Reglementaire benaming | 16de Regiment Artillerie | 16ème Régiment d’Artillerie | 16A | |
Type | Regiment veldartillerie van het actieve leger | |
Ontdubbeld van | n.v.t. | |
Onderdeel van | IIde legerkorps | |
Bevelhebber | Kolonel François Lecomte | |
Adjudant-majoor | Kapitein-commandant Yvan Henricot | |
Standplaats | Dekkingsstelling Albertkanaal Commandopost te Aarschot |
|
Samenstelling | I Groep (Majoor Simon Navez) |
1ste Batterij met 4 x Ob155 M17 Schneider houwitsers (Lt C. Castelyn) 2de Batterij met 4 x Ob155 M17 Schneider houwitsers (Lt C. Verbrugge) 3de Batterij met 4 x Ob155 M17 Schneider houwitsers (Kapt P. Torrekens) |
II Groep (Commandant Fernand Thomas) |
4de Batterij met 4 x Ob155 M17 Schneider houwitsers (Lt R. De Vleeschhouwer) 5de Batterij met 4 x Ob155 M17 Schneider houwitsers (Lt A. Nys) 6de Batterij met 4 x Ob155 M17 Schneider houwitsers (Lt R. Hanquinet) |
|
III Groep (Kapitein-commandant Joseph Vanderhofstadt) |
7de Batterij met 4 x C105L M13 Schneider kanonnen (Lt N. Debreyne) 8ste Batterij met 4 x C105L M13 Schneider kanonnen (Cdt Georges Vuye) 9de Batterij met 4 x C105L M13 Schneider kanonnen (Lt H. Delanghe) |
|
IV Groep (Kapitein-commandant Maurice Soupart) |
10de Batterij met 4 x C105L M13 Schneider kanonnen (Lt R. Sprengers) 11de Batterij met 4 x C105L M13 Schneider kanonnen (Lt L. Parage) 12de Batterij met 4 x C105L M13 Schneider kanonnen (Lt G. Gregoire) |
|
V Groep (Kapitein-commandant Georges Pierard) |
13de Batterij met 4 x C120 M31 FRC kanonnen (Lt A. Badot) 14de Batterij met 4 x C120 M31 FRC kanonnen (Lt G. Lambert) |
|
VI Groep (Majoor Jules Gussé) |
16de Batterij met 4 x Ob155 M17 Schneider houwitsers (Lt J. Radelet) 17de Batterij met 4 x Ob155 M17 Schneider houwitsers (Kapt R. Gerard) 18de Batterij met 4 x Ob155 M17 Schneider houwitsers (Lt J. Denis) |
|
Stafbatterij (Luitenant P. Romain) |
Staf 16A
Het 16de Regiment Artillerie (16A) vormt de legerkorpsartillerie van het IIde Legerkorps (II/LK) en werd op 3 september 1939 gemobiliseerd te Aarschot. Na een kort verblijf in zijn oorlogskantonnement waar het 16A op oorlogsvoet wordt gebracht, komt het regiment samen met de rest van het II/LK op 30 september 1939 toe op zijn gevechtsstellingen aan het Albertkanaal tussen Herentals en Beringen. Dit legerkorps verdedigt het kanaal met twee divisies in lijn, de 9de en de 6de Infanteriedivisie. Aan de vooravond van de oorlog staan de vuurmonden al maanden op dezelfde stellingen. De manschappen betrekken diverse kantonnementen in de dorpen in de omtrek. Naast de gebruikelijke scholen, boerderijen en andere civiele gebouwen beschikt het regiment over een aantal door het leger opgetrokken houten barakken. De commandopost (CP) van het regiment installeert zich te Aarschot nabij het Hoofdkwartier (HK) van het IIde Legerkorps. Door het feit dat 16A legerkorpsartillerie is, worden de groepen van 16A steeds in vuurversterking gegeven van divisieartillerie-eenheden. Hierdoor zullen de groepen betrokken zijn bij verschillende gevechten tijdens de achttiendaagse veldtocht, maar het regiment is als dusdanig niet zichtbaar. De Iste, de IIIde en de VIde Groep staan zo opgesteld dat zij gemakkelijk het 4de Regiment Artillerie (4A), de divisieartillerie van de 9de Infanteriedivisie (9 Div), kan versterken. De IIde, IVde en Vde Groep staan klaar om het 6de Regiment Artillerie (6A), de divisieartillerie van de 6de Infanteriedivisie (6 Div), te ondersteunen.
De zes groepen staan op 9 mei 1940 als volgt opgesteld:
- Iste Groep te Zandkapel
- IIde Groep te Varendonk (6e Batterij) en Stelen (4e en 5e Batterij)
- IIIde Groep te Voortkapel
- IVde Groep te Veerle
- Vde Groep te Westerlo
- VIde Groep te Westerlo

Militairen van de staf van 16A aan de Nete te Westerlo in maart 1940.
Staf/16A
Tijdens de tweede helft van de nacht van 9 op 10 mei worden de artilleristen uit hun bed gehaald met klaroengeschal. Alle gevechtsstellingen worden onmiddellijk bezet en tijdens de vroege ochtend wordt het de manschappen duidelijk dat het land is aangevallen wanneer wanneer talrijke Duitse vliegtuigen opduiken. De stellingen van het regiment worden sporadisch bestookt vanuit de lucht. Er is weinig schade. De staf van het regiment bevindt zich nog steeds op het HK van het II/LK te Aarschot, maar wordt tijdens de ochtend verplaatst naar het gehucht Snepken nabij Westerlo. De diverse groepen van het 16A zijn ontplooid op enige afstand van de kanaaloever en ondersteunen met hun zwaar geschut de lichtere divisieartillerie van het 4A en het 6A. Enkele secties van de verschillende batterijen staan opgesteld op vooruitgeschoven posities dichter naar de kanaaloever toe.
Het IIde legerkorps wordt eveneens ondersteund door de II/14A, III/14A en de legerartillerie van de I/1LA, II/1LA, I/2LA, III/2LA, IV/2LA, I/4LA en de IV/4LA waardoor de centrale zone van het Albertkanaal over een bijzonder dichte dekking met artillerievuur beschikt.
Tegen het middaguur raken de wegen in de buurt vol te zitten met burgers die uit de grenszone weggevlucht zijn en naar het zuiden trachten te ontkomen. Het regiment wacht af en komt niet in actie.
II/16A
De IIde Groep bezet een hoofdstelling te Varendonk aan de steenweg baan van Turnhout naar Diest en een vooruitgeschoven stelling te Stelen langsheen de baan van Geel naar Oosterlo ter hoogte van het Albertkanaal. De hoofdstelling wordt bemand door de 6de Batterij. De vooruitgeschoven stelling is toegewezen aan de 4de en 5de Batterij. Het ravitailleringsechelon van de groep staat opgesteld te Wolfsdonk en Varenwinkel. De eerste sectie mitrailleurs is te Herselt geplaatst om de bevoorradingsweg te beveiligen. De tweede sectie mitrailleurs staat op de hoofdstelling. De vooruitgeschoven stelling beschikt niet over eigen luchtdekking.
De groep beschikt over observatieposten voor zijn voorwaartse waarnemers in de kerktorens van Geel, Larum, Stelen, Oosterlo, Eindhout en de Veedijk. Geel en Larum zijn per radio verbonden met de commandopost te Stelen. Deze verbinding wordt bijzonder bemoeilijkt wanneer het transmissiepersoneel het bevel krijgt om zich terug te trekken en voor de beide ploegen slechts één enkele zender-ontvanger met één batterij achterlaat.
Staf/16A
De I/16A, III/16A en VI/16A zullen op hun stellingen blijven, maar trekken hun vooruitgeschoven secties terug. De 9Div blijft voorlopig nog aan het Albertkanaal.
De andere batterijen vernemen het nieuws van de nakende aftocht van de 6Div, halen hun kanonnen uit stelling en maken zich klaar voor de terugmars. Het duurt echter vaak een hele tijd vooraleer de diverse groepen aan de aftocht kunnen beginnen. Veerle wordt bijvoorbeeld pas rond 23u00 verlaten.
II/16A
De nacht van 11 op 12 mei verloopt zonder incidenten. Tijdens de ochtend wordt de 2de Sectie mitrailleurs naar Steelen verplaatst. De groep ontvangt om 20u15 het bevel tot de aftocht. De overtollige munitie wordt op twee verzamelpunten opgestapeld en zal op 12 mei opgehaald worden door het Autopeloton voor Artilleriemunitie. Wanneer bij het vormen van de colonne een Duits vliegtuig een rode lichtkogel afschiet, breekt paniek uit onder de manschappen. De luchtafweermitrailleurs schieten in het wilde weg en raken twee paarden in één van de gespannen. Eén van de kanonnen van de 4de Batterij zit vast in de modder en kan niet uit stelling gehaald worden. Het stuk wordt op 12 mei gerecupereerd. De 4de en 5de Batterij zetten zich om 23u00 op weg. Via Oosterlo en Westerlo wordt naar Snepkens gereden.
Tijdens de nacht van 11 op 12 mei trekken de groepen aangehecht aan de 6de infanteriedivisie zich terug van de kanaalzone:
- De II/16A bereikt het gehucht Snepkens op de baan van Herselt naar Herentals en wacht hier verdere bevelen af;
- De IV/16A stuurt de 10de Batterij naar Westerlo en de 11de en 12de Batterij naar Tongerlo;
- De V/16A vertrekt naar Heist-op-den-Berg en ontplooit zijn geschut op een reeds eerder aangelegde wisselstelling in een stuk bos op zo’n 700m van het centrum
Het 1ste Regiment Karabiniers (1C) wordt die dag echter teruggestuurd naar het Albertkanaal om het gat te dichten dat is ontstaan door de voortijdige terugtocht van de 6de Infanteriedivisie. II/16A maakt rechtsomkeer naar Tongerlo, IV/16A en V/16A keren terug naar Zoerle-Perwijs.
II/16A
De 6de Batterij en het raviltailleringsechelon trekken zich afzonderlijk terug. De 4de en de 5de Batterij wachten nog steeds verdere bevelen af te Snepkens. Het achtergelaten kanon van de 4de Batterij wordt opgehaald. Rond 13u00 wordt alarm gegeven: de Duitsers zouden Veerle bereikt hebben en de colonne moet onmiddellijk vertrekken. Luitenant Romain van de staf van het regiment zet de beide batterijen direct op weg in galop richting Heist-op-den-Berg. De groep rijdt via Herselt naar Westmeerbeek, waar rechtsomkeer dient gemaakt te worden. De alarmmelding blijkt onterecht en de groep moet terugkeren naar Snepkens.
Het 6de Batterij heeft inmiddels ook Snepkens bereikt en de ganse groep is opnieuw samen. Er wordt een nieuwe stelling verkend te Zoerle-Perwijs maar het komt niet tot een nieuwe ontplooiing. De drie batterijen worden om 16u00 doorgestuurd naar Tessenderlo om er de oude stellingen van de IV/4LA over te nemen. Er worden drie ploegen voorwaartse waarnemers uitgestuurd naar de oever van het Albertkanaal en de groep start om 21u00 met de installatie.
Staf/16A
Rond de middag krijgt het 16A het definitieve bevel om zich achter de K.W. Stelling te begeven. De staf verplaatst zich naar Mechelen en zoekt onderdak in een gebouw op de Liersesteenweg nabij de brug over de Vrouwenvliet. De groepen gaan na de middag de baan op en bereiken in de loop van de avond hun nieuwe posities en kantonnementen:
- I/16A: Sint-Katelijne-Waver
- II/16A: Schriek
- III/16A: Elzestraat
- IV/16A: nabij het fort van Sint-Katelijne-Waver
- V/16A: kilometerpaal 6,500 van de baan Mechelen-Putte
- VI/16A: Pasbrug
II/16A
De groep wordt om 12u40 definitief teruggetrokken naar de K.W. Stelling. De colonne krijgt een marsroute toegewezen via Heist-op-den-berg, Goor, Schriek en Keerbergen naar Haacht. Onderweg wordt op bevel van de regimentsstaf de bestemming gewijzigd in Schriek. De bagagevrachtwagen en de veldkeuken van de staf van de groep zijn onderweg verloren gereden, maar kunnen tijdig teruggevonden worden. De manschappen kantonneren ter plekke.
Staf/16A
De groepen worden ontplooid met het oog op de nakende verdediging van de K.W. Stelling. Kolonel Lecomte krijgt het bevel over een groepering rond de IV/16A (1km ten zuiden van het fort van Sint-Katelijne-Waver), de V/16A (kasteel Klauwendaal ten noorden van Mechelen) en de VI/16A (kasteel Beffershof nabij Pasbrug). Deze groepering vormt het algemeen steunelement van het IIde Legerkorps.
De I/16A (1km ten zuiden van Duffel) en de III/16A (Elzestraat) worden samengevoegd onder majoor Navez en in algemene steun van de 6de Infanteriedivisie geplaatst.
De II/16A (bos nabij Guldensporenlaan te Bonheiden) en IV/9A (baan Bonheiden-Putte) vormen het algemeen steunelement van de 11de Infanteriedivisie (11Div) en komen onder het bevel van de IV/9A te staan.
II/16A
De groep vertrekt te Schriek rond 07u00 en zet in draf koers naar de anti-tankbarrière van de K.W. Stelling nabij Keerbergen. De stalen hekkens zullen gesloten worden en er dient vaart gemaakt te worden om de Belgische linies tijdig te bereiken. De colonne bereikt rond 10u00 het dorp Bonheiden en houdt hier een halte van een uur. Na het nodige over-en-weer geloop verneemt Kapitein-commandant Thomas uiteindelijk dat de kanonnen dienen ontplooid te worden tussen Pasbroek en Bonheiden en zullen vuren ten bate van de 11de Infanteriedivisie. De stellingname start om 21u00. Het ravilailleringsechelon levert twee vuureenheden af bij elke batterij en stelt zich op te Pasbroek. Er wordt een voorwaartse waarnemer uitgezet in de kerktoren van Bonheiden. II/16A lost I/2LA af in de groepering algemene steun van de 11Div.
Staf/16A
De laatste voorbereidingen tot de komende actie worden afgerond en de verbinding met de observatieploegen uitgetest. Vanaf ongeveer 15u00 worden de eerste vijandelijke formaties waargenomen en komt het geschut in actie. Er wordt voornamelijk richting Putte en Peulis gevuurd. De acties houden aan tot diep in de nacht.
II/16A
De telefoonverbinding met de infanterie van de 11Div wil maar niet tot stand komen. Door het grote gebrek aan draad en materieel wordt overal gezocht naar de nodige aansluitingsmogelijkheden. De kanonnen komen om 17u30 een eerste keer in actie en beschieten een doel nabij Keerbergen. Tijdens de loop van de avond wordt ook nog richting Putte gevuurd.
Staf/16A
Op 16 mei komt onverwachts het bevel van het geallieerd opperbevel (Franse generaal Bilotte) om verder westwaarts te trekken. Zonder dat de K.W. Stelling ten volle verdedigd werd moet de stelling worden prijsgegeven. Het Duitse leger wist immers een doorbraak te forceren in de streek van Sedan en rukt op naar de Atlantische kust. In het noorden heeft Nederland zich overgegeven, het geallieerd dispositief moet worden aangepast. Tijdens de namiddag verspreidt de Belgische legerleiding de nodige bevelen voor de ontruiming van de K.W. Stelling tijdens de nacht van 16 op 17 mei. Het 16A ontvangt het bevel om de verplaatsing naar Gent voor de bereiden. De staf verlaat Mechelen rond 22u00 en verplaatst zich naar Opdorp. De groepen zijn anderhalf uur eerder begonnen met het opbreken van de stellingen en het klaarmaken voor het transport. De Autopelotons voor Artilleriemunitie (PAMA’s) zijn de batterijen van het 16A voortdurend blijven bevoorraden met nieuwe munitie. De overtollige munitie wordt weer opgehaald bij de schootsbatterijen. Alle munitie die niet tijdig getransporteerd kan worden, wordt zo snel mogelijk verschoten.
II/16A
De groep blijft vuren op doelen rond Keerbergen en Putte. De caissons worden rond 15u40 opnieuw aangevuld en even later worden de laatste opdrachten afgerond. De kanonnen worden uit stelling gehaald. De colonnes gaan de baan op rond 16u30, verzamelen te Pasbrug samen met het 9A en verlaten de K.W. Stelling rond 21u00.

Een C120M31 kanon in de productiehal van de Cockerill fabrieken in 1934.
Staf/16A
Conform de gekregen orders verlaat het 16A tijdens de nacht van 16 op 17 mei de K.W. Stelling en neemt de volgende dag onderstaande kantonnementen in:
- De staf komt rond 01u00 aan te Opdorp.
- De I/16A steekt de Dijle over ten noorden van Mechelen en bereikt Opdorp rond 06u00. Na een rustpauze rijdt de groep door naar Afsnee nabij Gent.
- De II/16A trekt zich terug via Hombeek, Kapelle-op-den-Bos en Londerzeel tot in Malderen waar overdag gekantonneerd wordt. Om 22u00 wordt de tocht hervat richting Sint-Gillis-bij-Dendermonde.
- De III/16A bereikt Briel nabij Baasrode, steekt de Schelde over en gaat naar Drongen. Ook de IV/16 reist via Briel en passeert rond 20u00 de stad Dendermonde.
- De V/16A kantonneert in het bos van Buggenhout.
- De VI/16A trekt zich terug via Mechelen en Willebroek en kantonneert eveneens te Opdorp.
De opdracht van het regiment bij het IIde Legerkorps wordt beëindigd en het 16A wordt overgeheveld naar het Iste Legerkorps (I/LK) om er 14A als korpsartillerie te vervangen. 14A was zich nog aan het reorganiseren na de geleden verliezen aan het Albertkanaal.
II/16A
De manschappen arriveren te Malderen rond 06u30 en houden hier halt om de komende nacht af te wachten. Overdag breekt even paniek uit wanneer via de commandopost van het 9Li het gerucht verspreid wordt dat de vijand zou genaderd zijn. Om 22u00 zetten de colonnes zich op weg via Buggenhout en Lebbeke richting Sint-Gillis-bij-Dendermonde.
Staf/16A
Het Iste Legerkorps zal met zijn artillerie de 1ste, de 16de en de 18de Infanteriedivisies ondersteunen. Hiervoor beschikt het legerkorps over de Staf/16A, I/16A, III/16A, IV/16A, V/16A en VI/16A evenals over II/14A, III/14A en VI/14A. Commandant 16A maakt drie tactische groeperingen. Een eerste ondergroepering, samengesteld uit II/14A, III/14A en VI/16A, wordt in vuurversterking gegeven van 24A de divisieartillerie van de 16Div. Een tweede ondergroepering, samengeteld uit I/16A, III/16A en VI/14A, moet vuursteun geven aan de 18Div die zelf niet over divisieartillerie beschikt aangezien 26A nog steeds is afgedeeld bij de 13Div van het Ve Legerkorps. De rest van 16A gaat in steun van de 1Div.
II/16A
De IIde groep bereikt omstreeks 02u50 het dorp Sint-Gillis-bij-Dendermonde en meldt zich aan bij de staf van de 11de Infanteriedivisie die tijdelijk onderdak heeft gezocht in het gemeentehuis van Lebbeke. Om 03u15 krijgt de groep via deze staf het bevel om via Denderbelle en Oudegem naar Schoonaarde verder te rijden. De colonne krijgt het bevel om zo snel mogelijk verder te trekken en niet te aarzelen om de Schelde over te steken. De groep vertrekt onmiddellijk en wordt naar de militaire bootbrug over de Dender gestuurd. Deze brug heeft slechts een draagvermogen van 3,5 ton en is niet geschikt voor het zware 155mm geschut. Bovendien zijn de toevoerwegen niet genivelleerd en dreigen de paardengespannen vast te komen zitten. De kanonniers hebben echter geen andere keuze en laten het verkeer tegenhouden om hun gespannen één per één voorzichtig over de brug te rijden. Wanneer deze bijzonder langzame taak rond 06u00 nog helemaal niet afgerond is, komt een genieofficier toe met het bevel om de brug af te breken. Een hevige discussie breekt uit met de stafofficieren van II/16A en de man druipt af om bevestiging van zijn orders te zoeken. De artilleristen zetten de oversteek verder, maar bij de overtocht van het 3de stuk van de 5de Batterij breekt een aanhechtingspunt van de bootbrug met de oever. Alle verdere passage is nu onmogelijk en de rest van de colonne wordt omgeleid naar de vaste brug over de Dender te Wieze. Het deel van de colonne dat de westelijke oever van de Dender reeds bereikt heeft, rijdt via Schoonaarde tot Uitbergen en houdt hier rond 10u00 halt. Het omgeleide gedeelte van de groep bereikt dit dorp rond 13u00. Om 16u00 wordt verder gereden via Overmeire, Destelbergen en Gent naar Drongen. Kort voor de eindbestemming wordt de colonne afgeleid naar een nieuwe bestemming te Mariakerke. De groep krijgt te horen dat ze ingezet zal worden aan het Kanaal Gent-Terneuzen.
Staf/16A
Het VIde Legerkorps heeft geen eigen korpsartillerie en moet bijgevolg gesteund worden door een ad-hoc groepering zware artillerie afkomstig van andere legerkorpsen. Vanaf 19 mei 1940 wordt Kolonel SBH Raquez van het 14A de bevelhebber van de korpsartillerie van het VIde Legerkorps en het 16A moet de IIde groep afstaan aan 14A. Onder bevel van de commandant van 14A staan nu I/14A, IV/14A, III/15A, IV/15A en II/16A.
II/16A
De groep bereikt Mariakerke rond 04u00 en neemt een afwachtingsstelling in tussen de Brugse vaart nabij Mariakerke en de dorpskern van Wondelgem. Omstreeks 05u30 worden nieuwe posities verkend tussen Mariakerke en Rooiegem en wordt eveneens een geschikte locatie uitgezocht langsheen de Brugsesteenweg voor de groepsstaf. De installatieplannen worden echter afgebroken wanneer om 11u00 vernomen wordt dat de groep in versterking wordt gegeven van 14A dat werd aangeduid als corpsartillerie van het VIde Legerkorps. Om 13u00 volgt een nieuw marsbevel en vetrekt de groep via Drongen en Sint-Martens-Latem richting Deurle. De colonnes bereiken de Latemstraat om 13u00 en het verkenningspersoneel wordt uitgestuurd naar de Keistraat ten noorden van De Pinte waar nabij kasteel Grand Noble een afwachtingsstelling wordt aangenomen. Hier wordt II/16A tezamen met I/14A ondergebracht in de 2de Ondergroepering van 14A. Nieuwe posities worden uitgezocht en de stellingname vat aan vanaf 21u00.
II/16A
De groep ontvangt een nieuwe dotatie aan transmissiematerieel, waaronder 40Km telefoonkabel en nieuwe veldtelefoontoestellen. Tijdens de voormiddag worden de zonet ingenomen stellingen alweer verlaten om nu zo’n 3Km oostwaarts op te schuiven. Er wordt gewacht tot het vallen van de duisternis om met de verplaatsing te starten.
II/16A
Het geschut is opnieuw ontgplooid. De waakrichting wordt gewijzigd naar Betsbergebos. Voorwaartse waarnemers worden uitegstuurd naar Schelderode en Munte. Het ravilailleringsechelon levert één vuureenheid munitie af van 75 obussen per vuurmond. De kanonnen komen net voor 18u00 een eerste keer in actie en openen het vuur op Oosterzele. Er worden in totaal 86 obussen verschoten.
Staf/16A
Op de Conferentie van Ieper tussen de Belgen, Fransen en Britten is beslist dat het front achteruit moet. Het Belgische leger zal de aftocht naar de Leie aanvatten, rondom Gent worden de Belgische posities herschikt en wordt het Bruggenhoofd Gent opgegeven. De 16de en de 18de infanteriedivisies zullen de stad verdedigen. De 1ste infanteriedivisie zal de stad verlaten en naar de streek van Kortrijk verhuizen. De 2de en de 4de infanteriedivisie zullen het Bruggenhoofd Gent verlaten, terwijl ten zuiden van de stad de 1ste Divisie Ardeense Jagers en de 5de infanteriedivisie nog achter de Schelde moeten blijven tot de nacht van 23 op 24 mei en zich vervolgens ook achter de Leie moeten terugtrekken. De staf van 16A vertrekt aan het eind van de dag naar Poeke. De groepen zullen op 23 mei in de wijde omgeving van Poeke ontplooid worden.
I/16A
De I/16A ondersteunt rondom 21u40 de aftocht uit Gent met een vuuropdracht op de Dampoort en de Muide. De zware kanonnen richten een enorme schade aan. Na de voltooiing van de terugtocht uit Gent maakt ook de I/16A zich klaar voor de verplaatsing naar de nieuwe linies aan de overkant van het Afleidingskanaal van de Leie.
II/16A
De 5de batterij vuurt omstreeks 10u00 op Scheldewindeke. De ganse groep herhaalt de opdracht een uur later en neemt naast Scheldewindeke eveneens opnieuw Oosterzele onder vuur. Even voor 17u00 krijgt de groep het bevel om zich klaar te maken voor een verplaatsing naar Meigem.
De aftocht start om 18u30. De colonnes rijden via De Pinte, Deurle en Sint-Martens-Leerne naar Vosselare en steken rondom 23u00 te Nevele het Afleidingskanaal van de Leie over.
Staf/16A
De stellingen van het 16A te Poeke worden ontdekt door de Luftwaffe en worden doorheen de dag verscheidene keren aangevallen vanuit de lucht. Daarbij worden bij de 10de Batterij vier paarden gedood en enkele wagens vernield. Bij de 12de Batterij vallen enkele gewonden. Ook de 3de Batterij krijgt ervan langs, maar leidt alleen materiële schade.
II/16A
Ook bij de installatie te Meigem, krijgt de IIde Groep er van langs door vijandelijke vliegtuigen. De posities van de 6de Batterij worden gelukkig zonder veel schade gebombardeerd.
II/16A
Tijdens de tweede helft van de nacht krijgt de groep de opdracht om het geschut ten noordoosten van Vinkt te ontplooien. De groep wordt aangehecht bij de Groepering Marissal, die de korpsartillerie van het VIde Legerkorps levert.
De verkenningsploeg vetrekt naar de nieuwe stellingen rond 05u45 en stelt bij aankomst vast dat de echelons van het 8A zich op de nieuwe posities opgesteld hebben. De installatie van het geschut wordt dan ook vertraagd tot dat de vrachtwagens en paardengespannen van het 8A vertrokken zijn. Uiteindelijk start de ontplooiing kort voor 13u00. De commandopost wordt opgesteld in het Klooster van de Fransicanessen aan de Heerdweg te Vinkt. De initiële waakrichting loopt naar Grammene.
Een eerste vuuropdracht loopt binnen rond 17u40. Het doel blijkt te Astene te liggen er de kanonnen dienen dan ook van front te wisselen vooraleer gestart kan worden met de beschieting. Enkele stukken kunnen niet deelnemen omdat gebouwen en bomen het vuren in de nieuwe richting belemmeren. Deze stukken blijven dan maar richting Grammene gedraaid om in deze zone de bruggen over de Leie onder vuur te houden.
II/16A
De groep neemt vanaf middernacht een vijandelijke batterij onder vuur die post gevat heeft rond Astene. De beschieting houdt aan tot 03u00.
De posities van de batterijen, de echelons en de commandopost worden aanhoudend beschoten door vijandelijke vliegtuigen. Het dorp Vinkt wordt zo zwaar gebombardeerd dat de CP in het klooster niet langer behouden kan worden.
De Duitse troepen starten met hun aanval op de sector van de 4de Infanteriedivisie te Meigem. De kanonnen van de II/16A openen het vuur op de oostelijke oever van het Afleidingskanaal tegenover dit dorp. Er wordt gevuurd tussen 06u35 en 10u05 met stelselmatig kleinere opzet zodat het vuur steeds dichter op de kanaaloever valt. De vijandelijke oversteekpoging is echter vrijwel onmiddellijk succesvol door de instorting van het 15Li en het 7Li en de daaruit volgende massale overgaven onder de Belgen. De observatieploegen die zich in de kanaalzone bevinden, werden gelukkig reeds bij de aanvang van de aanval teruggeroepen naar Vinkt.
Even na 10u00 laat de staf van de Groepering Marissal weten dat er geen verbinding meer is met de infanterieregimenten van de de 4de divisie. Luitenant Nonnon, chef van de voorwaartse waarnemers, vertrekt op verkenning en stelt al snel vast dat de 4de Infanteriedivisie uit elkaar geslagen is.
De groep maakt zich klaar voor de nabije verdediging van de posities. De luchtafweermitrailleurs worden opgesteld om bij een mogelijke grondaanval tussenbeide te komen.
Nog geen half uur later krijgt de groep het bevel om onmiddellijk achteruit te trekken. Alleen de 6de batterij dient nog ter plekke te blijven en moet de beschieting van Meigem verder zetten. De 4de en de 5de batterijen geven alle beschikbare obussen over aan de 6de batterij en gaan er vervolgens van door. De 6de batterij zet zijn beschietingen verder, maar weer maar al te goed dat de kans er dik in zit dat de stellingen overrompeld zullen worden en laat dan ook de sabotage van de kanonnen voorbereiden.
De groep zet via Lotenhulle, Poeke en Ruiselede koers naar Pietakker. Gelukkig krijgt de 6de batterij rond het middaguur alsnog de toestemming om de stelling te verlaten en de groep te Pietakker te vervoegen. Alle stukken kunnen met succes uit stelling gehaald worden en de batterij trekt eveneens weg uit het strijdgebied.
Op weg naar Pietakker wordt de bestemming van de II/16A gewijzigd naar Ruiselede. De batterijen dienen aan de zuidoost rand van dit dorp ontplooid te worden op de Molenakker. De groep komt aan rondom 15u00 en start onder aanhoudende beschietingen door de Luftwaffe met de opstelling van zijn batterijen. Het vuur wordt geopend zodra de stukken klaar zijn tot vuren. Diverse doelen rond Meigem en Kerrebroek worden beschoten.

Een C120L vuurmond op een verzamelplaats voor groot materieel na de capitulatie.
II/16A
De batterijen blijven op post op de Molenakker te Ruiselede, maar zijn inmiddels al ontdekt nadat de Duitsers nog tijdens de vooravond van 25 mei een observatieballon lieten opstijgen om de aanval op de sector van de 4de Infanteriedivisie te ondersteunen. De posities van II/16A vallen dan ook al snel onder vijandelijk tegenbatterijvuur. De soldaten Buelens en Matthieu worden gedood.
Het munitieverbruik voor 25 en 26 mei wordt vastgesteld op een totaal van 186 obussen.
De groep krijgt om 14u00 de opdracht op opnieuw de stellingen te Pietakker te gaan verkennen. Een detachement van de staf vertrekt onmiddellijk. Er worden posities uitgekozen nabij de Axpoelmolenstraat.
De batterijen vertrekken te Ruiselede om 20u00 en zijn reeds om 22u45 klaar tot vuren van op de Axpoelmolenstraat.
II/16A
De groep vuurt even voor 12u00 een laatste missie uit en wordt vervolgens om 13u00 naar Wingene bevolen. De marsroute loopt via Schuiferskapelle. De colonnes worden bij aankomst gedirigeerd naar het Veldekensbos tussen Hooithoek en Spletlinde, maar kunnen dit eindpunt niet bereiken omwille van de slechte toegangswegen. Er wordt dan maar een positie uitgekozen in de buurt van de Wingensesteenweg ten noorden Egem. De echelons zetten koers naar het gehucht Scheewege net ten westen van Wingene.
Tijdens de namiddag wordt hard gewerkt aan de installatie van de stukken ter voorbereiding van een vuuropdracht op een kruispunt nabij Aarsele die samen om 20u40 met een reeks andere groepen van de Groepering Marissal uitgevoerd zal worden.
Deze missie wordt echter omstreeks 20u30 afgelast wanneer de groep het bevel krijgt om verder achteruit te trekken. De II/16A moet via Wingene naar Ruddervoorde.
II/16A
De II/16A staakt de strijd om 0600 Hr te Ruddervoorde.
Eenheid | Naam | Voornaam | Foto | Graad | Stand | Klas | ° op | ° te | + op | + te | Nota |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
5/II | BUELENS | Jean, J. | Sdt | Mil | 32 | 14.10.1912 | Laken | 26.05.1940 | Ruiselede | Gedood door tegenbatterijvuur | |
Onbekend | CAMMAERT | Felix | (Onbekend) | 20.03.1901 | Ukkel | 31.05.1940 | De Panne | ||||
8/III | DEBRUYNE | Henri, F. | Sdt | Mil | 39 | 27.04.1920 | Oostende | 27.05.1940 | Beveren | ||
17/VI | MALU | Paul | ![]() | Sdt | Mil | 32 | 05.09.1911 | Hoeilaart | 16.05.1940 | Bonheiden | |
5/II | MATHIEU | Joseph | Sdt | Mil | 39 | 06.01.1919 | Dworp | 26.05.1940 | Ruiselede | Gedood door tegenbatterijvuur | |
Onbekend | MEYS | Maurice, E. | Sdt | Mil | 39 | 26.12.1919 | Kortrijk | 21.05.1940 | Zwijnaarde | ||
Staf/IV | SOUPART | Maurice | Cdt | Act | 16.06.1893 | La Louvière | 10.07.1945 | Prenzlau (D) | Overleden in krijgsgevangenschap | ||
Onbekend | VERHAMME | Antoine, A. | Sdt | Mil | 31 | 30.06.1911 | Heule | 25.05.1940 | Lendelede |
- Lothaire, R., 2013, L’artillerie lourde de campagne belge 1914-1918, Verviers: Editions du Patrimoine Militaire.
- Slagorde officieren 16A bij de Sectie Classified Archives, ADIV, Ministerie van Defensie.