordt stand-by geplaatst om tussenbeide te komen bij een eventuele luchtlanding. Het IIde bataljon wordt zonder de 6de compagnie teruggetrokken naar Hingeon als reservebataljon voor de 8ste Infanteriedivisie. De 6de compagnie behoudt zijn stellingen aan de Maas.
Om 07u05 ontvangt de divisiestaf een eerste situatierapport van het legerkorps. In deze update wordt de aanval op de 1ste Divisie Ardeense Jagers in de Ardennen gemeld en wordt bevestigd dat vanaf nu de Fransen en Britten onze bondgenoten zijn.
Buiten talkrijke meldingen dat her en der vijandelijke parachutisten geland zijn, verloopt de eerste oorlogsdag volgens plan. Om 08u00 geeft de korpsstaf de toestemming aan alle eenheden om bomen, struikgewas en andere hindernissen die het schootsveld belemmeren, te vellen. De genie mag tevens starten met het aanleggen van mijnenvelden.
De eerste oorlogsdag wordt afgesloten met de richtlijn dat de eenheden tijdens de komende nacht 3/4 van hun effectief mogen laten rusten, terwijl er steeds 1/4 de wacht dient op te trekken.
Compagnie Getrokken C47/8Div
Het II/13Li, III/13Li en het I/21Li hebben elk een van de drie pelotons van de compagnie ter beschikking als bijkomende anti-tankmiddelen.
Geneeskundig Korps/8Div
Het Geneeskundig Korps is ingekwartierd in het Institut Saint-Berthuin van de Minderbroeders te Malonne en ontplooit van hier uit zijn eenheden:
- De medische hulpplaats voor de divisie wordt geopend in deze school.
- Het korps opent twee hulpposten voor lichtgewonden: een eerste hulppost nabij kilometerpaal 2 op de baan van Namen naar Luik en een tweede nabij de kerk van te La Plante. In de gemeenteschool te Saint-Marc en bij elke regimentshulppost van de infanterie wordt een laadpunt voor gewonden opgesteld. Nabij het casino van Namen wordt een enkele ambulance geplaatst.
- De Geneeskundige Versterkingscompagnie laat twee pelotons op de medische hulpplaats, stuurt één peloton naar de hulppost voor lichtgewonden op de baan van Namen naar Luik en plaatst zijn vierde peloton nabij kilometerpaal 2,1 op de Hannuitsesteenweg.
Transportkorps/8Div
De staf van het transportkorps en het PAMat, met luchtdekking van één peloton luchtafweermitrailleurs, kantonneren te Bovesse en Saint-Denis. Kapitein-commandant Deschepper brengt van hier uit zijn eenheden in staat van alarm tussen 02u00 en 03u00. De formaties van het transportkorps vertrekken hierop naar hun alarmkantonnementen. Het ARCA installeert zich Moustier-sur-Sambre en gaat over tot de opeising van het nodige materieel en voertuigen om zijn slagorde volledig te maken.
Om 05u40 maakt de divisiestaf melding van diverse luchtlandingen tussen Eghezée en Leuze. De schrik voor parachutisten zit er van dan af goed in. Het PARa mag geen vrachtwagens meer uitsturen naar de eenheden die tijdelijk zelf hun levensmiddelen en paardenvoer dienen komen af te halen. De plannen voor de bedeling van benzine en smeerstoffen worden herzien. Alle pelotons krijgen het bevel om alternatieve kantonnementen uit te zoeken die beter verdedigbaar zijn bij luchtacties.
Even voor 11u00 laat het 2PAMA weten over meer artilleriemunitie te bezitten dan in de vrachtwagens kan vervoerd worden. Het overtollige deel mag afgevoerd worden naar het munitiedepot te Vedrin.
Kort na het middaguur merkt de staf van het transportkorps een Duits vliegtuig in moeilijkheden op. Het toestel komt neer ten noordoosten van Meux. Het peloton luchtafweermitrailleurs wordt onmiddellijk ter plekke gestuurd en kan de vier vijandelijke vliegeniers inrekenen. Het logboek van het toestel en de krijgsgevangenen worden overgemaakt aan de Rijkswacht te Meux.
De divisiestaf vraagt om 21u20 om enkele vrachtwagens uit te sturen naar het station van Eghezée om 5.000 handgranaten op te halen voor de drie infanterieregimenten van de divisie. Het kleine konvooi wordt geleidt door Luitenant Pirmez van het 2PAMI die rond 23u30 rapporteert dat er geen enkel treinstel te bespeuren valt in het station. Niemand blijkt te weten waar de handgranaten zich bevinden. De divisiestaf licht het hoofdkwartier van het legerkorps in.
Staf/8Div
Omstreeks 01u00 wordt het I/13Li naar het bos van Tronquoi nabij Franc-Waret gestuurd voor eventuele anti-parachutistenacties. Het bataljon wordt zo een onderdeel van de troepenmacht van de sector Position Fortifiée de Namur Nord (NN) die nog steeds onder het bevel staat van Generaal-majoor Desclée.
Na de middag krijgt de divisie krijgt versterking van de 1Cie van het IIde Bataljon van het 3de Regiment Hulptroepen. Dit bataljon is na zijn terugtocht uit de Ardennen te Belgrade aangekomen. De compagnie zal ingezet worden voor het graven van anti-tankgrachten in de sector Meuse-Meuse.
Het VIIde Legerkorps krijgt de opdracht om tijdens de nacht van 11 op 12 mei zijn vooruitgeschoven formaties langsheen de Maas terug te trekken tot binnen de Versterkte Positie Namen. De 2de Divisie Ardeense Jagers zal de Sector Engis – Andenne verlaten en wordt verplaatst naar de ondersector VI (Cognelée – Ville-en-Waret). Divisiecommandant Generaal-majoor Fernand Ley zal het bevel over de ganse sector Position Fortifiée de Namur Nord overnemen, tijdelijk bijgestaan door Generaal-majoor Desclée.
De 8ste Infanteriedivisie blijft verantwoordelijk voor de sector Meuse-Meuse en zal zijn dispositief als volgt herschikken:
- Het 19Li wordt tijdelijk aangehecht bij de 2de Divisie Ardeense Jagers en zal ontplooid worden in de ondersector VIbis (Ville-en-Waret – Meuse Aval). De vooruitgeschoven elementen van de Iste en IIde bataljons van het 19Li zullen teruggetrokken worden uit de ondersector Meuse Aval. Het IIIde bataljon wordt uit de Legerkorpsreserve gehaald. Het regiment zal een klassieke ontplooiing aannemen met twee bataljons op het eerste echelon, gedekt door een bataljon op het tweede echelon.
- In de sector Meuse-Meuse zullen het 13Li en het 21Li eveneens elk hun 3de bataljon terugkrijgen en een ontplooiing aannemen met twee bataljons op het eerste echelon, gedekt door een bataljon op het tweede echelon. Dit bevel zal echter gewijzigd worden wanneer de 2de Divisie Ardeense Jagers naar ondersectoren V en Vbis doorgeschoven wordt en het I/13Li en III/21Li naar ondersector VI bevolen worden.
- De divisie verliest de steun van de Compagnie Getrokken C47 8ID die overgaat naar de 2de Divisie Ardeense Jagers.
- Het Wielrijderseskadron van de 8ste Infanteriedivisie wordt teruggetrokken van de voorposten ten zuidwesten van de sector MM, zodat het 10de Bataljon Genie zowel de tactische als de technische wacht van de springinrichting in deze zone zal overnemen.
- Voor artilleriesteun zal de divisie beroep kunnen doen op op het 5A (minus IV/5A), en de houwitsers van de forten van Saint-Heribert, Dave, Andoy en Maizeret van het Vestingsregiment Namen. De 2Bij MVD mortieren van de Groep Loopgraafartillerie van het Vestingsregiment Namen wordt eveneens verplaatst van de sector Entre Sambre et Meuse naar de sector Meuse-Meuse.
Gezondheidsdienst, Transportkorps, Intendance
De divisiestaf beveelt dat de logistieke en medische eenheden de volgende standplaatsen dienen aan te nemen tegen middernacht op 12 mei:
- Staf Transportkoprs, 1PAMA en PAMat: Franière
- 1PAMI en 2PAMI: Ham-sur-Sambre
- 2PAMA: Sart-Saint-Laurent
- PARa en Intendance: Falisolles, met een distributieplaats te Gros-Buisson en overlaadpunten in het park van La Plante en het Bois de Gourmees.
- PMI: Malonne
- ARCA : Auvelais
- Medische Hulpplaats: Milieu du Monde aan de voet van de Citadel
- Verzamelplaats gewonden: Kilometerpaal 2 op de baan van Namen naar Luik, nabij de kerk van La Plante
- Verzamelpost voor zieke en gewonde paarden: Buzet
Transportkorps/8Div
Met uitzondering van het 21Li hebben alle eenheden van divisie zich tijdens de nacht van 10 op 11 mei aangediend bij het PARa voor het afhalen van haver en levensmiddelen. Een vrachtwagen wordt uitgestuurd naar deze eerste eenheid. Tijdens de voormiddag zal echter blijken dat het IV/5A vergeten werd. Luitenant Xhignesse zet de zaak recht. Aan het eind van de dag ontvangt het transportkorps een lijst van nieuwe kantonnementen op de zuidelijke oever van de Samber ten westen van Namen. Kapitein-commandant Deschepper meldt om 21u25 dat alle pelotons klaar zijn voor de mars. De staf en het PAMat vertrekken samen om 23u15, nog steeds onder dekking van een van de pelotons luchtafweermitrailleurs. Hun marsroute loopt van Bovesse, Temploux en Jodion tot in Franière waar ze om 01u45 aankomen.
Provoostdienst/8Div
De provoost wordt in hoofdzaak ingezet bij het begeleiden van het drukke militaire verkeer in de sector Position Fortifiée de Namur Nord (NN). In deze sector wordt niet alleen de 2de Divisie Ardeense Jagers en de troepen van het Franse 1ste Leger verwacht, maar zullen tevens tienduizenden militairen van het uit Luik terugtrekkende IIIde Legerkorps aankomen. Bij de bruggen van Beez en Ronet en in de dorpskern van Emines op de steenweg op Perwez worden telkens een onderofficier en drie rijkswachters geplaatst. Op de Leuvense Steenweg en de Waverse Steenweg wordt gepatrouilleerd. De ARCA’s van de divisie en het legerkorps houden depannagevoertuigen klaar om tussenbeide te komen op vraag van de provoost. De intendance en de gezondheidsdienst van de divisie krijgen elk twee Rijkswachters in versterking die zich specifiek met het verkeer dienen bezig te houden.
Staf/8Div
De legerkorpsstaf bevestigt in zijn eerste schriftelijke orders van de dag de Duitse oversteek van het Albertkanaal en de evacuatie van de Versterkte Positie Luik. De Groepering Keyaerts heeft het bevel gekregen om de linies van VPN naar het noorden te verlengen door een stellingname tot en met Perwez, alhoewel de Franse 5ème Division d’Infanterie Nord-Africaine de verbinding gerealiseerd heeft tussen de Versterkte Positie Namen en de Dyle-linie. De limieten van de operatiezone van het VIIde Legerkorps zijn nu als volgt bepaald:
- In het noorden loopt de scheidingslijn tussen de Groepering Keyaerts en het VIIde Legerkorps tussen Saint-Denis en Saint-Germain (inclusief).
- In het zuiden loopt de scheidingslijn tussen het VIIde Legerkorps en het Franse IIème Corps d’Armée Motorisée van de kerktoren van Aisemont tot de kerktoren van Dave (inclusief). De Franse 5ème Division d’Infanterie Motorisée heeft postgevat langsheen de bovenloop van de Maas vanaf Dave.
Deze operatiezone van het VIIde Legerkorps is onderverdeeld in drie sectoren:
- De 2de Divisie Ardeense Jagers is toegewezen aan de sector vanaf de lijn Saint-Dens/Saint-Germain (inclusief) tot Route de Champion tussen Cognelée en Waret-la-Chaussée (exclusief).
- De divisie krijgt artilleriesteun van III/12A en IV/12A.
- De divisiestaf werkt van uit het oude fort van Emines.
- Generaal-majoor Desclée beveelt de Groepering D in de sector van de Route de Champion tussen Cognelée en Waret-la-Chaussée (inclusief) tot de benedenloop van de Maas.
- Ondersector VI wordt bezet door het I/13Li en het III/21Li.
- Ondersector VIbis wordt bezet door het 19Li.
- De groepering krijgt artilleriesteun van I/5A en IV/5A, en de Ob75 van de forten van Maizeret en Marchovelette.
- Desclée heeft zijn commandopost in Château Sardenson te Bouge.
- De 8ste Infanteriedivisie blijft verantwoordelijk voor de sector Meuse-Meuse.
- De divisie krijgt artilleriesteun van II/5A en III/5A, en de Ob75 van de forten van Saint-Héribert, Dave, Andoy en Maizeret. Deze vuursteun blijft aangevuld met de MVD mortieren van de 1Bij en 2Bij van de Groep Loopgraafartillerie van het Vestingsregiment Namen.
- De divisie beschikt tevens nog over de 1Cie van het IIde Bataljon van het 3de Regiment Hulptroepen.
- De commandopost blijft op de citadel.
- Het Wielrijderseskadron van de 8ste Infanteriedivisie neemt de bewaking van de bruggen over de Maas stroomafwaarts van Jambes voor zijn rekening. De wachtdetachementen van het 21Li kunnen zo terugkeren naar hun regiment.
De 8ste Infanteriedivisie ontvangt de richtlijn om zijn bagageechelons samen te brengen rondom Oignies.
De stalen Cointet hekkens aan de doorgangspunten van de anti-tankversperring worden kort na het middaguur voor goed gesloten en vergrendeld. Alleen de steenweg naar Marche blijft nog een tijdje open om de doortocht van de laatste troepen mogelijk te maken. Het 10de Geniebataljon is inmiddels ook gestart met het aanzetten van alle wegvernielingen in het voorgebied van de sector. Bij het uitvoeren van de laatste vernielingen vallen enkele ploegen van de 1Cie van het 10Gn onder vijandelijk geweervuur. De vijand heeft echter niet de intentie om van hier uit naar Namen op te rukken en viseert een oversteek van de Maas ten zuiden van de stad.
Het IIde Bataljon van het 3de Regiment Hulptroepen verlaat Namen.
Geneeskundig Korps/8Div
De divisiestaf laat de medische hulpplaats verhuizen van Milieu du Monde naar Institut Saint-Berthuin te Malonne.
Intenance/8Div
De intendance van de divisie mag zich tussen 08u00 en 09u30 bevoorraden bij de 1ste Provianddienst Namen.
Transportkorps/8Div
Om 04u15 meldt Kapitein-commandant Deschepper aan de divisiestaf dat alle verplaatsingen goed verlopen zijn en de eenheden van het transportkorps zich op de aangeduide locaties bevinden. De pelotons gaan opnieuw aan het werk. Het PARa haalt tijdens de ochtend 5000 liter benzine op bij Purfina in Jambes.
Staf/8ID
De ontplooiing van het Franse leger ten noorden en ten zuiden van Namen draait op volle toeren. Het VIIde Legerkorps is onder het bevel van het Franse Vème Corps d’Armée komen te staan. Tijdens de ochtend van 13 mei verspreid Luitenant-generaal Deffontaine de nieuwe organisatie van de VPN:
- De operatiezone van het VIIde Legerkorps strekt nog steeds in een grote boog van Trieux des Frênes net ten westen van Emines tot Dave. De zone wordt georganiseerd in twee sectoren:
- Sector Noord omvat de 2de Divisie Ardeense Jagers, de Groepering D met als kernelementen het I/13Li, III/21Li en het 19Li, en tenslotte de Franse 5ème Division d’Infanterie Nord-Africaine. De commandant van deze laatste formatie, GénéralViellar, is op het Château de Flawinne aangekomen en wordt de bevelhebber over de volledige sector. De Fransen verklaren zich akkoord om hun anti-tankmiddelen te verspreiden onder de Belgische formaties.
- Sector Zuid is de oude sector Meuse-Meuse en blijft bezet door de 8ste Infanteriedivisie met het het gros van het 13Li en het 21Li.
- De verdeling van de artilleriemiddelen blijft behouden.
Er is tevens een plan in de maak om de 1ste Divisie Ardeense Jagers toe te wijzen aan de verdediging van de linkeroever van de Maas tussen Namen en Dave, maar dit zal door de snelle ontwikkeling van de Duitse opmars niet gerealiseerd worden en deze divisie wordt op 14 mei rechtstreeks naar het westen teruggetrokken.
Geneeskundig Korps/8Div
Bij een schietincident met een Belgische militair raakt 1Kapt der Administratie Wynrocx van de staf van het geneeskundig korps dodelijk gewond. De kapitein overlijdt korte tijd later.
Transportkorps/8Div
Tijdens de tweede helft van de nacht van 12 op 13 mei worden de I/5A en IV/5A bevoorraadt met een halve vuureenheid munitie door het 2PAMA. Bij hun terugkeer passeert het peloton via het munitiedepot te Vedrin om de vrachtwagens opnieuw aan te vullen. De divisiestaf beveelt opnieuw aan het PARa om op 13 mei geen leveringen te doen bij de eenheden van de divisie en vraagt opnieuw dat haver en levensmiddelen door de klanten zelf worden afgehaald op de distributiepunten. Het PMI vult zijn caissons aan te Vedrin en stuurt deze naar de drie infanterieregimenten van de divisie. De paardenwagens zullen van hier uit verder werken. Net voor dageraad wordt het distributiepunt in het park van La Plante ontdekt door Duitse vliegtuigen die lichtfakkels afwerpen. Er volgt een korte luchtaanval die gelukkig geen slachtoffers maakt. De rest van de dag verloopt zonder incidenten. De beide PAMI’s zijn het meest actief daar de infanterieregimenten hun munitievoorraden dienen te maximaliseren.
Staf/8ID
De Franse 5ème Division d’Infanterie Nord-Africaine is nu op zijn posities en dit laat toe om het I/13Li en het III/21Li terug te sturen naar hun regimenten in de sector Meuse-Meuse om hier een tweede echelon te vormen. De Groepering D wordt ontbonden en het 19Li blijft achter onder het bevel van de 2de Divisie Ardeense Jagers. Deze divisie schuift enigszins op naar rechts en neemt de oude ondersector VI over van deze twee bataljons. Het I/13Li en het III/21Li verplaatsen zich naar respectievelijk ondersector II en ondersector I in de sector Meuse-Meuse gedurende de voormiddag.
Het commando van het Franse Vème Corps d’Armée beklaagt zich er over dat de militairen van de Belgische steuneenheden niet steeds hun persoonlijk wapen bij hebben en hun helm en gasmasker dragen. Er wordt een nieuwe instructie verspreid om hier uitdrukkelijk op te wijzen.
Intendance, PARa/8Div
Het Autopeloton voor Ravitaillering (PARa) en de Intendance werken nog steeds van uit Falisolles en runnen tevens een distributieplaats te Gros-Buisson en overlaadpunten in het park van La Plante en het Bois de Gourmees.
Transportkorps/8Div
De beide PAMI verdelen nog maar eens een belangrijke hoeveelheid munitie en granaten onder de drie infanterieregimenten. Na de middag krijgen het 1PAMA, het PAMat en de Cie Luchtafweermitrailleurs de taak om een aantal wegen te blokkeren op de grens tussen het marsgebied van het Franse 1ste Leger en de sector van de 8ste Infanteriedivisie. De Fransen hebben zich bij het VIIde Legerkorps beklaagd dat de Belgische steuneenheden de opmars van hun troepen hinderen. In de vooravond wordt de infanterie bevoorraad met witte, rode en groene lichtkogels voor seinpistolen.
Omstreeks 22u00 meldt het 2PAMA dat een deel van het dorp Sart-Saint-Laurent naar rotte eieren ruikt. Er werd gasalarm gegeven. Vermoedelijk zou het om waterstofsulfide te gaan. Het bericht blijkt vals, maar is een goed voorbeeld voor de angst voor gasaanvallen die in 1940 wel degelijk heerste.
Staf/8Div
Tijdens de tweede helft van de nacht van 14 op 15 mei wordt duidelijk dat het Franse 1ste Leger helemaal niet in staat in om de lijn Waver-Namen verder te verdedigen. De Franse troepen ontruimen de sector tussen Rhisnes en Cognelée en pivoteren in tegen wijzerzin op de lijn tussen Rhines en Namen. De 2de Divisie Ardeense Jagers dreigt achter te blijven zonder verbinding met de Fransen. Luitenant-generaal Deffontaine heeft geen contact meer met het hoofdkwartier van Generaal Blanchard en wordt bijzonder nerveus over het lot van zijn troepen. Even voor 07u00 valt de beslissing: Generaal-majoor Van Overstraeten beveelt aan het VIIde Legerkorps om de VPN op te geven en het veldleger in Vlaanderen te vervoegen. Het Franse opperbevel zal drie uur later ingelicht worden.
Deffontaine laat de evacuatie van de VPN onmiddellijk opstarten en heeft de uitdrukkelijke missie om zijn legerkorps nog voor 21u00 volledig ten westen van de lijn van de rivier de Orneau te brengen (de lijn Gembloers – Jemeppe – Fosses-la-Ville). De Samber zal de scheidingslijn van de marszones van de 8ste Infanteriedivisie en de 2de Divisie Ardeense Jagers vormen. Hierbij zal de 8ste Infanteriedivisie ten zuiden van de Samber vorderen en de 2de Divisie Ardeense Jagers ten noorden van de rivier. De linkerflank van de marszone zal gedekt worden door één bataljon van het 13Li. Tegen 05u00 op 16 mei moet het volledige legerkorps zich ten westen van de lijn Wagnelée-Châtelet bevinden.
De divisiestaf, met ook de commandant 5A, vertrekt kort voor 10u00 eerst naar Floreffe en zal tijdens de namiddag doorreizen naar Auvelais. De formaties van de 8ste Infanteriedivisie die zich ten noorden van Namen bevinden krijgen de opdracht om de Samber over te steken te Floriffoux. De eindbestemmingen voor de eerste etappe worden aangeduid in het gebied tussen Auvelais, Falisolle en Aiseau-Presles.
Dit bijzonder strakke tijdsschema zal niet gerealiseerd worden. De aftocht van het VIIde Legerkorps in oost-west richting komt immers haaks te liggen op de aftocht van het Franse 1ste Leger dat naar het zuidwesten weg wil. Bij gebrek aan coördinatie tussen de beide manoeuvres zullen talrijke colonnes mekaar voor de voeten lopen. Daarbij zullen de eenheden van het VIIde Legerkorps niet alleen veel vertraging oplopen, maar ook vaak in direct conflict met hun Franse bondgenoten verzeild raken. Vaak komt het tot hoogoplopende ruzies of ontzeggen de Fransen op agressieve wijze het gebruik van de belangrijke verkeersaders. De divisiestaf noteert de volgende incidenten:
- Het bagageechelon van het II/21Li wordt gedurende lange tijd geblokkeerd door een kruisende Franse colonne.
- De motorvoertuigen van de staf van het 21Li komen voor de door de Franse vernielde brug van Tamines te staan en worden door onze bondgenoten teruggestuurd naar Jemeppe-sur-Sambre.
- Het bagageechelon van de 2Cie van het 10Gn wordt gedurende een vijftal uren tegengehouden in een uit de hand gelopen Franse identiteitscontrole.
Dat de divisiestaf slechts weet blijkt te hebben van een drietal incidenten is tevens getuige van de bijzonder gebrekkige communicatie tussen de eenheden bij de aftocht uit Namen. Het VIIde Legerkorps onderneemt een poging om de orde te herstellen en beveelt even voor het middaguur dat de 8ste Infanteriedivisie van de zuidelijke oever van de Samber weg moet en het zelfde marsgebied als de 2de Divisie Ardeense Jagers dient te gebruiken. Zo veel mogelijk formaties van de divisie worden naar de brug te Jemeppe-sur-Sambre gedirigeerd.
In de loop van de late namiddag wordt het duidelijk dat het terugtrekkende Franse 1ste Leger een een defensieve positie zal innemen langsheen de loop van de Orneau die te Jemeppe in de Samber uitmondt.. Verschillende Belgische formaties die op de linker oever van het riviertje aangekomen zijn, maken melding van Franse eenheden die zich ingraven en klaar maken voor de strijd. Luitenant-generaal Deffontaine kan dan ook niet anders dan zijn legerkorps opnieuw de baan op te sturen om tijdens de nacht van 15 op 16 mei de nodige afstand met het naderende front te creëren. Deffontaine beveelt dat tegen 05u00 op 16 mei moet het volledige legerkorps zich ten westen van de lijn Wagnelée-Châtelet moet bevinden. De staf van de 8ste Infanteriedivisie, die eerste halt had moeten houden te Auvelais, verplaatst zich verder naar Vellaine-sur-Sambre en zet vervolgens koers naar Thiméon.
Transportkorps/8Div
Na het loze gasalarm te Sart-Saint-Laurent staan de zenuwen bij de manschappen van het 2PAMA erg gespannen. Tijdens de vroege ochtend worden verscheidene verdachte burgers in het dorp opgepakt en aan de Rijkswacht overgedragen.
Om 07u25 ontvangt de staf van het transportkorps een alarmmelding van de divisiestaf. Alle eenheden moeten zich onmiddellijk klaarmaken voor de mars en Kapitein-commandant Deschepper moet nabij de telefoon beschikbaar blijven voor verdere orders. Een uur later krijgt hij te horen dat alle eenheden zo snel mogelijk naar Binche moeten doorgestuurd worden via de zuidelijke oever van de Samber. Kort nadien wordt de eindbestemming gewijzigd naar Morlanwez. De divisiestaf laat weten dat het hoofdkwartier te Namen tegen 10u00 gesloten wordt en er aan het eind van de dag contact moet gezocht worden op het gemeentehuis van Auvelais.
Om 10u30 vertrekt de colonne met de staf, het PAMat, de Cie Luchtafweermitrailleurs via Cortil-Mozet, Aisemont, Aiseau-Presles, Chatelet, Gilly, Charleroi, Anderlues en Carnières. In tegenstelling tot heel veel andere formaties van de 8ste Infanteriedivisie, kan dit detachement snel vorderen. Alleen te Marchienne-au-Pont moet een goed half uur aangeschoven worden om de Fransen door te laten. Onderweg wordt ook twee keer halt gehouden voor luchtaanvallen. De colonne rijdt Morlanwez binnen om 13u30.
Onderstafchef Luitenant-kolonel SBH Servais van het VIIde Legerkorps pleegt overleg met de Directie der Ravitailleringen en Evacuaties van het Leger (DREA) om de nodige schikkingen te treffen voor de bevoorrading van de troepen tijdens de mars. De DREA zal een poging ondernemen om tegen de ochtend van 16 mei een Dagelijke Bevoorradingstrein uit te sturen naar het station van Leval-Trahegnies. Ondertussen zal een voorraad van 50.000 broden georganiseerd worden via het plaatscommando van Charleroi. De intendance van de 8ste Infanteriedivisie zal in alle haasten zijn beenhouwerij proberen te ontplooien te Bascoup.
De staf van het transportkorps heeft aan het eind van de dag geen contact met de divisiestaf. De korpsstaf weet kort voor middernacht wel de juiste locatie van het hoofdkwartier te bevestigen.
Staf/8Div
De divisiestaf, waaronder tevens Kolonel Delvaux, bereiken Thiméon om middernacht tijdens de nacht van 15 op 16 mei. Het VIIde Legerkorps tracht nog steeds om de verdere aftocht naar het westen in goede banen te leiden en stuurt om 08u20 een handgeschreven order naar Generaal-majoor Lesaffre om zijn troepen tijdens de nacht van 16 op 17 mei op de linkeroever van het Kanaal Brussel-Charleroi te laten brengen. Dit order bepaalt dat alle narscolonnes tegen 19u30 ten westen van de lijn Gembloers-Genappe moeten zijn. De divisiestaf moet dan tijdens de nacht van 16 op 17 mei verplaatst worden naar Familleureux, terwijl de eenheden dienen halt te houden in de gemeentes Familleureux, Seneffe, Mignault en Manage. Luitenant-generaal Deffontaine wijst er wel op dat het vertrekuur vervroegd kan worden. Dit vroegere vertrek komt er sneller dan verwacht. De divisie wordt om 11u00 op weg gestuurd en krijgt een nieuw marsgebied toegewezen om deze verplaatsing te realiseren. Het marsgebied is echter bijzonder smal en bovendien is met het Franse leger overeengekomen om alle hoofdwegen aan onze geallieerden over te laten. De divisiestaf rijdt door naar Masi ten noorden van Soignies.
Het contact tussen de divisiestaf en de eenheden blijft bijzonder moeizaam. Verschillende eenheden van de divisie dwalen af uit het marsgebied, veelal onder druk van de aftocht van het Franse leger. Sommige elementen worden door de Fransen gewoonweg ingezet voor hun eigen zaak. In hun pogingen om het veldleger in Vlaanderen te vervoegen dwalen enkele detachementen wel erg ver af en belanden onder meer in Noord-Frankrijk. Deze incidenten blijven aanhouden tot de voltooiing van de aftocht naar de Bovenschelde en zullen er toe leiden dat de divisie een flink deel van zijn gevechtswaarde verliest.
Transportkorps/8Div
Luitenant Block wordt om 05u45 op pad gezet naar Thiméon om het contact met de divisiestaf te herstellen. Bij aankomst vraagt de staf om dringend een tankwagen met benzine laten aan te rukken zodat de motorvoertuigen van het hoofdkwartier bijgetankt kunnen worden. Het PARa krijgt de vage raad om te Bergen een poging te wagen om zijn voorraden aan te vullen. De eenheden kunnen ondertussen wat uitrusten en zich herorganiseren. Te Morlanwez wordt eveneens gezocht naar geschikte vrachtwagens en bestelwagens die opgeëist kunnen worden.
Het transportkorps verlaat Morlanwez om 11u50 en verplaatst zich naar Hoves. De tocht leidt via La Louvière, Roeulx en Soignies. Het centrum van deze laatste stad wordt vermeden op aangeven van de korpsstaf; vermoedelijk omwille van de eerdere luchtaanvallen aldaar. Bij de aanloop naar Hoves zijn de militairen trouwens getuigen van het bombardement dat de Luftwaffe op Edingen zal uitvoeren tussen 14u30 en 16u30. Na aankomst te Hoves stuurt het hoofdkwartier van het VIIde Legerkorps de eenheden naar Lanquesaint en Isières met de belofte dat de divisiestaf op de hoogte zal gehouden worden van deze orders. De staf bereikt uiteindelijk Lanquesaint om 21u10 en houdt hier halt voor de komende nacht.
Het 2PAMA verliest onderweg het contact met de staf van het transportkorps, maar dat zal de tocht naar het westen niet echt in de weg staan. Het peloton zal op 18 mei Dentergem bereiken en kan aan het eind van die dag opnieuw aansluiten.
Staf/8Div
De staf van de 8ste Infanteriedivisie en het commando van het 5A verlaten Masi om 06u00 en komen tegen 10u00 aan op hun nieuwe standplaats op het kasteel van Wannegem-Lede.
Het hoofdkwartier van het VIIde Legerkorps zal naar Poeke overgebracht worden. Luitenant-generaal Deffontaine laat tevens weten dat zijn legerkorps zal versterkt worden met de 9de Infanteriedivisie en de 10de Infanteriedivisie die onderweg zijn naar de Bovenschelde van de K.W. Stelling. Hij verspreid kort na de middag zijn eerste plannen voor de verdediging van de Bovenschelde. In eerste instantie wordt aan de 8ste Infanteriedivisie en de 2de Divisie Ardeense Jagers bevolen om tegen de ochtend van 18 mei ten westen van de Dender aan te komen. De generaal bevestigt dat de beide divisies vervolgens naar de linkeroever van de Leie zullen gestuurd worden om in de zone tussen Astene en Olsene te reorganiseren. Verder wordt de te verdedigen zone van de Bovenschelde opgedeeld in twee sectoren waarbij de 9de Infanteriedivisie in het noorden zal post vatten en de 10de Infanteriedivisie in het zuiden.
De 8ste Infanteriedivisie krijgt hierbij in eerste instantie de dorpen Oeselhem, Markegem, Wakken en Oostrozebeke aangeduid als nieuwe kantonnementsplaatsen.
Detachement Kapitein Pirson (Staf/8Div)
Gasbeschermingsofficier (“Officier Z”) Kapitein Pirson en pelotonscommandant van het Peloton Beveiliging van het hoofdkwartier, Luitenant Héro, komen aan met een groepje militairen van de staf in het Hergroeperingscentrum voor Afgezonderden van het Leger (CRIA) te Zarren. Hier ontmoeten de beide officieren de luitenanten Van Ooteghem en Boussart van de staf van 5A die eveneens op de dool geraakt zijn.
Geneeskundig Korps/8Div
Tijdens de verplaatsing naar Vlaanderen raakt Med Lt Nopere van de Lichte Ambulance op de dool. De luitenant zal enige dagen later aan de kust verzeild raken en zal tot het eind van de veldtocht in Reservehospitaal 54 in het Zeepreventorium va De Haan werken.
Transportkorps/8Div
Het transportkorps ontvangt om 10u35 een bericht van het hoofdkwartier van het VIIde Legerkorps waarin vernomen wordt dat de 8ste Infanteriedivisie de dorpen Oeselhem, Markegem, Wakken en Oostrozebeke aangeduid krijgt als nieuwe kantonnementsplaatsen. Er is nog steeds geen contact met de divisiestaf. Er wordt ook bevestigd dat de intendance van het legerkorps zich aan de zuidrand van Tielt zal vestigen. Het detachement rond de staf, het PAMat, de Cie Luchtafweermitrailleurs vertrekt om 13u00 via Ellezelles, Ronse, Berchem, Anzegem en Waregem naar Markegem. De rit verloopt zonder incidenten. Alleen bij de passage te Sint-Eloois-Vijve moet er even aangeschoven worden en trachten verkeersregelaars van het Britse leger de vluchtelingenstroom in goede banen te leiden. Om 15u30 is iedereen op zijn bestemming.
Staf/8Div
Transportkorps/8Div
Het transportkorps verblijft te Markegem. Er kan de ganse dag gerust worden. Het station van Aarsele wordt aangeduid als bevoorradingsplaats voor de divisie. Tijdens de late avond moet opnieuw de bedeling van haver en levensmiddelen opgestart worden van de troepen van de divisie die reeds op hun bestemming aangekomen zijn. Het PARa vertrekt om de nodige voorraden in ontvangst te nemen te Aarsele. Er komt echter geen Dagelijkse Bevoorradingstrein en het peloton zal de ganse nacht afwachten. Het legerkorps pleegt overleg met de Directie der Ravitailleringen en Evacuaties van het Leger te Brugge.
Luitenant Lisein en het 2PAMA verlaten rond 21u30 Dentergem en sluiten opnieuw aan bij het transportkorps van de divisie.

Initiële opstelling voor de verdediging van de lijn Terneuzen-Gent-Oudenaarde.
Staf/8Div
De divisie bevestigt de locaties van de kwartieren van de diverse eenheden:
- De divisiestaf werkt van uit een villa aan de Oeselgemstraat 24 te Zulte.
- Het 8TTr en het 10Gn kantonneren in de gebouwen van het Kasteel Te Lake en langsheen de kasteeldreef.
- Het 13Li, het VI Bon SVE en de Intendance hebben het kantonnement Sint-Eloois-Vijve toegewezen gekregen. Dit kantonnement staat onder bevel van de Commandant 13Li.
- Het 19Li en het 21Li bezetten het kantonnement Olsene, met de Commandant 19Li als bevelhebber van het kantonnement.
- Het 5A is aangehecht bij de 10de Infanteriedivisie en zal ingezet worden bij de verdediging van de Bovenschelde.
De divisiestaf beveelt tevens dat alle civiele verkeer verboden wordt doorheen het kantonnementsgebied en dit in alle richtingen, met uitzondering van vluchtelingen die naar het westen weg willen. Het verbod geldt eveneens voor fietsers. De plaatselijke burgemeesters worden ingelicht. De provoostdienst zorgt voor de naleving van het verbod.
Compagnie C47 op T13/8Div
De Compagnie T13 wordt doorgestuurd naar de 5Div die de sector Semmerzake-Munte van het Bruggenhoofd Gent bezet. De 5Div beschikte op 10 mei immers nog niet over zijn eigen organieke Compagnie T13. De voertuigen worden verdeeld onder het 1J, 2J en 4J tijdens de eerste helft van de nacht van 19 op 20 mei.
Gezondheidsdienst, Transportkorps, Intendance/8Div
De divisiestaf bevestigt kort na 18u00 de organisatie van de logistieke en medische steun voor de komende dagen:
- De staf van het transportkorps en het PAMat zijn ingekwartierd te Lendelede.
- Het PARa wordt ingekwartierd in het gehucht Bosmolens ten zuiden van Izegem. De terreinen van het station van Deinze fungeren als bevoorradingsplaats voor de divisie. De legerleiding zal echter geen gebruik meer maken van de Dagelijkse Bevoorradingstreinen, maar zal de aanvoer organiseren met vrachtwagens van de Legerautogroepering. Voor de verdeling onder de eenheden van de divisie zal het PARa distributiepunten organiseren te Oslene (19Li en 21Li), Zulte (8TTr en 10Gn), Sint-Eloois-Vijve (13Li en VI Bon SVE) en Wannegem-Lede (5A). De overige eenheden moeten zelf het nodige transport naar Bosmolens sturen. Wisselstukken worden bevoorraad van uit Oeselgem. Het PARa zal benzine inslaan bij Shell aan de Wondelgemkaai te Gent en deze verdelen tussen 15u00 en 17u00 van uit een distributiepunt in een stuk bosland net ten oosten van Wakken.
- Het 1PAMI zullen te Bavikhove en het 2PAMI te Hulste kantonneren.
- Het 1PAMA wordt ingekwartierd te Wakken en het 2PAMA te Dentergem. De beide pelotons zullen voor de 10de Infanteriedivisie werken.
- Het PMI dient zich te installeren te Ooigem.
- Het ARCA staat opgesteld worden te Oekene.
- Slachtoffers en zieken mogen geëvacueerd worden naar het MCC Roeselare-Izegem of het MCC van het VIIde Legerkorps in het kasteel van Olsene. Niet dringende gevallen mogen direct naar Roeselare overgebracht worden om de capaciteit te Olsene te vrijwaren. De divisie heeft zijn medische hulpplaats geïnstalleerd te Oostrozebeke.
- Het verzamelpunt voor gekwetste paarden bevindt zich te Oeselgem. Gewonde dieren kunnen eveneens afgevoerd worden naar de Ziekenstal van het Leger te Tielt.
- Het verzamelpunt voor krijgsgevangenen van het VIIde Legerkorps bevindt zich in het klooster der Zusters van Onze Lieve Vrouw te Waregem.
Transportkorps/8Div
Het PARa staat om 10u30 nog steeds te wachten op de Dagelijkse Bevoorradingstrein te Aarsele wanneer de divisiestaf eindelijk laat weten dat deze treinen niet langer zullen functioneren. De Legerautogroepering heeft een aantal vrachtwagens met levensmiddelen onderweg naar Oostrozebeke. Het PARa moet hier om 12u30 present staat om de voorraden in ontvangst te nemen. Wanneer kort na 18u00 de orders voor de organisatie van de logistiek voor de komende dagen toekomen en het transportkorps zijn nieuwe kantonnementen toegewezen krijgt, laat Kapitein-commanant Deschepper de pelotons klaarmaken voor de verplaatsingen. De eenheden verlaten Markegem tussen 20u00 en 21u00. Iedereen is op een goed half uur ter plekke.
Provoost/8Div
De provoostdienst van de divisie organiseert een barragelijn voor het onderscheppen van verdwaalde en gevluchte militairen van het VIIde Legerkorps langsheen de Leie tussen Petegem-aan-de-Leie en Sint-Baafs-Vijve. Er worden ook drie verkeersposten geplaatste te Olsene, Zulte en Sint-Eloois-Vijve om het civiele verkeer tegen te houden met uitzondering van vluchtelingen die naar het westen weg willen. Het 13Li, 19Li en 10Gn leveren telkens een piket van vier manschappen om de Rijkswacht bij te staan.
Staf/8Div
In samenspraak met het Britse leger dat eveneens een deel van zijn troepenmacht plaatst achter de Leie, wordt door het VIIde Legerkorps afgesproken dat de scheidingslijn tussen de beide legers zal komen te liggen op kilometerpaal 14 op de baan van Deinze naar Kortrijk. Hierbij zal de brug van Sint-Eloois-Vijve de start van de Britse legerzone aanduiden. De Belgen mogen evenwel van de brug gebruik maken. De Britse 44th Infantry Division bevindt zich net ten zuiden van de 8ste Infanteriedivisie. Deze grens zal in de komende dagen tot twee keer toe naar het zuiden aangepast worden en zal uiteindelijk tussen Menen en Wevelgem komen te liggen.
De opstelling van de divisies van het VIIde Legerkorps wordt nogmaals gewijzigd. Om 12u45 beveelt Luitenant-generaal Deffontaine dat de 2de Divisie Ardeense Jagers achter de Leie ingekwartierd zal blijven, maar een defensieve stelling dient te verkennen tussen Astene en Olsene. De 8ste Infanteriedivisie zal verplaatst worden naar het gebied tussen de Leie en de Bovenschelde om de 9de en 10de Infanteriedivisies in de diepte te dekken en de zuidflank van het Belgische leger te beveiligen bij een mogelijke Britse terugtocht. De divisie moet een defensieve positie voorbereiden ten zuidoosten van Kruishoutem, tussen Lindenhoek en Appelhoek. Daarbij moet het accent voor de verdediging komen te liggen op de rechtervleugel. De daaropvolgende troepenbewegingen moeten uitgevoerd worden tijdens de nacht van 20 op 21 mei.
De divisiestaf haalt aan het eind van de dag zijn logistieke en medische eenheden weg uit het Britse operatiegebied en bepaalt dat vanaf de ochtend van 21 mei de diensten als volgt zullen werken:
- De bevoorradingsplaats voor de divisie verhuist van het station van Deinze naar het station van Ardooie. Ook het PARa zal van hier uit opereren. Het bevoorradingspunt voor wisselstukken verhuist naar de Waalstraat 3 te Zulte. Benzine zal nog steeds opgehaald worden bij Belgian Shell te Gent en met twee tankwagens verdeeld worden van uit Wakken.
- De staf van het transportkorps wordt overgebracht naar Oostrozebeke.
- De medische hulpplaats van de divisie zal verplaatst worden naar de gemeenteschool van Wakken.
- Het ARCA wordt verplaatst naar de Kachtemsestraat tussen Izegem en Kachtem.
Intendance/8Div
De Intendance verhuist naar het gehucht Winkelhoek te Izegem.
Gezondheidsdienst/8Div
De gezondheidsdienst start na de middag met de overbrenging van de medische hulpplaats te Wakken. Een ambulancevoertuig met vier brancardiers en Med Lt Courtois van de Lichte Ambulance wordt uitgestuurd naar de baan van Olsene naar Kruishoutem om hier een vooruitgeschoven transferpunt in te richten voor slachtoffers van het 13Li en het 19Li.
Transportkorps/8Div
De eenheden bevinden zich nu in hun nieuwe kantonnementen. Het station van Deinze draait als bevoorradingsplaats voor de divisie. Er is tevens een tijdelijk magazijn voor materieel aangelegd zodat het PAMat zich vanaf 09u00 kan gaan bevoorraden met nieuwe rugzakken, gasmaskers, drinkbussen, gamellen en overige uitrustingsstukken. Heel wat manschappen van de divisie hebben tijdens de tocht naar Vlaanderen immers heel wat van hun uitrusting verloren of achtergelaten. Ook de bevoorrading aan munitie wordt opnieuw georganiseerd.
Omstreeks 18u00 komen de orders voor de verplaatsingen van de komende nacht toe. De eenheden die zich uit de Britse legerzone dienen te verplaatsen, ontvangen hun marsorders vanaf 17u30. De staf bereikt Oostrozebeke om 20u50.
Provoost/8Div
De provoostdienst opent in de school tegenover het gemeentehuis te Olsene een Verzamelcentrum voor Geïsoleerde Militairen. Dit centrum wordt geleid door Onderluitenant Jacquemin van het 21Li, bijgestaan door een klein detachement Rijkswachters. Het centrum dient verdwaalde militairen op te vangen van de 8ste Infanteriedivisie, 9de Infanteriedivisie, 10de Infanteriedivisie, 1ste Divisie Ardeense Jagers en 2de Divisie Ardeense Jagers en terug te sturen naar hun eenheden. Militairen van overige formaties moeten doorgestuurd worden naar het verzamelcentrum van het VIIde Legerkorps te Meulebeke.
Staf/8Div
De verplaatsing naar de nieuwe dwarsstelling tussen de Leie en de Schelde verloopt in goede orde. Het 13Li stelt zich op ten zuidwesten van Kruishoutem met het I/13Li op links en het III/13Li op rechts. De commandopost van het regiment werkt van uit het gehucht De Biest. Het regiment wordt ondersteund door de IV/5A. Het 19Li wordt enigszins verder naar het zuiden en het oosten opgesteld, met het II/19Li tussen de baan van Kruishoutem naar Anzegem en de baan van Kruishoutem naar Oudenaarde en het I/19Li tussen deze baan en het gehucht Appelhoek. Op de rechterflank van het 13Li wordt de Britse 44th Infantry Division verwacht, maar de Britten zullen zich in zuidwestelijke richting terugtrekken.
De divisiestaf wordt om 08u30 gealarmeerd door het VIIde Legerkorps met het bevel om onmiddellijk de gevechtsposities in te nemen. De staf antwoord dat iedereen reeds op post is. Tegen 10u40 staat ook de II/10A ter beschikking van de divisie.
Intendance/8Div, PARa/8Div
Tijdens de avond worden de eenheden bevoorraad met paardenvoer en met één rantsoen diepgevroren vlees, één rantsoen legerkoeken, één rantsoen gedroogd vlees en 200 gram suiker per militair. Het 13Li en 19Li ontvangen omstreeks 21u00 aan het Kasteel van Nokere samen 120 rantsoenen voor paarden en 3200 rantsoenen voor manschappen. Het VI Bon SVE en het Esk Cy 8Div krijgen ter zelfde tijd 400 rantsoenen uitgedeeld aan het station van Zulte. Aan het station van Olsene worden 400 rantsoenen voor paarden en 700 rantsoenen voor manschappen overgedragen aan de III/5A en IV/5A. Het 8TTr krijgt eveneens om 21u00 300 rantsoenen aan de kerk van Zulte, gevolgd door het 10Gn met 500 rantsoenen een half uur later. Tenslotte wordt ook de II/5A bevoorraad te Wannegem-Lede. Het valt hierbij op dat de divisie niet in staat in om vers brood en vers vlees te leveren en op zijn noodrantsoenen teruggevallen is.
Transportkorps/8Div
Om 07u00 meldt de divisiestaf dat een munitietrein naar het station van Oostrozebeke is gezonden. De staf van het transportkorps laat het 1PAMI, 2PAMI, 1PAMA en 2PAMA aanrukken om hun voorraden volledig te maken. De beide PAMI rijden de ganse voormiddag af en aan naar de infanterieregimenten. Tegen 10u00 meldt het PMI dat zijn voorraad is aangevuld tot 146,000 patronen voor mitrailleurs, 73,000 patronen voor lichte machinegeweren, 35,000 patronen voor geweren en karabijnen, 34,000 patronen voor pistolen. Er zijn evenwel geen granaten voorhanden. Tijdens de namiddag wordt dringend gezocht naar bijkomende munitie voor de mortieren, anti-tankkanonnen en granaatwerpers.
In de eerste helft van de nacht wordt de ganse operatie herhaald na aankomst van een nieuwe reeks wagons met munitie te Oostrozebeke.
Staf/8Div
Na de Duitse doorstoot tot Abbeville aan de Atlantische kust zijn de geallieerde legers in Noord-Frankrijk en Vlaanderen geheel omsingeld. Het geallieerde oppercommando heeft op 21 mei tijdens de Conferentie van Ieper besloten om de Schelde-linie op te geven. Hierop bepaalt de Belgische legerleiding tijdens de ochtend van 22 mei dat onze strijdkrachten niet zoals afgesproken zullen terugtrekken naar de Ijzer, maar stand zullen houden langsheen de Leie en het Afleidingskanaal van de Leie. Het Groot Hoofdkwartier laat deze terugtocht in twee fases uitvoeren en bepaalt dat de troepen opgesteld tussen het Bruggenhoofd Gent en Oudenaarde zich tijdens de nacht van 22 op 23 mei moet terugtrekken naar de Leie. In deze eerste fase zullen tevens een aantal troepen teruggetrokken worden uit het Bruggenhoofd Gent, de stad Gent en het Kanaal Gent-Terneuzen. Deze zones zullen dan definitief ontruimd worden tijdens de nacht van 23 op 24 mei. Om de Britten toe te laten meer troepen vrij te maken voor de geplande tegenaanval rond Arras, geeft onze legerleiding zijn akkoord om de 44th Infantry Division aan de Schelde af te lossen en de Belgische linies aan de Leie tot aan de rand van Menen te verlengen. De aflossing aan de Schelde wordt afgelast door de snelle ontwikkeling van de Duitse opmars.
Om 14u35 stuurt Kolonel SBH Biévez, stafchef van het VIIIde Legerkorps, een kleine handgeschreven nota naar de staf van de 8ste Infanteriedivisie om deze terug te halen naar de Leie. De divisie dient tegen de ochtend van 23 mei klaar te zijn voor de strijd in de sector Ponthoek (exclusief) tot Wielsbeke (inclusief). Om het gemis van het 21Li te compenseren zullen de staf, het IIde, IIIde en IVde bataljon van het 6J overgaan van de 10de Infanteriedivisie naar de 8ste Infanteriedivisie. Ook het VIde Bataljon van de Speciale Vestingseenheden blijft aangehecht bij de divisie. Generaal-majoor Lesaffre moet onmiddellijk de springinrichtingen onder de bruggen over de Leie in zijn sector laten nakijken en krijgt de toestemming om deze naar eigen goeddunken te vernielen zodra de eigen troepen gepasseerd zijn.
Het hoofdkwartier van de divisie wordt verplaatst naar het gehucht Krommendijk. Van hier uit verdeelt de staf zijn bevelen voor de komende inplaatsstelling.
Transportkorps/8Div
Het 1PAMA en 2PAMA die gedetacheerd waren naar de 10de Infanteriedivisie, keren kort na middernacht terug naar de eigen divisie. Om 02u25 tijdens de nacht van 21 op 22 mei komt een dringend bevel voor een onmiddellijke verplaatsing toe van de divisiestaf. De staf van het transportkorps, het PAMat en de staf van de Cie Luchtafweermitrailleurs moeten direct overgebracht worden naar Huffesele aan de zuidrand van Tielt. Het PMI krijgt een nieuwe standplaats tussen Haantjeshoek en Marialoop. Het 1PAMI en 2PAMI worden opgesteld net net noordoosten van Meulebeke, terwijl het PARa en de Intendance naar Egem nabij Pittem moeten. Het ARCA tenslotte krijgt een standplaats net ten noorden van Tielt. De stafcolonne vertrekt om 03u15 en komt toe om 03u55.
Staf/8Div
Tijdens de nacht van 22 op 23 mei wordt de 8ste Infanteriedivisie als volgt ontplooid:
- De divisiestaf blijft te Krommendijk.
- Ondersector noord wordt bezet op het eerste echelon door het 19Li en op het tweede echelon door II/6J en III/6J.
- De commandopost van 19Li is ondergebracht in een ruime kapel op zo’n 400m ten noorden van Markegem.
- Tussen Ponthoek (exclusief) en Oeselgem (inclusief) bevindt zich het II/19Li.
- Tussen Oeselgem (exclusief) en de brug van Sint-Eloois-Vijve staat het I/19Li.
- Op het tweede echelon achter de Saaisenbeek nabij Markegem zijn van noord naar zuid de III/6J en II/6J ontplooid.
- IV/5A en III/4A vormen het rechtstreeks vuursteunelement.
- Ondersector zuid is bezet door het 13Li aangevuld met de beschikbare elementen van het 21Li en het VI/SVE en strekt zich langsheen de Leie uit van Sint-Baafs-Vijve tot Wielsbeke.
- De commandopost van 13Li bevindt zich te Kalberg ten noordoosten van Oostrozebeke.
- Het I/13Li bezet de ondersector Sint-Baafs-Vijve
- Het III/13Li is ontplooid in de ondersector Wielsbeke.
- Het I/21Li bezet het tweede echelon tussen de Moerdijkbeek in het noorden en het station van Oostrozebeke in het zuiden.
- III/5A en I/4A vormen het rechtstreeks vuursteunelement.
- Het algemeen vuursteunelement van de divisie is samengesteld uit I/5A, II/5A en IV/10A.
De sector van de 8ste Infanteriedivisie wordt naar het zuiden toe verlengd en het 13Li neemt de stellingen van het naburige 1Li over tot aan de samenloop van de Leie en het Kanaal van Roeselare naar de Leie.
De divisiestaf ontvangt om 15u15 de bevestiging van het VIIde Legerkorps dat het verloren gewaande II/21Li en III/21Li per vrachtwagen onderweg zijn naar de Belgische legerzone en omstreeks 20u00 verwacht worden te Oostrozebeke. De divisie moet de beide bataljons aan zijn tweede echelon toevoegen en moet de vrachtwagens zo snel mogelijk uitladen en laten beschikken. Dit bericht zal echter voorbarig blijken. Het detachement van het 21Li zal pas op 25 mei terugkeren.
Generaal-majoor Lesaffre ontvangt tevens versterking van het 8ste Bataljon Genie van de 10de Infanteriedivisie. Dit bataljon zal echter nooit actief zijn binnen de sector van de 8ste Infanteriedivisie en zal dezelfde dag nog samen met de rest van zijn organieke divisie aangehecht worden bij het IVde Legerkorps.
Gezondheidsdienst/8Div
De nieuwe medische hulpplaats staat opgesteld te Marialoop. Er is een vooruitgeschoven overlaadpunt nabij kilometerpaal 6 van de baan van Tielt naar Sint-Eloois-Vijve. Nabij kilometerpaal 3 op de baan van Tielt naar Wakken is een verbandplaats voor lichtgewonden. De verzamelplaats voor zieke en gewonde paarden bevindt zich eveneens te Marialoop.
Intendance/8Div, Transportkorps/8Div
Vanaf 02u30 tijdens de nacht van 22 op 23 mei mag het PARa nieuwe voedselvoorraden gaan ophalen in het station van Ardooie. De geladen vrachtwagens worden vervolgens gestationeerd op de terreinen van het Kasteel van Rysseleinde te Pittem. De bevoorrading voor ondersector noord zal overgegeven worden aan het 19Li nabij de kerk van Markegem. Ondersector zuid krijgt een overlaadpunt op de baan van Oostrozebeke naar Sint-Baafs-Vijve. Ook de cavalerie, genie en transmissietroepen ontvangen hun levering. De overige eenheden van de divisie dienen zelf het nodige af te halen te Pittem. De intendance heeft in elk geval een lading brood bekomen en er kan een half rantsoen legerkoeken en een half rantsoen vers brood bedeeld worden. Tussen 18u00 en 20u00 krijgt elke ondersector eveneens een benzinelevering.
Vanaf 23 mei wordt de bevoorradingsplaats voor de divisie verschoven van het station van Ardooie naar het station van Roeselare.
Ook de munitievoorraden worden maximaal aangevuld. Het PMI bezorgt 200 granaten voor het anti-tankgeschut aan elk van de infanterieregimenten in eerste lijn. Er wordt zoveel mogelijk explosieve munitie in plaats van anti-tankmunitie geleverd. Ook worden er bijkomende handgranaten geleverd. De divisiestaf meldt wel dat er moeilijkheden heersen met de bevoorrading aan infanteriemunitie en er zo zuinig mogelijk moet omgesprongen worden met de beschikbare hoeveelheden. Het VIIde Legerkorps kan op dit ogenblik geen granaten voor de DBT granaatwerpers meer verkregen en zal als alternatief VB granaten en tromblons laten uitdelen. Verder kan het PMI op drie locaties munitie bekomen: het munitiedepot te Eeklo voor patronen Mod30, het depot op binnenschepen te Oudenburg voor handgranaten en het munitiedepot te Houthulst voor alle types munitie met uitzondering van granaten.
Het 1PAMA en 2PAMA vullen de caissons van de artillerie aan. Het 2PAMA plaatst drie vrachtwagens met C75GP granaten op een vooruitgeschoven ravitailleringspunt op de baan van Tielt naar Wakken. Er wordt afgesproken dat elke ochtend om 07u30 een volledige munitiestaat van alle eenheden in het VIIde Legerkorps zal opgemaakt worden. De beide PAMA’s mogen zich rechtstreeks in het munitiedepot van Zedelgem bevoorraden.
Voor herstellingen mag de divisie eveneens beroep doen op het ARCA en het ARM van het IIIde Legerkorps die te Rumbeke opgesteld staan.
Staf/8Div
Vanaf de ochtend worden zowel de 1ste Infanteriedivisie en de 3de Infanteriedivisie in het zuiden, als ook de 2de Divisie Ardeense Jagers in het noorden aangevallen. In de ondersector van de 8ste Infanteriedivisie blijft het vooralsnog rustig en plant de vijand een uitbreiding van de aanval voor de late namiddag.
Vanaf 15u00 vallen de troepen op het eerste echelon onder het vuur van de artilleriebeschieting die deze aanval moet voorbereiden. Het zwaartepunt van deze actie komt op de zuidflank van de stellingen van het 13Li te liggen waar de Duitsers aan de monding van het Kanaal van Roeselare naar de Leie het 1Li willen terugdringen. De aanval loopt zoals gepland en de aanvallers slagen er in om relatief snel een bruggenhoofd uit te bouwen op de westelijke oever. Reeds om 17u30 stuurt het VIIde Legerkorps in alle haasten het 16Li en twee artilleriegroepen naar het oostelijke deel van het kanaal. Een goed uur later dient het 13Li een deel van zijn troepenmacht te verplaatsen naar de zone tussen Brug 1 (de brug over de toegangssluis) en Brug 3 (de Zwaantjesbrug). Het II/1Li trekt zich terug over Brug 2 en Brug 3 die rond 21u30 opgeblazen worden. Brug 1 en de toegangssluis blijven intact. Aan het eind van de dag wordt gemeld dat de Duisters de gemeente Hulste bezet hebben.
Aan de noordelijke flank van de sector komt de grootste dreiging voor het 19Li van de Duitse aanval op het 4ChA ter hoogte van Ponthoek. Hier meldt het 19Li om 15u00 dat de vijand de rivier overgestoken is ten nadele van de Ardeense Jagers. De linkerflank van het regiment raakt bij de gevechten betrokken. Laat op de middag valt de vijand eveneens te Neerhoek aan en slaagt er om enkele hoeves te bezetten tussen de oude Leie en de gekanaliseerde Leie.
Aan het eind van de dag heeft de 8ste Infanteriedivisie zijn sector nog steeds in handen.
Intendance/8Div, Transportkorps/8Div
De divisie slaagt er in om de voedselbedeling aan te passen tot één rantsoen vers vlees, 400g vers brood, 1/2 rantsoen legerkoeken en een volledig rantsoen kleine levenswaren (koffie, suiker, enz) per persoon. De bevoorrading gebeurt nog steeds van uit Roeselare. Het PARa kantonneert nog steeds te Koolskamp en de Intendance te Egem. Benzine en wisselstukken zullen na het vallen van de nacht bedeeld worden van op de baan van Meulebeek naar Ginste en van op de baan van Tielt naar Wakken.
Het 13Li heeft het hoogste munitieverbruikt en vraagt om 200 bommen voor de M76 mortieren, 1.000 granaten voor de C47 anti-tankkanonnen, 40.000 patronen voor mitrailleurs en nog eens 40.000 patronen voor de lichte machinegeweren en persoonlijke wapens. Er worden tevens verzocht om 140 handgranaten en 200 granaten voor de VB tromblons. De overname van deze bestelling wordt door het PMI gepland voor 21u00 te Haantjeshoek. De divisiestaf duidt nu ook op een tekort aan munitiebanden voor de mitrailleurs en vraagt aan alle infanterie-eenheden om lege banden bij te houden en aan het PMI te overhandigen.
Tijdens de nacht van 24 op 25 mei dient het 1PAMA de II/5A en III/5A te bevoorraden met artilleriemunitie. Het 2PAMA moet de munitievoorraad van IV/5A aanvullen. Deze taak moet tegen 04u00 volbracht worden. De pelotons kunnen munitie voor het C75GP en C75TR geschut gaan afhalen in het station van Westrozebeke en munitie voor de Ob105GP houwitsers in het station van Staden.
Geneeskundig Korps/8Div
De medische hulpplaats van de divisie wordt geopend te Marialoop en zal hier tot 26 mei operationeel blijven.
Staf/8Div
Om 02u10 ontvangt de divisiestaf laattijdig de schriftelijke orders van het VIIde Legekorps voor de operaties tijdens de nacht van 24 op 25 mei en de daarop volgende dag. De 8ste Infanteriedivisie krijgt de algemene richtlijn om zijn huidige missie verder te zetten en er alles aan te doen om op de zuidelijke flank een behoorlijke verbinding met de 9de Infanteriedivisie te behouden rond Oostrozebeke. Het 16Li neemt tegen 03u00 de verdediging over van het volledige oostelijke deel van het Kanaal van Roeselare naar de Leie zodat het verbindingspunt tussen het 16Li en het 13Li nabij Brug 1 en de toegangssluis tot het kanaal komt te liggen. Tijdens de ochtend vallen de Duitsers opnieuw aan in het zuiden. De posities van het 16Li langsheen het kanaal kunnen niet behouden worden en van uit Ooigem over Zwaantjeshoek kunnen de Duitsers tussen 06u00 en 07u00 het kanaal oversteken en doorstoten in de richting van Oostrozebeke. De divisiestaf vraagt aan het Wielrijderseskadron om een peloton fuseliers, een sectie mitrailleurs en een T13 pantserwagen via Haantjeshoek naar het station van Oostrozebeke te sturen.
De grootte van het vijandelijk bruggenhoofd blijft vooralsnog beperkt, zodat een dwarsstelling tussen de oever van de Leie, het station van Oostrozebeke op de spoorlijn Waregem-Ingelmunster en de Zwaantjesbrug aan het eind van de dag voorlopig voldoende blijkt om het gros van het 13Li langsheen de Leie te kunnen behouden.
Op de grens tussen het 13Li en het 19Li komt het eveneens tot enkele aanvalspogingen die evenwel niet tot een oversteek zullen leiden. Ook op de noordflank van de divisie komt het tot nieuwe gevechten. De Duitse doorstoot in de ondersector van 4ChA te Ponthoek blijkt definitief en bedreigt de linkerflank van het 19Li. Te Neerhoek worden eveneens nieuwe troepen de rivier overgestuurd. De 11Cie van het 6J moet van het tweede echelon naar voren gestuurd worden om het II/19Li in staat te stellen zijn linies toch te laten behouden. De rest van het Wielrijderseskadron en het II/6J worden aangeduid om een dwarsstelling tussen de Leie, Dentergem en de Meikensbossen in te richten, maar inzet wordt dan verkleind tot slechts twee compagnies van het II/6J. De 5Cie en de 9Cie van 6J worden gebruikt om langsheen de baan van Olsene naar Dentergem post te vatten om een Duitse doorbraak naar het 19Li te vermijden.
Intendance/8Div, Transportkorps/8Div
De divisie laat aan het transportkorps eveneens weten dat het Groot Legerpark te Staden hoefijzers, hoefnagels en mineraalolie kan leveren.
Bij dageraad meldt het 2PAMI dat een vrachtwagen met munitie voor de C47 anti-tankkanonnen van het 13Li onderweg in panne is gevallen en niet heeft kunnen leveren. Er wordt zo snel mogelijk een reservevoertuig uitgestuurd om de munitie over te laden en op bestemming te brengen. Het detachement van het PMI bij het 13Li maakt zich niet alleen ongerust over de vertraging in deze levering, maar plaatst tevens een dringende bestelling voor 20,000 patronen voor de FM30 lichte machinegeweren, 10,000 patronen voor de persoonlijke wapens en 288 handgranaten met ontsteker.
De activiteiten van de pelotons worden bijzonder bemoeilijkt door de Duitse luchtaanvallen op Tielt. Het 2PAMA rapporteert even na 10u00 dat een colonne van drie vrachtwagens artilleriemunitie niet door de stad is kunnen komen. Er volgen verschillende gelijkaardige meldingen. Wanneer rond het middaguur ook de telefooncentrale van Tielt vernield wordt in de bombardementen, verliest de staf van het transportkorps zijn telefoonverbinding met de divisiestaf. In de late namiddag wordt tevergeefs gezocht naar een alternatieve verbinding met de centrale van Ardooie waarop de divisiestaf is aangesloten. Ook Koolskamp wordt gebombardeerd. Er vallen gelukkig geen slachtoffers onder de militairen van het transportkorps.
Staf/8Div
De vijand zet zijn opmars verder op de beide flanken van de sector van de 8ste Infanteriedivisie. Op de zuidflank wordt Oostrozebeke bereikt omstreeks 10u30. Anderhalf uur later is de gemeente ingenomen. Het gebied dat door de vijand bezet wordt strekt zich dan uit vanaf Wielsbeke over Oostrozebeke richting Meulebeke en Ingelmunster. Het III/13Li heeft zich teruggetrokken van de Leie.
Luitenant-generaal Deffontaine, chef van het VIIde Legerkorps. deelt zijn hoofdkwartier in twee echelons. Hij vertrekt zelf met het eerste echelon naar het Kasteel van Rysseleinde te Pittem waar de commandopost van de 9de Infanteriedivisie opgesteld staat en werkt van op deze nieuwe locatie vanaf 14u15. Van uit deze vooruitgeschoven commandopost hoopt Deffontaine een tegenaanval te organiseren in de sectoren van de 8ste en de 9de Infanteriedivisie om de vijand te verdrijven uit het veroverde gebied rond Ingelmunster, Meulebeke en Oostrozebeke. De generaal installeert zich in de kamer waar Luitenant-kolonel Thomas, commandant 4A en artilleriecommandant van de 9de Infanteriedivisie aan het werk is. Kort na de aankomst van Deffontaine en zijn gevolg komt ook het eerste echelon van de staf van de 8ste Infanteriedivisie aan op het kasteel.
De beide divisiecommandanten hebben een hevige discussie met Luitenant-generaal Deffontaine en kunnen hun bevelhebber met heel veel moeite doen inzien dat er zonder verse troepen geen enkele kans is op een succesvolle tegenaanval. Deffontaine stelt zich eerst argwanend op en is de vaste mening toegedaan dat het bij de infiltraties in het ganse actiegebied van de beide divisies slechts om een beperkte vijandelijke troepenmacht gaat en de beide divisiecommandanten defaitistisch zijn.
De 8ste Infanteriedivisie geeft zijn zuidflank tijdens de vroege namiddag op en trekt de restanten van het 13Li en het 21Li terug naar de Mandelbeek, Hierbij zal het 13Li het bevel voeren over een nieuwe defensieve positie langsheen de oever van de beek, tussen de baan van Tielt naar Oostrozebeke en de baan van Tielt naar Wakken, met van west naar oost het I/21Li, III/13Li en I/13Li. De achtervolging door de vijand laat niet op zich wachten en omstreeks 16u00 wordt opnieuw contact gemaakt met de vijand langsheen het riviertje. Verschillende vijandelijke aanvallen en Belgische tegenacties volgen elkaar op.
Om 19u00 ontvangt het hoofdkwartier het bevel van het VIIde Legerkorps om onmiddellijk terug te trekken naar de spoorlijn Ingelmunster-Tielt. Wanneer de divisiestaf omstreeks 19u30 de terugtocht beveelt, bevindt het I/21Li zich ter hoogte van de Oostrozebeke Vijvers, het III/13Li nabij Vijf Eiken en het I/13Li nog steeds langsheen de Mandelbeek. De restanten van het I/13Li en III/13Li worden teruggetrokken naar Schuifferskapelle en zullen tijdens de nacht van 26 op 27 mei verder trekken naar Nachtegaal tussen Tielt en Egem. Het I/21Li zal tijdens de aanvangsfase van de terugtocht grotendeels gevangen genomen worden.
Op de noordflank van de divisie zal de opmars zich ontwikkelen van uit de sector van de 2de Divisie Ardeense Jagers, wat maakt dat zowel het eerste echelon met het 19Li als het tweede echelon met het 6J ongeveer gelijktijdig te maken krijgen met verdere infiltraties. Op het eerste echelon van de noordflank is tegen de middag het dorp Oeselgem bezet en heeft de vijand de oostrand van Wakken bereikt. Op het tweede echelon bereikt de vijand de noordrand van Dentergem kort na het middaguur. Tegen 19u00 kunnen de Duitsers het dorp Markegem verroveren. Zowel bij het 19Li als het 6J worden honderden krijgsgevangenen gemaakt. Een fractie van het 19Li kan tijdens de avond terugtrekken in de richting van Ardooie.
De divisiestaf verplaatst zich omstreeks 22u00 net ten oosten van Ardooie, langsheen de Pittemsestraat. Het VIIde Legerkorps wil nog steeds dat de divisie de spoorlijn Ingelmunster-Tielt verdedigt, over een erg brede zone die zich uitstrekt tussen Ingelmunsterbos en Meulebeke. Generaal-majoor Lesaffre moet het voor deze missie stellen met het III/44Li, de staf van het 42Li en het II/42Li en III/42Li en een formatie rond het III/16Li en twee compagnies van het 8Li. Het 13Li, 19Li en 21Li worden aan de divisie onttrokken en zijn niet meer inzetbaar.
Geneeskundig Korps/8Div
Med 1Kapt Vandermolen sluit de medische hulpplaats van de divisie te Marialoop en begeleidt zijn eenheden naar de zuidrand van Tielt. De Ambulance laat een detachement achter met Med Lt Rihoux, Med Lt Mathy, een aalmoezenier, vier brancardiers en een vrachtwagen die tot 13u00 een eerste hulppost zullen open houden. Er zullen zich echter geen gewonden aandienen op de hulppost zodat de zeven militairen op het voorziene tijdstip kunnen vertrekken om hun eenheid te vervoegen te Tielt.
De medische hulpplaats wordt in de vroege namiddag opnieuw ingericht in weverij Vanden Heede te Tielt. De Lichte Ambulance die verantwoordelijk is voor de heelkundige antenne zal evenwel niet meer ontplooid worden tot het einde van de veldtocht zodat vanaf nu alleen maar eerste hulp en kleine ingrepen mogelijk zijn. Er worden 68 gewonden opgenomen. De hulpplaats wordt om 21u00 in alle haast gesloten wanneer het nieuws binnenloopt dat een vijandelijk detachement de stad is binnengetrokken. De installaties overgegeven aan de geneeskundige compagnie van een niet nader bepaald infanterieregiment.
De colonne gaat om 23u00 opnieuw de baan op en wordt gedirigeerd naar Koolkamp waar Vandermolen start met de installatie van een nieuwe hulpplaats in de plaatselijke school aan de Lichterveldsestraat. Door het snelle vertrek worden enkele voertuigen achtergelaten te Tielt.
Intendance/8Div, Transportkorps/8Div
In de voormiddag is er nog steeds geen telefoonverbinding met de divisiestaf. Om 09u45 komen twee dringende opdrachten binnen in verband met de terugkeer van het detachement van het 21Li dat na de uittocht van Namen in Frankrijk is verzeild geraakt. Dit detachement is onderweg van uit Ieper. Vooreerst hebben de trekkers voor het C47 geschut bij dit detachement dringend benzine nodig en moet het PARa een tankwagen uitsturen. De precieze locatie van de colonne is niet bekend, maar er moet getracht worden om deze terug te vinden op een vijftal kilometer ten zuiden van Woumen. Daarnaast wil de divisie ook dat het PARa en PAMat voldoende vrachtwagens leegmaken en uitsturen naar kilometerpaal 9 op de baan van Tielt naar Deinze om hier de 5Cie van het 21Li op te pikken en over te brengen naar Oostrozebeke om het front aldaar te versterken.
Even later volgt een opdracht om zo snel mogelijk een bestelling door te sturen naar de Directie voor aan- en afvoer van het Leger te Brugge voor 8 zware mitrailleurs, 10 FM30 lichte machinegeweren, 10 DBT granaatwerpers, 40 Mauser geweren, 1 recuperatierem voor een defecte M76 mortier, 1 richtkijker voor een mortier en een hoeveelheid glycerine voor de hydraulica van het geschut. De divisiestaf drukt er eveneens op om een eerdere bestelling voor mineraalolie nogmaals te herhalen.
De diverse kantonnementen van het transportkorps worden de ganse ochtend lang veelvuldig overvlogen door vijandelijke toestellen. Het station van Ardooie en de spoorlijn naar Tielt worden gebombardeerd.
Rond 15u00 keren de vrachtwagens van het PARa en PAMat terug die uitgestuurd werden om de 5Cie van het 21Li te transporteren. De militairen melden dat ze onderweg twee keer aangevallen werden door de Luftwaffe: een eerste keer op de baan van Tielt naar Deinze en een tweede keer tussen Aarsele en Dentergem. Hierbij werden drie vrachtwagens beschadigd achtergelaten. Het voertuig van Soldaat Vandermaren wordt te Aarsele geborgen. De twee overige camions van de Soldaten Thibaut en Legrand zijn vermist. In de teruggekeerde lege vrachtwagens worden tot ieders verbazing vijf geweren en een DBT granaatwerper teruggevonden die achtergelaten werden door de militairen van het 21Li.
De divisiestaf plaatst om 15u35 alle pelotons en de intendance stand-by voor een verplaatsing. De compagnie luchtafweermitrailleurs dient alle opgestelde wapens klaar te maken voor de nabije verdediging van de kantonnementen. Het hoofdkwartier weet duidelijk dat de vijand nadert, maar geeft geen verdere orders op 26 mei en laat de eenheden van het transportkorps afwachten.

Toestand op 27 mei omstreeks 14u30.
Staf/8Div
Tijdens de tweede helft van de nacht van 26 op 27 mei tracht de 8ste Infanteriedivisie zijn nieuwe troepenmacht te organiseren langsheen de spoorlijn Ingelmunster-Tielt, tussen Meulebeke in het noorden en Ingelmunsterbos in het zuiden. Van noord naar zuid worden het I/44Li en de formatie rond III/16Li opgesteld langsheen de spoorlijn. De staf en het IIste en IIIde bataljon van het 42Li moeten een tweede echelon vormen ten oosten en ten zuiden van het park en het bos van Ardooie. De inplaatsstelling verloopt in grote chaos, vooral op de zuidelijke flank waar de vijand reeds geïnfiltreerd is in de zone tussen de Mandel en de spoorlijn. In de ontplooiingszone van de divisie bevindt zich eveneens de IIde Groep van het 2de Licht Regiment die volgens Lesaffre onder het bevel van de 16de Infanteriedivisie dient te staan. Generaal-majoor Lesaffre krijgt echter de opdracht om troepen van het 42Li te gebruiken om deze eenheid aan te vullen. Het bevel kan echter niet naar behoren uitgevoerd worden.
Langsheen het Kanaal van Roeselare naar de Leie meldt het naburige I/16Li om 08u30 dat zijn linkerflank doorbroken is en er geen verbinding meer bestaat met de III/16Li. De vijand lijkt naar Emelgem te willen vorderen. De staf van het VIIde Legerkorps beveelt om de II2LR te gebruiken om het gat in de linies trachten te dichten ter hoogte van het gehucht Het Veld. Tot deze inzet zal het nooit komen. De Rijkswachters vertrekken kort na de middag richting Nachtegaal en zullen vervolgens koers zetten naar Loppem.
Ook op de noordelijke flank van de nieuwe sector loopt het mis wanneer rond 09u20 het I/44Li meldt dat de vijand op de linkerzijde van de linies infiltreert. Een compagnie van het 42Li wordt aangeduid om de linies te versterken. De vijand rukt verder op en bereikt het Bos van Ardooie omstreeks 13u00. Het hoofdkwartier van het VIIde Legerkorps kan geen versterkingen meer bieden en beveelt alleen om zo lang mogelijk ter plekke stand te houden.
De 8ste infanteriedivisie krijgt dan toch een bevel tot een algemene aftocht naar de spoorlijn Tielt-Lichtervelde. Deze instructie kan door de chaos in de linies echter niet op effectieve wijze verspreid worden waardoor de meeste eenheden ter plekke zullen blijven. Het hoofdkwartier vertrekt om 16u30 naar Hille. Een uur later trekt de staf verder naar Wijnendale.
Geneeskundig Korps/8Div
De medische hulpplaats functioneert aan de Lichterveldsestraat te Koolskamp. Er worden onder meer twee Duitse krijgsgevangenen opgenomen. Alle eenheden van het geneeskundig korps worden omstreeks 10u30 naar Lichtervelde bevolen en zullen halt houden aan de westrand van het dorp. De installaties worden niet meer ontplooid. In de loop van de avond wordt iedereen doorgestuurd naar Gistel.
Intendance/8Div, Transportkorps/8Div
Om 02u30 worden alle eenheden onmiddellijk naar Kortemark bevolen. Deze verplaatsing betekent meteen het einde van de bevoorrading van de divisie door de intendance en het transportkorps. De staf, het PAMat en de Compagnie Luchtafweermitrailleurs rijden Kortemark binnen rond 04u30. De manschappen worden ingekwartierd. Omstreeks 08u00 wordt het dorp gebombardeerd. Er vallen geen slachtoffers onder de militairen. De staf van het transportkorps vertrekt om 13u50 naar Ichtegem. Ook dit kantonnement wordt in de loop van de avond gebombardeerd. Omstreeks 21u30 wordt het contact met de divisiestaf hersteld. Het hoofdkwartier laat alle eenheden vertrekken naar de dorpen Gistel, Zevekote en Sint-Pieters-Kapelle. Het duurt enige tijd eer alle bevelhebbers verwittigd kunnen worden zodat de staf pas rond 23u00 vertrekt.
Staf/8Div
Het hoofdkwartier bevindt zich te Wijnendale.
Geneeskundig Korps/8Div
Het geneeskundig korps van de divisie bereikt Gistel. De meeste eenheden komen aan rond 06u00.
Intendance/8Div, Transportkorps/8Div
De stafgroep bereikt Zevekote omstreeks 02u00. Hier duurt er tot 07u50 wanneer er een bericht van de divisiestaf toekomt dat de capitulatie bevestigd.
Eenheid | Naam | Voornaam | Foto | Graad | Stand | Klas | ° op | ° te | + op | + te | Nota |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Cie C47 | CAUDRON | Emile, V. | Sdt | Mil | 37 | 19.10.1917 | Cuesmes | 18.05.1940 | Ors (F) | ||
Cie C47/T13 | D'HULSTER | Toussaint, A. | Sdt | Mil | 38 | 12.09.1919 | Couillet | 25.05.1940 | Eke | ||
Cie C47 | DEMONCEAU | Joseph, J.A. | Kpl | Mil | 34 | 05.10.1914 | Battice | 26.05.1940 | Gottem | ||
Gen K | DORTU | Frans, F. | ![]() | Sdt | Mil | 29 | 03.11.1909 | Chaineux | 24.05.1940 | Brugge | Gemobiliseerd uit 3 Gen K |
Cie C47 | GEUVENS | Jean, B.G. | Sgt | Mil | 28 | 24.12.1908 | Grez-Doiceau | 26.05.1940 | Gottem | ||
Cie C47/T13 | LEDIEU | René, L.G. | Sgt | BV | 16.05.1915 | Bolinne | 20.05.1940 | Vurste | |||
ARCA/TptK | ORBAN | Joseph, A.H. | Kpl | Mil | 29 | 20.12.1909 | Verviers | 21.05.1940 | Charleroi | ||
Staf | PARMENTIER | Robert | Sdt | Mil | 36 | 02.12.1915 | Namur | 20.05.1940 | Barry | ||
Cie C47 | PLAQUETTE | Paul, J.J. | ![]() | Sdt | Mil | 33 | 27.09.1913 | Dion | 26.05.1940 | Gottem | |
Cie C47/T13 | ROMBOUT | Louis, Léon | Sdt | Mil | 26.08.1912 | Schaarbeek | 05.07.1943 | Ukkel | Verwond op 26.05.1940 te Oostrozebeke | ||
GenK | SAUVAGE | Joseph, M. | Sdt | Mil | 25 | 17.05.1905 | Villers-aux-Tours | 13.05.1940 | Namur | ||
Staf/GenK | WYNROCX | Achille, Ph.A. | 1Kapt | Res | 06.06.1890 | Sint-Gillis | 13.05.1940 | Malonne | Gedood in schietincident met Belgische militair. |
- Dossier 8Div, Sectie Classified Archives, Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid, Ministerie van Defensie.
- Martens, M., 2004, Mei 1940: De Regio Tielt in de Vuurlinie, Tielt: De Roede van Tielt