Type | Geniebataljon |
Ontdubbeld van | 4de Regiment Genie |
Onderdeel van | 15de Infanteriedivisie |
Bevelhebber | Luitenant-kolonel Maurice Van Mulders |
Standplaats | Dekkingsstelling Albertkanaal Sector Massenhoven-Herentals Commandopost te Berlaar |
Samenstelling | 1ste Compagnie (Kapitein H. Kurz) |
2de Compagnie (Kapitein R. Germay) |
Luitenant-kolonel Van Mulders is als bevelhebber van het 16de Bataljon Genie verantwoordelijk voor de geniewerken in de sector Massenhoven-Herentals die verdedigt wordt door de 15de Infanteriedivisie. Hiervoor heeft de kolonel ook vier bataljons van het hulptroepen ter beschikking: het IIde en het IIIde Bataljon van het 1ste Regiment Hulptroepen en het Iste en het IIde Bataljon van het 9de Regiment Hulptroepen van het Leger. Deze bataljons starten in de loop van de maand april met het uitvoeren van veldwerken op het tweede echelon van de positie aan het Albertkanaal en op een eventuele tweede positie voor de divisie langsheen de loop van het Netekanaal tussen het Albertkanaal en Lier. Deze positie moet ingenomen worden bij een mogelijke terugtocht van het veldleger naar de Versterkte Positie Antwerpen en de K.W, Stelling.
Staf/16Gn
De staf van het bataljon wordt om 01u45 gealarmeerd door de divisiestaf. Een uur later geeft de divisiestaf ook de eerste opdracht aan het bataljon dat moet starten met het plaatsen van de landmijnen op de voorbereide mijnenvelden. In eerste instantie vraagt de divisiestaf om de toegangswegen tot het Albertkanaal vrij van mijnen te houden, maar dit wordt om 06u45 aangepast. Het plaatsen van de landmijnen zal duren tot 11 mei.
2Cie/16Gn
Bij de 2Cie is Kapitein Germay met spoedverlof. Luitenant Leon Vermeesch neemt als pelotonscommandant met de meeste anciënniteit het bevel tijdelijk over. Germay arriveert rond het middaguur.
Staf/16Gn
De divisiestaf geeft om 23u20 het bevel om in de ochtend van 12 mei te starten met het aanbrengen van de springinrichtingen bij alle hindernissen voorzien in het vernielingsplan.
2Cie/16Gn
Kapitein Germay vertrekt op speciale zending, zodat Luitenant Vermeesch weer compagniecommandant ad interim wordt.
Staf/16Gn
Het bataljon maakt alle wegvernielingen binnen de sector van de 15Div klaar voor ontploffing. Ook worden de springinrichtingen aangebracht onder de bruggen over het Netekanaal, maar deze werkzaamheden zullen pas op 13 mei afgerond worden.
Staf/16Gn
De 15de Infanteriedivisie divisie wordt op preadvies geplaatst voor een terugtocht van het Albertkanaal. Omstreeks 11u00 beveelt de divisiestaf aan de infanterieregimenten om de bezetting van de stellingen terug te schroeven. In de namiddag krijgt de 15Div het bevel om het Albertkanaal ten oosten van de monding van de Nete te verlaten. Het 31Li en het 42Li dienen zich achter de Nete terug te trekken om de verbinding te maken tussen de Versterkte Positie Antwerpen en de K.W. Stelling. Het 43Li zal op post blijven in de ondersector Oelegem-Viersel. De verplaatsing moet tijdens de nacht van 13 op 14 mei uitgevoerd worden.
Om 18u00 wordt Luitenant-kolonel Van Mulders samen met alle andere bevelhebbers ontboden op de divisiestaf. Het 16Gn moet alle wegvernielingen in de ondersectoren van het 31Li en het 42Li uitvoeren van zodra de laatste elementen vertrokken zijn. Alle hindernissen die door de vijand bedreigd zouden worden, moeten onmiddellijk tot ontploffing gebracht worden, ongeacht de positie van de eigen troepen. Het bataljon moet ook zijn kantonnement te Berlaar verlaten en moet zich te Vremde vestigen.
De eenheden vertrekken om 21u30. De vernielingsploegen zijn de ganse nacht op het terrein om het vernielingsplan uit te voeren.
2Cie/16Gn
Luitenant Vermeesch krijgt persoonlijk de opdracht om te Viersel een neergestorte Duitse bommenwerper te vernielen. Het toestel heeft zijn bommen nog aan boord.
Staf/16Gn
In de voormiddag krijgt het bataljon het bevel om naar Wommelgem uit te wijken. Ook vraagt de divisiestaf om de kerktorens van Berlaar, Gestel, Nijlen, Bevel en Kessel op te blazen. De 15Div wil niet dat deze door vijandelijke waarnemers zouden gebruikt worden. Dit gebeurt in de loop van de namiddag.
Om 16u30 krijgt het bataljon ook de opdracht om de Verellensmolen op de Lammerenberg te Massenhoven om dezelfde reden te vernielen. Tevens moet ook de gashouder op hetzelfde gehucht neergehaald worden. De windmolen wordt nog dezelfde avond vernield. De vernieling van de gasmeter wordt uitgesteld tot 15 mei, bij gebrek aan voldoende explosieven.
2Cie/16Gn
Kapitein Germay keert terug naar zijn compagnie. Luitenant Vermeesch wordt verantwoordelijk voor de vernieling van de Verellensmolen en gashouder op het gehucht Lammerenberg.
Staf/16Gn
De divisiestaf beveelt om 05u10 om de spoorbrug van de lijn 16 Lier-Aarschot over het Grote Nete te vernielen. De bataljonsstaf stuurt onmiddellijk een ploeg uit en zal reeds om 09u40 de succesvolle uitvoering melden. Ook de spoorbrug te Nazaret wordt opgeblazen. De gedeeltelijke springlading van de gasmeter van Massenhoven wordt in de ochtend van 15 mei dan toch tot ontploffing gebracht. Het bouwwerk stort slechts gedeeltelijk in.
Het 16Gn ondermijnt tevens de bruggen over het Netekanaal en de Nete die samen een ringvormige waterweg rondom de stad Lier vormen. Het bataljon moet tevens een detachement naar de stad sturen om een aantal huizen en andere gebouwen om te vormen tot steunpunten voor de infanterie. Dit detachement vertrekt om 21u30 en zal tijdens de nacht van 15 op 16 mei doorwerken.
Tot slot beveelt de divisiestaf om 22u45 om een aantal organen van het Fort van Kessel te vernielen. Dit fort bevindt zich nu voor de linies en wordt voorlopig nog bewaakt door een sterke voorpost bestaande uit het IIIde Bataljon van 31Li. De voorbereidende werken starten tijdens de nacht van 15 op 16 mei.
Staf/16Gn
Na de terugtocht van het IIIde Bataljon van 31Li van de voorposten tussen Kessel en Nijlen zal het 16Gn aan de divisiestaf moeten melden dat het Fort van Kessel niet volgens plan vernield werd en dit bolwerk nog steeds intact is. Stafofficier Kapitein SBH Arthur Thirifay wordt met de commandant van het Fort van Kessel uitgestuurd naar het 31Li te Emblem om de zaak te verhelpen. De missie zal mislukken daar de vijand het voorgebied reeds bezet heeft.
Op 16 mei komt onverwachts het bevel van het geallieerd opperbevel (Franse generaal Bilotte) om verder westwaarts te trekken. Zonder dat men de K.W. Stelling ten volle verdedigd heeft, moet deze worden prijsgegeven. Het Duitse leger wist immers in het zuiden een doorbraak te forceren in de streek van Sedan, terwijl in het noorden Nederland zich heeft overgegeven. Het veldleger zal aan het eind van de dag de K.W. Stelling ontruimen en zich terugplooien op de lijn Terneuzen-Gent-Oudenaarde. De aftocht zal in drie nachtelijke etappes afgelegd worden waarbij men aan het Kanaal van Willebroek en aan de Dender en de Schelde telkens een vertragingsmanoeuvre zal uitvoeren zodat de terugtocht kan plaatsvinden op een zo veilig mogelijke manier.
Het bataljon krijgt om 06u15 de opdracht om de technische verkenning uit te voeren van de vier bruggen over de oude arm van de Nete die het stadscentrum van Lier van noord naar zuid in twee helften verdeelt. Dit bevel wordt omstreeks 09u30 aangescherpt en het 16Gn moet nu overgaan tot het aanbrengen van de springinrichtingen.
Omstreeks 16u00 laat de divisiestaf weten dat op het gehucht Lammerenberg een aarden dijk die aangelegd werd om de inundaties op de Nete in stand te houden, beschadigd werd door een vijandelijke artilleriebeschieting. Een eerste herstelploeg vertrekt in de loop van de avond. Deze ploeg zal afgelost worden tijdens de ochtend van 17 mei.
Staf/16Gn
Rond het middaguur ontvangt de 15Div zijn orders voor de evacuatie van zijn sector. Het IVde Legerkorps en het Vde Legerkorps zullen tijdens de nacht van 17 op 18 mei de Versterkte Positie Antwerpen en de verdedigingslinie achter de Nete verlaten om zich naar het Waasland te begeven via Antwerpen, Hoboken en Hemiksem. Even na 12u00 laat de divisiestaf alle geniewerkzaamheden staken.
Het bataljon vervoegt de terugtocht en start om 17u45 met de eerste etappe richting Temse. Deze etappe zal via Vremde, Hove, Kontich, Boom, Puurs en Bornem leiden
Staf/16Gn
De hoofdcolonne van het bataljon bereikt Temse om 05u10. De manschappen worden hier tijdelijk ingekwartierd. De opperste legerleiding heeft aan de 15Div opgedragen om naar de kust te trekken en het bevel over te nemen van de Maritieme Basis. Luitenant-generaal de Hennin laat het 16Gn naar Blankenberge vertrekken. Voor de verplaatsing zal het bataljon zich opsplitsen in vier colonnes: de paardenwagens, de wielrijders, de motorvoertuigen en tenslotte de manschappen te voet. Deze laatste zullen per trein vervoerd worden. De colonnes die over de baan reizen vertrekken rond 14u00. De rest wordt ingeladen in een treinstel te Temse vanaf 16u30.
Staf/16Gn
De motorvoertuigen van het bataljon zijn aangekomen te Blankenberge, maar moeten om 12u00 verhuizen naar Middelkerke. Het voetvolk komt rondom 14u00 aan te Oostende en vertrekt hier om 16u00 met de tram naar Middelkerke. De wielrijders vervoegen het bataljon op 19 mei, gevolgd door de paardenwagens op 20 mei.
Staf/16Gn
Het bataljon is weer volledig. Om 18u00 gaat het 16Gn over naar het Commando van de Genie van het Groot Hoofdkwartier. Luitenant-kolonel Van Mulders krijgt als eerste opdracht om de technische verkenningen uit te voeren van de bruggen over het Leopoldkanaal en Afleidingskanaal van de Leie tussen Zeebrugge en Damme, maar door een coördinatiefout blijken deze reeds ondermijnd te zijn door het 22ste Bataljon Genie. De officieren vertrekken daarop naar het Kanaal Brugge-Oostende voor de technische verkenning van de bruggen en veerponten.
Staf/16Gn
Luitenant-kolonel Van Mulders stelt het vernielingsplan voor de bruggen en veerponten van het Kanaal Brugge-Oostende samen. De vernieling krijgen de nummers BO1 tot BO11.
2Cie/16Gn
De compagnie wordt verantwoordelijk voor de vijf bruggen over het Kanaal Brugge-Oostende op het grondgebied van Oostende.
Staf/16Gn
Het bataljon laadt de vernielingen BO1-B02 en B06-B11. Deze werken zullen tot 23 mei duren.
Staf/16Gn
Het bataljon werkt verder op het Kanaal Brugge-Oostende.
Staf/16Gn
Het bataljon werkt verder op het Kanaal Brugge-Oostende laadt nu ook BO3, BO4 en BO5.
Staf/16Gn
Het bataljon werkt verder op het Kanaal Brugge-Oostende.
Staf/16Gn
Het bataljon werkt verder op het Kanaal Brugge-Oostende.
Staf/16Gn
Het bataljon gaat over naar het IIIde Legerkorps dat verantwoordelijk is voor de verdediging van de Ijzer vanaf Nieuwpoort tot Kilometerpaal 25 en het Kanaal Ieper-Ijzer tot en met Ieper. Het 16Gn moet de technische verkenningen uitvoeren van de bruggen tussen Nieuwpoort en Diksmuide. Er is een vermoeden dat ten minste een aantal van deze bruggen al ondermijnd is, maar de legerkorpsstaf is niet op de hoogte van de de precieze lijst en wil ook weten op welke oever de ontstekingsmechanismen geplaatst zijn.
Staf/16Gn
Het bataljon bevindt zich nog steeds te Middelkerke.
Eenheid | Naam | Voornaam | Foto | Graad | Stand | Klas | ° op | ° te | + op | + te | Nota |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
1 | PAREZ | Raoul, W.N. | Sdt | Mil | 26 | 21.07.1907 | Frasnes-lez-Buissenal | 27.05.1940 | Oostende | ||
1 | POLLAERT | Ernest, J.F. | Sdt | Mil | 28 | 25.03.1907 | Mechelen | 29.05.1940 | Oostende | ||
Onbekend | VAN VOOREN | Amatus | Sdt | Mil | 25 | 21.05.1905 | Adegem | 27.05.1940 | Cherbourg (F) | ||
1 | VERSTRAETE | Gustaaf, J. | Sdt | Mil | 28 | 08.03.1908 | Koekelare | 16.05.1940 | Lier |
- Dossier 16Gn, Sectie Classified Archives, Afdeling Veiligheid en Inlichtingen, Ministerie van Defensie