3de Luchtvaartregiment

Situatie op 10 mei 1940

Reglementaire benaming 3de Luchtvaartregiment | 3Lu
3ème Régiment d’Aéronautique | 3Aé
Type Observatieregiment van het luchtleger
Ontdubbeld van n.v.t.
Onderdeel van Luchtverdediging van het Grondgebied
Bevelhebber Kolonel Vlieger Sylvain Hugon
Adjudant-majoor Kapitein Florent Van Rolleghem
Standplaats Evere     Vredesvoet Oorlogsvoet
Samenstelling I Groep
(Majoor Vlieger Gaston Duchateau)
1ste Smaldeel “Dragon Doré”
(Kapt Vl Dominique Potier)
9 x Fairey Fox III.C Evere (Nr 8) Neerhespen (Nr24)
    3de Smaldeel “Dragon Argenté”
(Kapt Vl Nestor “Toto” Duchatelet)
9 x Fairey Fox III.C Evere Neerhespen
    1ste Smaldeel Depot en Onderhoud
(Cdt Vl Gaston Demarteau)
     
  II Groep
(Majoor Vlieger Edmond Weekers)
9de Smaldeel
(Kapt Vl Edmond “Pyrrhus” Pierre)
Geen toestellen Evere Neerhespen
    11de Smaldeel
(Kapt Vl Robert Nyssen)
Geen toestellen Evere Neerhespen
    2de Smaldeel Depot en Onderhoud
(Lt Vl J. Coubert)
     
  III Groep
(Majoor Vlieger Jules Piot)
5de Smaldeel “Faucon Egyptien”
(Kapt Vl Michel de Hepcée)
13 x Fairey Battle Evere Belsele (Nr 37)
    7de Smaldeel “Flèche Ailée”
(Kapt Vl Marcel Dörner)
9 x Fairey Fox VI.C Evere Lonzée (Nr 18)
    3ste Smaldeel Depot en Onderhoud
(Cdt Leroy)
     

Tijdens de mobilisatie

Staf/3Lu
De drie groepen van het 3de Luchtvaartregiment waren in vredestijd gestationeerd op het vliegplein van Evere. Bij afkondiging van het alarm zullen de Iste en de IIde Groep uitwijken naar het oorlogsvliegveld van Neerhespen. Het 5de Smaldeel van de IIIde Groep is voorzien uit te wijken naar Belsele terwijl het 7de Smaldeel Lonzée als oorlogskantonnement kreeg toegewezen.

Met het overschakelen naar de toestand van Versterkte Vredesvoet (september 1939 tot mei 1940) wordt aan de militaire vliegvelden een geheim terreinnummer toegekend. Vanaf dan wordt Evere in de militaire correspondentie aangeduid met nummer 8, Neerhespen met nummer 24, Belsele met nummer 37 en Lonzée met nummer 18.

III/3Lu

  • 5de Smaldeel van III/3Lu
    Het 5de verkenningssmaldeel wordt gevormd in 1935. Het maakt deel uit van de IIIe Groep van het 3de Luchtvaart Regiment te Evere-Brussel. Initieel is het smaldeel uitgerust met de Fairey Fox tweedekkers maar in maart 1938 werden de eerste van 16 Fairey Battles Mk1 vanuit Groot-Brittannië in gebruik genomen. De toestellen worden genummerd van T58 tot T73. Het nummer wordt aangebracht op het verticaal staartvlak.

    Fairey Battle toestellen van het 3de Luchtvaartregiment. Op de voorgrond de T67, de T58 en de T64.

    Op de vooravond van de oorlog was het 3de Luchtvaartregiment nog in volle reorganisatie en de piloten leerden net het nieuwe vliegtuig kennen. Ongevallen waren bijgevolg niet uit te sluiten, op 08 december crasht de Fairey Battle T59 te Eeklo. In mei 1940 waren nog 13 van de 16 Fairey Battles operationeel bij het 5de Smaldeel. Niettegenstaande de Fairey Battle oorspronkelijk een bombardementsvliegtuig was werden de toestellen door België gekocht als verkenningsvliegtuigen, dus zonder het richtsysteem dat nodig was voor het uitvoeren van precisiebombardementen. Vandaar dat het 5de Smaldeel een verkenningssmaldeel was.

  • 7de Smaldeel van III/3Lu
    Op 9 mei zijn reeds zeven van de negen operationele Fairey Fox VI.C evenals het merendeel van de piloten en technici van het 7de Smaldeel vertrokken van Evere naar Schaffen om deel te nemen aan een oefening met de 11de Infanteriedivisie in het Kamp van Beverlo. Om ongevallen te vermijden zijn de mitrailleurs ontwapend en is er geen munitie meegenomen.

Staf/3Lu
De staf van het regiment bevindt zich te Evere en wordt even na middernacht per telefoon op de hoogte gebracht van het alarm. Kolonel Hugon laat even voor 01u30 zijn groepscommandanten inlichten en beveelt aan alle smaldelen om zodra het dag wordt uit te wijken naar de oorlogsvliegvelden. Vervolgens maakt ook de staf zich klaar voor de evacuatie naar Neerwinden. De autocolonne verlaat Evere om 04u45 en komt om 05u30 aan op hun bestemming.

I/3Lu
De Iste Groep is gespecialiseerd in het uitvoeren van verkenningsvluchten bij nacht. De Fairey Fox vliegtuigen stijgen op te Evere en zoeken hun ontplooiingsterreinen op te Neerhespen. Evere wordt vervolgens gebombardeerd waarbij tal van de nog aanwezige toestellen beschadigd raken en niet meer kunnen worden ingezet. Slechts negen toestellen zijn naar Neerhespen kunnen ontkomen. Tot overmaat van ramp staat ook dit vliegveld op de lijst met doelen van de Luftwaffe en al snel worden de Belgen ook hier aangevallen uit de lucht. Aan het eind van de dag blijven nog vijf operationele Fox toestellen over. Rondom 22u30 loopt een bevel binnen om een kruispunt ten zuidwesten van Maastricht te gaan bombarderen. De Belgen durven echter niet opstijgen omwille van het grote aantal Duitse toestellen dat Neerhespen blijft overvliegen. De missie wordt afgelast.

II/3Lu
De IIde Groep omvat het 9de en het 11de Smaldeel, voorzien voor luchtbombardementen. De groep heeft op 10 mei echter geen enkel operationeel vliegtuig. De enigszins vreemde collectie toestellen die bij de groep zijn aangehecht, worden allen vernield tijdens het bombardement op het vliegveld van Evere. Het gaat hier om een SV5 lestoestel, enkele Morane MS236 en Fairey Firefly’s en de ouderwetse L.A.CAB GR8 driemotorige bommenwerper. De groep is nog tijdens de nacht zonder deze machines naar Maldegem vertrokken.

III/3Lu

Fairey Battle toestellen van het 5de Smaldeel van III/3Lu.

De IIIde Groep is een vlieggroep van lichte bommenwerpers en is rechtstreeks aangehecht bij het Groot Hoofdkwartier (GHK). Om 15u50 komt een eerste opdracht binnen: de IIIde Groep moet een aanval uitvoeren op een pontonbrug die de Duitsers hebben gelegd over de Maas ter hoogte van Lanaye (Ternaaien). Om 18u15 wordt de opdracht geannuleerd omdat de pontonbrug werd vernietigd door de Belgische artillerie. Een nieuwe opdracht om de door de Duitsers ingenomen bruggen over het Albertkanaal te bombarderen komt binnen om 18u50 maar wordt opnieuw geannuleerd om 19u30. De opdracht wordt uitgesteld tot 11 mei maar de transmissie van de bevelen wordt door de Duitsers onderschept: „Die 4PzDiv wird gewarnt, dass nach einem aufgefangenen feindlichen Funkspruch, am 11 früh der Brückenschlag bei Maastricht von feindlichen Luftstreitkräften angegriffen werden soll“ (Bron 4). De Duitse luchtafweer wordt in gereedheid gebracht.

  • 5de Smaldeel van III/3Lu (T58, T60, T61, T62, T63, T64, T65, T66, T67, T68, T69, T70, T71, T72, T73)
    De Fairey Battle toestellen van het 5de smaldeel verlaten Evere.  Bij het vertrek raken de T66 en T67 betrokken in een botsing. De beide toestellen kunnen niet langer opstijgen en worden achtergelaten. Ook de T63 en T72 die niet operationeel waren bij het uitbreken van de oorlog blijven achter te Evere. De Fairey Battle’s zijn nog maar net opgestegen of het vliegveld van Evere wordt al gebombardeerd. De overige elf lichte bommenwerpers landen rond 05u30 te Belsele.  Maar tijdens de vlucht werd het 5de Smaldeel opgemerkt door een formatie van drie Heinkel 111 van het Kampfgeschwader 27 die deelnamen aan het bombardement van Evere en die de vliegtuigen gevolgd zijn tot Belsele.  De piste van Belsele wordt al om 05u45 aangevallen door de drie Duitse toestellen. De T65 wordt bij deze aanval vernield terwijl de T69 licht beschadigd wordt en eveneens niet langer vliegklaar is. Nu de basis van Belsele bij de Duitsers gekend is, geeft Majoor Piot om 10u15 de opdracht koers te zetten naar het vliegveld van Aalter (Hulpvliegveld Nr 26), waar ze na enkele minuten vliegen neerstrijken.  Aan het eind van de dag heeft het smaldeel desondanks de eerste verliezen toch alweer negen inzetbare toestellen.  Tijdens de nacht loopt het bericht binnen dat er een aanval op de bruggen van Veldwezelt en Vroenhoven gepland wordt voor de volgende dag.  De 1ste Sec van de 1ste Batterij C40mm/2DTCA wordt aangehecht aan het 5de Smaldeel en zal dit smaldeel gedurende de ganse veldtocht vergezellen.
  • 7de Smaldeel van III/3Lu
    De zeven Fox toestellen van het 7de Smaldeel die zich te Schaffen bevinden ondergaan om 04u30 de hevige Duitse luchtaanval op dit vliegveld. Vrijwel alle toestellen worden op de grond vernield. Onderluitenant Vicky Ortmans slaagt er nog in om in een schijnbaar onbeschadigde Fox op te stijgen maar moet al snel weer landen wanneer duidelijk wordt dat de radiator lekt geschoten is. Het 7de Smaldeel verliest alle toestellen te Schaffen. De overgebleven manschappen zoeken dan maar zonder vliegtuigen het oorlogsvliegveld te Lonzée op. In Evere zijn nog twee vliegklare toestellen, samen met drie piloten en een deel van het grondpersoneel aanwezig wanneer het vliegveld om aangevallen wordt. De vliegtuigen raken niet beschadigd bij het bombardement en de rest van het smaldeel dat te Evere achterbleef  kan het vliegveld ongedeerd verlaten. De twee vliegtuigen stijgen in de loop van de namiddag op met aan de stuurknuppel van één van de twee overgebleven Fairey Fox Sgt-vlieger KROLt Albert Van Eeckhoudt. De rest van het personeel vervoegt Lonzée langs de weg. Eén niet operationeel vliegtuig dat onder revisie is blijft achter te Evere. Het smaldeel eindigt de eerste oorlogsdag met slechts twee operationele toestellen. Op het vliegveld van Lonzée bevinden zich eveneens 9 Fairey Fox (Hispano) van het 7de Smaldeel van de IVde Groep van het 1ste Luchtvaartregiment. De twee smaldelen zullen hun resterend potentieel, zijnde elf Fairey Fox toestellen, gemeenschappelijk gebruiken en samen opereren.

Staf/3Lu
Kolonel Hugon en zijn staf verhuizen naar het vliegveld van Aalter.

I/3Lu (5 vliegtuigen)
Rond 13u30 wordt de groep doorgestuurd naar het vliegveld van Maldegem. De laatste vijf vliegtuigen vliegen naar de piste van Maldegem die echter reeds ingenomen is door de Franse luchtmacht. Er wordt enkel een tussenlanding gemaakt en de groep krijgt opdracht uit te wijken naar Zwevezele. Vooraleer de vliegtuigen kunnen opstijgen worden ze te Maldegem nog door de Duitse luchtmacht gemitrailleerd. De beschadigde vliegtuigen worden door de Belgen gesaboteerd er er rest de piloten niets anders dan de reis naar Zwevezele per autobus te maken. De groep is buiten strijd.

II/3Lu (zonder vliegtuigen)
De IIde Groep verblijft op het vliegveld van Maldegem.

De staf van de IIIde Groep was ondergebracht in Villa Cooreman aan de Stationsstraat 160 te Aalter.

De staf van de IIIde Groep was ondergebracht in Villa Cooreman aan de Stationsstraat 160 te Aalter.

III/3Lu
Het GHK blijft opdrachten geven en vervolgens annuleren. Nadat om 03u30 de vorige bombardementsopdracht werd afgelast komt de opdracht binnen twee verkenningsopdrachten uit te voeren naar de drie bruggen over het Albertkanaal. Wanneer om 04u30 de vliegtuigen klaarstaan om te vertrekken wordt de verkenningsopdracht geannuleerd en vervangen door een bombardementsopdracht op de bruggen. Het grondpersoneel moet de vliegtuigen telkens heruitrusten.

  • 5de Smaldeel van III/3Lu (T58, T60, T61, T62, T64, T68, T70, T71, T73)
    Het 5de smaldeel krijgt om 04u30 het bevel de bruggen over het Albertkanaal te bombarderen.  Drie pelotons van elk drie Fairey Battles vertrekken onder leiding van Kapitein Pierre vanuit Aalter met de bedoeling de bruggen van Veldwezelt (1ste Peloton), Vroenhoven (2de Peloton) en Briegden (3de Peloton) te vernietigen.  Na een korte voorbereiding vertrekken de drie pelotons respectievelijk om 05u45, 05u50 en 06u00 uit Aalter.  Het 1ste Peloton (T58, T60, T73) wordt onderweg aangevallen door twee Duitse Dorniers die de T60 neerhalen boven Lebbeke.  De piloten kunnen zich redden met hun valschermen.  De twee andere vliegtuigen kunnen hun weg voortzetten tot de brug van Veldwezelt maar worden onderschept door de Luftwaffe.  De T58 van Adjt Timmermans en 1Sgt Rolin-Heymans stort neer boven ‘s Herenelderen en beide piloten komen om.  Alleen Kapt Pierre die erin slaagt zijn bommen te lossen kan met de T73 behouden naar Aalter terugkeren.Van het 2de Peloton (T61, T64, T70) bereiken alle drie de vliegtuigen de brug van Vroenhoven.  De T64 kan zijn bommen afwerpen en keert zwaar beschadigd terug naar Aalter.  De T61 kan bij de eerste overvlucht zijn bommen niet lossen en keert terug om een tweede aanval uit te voeren.  Het vliegtuig van Adjt Delvigne en Sgt Moens wordt door de Duitse luchtafweer neergehaald en crasht nabij de brug van Vroenhoven.  Beide bemanningsleden komen om.  Ook Kapt Glorie kan tijdens de eerste overvlucht zijn bommen niet lossen.  Hij laat zijn gewonde boordschutter het vliegtuig verlaten met de parachute en keert alleen terug.  De T70 van Kapt Glorie wordt eveneens geraakt door de Duitse luchtafweer en stort neer te Vlijtingen.Het 3de Peloton (T62, T68, T71) wordt onderweg beschoten door de Belgisch luchtafweer . De T71 is dermate beschadigd dat het toestel naar Aalter moet terugkeren. De T62 zet zijn tocht voort maar moet een noodlanding maken in de buurt van Hasselt.  Alleen de T68 bereikt de brug van Briegden, maar kan zijn bommen niet lossen.  Het vliegtuig stort neer te Schakkebroek; de piloten kunnen zich redden.  Twee jachtpiloten van het 2Lu ,1Sgt Clinquart en Sgt Pirlot, die de bescherming van de Fairey Battle toestellen op zich namen, worden eveneens gedood.  Slechts 2 van de 6 jachtvliegtuigen van het 2Lu Regt keren behouden terug.

Duitse militairen houden de wacht bij het wrak van een Belgische Fairey Battle.

  • 7de Smaldeel van III/3Lu
    Tijdens de nacht van 10 op 11 mei vertrekt Sergeant-vlieger Coucke per auto naar Evere om een gereviseerde Fairey Fox op te halen. Boven Gembloers wordt Coucke onderschept door drie Dorniers. De Fox wordt neergehaald en de gelukkig niet gekwetste Coucke kan met een Franse legerauto met lege handen Lonzée bereiken. De rest van het 7de smaldeel installeert zich intussen te Lonzée waar onafgebroken gemotoriseerde eenheden van het Franse leger passeren. De ganse dag overvliegen Duitse vliegtuigen het vliegveld van Lonzée. De  luchtafweer te Lonzée moet regelmatig in actie komen waardoor men met grote zekerheid kan stellen dat het vliegveld door de vijandelijke luchtmacht werd opgemerkt.

Staf, I en II/3Lu
Om 10u40 ontvangt Kolonel Hugon het bevel om zijn Staf, de Iste en IIde Groep naar Norrent-Fontes in het Franse departement Pas-de-Calais te evacueren. Kolonel Hugon vraagt nog om bij de IIIde Groep te kunnen blijven om de strijd verder te zetten maar dit wordt geweigerd omdat hij de opdracht krijgt I/3Lu en II/3Lu opnieuw van vliegtuigen te voorzien en te herorganiseren. De Iste groep van Majoor Duchateau vertrekt die dag nog met de trein naar Norrent-Fontes. De IIde Groep treft voorbereidingen om hen de volgende dag achterna te reizen. De autocolonnes vertrekken over de baan.

III/3Lu

  • 5de Smaldeel (T64, T71, T73)
    Van bombardementsvluchten is geen sprake meer. Voortaan zou Aalter gebruikt worden als uitvalsbasis voor verkenningsvluchten. Voor de Fairey Battles komen nog drie verkeningsopdrachten binnen. 1Sgt Balasse vloog samen met OLt Roël een verkenningsopdracht naar de Getestellingen waar ten oosten van de K.W. Linie waar het Cavaleriekorps een afstoppingsgevecht levert bij de terugtrekking van het veldleger. Omstreeks 10u35 uur zetten ze hun T71 behouden aan de grond te Aalter. Kort daarna landde de T64 die terugkeerde van een verkenningsmissie naar de stellingen achter lijn Hoegaarden-Hoei. ’s Namiddags starten Lt René Maricq en Kapt Jan Delaet de T73 voor een opdracht boven Geel, Mol en Lommel. Ook deze missie verliep zonder problemen. De T71 wordt echter aan het eind van de dag opgegeven door de mecaniciens. Rond 17u30 cirkelden er zeven tweedekkers rond de piste, die vervolgens één voor één neerstreken. Het waren de Fairey Foxes van het 5/III/2. Ze waren die avond vertrokken van Moerbeke-Waas, een terrein dat intussen ingenomen was door de Franse luchtmacht.
  • 7de Smaldeel
    Het 7de Smaldeel voert eindelijk zijn eerste twee verkenningsopdrachten uit. Sergeant-Vlieger de Cannart d’Hamale en Luitenant Lippens worden naar de sector Hannuit-Hoei gestuurd. Adjudant Vlieger Vos en Luitenant Dulait vertrekken richting Ciney-Marche-Modave-Hoei-Andenne. Adjdt Vos en Lt Dulait worden bij hun terugkeer verrast door Frans grondvuur wanneer ze de landing naar Lonzée inzetten. Adjt Vos is genoodzaakt een noodlanding te maken op twee kilometer van het vliegveld. Het toestel gaat hierbij verloren maar de bemanning komt er evenwel ongedeerd uit. Later op de ochtend volgt het bevel om Lonzée te ontruimen en uit te wijken naar het oorlogsvliegveld van Fosses-la-ville ten zuiden van de Samber tussen Namen en Charleroi. Vliegtuigen en materiaal worden verplaatst. De groep installeert zich op het nieuwe vliegveld.

Staf, I en II/3Lu
De staf van het 3Lu vertrekt even voor zes uur eveneens naar Norrent-Fontes. Om 15u00 worden ze er opgevangen door Majoor Vlieger Verhaegen van de 2de sectie van EM/Aé die op 11 mei als liaison officier werd uitgestuurd naar het Franse GQG. Kolonel Hugon krijgt het schriftelijk bevel zich zo snel mogelijk in verbinding te stellen met de vliegbasis van Tours (Indre-et-Loire) om er nieuwe vliegtuigen te ontvangen. De Majoor Weekers en de II/3Lu verlaten ons land.

III/3Lu

  • 5de Smaldeel (T64, T73)
    De 13 mei om 08u10 voert de T73 bemand door Kapt de Hepcée, de smaldeelcommandant, met OLt Romain, aan boord een verkenning boven de driehoek gevormd door de kanalen van Herentals, Turnhout en het Albertkanaal. Maar reeds in de omgeving van Keerbergen werden ze door Me Bf-109 onderschept en nog een tweede keer boven Aarschot. De Hepcée kon ontkomen en landde terug om 10u20. Vier andere missies worden ondernomen door de Fox toestellen van de III/2Lu.
  • 7de Smaldeel
    Om 03u00 krijgt de groep te horen dat het nu naar het vliegveld van Piéton ten westen van Charleroi moet. De toestellen stijgen op om 04u00, de rest van het smaldeel volgt via de baan.

Staf, I en II/3Lu in Frankrijk
Het 3Lu verlaat Norrent-Fontes om zich in twee etappes via Mantes (Seine-et-Oise) te verplaatsen naar Tours. Tegen de avond wordt Mantes bereikt waar ze overnachten

Kenteken van het 5de Smaldeel “Faucon Egyptien”

III/3Lu

  • 5de Smaldeel (T64, T73)
    Battle T73 vertrekt om 06u08 met Adjudant Peetermans, een reserve Sabenapiloot, en 1Sgt Kinet naar de frontlijn Berendrecht, Kalmthout, Brecht, Oostmalle. Om 07u.55 landden ze terug. Het toestel moest voor onderhoud uit dienst genomen worden. Om 09u10 start de Battle T64 met Adjudant Crooy en Kapt Burtonboy voor de langste Belgische missie tijdens de Achttiendaagse Veldtocht. Het toestel vloog tot Lier, en volgde vandaar de KW-linie, over Leuven tot in Waver. Toen het duo na zowat tweeënhalf uur vliegen terug de landing op Aalter inzette, werden ze even beschoten door een Franse mitrailleurploeg. Een brandstoftank werd doorboord, en na deze missie was ook deze Battle tijdelijk onbeschikbaar. ’s Namiddags heerste er ware parachutitis. Men vreesde dat Duitse infiltranten de streek onveilig maakten. Zo waren er vreemde berichten over een blauwe Bugatti, met vooraan Belgische, en achteraan Franse nummerplaten, die rondreed met enkele gewapende mannen aan boord. Eerste Sergeant Balasse en Kapitein Delaet worden uitgestuurd in een Fox om een verdachte Bugatti raceauto te gaan onderscheppen rond Aalter. Er wordt natuurlijk niets gevonden.

Duitse troepen aanschouwen het stoffelijk overschot van Kapitein de Briey na de crash van zijn Fox toestel.

Staf/3Lu, I en II/3Lu in Frankrijk
De manschappen van het 3Lu verlaten Mantes de volgende morgen. De voorhoeden bereiken Tours en beginnen met de installatie van de kantonnementen te Mettray op zo’n 6Km ten noordoosten van de stad.

III/3Lu

  • 5de Smaldeel (T64, T73)
    Eén lichtpuntje in de Battle-eenheid. Adjudant Peetermans slaagt er om 13u00 in om de T67, een van de twee Battles die de ochtend van 10 mei bij het opstijgen in botsing kwam van Evere naar Aalter te vliegen. Onmiddellijk hierna vertrekt een tweede detachement naar Evere om ook de T65 aan de praat te krijgen. Deze pogingen bleken tevergeefs, maar ze bemerkten er wel een Battle van de Royal Air Force, de L5214, die daar al drie dagen stond. Deze machine was op 12 mei van de Noord-Franse basis Amifontaine vertrokken om eveneens de bruggen over het Albertkanaal te bombarderen. De Britse formaties vlogen over Vlaanderen, maar de L5214 heeft de missie moeten afbreken omdat de radio niet werkte, en maakte een noodlanding op Evere. Het was de Belgische piloot Adjudant Balasse die het Britse toestel kon starten en erin slaagde rond 16u30 op Aalter te landen. Hier bleef het echter bij want het toestel blijkt niet inzetbaar te zijn omdat de Britten vliegtuigbrandstof met een ander octaangehalte gebruiken. De III/2Lu is nu naar Frankrijk vertrokken en heeft zijn toestellen achtergelaten in handen van de groep van Majoor Piot.
  • 7de smaldeel
    Vanop het vliegveld te Aalter stijgen in de namiddag Sergeant-vlieger Soete en waarnemer Kapitein graaf de Briey op in hun Fairey Fox T135 voor een verkenningsopdracht langsheen de K.W. Stelling. Soete en de Briey vliegen in scheervlucht over de Belgische linies en worden even later neergehaald door de vijand. Beide manschappen komen om. Ook Kapitein Maquet en waarnemer Sergeant Thibault de Boesinghe worden uitgestuurd. Hun verkenning gaat naar de steenweg Antwerpen-Breda. Ook dit toestel wordt neergehaald door de vijandelijke luchtafweer. Maquet belandt in een Duits krijgsgevangenenkamp. Sergeant Thibault zal op 25 juli 1940 aan zijn verwondingen overlijden. De groep heeft nog slechts één enkel toestel over.

Staf/3Lu, I/3Lu en II/3Lu in Frankrijk
De laatste eenheden van het regiment komen aan te Tours. Iedereen installeert zich te Mettray, behalve de luchtafweer van de IIde Groep die zijn mitrailleurs ten dienste stelt van het plaatselijke Franse militaire vliegveld. Kolonel Hugon krijgt van de Franse Generaal Massenet de Marancour te horen dat hij eerstdaags geen nieuwe vliegtuigen moet verwachten.

III/3Lu

  • 5de smaldeel (T64, T67, T73, L5214 )
    Om 3 uur ’s nachts arriveerde te Aalter een voertuigencolonne met het verdedigings- en grondpersoneel van de IIde Groep van het 2de Luchtvaartregiment. Kort na 4 uur landden in het donker acht oude Fairey Firefly’s en zes Fiat CR-42. Het waren de resterende jachtvliegtuigen van II/2Lu. Ze kwamen van Nieuwerkerken-Waas en maakten in Aalter een tussenstop onderweg naar Frankrijk. 1Sgt Balace rijdt om half vier met een technicus naar Brussel om de T65 voor een laatste keer aan de gang te krijgen. De herstelling van de T65 te Evere wordt definitief opgegeven en het toestel wordt samen met de T63, die nog voor onderhoud in de hangar stond, gesaboteerd.
  • 7de smaldeel
    De groep blijft zonder verdere opdrachten te Aalter.

I/3Lu in Frankrijk
De Iste Groep van het regiment verblijft nu te Charentilly, nog steeds in de omgeving van Tours.

III/3Lu
Met het vertrek van de Fiats en Firefly’s van van de II/2Lu was er weer wat ademruimte op het vliegveld van Aalter, maar in de loop van de dag strijkt de Franse Groupe Aérien d’Observation, uitgerust met verouderde Breguet 270’s, neer op de piste. Tot overmaat van ramp komt ook de IIde Groep van het 1ste Luchtvaartregiment zich op het vliegveld installeren.

  • 5de smaldeel (T64, T67, T73, L5214)
    Om 18u00 koos de Battle T73 het luchtruim bestuurd door Adjudant Binon en Onderluitenant Henri Dewit. Het toestel was net hersteld. Te Elewijt bemerkten ze een Duitse pantserkolonne. De Wehrmacht naderde Brussel met rasse schreden. Binon bestookte de Duisters, die even dekking zochten.

Adjudant-Vlieger van het 3de Luchtvaartregiment (links).

II/3Lu in Frankrijk
De IIde Groep komt aan te La Membrolle en verblijft hier tot 12 juni.

III/3Lu

  • 5de smaldeel (T64, T67, T73, L5214)
    Lt Maricq stijgt met de trouwe Battle T73 nog maar eens op voor zijn vierde en laatste oorlogsmissie. Samen met Kapitein-waarnemer Delaet kiest hij om 04u20 het luchtruim voor een haast twee uur durende vlucht.  Ze vliegen over Gent, Mechelen en Wijgmaal – boven de laatste locatie beantwoordden ze het vuur dat op hen gericht werd. Het toestel keert even na 06u00 behouden terug.
    Ondertussen heeft een Duits verkenningstoestellen omstreeks 04u30 een vlucht gemaakt over het terrein te Aalter.  De vijand laat de kans niet liggen om het vliegveld aan te vallen.  Omstreeks 07u40 komt vanuit het noordoosten een formatie He-111 aangevlogen. Boven het vliegveld van Ursel werd deze vijandelijke formatie al onder vuur genomen door Belgische luchtdoelmitrailleurs maar de Duitsers laten deze piste voorlopig links liggen. Ze beperken zich tot het riposteren met enkele salvo’s van hun boordbewapening want ze hebben het echter gemunt op de grote concentratie vliegtuigen te  Aalter. Boven het vliegveld van Aalter droppen ze hun lading en mitrailleren vervolgens de vliegtuigen op de grond. Op het moment van het bombardement staan er op Aalter zowat twintig vliegtuigen. De Fairey Battles van het 5de Smaldeel zijn goed beschermd tegen bominslagen in de Heuvel Zuid maar worden toch doorboord door scherven en mitrailleurvuur. De laatste Battles zijn definitief buiten gevecht gesteld.  Bij de aanval vallen 3 doden (van 1Lu) en 11 zwaargewonden.
  • 7de Smaldeel
    Bij de Heuvel-Noord, waar de meeste Foxes staan, valt een groot aantal bommen. De Foxes die in de Zandberg staan, zijn er erger aan toe : vier vernietigd, vijf andere vrijwel onbruikbaar. Ook zijn er één of twee Franse Breguet estafettetoestellen aanwezig. Het 7de Smaldeel kan slechts twee Fox machines herstellen. Alle andere vliegtuigen zijn in de raid verloren gegaan. De staf van de luchtvaart besluit dan maar om III/3Lu naar Frankrijk te evacueren, samen met de andere eenheden van het luchtwapen die door gebrek aan toestellen niet langer inzetbaar zijn. De beschadigde vliegtuigen worden in brand gestoken, het vliegveld wordt gemijnd en de groep vertrekt dezelfde dag nog naar Norrent-Fontes.

III/3Lu in Frankrijk
Ook deze groep vervoegt de luchtmacht rond Tours waar ze drie dagen zullen verblijven.

III/3Lu in Frankrijk
De groep verplaatst zich naar Charentilly op 14 kilometer van Tours en installeert zich bij de rest van het regiment.

I/3Lu in Frankrijk
Kapt vlieger Potier en de Adjt KROLt Colpaert worden met de O171, één van de resterende Fairey Fox van het 3Lu, uitgestuurd naar het vliegveld van Zwevezele voor het uitvoeren van  een verbindingsopdracht. Ze moeten briefwisseling overbrengen van Luitenant-generaal Legros, de bevelhebber van de militaire luchtvaarteenheden in Frankrijk, naar de Generale Staf der Militaire Luchtvaart (EM/Aé) opgesteld in Brugge. Vanuit Tours vliegen ze naar Caen waar ze om 18u00 een tussenstop maken op het vliegveld van Carpiquet om vol te tanken. Op het vliegveld van Carpiquet bevindt zich nog de achterwacht van de Vliegschool. Ze zetten hun tocht verder en vliegen in een boog rond Le Havre. Wanneer ze de Somme oversteken worden ze belaagd door vijandelijke jachtvliegtuigen maar kunnen ontsnappen richting zee. Door het feit dat ze een omtrekkende beweging moeten maken om aan de vijandelijke jagers te ontsnappen vallen ze zonder brandstof boven het kanaal voor de Engelse kust. Hun Fairey Fox O171 stort neer in zee maar de beide piloten kunnen zich redden met hun parachutes. Ze worden opgepikt door de HMS Grey Hound [5] die de bemanning afzet in Dover. Vanuit Dover worden ze op 26 mei door een Franse vedette naar Duinkerke overgebracht. Vervolgens vervoegen ze per auto het HK van de EM/Aé om de meegebrachte documenten af te geven.

I/3Lu in Frankrijk
De groep onderneemt een allerlaatste verbindingsvlucht naar ons land.

Staf/3Lu, I/3Lu en II/3Lu in Frankrijk
Bij de Belgische capitulatie bevindt het 3de Luchtvaartregiment zich nog steeds in Frankrijk en zet de strijd verder aan de zijde van de Fransen.

III/3Lu in Frankrijk
Op 10 juni verhuist de IIIde Groep naar Moissac een gemeente in het Franse departement Tarn-et-Garonne in de Midi-Pyrénées. Ze zullen er verblijven van 12 tot 18 juni. 

17 juni 1940

3Lu in Frankrijk
Op 17 juni wordt de Franse capitulatie door Maréchal Pétain aangekondigd in een toespraak tot het Franse volk. Door de Franse capitulatie valt de steun aan de Belgische luchtvaarteenheden in Frankrijk volledig weg. Enkele officieren van 3Lu zien de overgave aan Duitsland niet zitten en wensen de strijd tegen de Duitsers samen met de Britten vanuit Engeland voort te zetten. 

III/3Lu in Frankrijk
Een aantal piloten is niet van plan om naar België terug te keren en besluit om de strijd vanuit Engeland voort te zetten. Een detachement onder leiding van de groepscommandant Majoor Piot met onder meer OLt Victor ‘Vicky’ Ortmans, verlaat Moissac en beslist de overtocht naar Engeland te wagen. Zij begeven zich naar de Franse havenstad Port-Vendres aan de Middellandse Zee nabij de Spaans-Franse grens waar een detachement van de Vliegschool (EPil) wacht om overgebracht te worden naar de Algerijnse havenstad Oran. De Vliegschool had immers de opdracht gekregen om de opleiding van de piloten verder te zetten vanaf het vliegveld van Oujda, een Marokkaanse stad vlakbij de grens met Algerije. Te Port-Vendres sluiten ze aan bij het detachement van Majoor Vl Leboutte, commandant van het 1ste Smaldeel Vliegopleiding van de Vliegschool (EPil). Een groep piloten van het 2Lu komt eveneens aan in Port-Vendres en vervoegt het detachement van Majoor Leboutte. Het betreft Kapt vlieger van den Hove d’Erstenryck, Daniel Le Roy du Vivier, Rodolphe de Hemricourt de Grunne, Robert Wilmet, Willy Van Lierde,  Georges Doutrepont, Francois de Spirlet, en Roger Malengrau. Het groepje wordt nog vervolledigd met een zestal piloten van het OCOLT Lucht onder leiding van Luitenant vlieger de Hemptinne.

Kapt baron René Lunden en Lt De Vuyst van het 7de Smaldeel vertrekken op hun beurt naar Bayonne nabij de Spaanse grens waar ze aan boord stappen van de SS Léopold. Beide piloten ontschepen in Falmouth (Cornwall) op 24 juni. 

20 juni 1940

Detachement Piot/3Lu in Frankrijk
De voltallige groep bestaande uit detachementen van EPil, OCOLT, 2Lu en 3Lu kan op 20 juni inschepen richting Oran op de MV “Apapa” een Brits passagiersschip van de rederij Elder Dempster Line. Ook een groot aantal militairen van de Franse Vliegschool, waaronder een aantal Polen en Tjechen, stapt aan boord. Er kan niet onmiddellijk worden uitgevaren, het schip blijft drie dagen en drie nachten aan de kade van de haven van Port-Vendres liggen. Wanneer het schip uiteindelijk op 23 juni de haven verlaat vervoegt het schip een gans konvooi schepen dat voor de rede van Port-Vendres lag aangemeerd.

22 juni 1940

3Lu in Frankrijk
Op 22 juni capituleren de Fransen en ondertekenen een verdrag met de Duitsers in Compiègne. Het Vichy regime is niet langer gemachtigd om de Belgische oorlogsinspanningen te steunen want in het verdrag dat Frankrijk op 22 juni te Compiègne met de Duitsers ondertekent staat onder meer vermeld dat Frankrijk er zich toe verbindt de aanwezige Belgische militairen ten zuiden van de demarcatielijn te ontwapenen en aan Duitsland uit te leveren. Duitsland wil kost wat kost voorkomen dat de ongeveer 150.000 Belgische militairen die zich nog in Zuid-Frankrijk bevinden naar Engeland of Congo zouden worden overgebracht om daar de strijd aan de zijde van de geallieerden voort te zetten. De praktische modaliteiten voor een de uitlevering van de Belgische militairen zullen nog een tijdje op zich laten wachten.

Detachement Piot/3Lu in Algerije
Op 25 juni komt de MV Apapa tegen 18u00 aan in de haven van Oran. Omdat de haven dan reeds gesloten is kan niet aan land gegaan worden waardoor de nacht van 25 op 26 juni aan boord wordt doorgebracht. De volgende dag kunnen de manschappen van het 1/EPil het schip verlaten. Majoor vlieger Piot die met het Detachement Leboutte de overtocht maakte beslist in Oran van boord te gaan om het EPil te vervoegen. Hij wordt meteen na aankomst in Oujda aangesteld als Officier Adjunct van de nu herenigde Vliegschool. Kapt van den Hove van 2Lu en de anderen beslissen aan boord te blijven en de reis via Gibraltar voort te zetten tot de eindbestemming Liverpool waar de MV Apapa op 7 juli 1940 aankomt. Maj Vl Piot zal nog tot 24 augustus de taak van Officier Adjunct van EPil uitvoeren.

12 augustus 1940

3Lu in Frankrijk
Op 10 augustus wordt het detachement van de militaire luchtvaart in Frankrijk samengebracht in Bassens om op 17 augustus teruggestuurd te worden naar ons land. De Iste Groep wordt na zijn terugkeer naar ons land krijgsgevangen gemaakt.

Na de capitulatie

Majoor vlieger Piot/3Lu
Het EPil op vertrekt op 24 augustus uit Oujda om naar België terug te keren. Op dat ogenblik wordt te Oujda een Achterwacht (ArW) geactiveerd. De ArW komt onder bevel van Maj Vl Piot te staan hierbij geholpen door Kapt vlieger Danckers, Kapt (Res) Hanchar, Lt vlieger (Res) Pochet en Lt (Res) Wittevrongel. Het detachement bestaat voorts nog uit 8 onderofficieren en 6 soldaten. Hun hoofdbekommernis is de 48 vliegtuigen van EPil (23 SV4Bis, 11 Fairey Fox, 13 Avro 504N en 1 Avro 626) die zich nog in Oran bevinden terug operationeel te krijgen. Op 28 augustus beginnen de problemen wanneer de Franse Capitaine De Vismes, commandant van het vliegveld van Oujda, Maj Vl Piot op de hoogte brengt dat de resterende Belgen zich onmiddellijk naar Toulouse dienen te begeven en dat al het Belgisch materieel inclusief de vliegtuigen in beslag zal worden genomen. Er wordt een ultimatum vastgelegd op 1 september 1940. Maj Vl Piot legt de situatie per telegram uit aan generaal Tappproge en krijgt op 3 september antwoord dat hij het detachement mag ontbinden en terugkeren naar Frankrijk. Hij is echter niet gehaast met de uitvoering van de repatriëring. Op 4 september begint Kapt Vl  Danckers met de overgave van de vliegtuigen en het ander materieel aan de Fransen. Deze overgave/overname duurt tot 13 september waarna Kapt Vl Danckers met 12 man richting Montpellier vertrekt waar ze op 19 september toekomen. Maj Vl Piot blijft nog in Oujda met enkele piloten die onbepaald verlof krijgen om ze toe te laten naar Engeland te vluchten. Hij krijgt de toelating in Marokko te blijven teneinde toezicht te houden over het Belgisch materieel dat aan de Fransen werd overgedragen. Vanaf oktober 1940 beginnen Belgische piloten, die erin geslaagd zijn België te ontvluchten en de demarcatielijn over te steken, toe te stromen in Montpellier waar ze worden opgevangen door Majoor van der Stichelen Rogier. Het is de bedoeling om ze naar Engeland over te brengen om daar de strijd verder te zetten. Op 10 oktober wordt Kapitein vlieger Legrand naar Spanje gestuurd om via het Iberisch schiereiland naar Engeland te ontkomen. De poging mislukt en Kapitein Legrand wordt opgesloten in het interneringskamp van Miranda de Ebro. Majoor van der Stichelen Rogier laat de nieuwkomers nu uitwijken naar Marokko om via daar een vluchtroute naar Engeland of Belgisch Kongo op te zetten. De ArW/EPil nog steeds onder de leiding van Maj Piot wordt steeds groter naarmate de jaren verstrijken en fungeert de rest van de tijd als transitkamp voor piloten die proberen Engeland te bereiken.

Slachtoffers

EenheidNaamVoornaamFotoGraadStandKlas° op° te+ op+ teNota
1/IBARTHELSJules, L.C.H.Adjt27.06.1913Monaco (F)02.05.1940SteneVliegend Personeel.
Piloot.
Gedood in ongeval.
5/IIICOKAIKOPierre, J.1SgtMajBV03.09.1886Fléron22.08.1940BruggeOverleden aan ziekte
7/IIIDE BRIEYGuillaume, M.KaptRes2419.04.1902Oostende15.05.1940HolsbeekVliegend Personeel.
7/IIIDE THIBAULT
DE BOESINGHE
Jean, L.M.J.G.SgtMil3710.02.1917Etterbeek25.07.1940Bedburg-Hau (D)Vliegend Personeel.
Radiotelegrafist-mitrailleur.
Verwond op 15.05 Hoogerheide (NL)
OnbekendDEGEESTCelestijn, A.A.SdtMil3729.02.1916Glabbeek10.05.1940TienenGrondpersoneel.
Verwond bij bombardement op Vliegveld Goetsenhoven
5/IIIDELVIGNEFranz, J.C.Adjt 1KlBOO2702.03.1907Montignies sur-Sambre11.05.1940VeldwezeltVliegend Personeel.
Piloot.
1/IDETHIERRené, E.M.KaptAct3304.04.1914Angleur10.05.1940NeerhespenVliegend Personeel.
Waarnemer.
Gedood op de grond
5/IIIGLORIEAndré, D.E.KaptAct2808.09.1908Namur11.05.1940VlijtingenVliegend Personeel.
Verwond te Vroenhoven.
1/IHUENAERTSFrançois, H.AdjtBV3520.08.1916Brussel02.05.1940SteneVliegend Personeel.
Piloot.
Gedood in ongeval.
5/IIIMOENSAlexander, H.P.SgtMil3628.02.1916Brussel11.05.1940VroenhovenVliegend Personeel.
5/IIIROLIN-HEYMANGustave, L.P.M.1SgtBV1915.04.1900Liège11.05.1940's HerenelderenVliegend Personeel.
Piloot.
Verwond te Veldwezelt.
7/IIISOETEAlbert, L.M.SgtMil3828.05.1915Saint Leonards on Sea15.05.1940HolsbeekVliegend Personeel.
OnbekendSTAELENOlivier, H.SdtMil3930.01.1920Château-Regnault-Bogny (F)07.08.1940Toulouse (F)Overleden aan ziekte
9/IITIMMERMANSGustave, H.H.AdjtBOO08.07.1912Oudergem11.05.1940's HerenelderenVliegend Personeel.
Piloot.
Verwond te Veldwezelt.
7/IIIVAN DER STRAETENAlbertSdtMil3903.04.1917Wichelen16.05.1940Berck-Plage (F)Overleden aan verwondingen
in het hospitaalcentrum
van Berck-Plage
OnbekendVANDENBOSCHIsidoor, L.SdtMil3411.03.1914Langdorp23.05.1940Boulogne (F)
OnbekendWAUTERSRenéSdtMil20.02.1920Leerbeek22.08.1940Vichy (F)Overleden aan verwondingen

Bibliografie en Bronnen

  1. De Wulf, H., 1984, De Geschiedenis van de Belgische Luchtmacht: de 18-daagse Veldtocht, Memo: 12/84
  2. Taghon, P., 2006, L’Aéronautique Militaire belge en mai-juin 1940, Avions Hors-Série: 18.
  3. L’armée belge de France en 1940, door Jean Jamart Col BEM Hre, uitgeverij Schmitz, Bastogne, 1994.
  4. Deutsche Luftlandungen am 10 Mai 1940 – Fort Eben-Emael und die Brücken am Albert-Kanal, door Jens Oebser.
  5. Achtergrond informatie bij de opdracht van Kapt Potier.[On Line beschikbaar]: http://www.cndp.fr/crdp-reims/memoire/enseigner/memoire_reseaux/histoire_possum.htm [Laatst geraadpleegd op 09 mei 2018].
  6. Dossier Kapitein-commandant SBH Ghysen, Moskou-archief, Documentatiecentrum Koninklijk Legermuseum, War Heritage Institute.