Directie voor Aan- en Afvoer van de Achterwaartse Zone

Situatie op 10 mei 1940

Reglementaire benaming Directie voor Aan- en Afvoer van de Achterwaartse Zone
Direction des Ravitaillements et Evacuations de la Zone Intérieure | DREI
Type Logistieke Steuneenheid
Ontdubbeld van n.v.t.
Onderdeel van Ministerie van Landsverdediging
Bevelhebber Luitenant-generaal Emile Theunis
Standplaats Brussel
Samenstelling Algemene Directie Staf (Majoor IMF René de Rest)
Dienst Bevoorradingen (LtKol SBH Raoul Beretzé)
Dienst Koloniale Bevoorradingen (Kol Gaston Heenen)
Dienst Scheikundige Bevoorradingen (Kol SBH Albert Nicaise)
  Dienst Ravitailleringen en Productie van de Intendance (Kolonel Intendant SBH Constant Vermaelen)
  Dienst Geneeskundige en Farmaceutische Bevoorradingen (Kapitein Intendant F. Demoustiez)
  Dienst Bewapening (Kolonel IMF Albert Cotes) Staf
1ste Afdeling (LtKol Jérôme Pottier)
2de Afdeling (1Kapt IMF Alphonse Van Roy)
3de Afdeling (Maj Joseph Dereck)
  Dienst Wagenpark en Brandstoffen (Luitenant-kolonel IMF Victor Tellier) Staf (Cdt Maurice Thiry)
1ste Afdeling – Immatriculatie (Cdt Gustave Kornelis)
2de Afdeling – Studies en Testen (1Kapt IMF Marcel Charloteaux)
3de Afdeling – Aankopen (Maj IMF Ferdinand Daman)
4de Afdeling – Productieplanning (Maj IMF Emile Piehler)
Afdeling Brandstoffen (Cdt Jules Moreau de Melen)
  Dienst Militaire Luchtvaart (Luitenant-kolonel vlieger Yvon Harnould) Staf
1ste Afdeling (Maj Vl Pierre De Zaeytijdt)
2de Afdeling (Maj Vl Joseph “Jo” Vuylsteke)
3de Afdeling (1Kapt BVM Guillaume Goeleven)
  Dienst Materialen en Werktuigen van de Technische Troepen (Majoor Charles Lentacker)
  Dienst Paardenartsenij en Remonte (Dierengeneesheer Kolonel Léon Hué)
  Anti-Gasbeschermingsdienst (Majoor IMF Jean Corthouts)
  Dienst Ontvangsten (Kolonel IMF Emile Huyghe) Staf
Afdeling Gent (Cdt Armand Crispin)
Afdeling Luik (Kapt F. Degueldere)
Afdeling Charleroi (Cdt Georges Delrue)
Afdeling Antwerpen (Cdt Jean Hendrickx)
Afdeling Kortrijk (Cdt Eugène Mosselman)
  Dienst Transportbegeleiding (Kolonel A, Marchal) Staf (Lt R. Leroy)
1ste Compagnie (Cdt Maurice Lefèbvre)
2de Compagnie  (Kapt G. Gilson)
3de Compagnie (Lt F. Anspach)
  Secretariaat van de Permanente Mobilisatiecommissie (Kapitein-commandant Denis Spies)
  Bevoorradingsbureau (Majoor Gatant Duwez)

Tijdens de mobilisatie

AD/DREI
Wanneer in januari 1940 de Generale Staf van het Leger omgevormd wordt tot het Groot Hoofdkwartier (GHK) komt een duidelijke splitsing van de bevoegdheden tot stand tussen dit nieuwe oppercommando en het Ministerie van Landsverdediging. Het GHK neemt de leiding van het veldleger op zich en controleert zijn operatiegebied dat aangeduid wordt met de term Legerzone (Zone de l’Armée). Het Ministerie van Landsverdediging (MLV) geleid door de Minister van Landsverdediging Luitenant-generaal Denis komt aan het hoofd te staan van alle territoriale troepen en voert de leiding over de zogenaamde ‘Achterwaartse Zone’ (Zone de l’Intérieure) waarbinnen de diverse territoriale steundiensten van de krijgsmacht zullen opereren. De Directie voor Aan- en Afvoer van de Achterwaartse Zone (oftewel in het Frans: “Direction des Ravitaillements et Evacuations de l’Intérieur” – DREI) is een onderdeel van het MLV en is verantwoordelijk voor de planning en organisatie van de ravitaillering en evacuatie buiten het operatiegebied van het veldleger. Deze directie bestond uit volgende departementen:

  • Algemene Directie.  Naast de stafgroep omvat de Algemene Directie die afdelingen die elk verantwoordelijk zijn voor het aankoopbeleid van het leger met verschillende grondstoffen uit ons land of uit de Belgische kolonies.  De grote groepen grondstoffen zijn brand- en smeerstoffen, non-ferrometalen, hout, scheikundige producten, textiel en leder.
  • Dienst Ravitailleringen en Productie van de Intendance. Deze dienst onder bevel van Kolonel Intendant SBH Constant Vermaelen staat in voor de bevoorrading aan levensmiddelen en uitrusting en beschikt hiervoor over het 2de, 3de en 4de Territoriaal Intendancekorps, de Uitrustingsdienst en de Algemene Magazijnen van de Bevoorradingsbasis.
  • Dienst Geneeskundige en Farmaceutische Bevoorradingen. Deze dienst, bevolen door Kapitein Intendant F. Demoustiez, staat in voor de bevoorrading aan medisch materieel en geneesmiddelen en beschikt hiervoor over drie organismen: het Algemeen Magazijn van het Hospitaalmaterieel, het Centraal Laboratorium van de Gezondheidsdienst en de Centrale Apotheek van het Leger.
  • Dienst Bewapening. Deze dienst geleid door Kolonel IMF Albert Cotes is verantwoordelijk voor de productie en bevoorrading van munitie en bewapening en coördineert de werkzaamheden van de Koninklijke Kanongieterij, de Staatswapenfabriek en de Werkplaatsen voor Fabricatie van Munitie en van de Technische Dienst der Grondverdediging tegen Luchtvaartuigen.
  • Dienst Wagenpark en Brandstoffen. Deze dienst, geleid door Luitenant-kolonel IMF Victor Tellier, zorgt voor de verwerving van brand- en smeerstoffen en voertuigen voor het leger. Deze verwerving kan gebeuren via aankoop in de privésector, eigen productie, opeising in volle eigendom oftewel opeising onder huurcontract.  Hiervoor beschikt de dienst over een sectie immatriculatie, een sectie studies en testen, een sectie aankopen en een sectie productieplanning. De dienst coördineert de werkzaamheden van het Arsenaal voor het Wagenpark en het Aankoopmagazijn voor het Wagenpark.  Brand- en smeerstoffen worden beheerd door de Controledienst der Brand- en Smeerstoffen die aan elk Provinciecommando aangehecht is.  De sectie studies en testen heeft ook een Proefstation voor Motorvoertuigen en Brandstoffen te Etterbeek.
  • Dienst Militaire Luchtvaart. Deze dienst geleid door Luitenant-kolonel Yvon Harnould staat in voor het materieel bestemd voor de luchtvaarteenheden en beschikt hiervoor over de Etablissementen der Militaire Luchtvaart.
  • Dienst Materialen en Werktuigen van de Technische Troepen De Dienst Dienst Materialen en Werktuigen van de Technische Troepen
    van Majoor C. Lentacker is verantwoordelijk voor het beheer van de aankoopcontracten van de Technische Dienst der Spoorwegtroepen, de Technische Dienst der Pontonniers, de Technische Dienst der Transmissietroepen, het Park van de Genie van het Leger en de Compagnie Houtvesters.
  • Dienst Paardenartsenij en Remonte (Dierengeneesheer Kolonel Léon Hué)
  • Anti-Gasbeschermingsdienst (Majoor IMF Jean Corthouts). Deze dienst staat in voor de  productie  en inkoop van anti-gasbeschermingsmaterieel en kan hiervoor rekenen op de Inrichtingen Anti-Gas Beschermingsdienst.   
  • Dienst Ontvangsten (Kolonel IMF Emile Huyghe). Deze dienst is verantwoordelijk voor het in ontvangst nemen van alle bestellingen geplaatst bij de privésector ten behoeve van het Belgische leger.  Hiervoor beschikt de dienst over 67 officieren-specialisten en enkele tientallen administratieve krachten die werken van uit regionale kantoren te Brussel, Antwerpen, Luik, Bergen, Namen, Charleroi, Tubize, Kortrijk, Gent en Mol, aangevuld met een kantoor voor de Fabrique Nationale.
  • Dienst Transportbegeleiding (Kapitein-commandant Maurice Lefèbvre). Deze dienst heeft een dubbele taak.  Enerzijds is de dienst verantwoordelijk voor een pool van begeleiders die transporten door de privésector ter behoeve van het leger moeten superviseren.  Anderzijds beheert de dienst het technische personeel van het Ministerie van Landsverdediging.

De militaire post in de Achterwaartse Zone blijft onder het gezag van de Directie van Posterijen van het Ministerie van Verkeerswezen.

Algemene Directie/DREI
De Directie voor Aan- en Afvoer van de Achterwaartse Zone heeft zijn staf aan de Wetstraat 69-71.  De diensten bevinden zich aan de Meridiaanstraat 10 te Sint-Joost-ten-Node, de gebouwen aan de Kapitein Crespelstraat 1 te Elsene en de Markiesstraat 3-5 te Brussel; de Dienst Paardenartsenij en Remonte is ondergebracht in de Karabinierskazerne op het Daillyplein.

Op de eerste oorlogsdag worden de majoors Duwez en Brabant belast met de coördinatie van de productie en het transport van stadsgas binnen de Achterwaartse Zone.  De majoors zijn verantwoordelijk voor het toezicht door het leger op de diverse cokes-installaties en de intercommunale gasleidingen voor het geval deze door oorlogsgebeurtenissen zouden beschadigd worden.  Daarnaast is het MLV in het bezit van een vernielingsdossier voor deze infrastructuur.  Tenslotte moeten de beide officieren zich bekommeren om de evacuatie van de voorraden aan benzeen, olie, en andere bijproducten van de cokesproductie.

Dienst Ravitailleringen en Productie van de Intendance/DREI
In de namiddag beveelt de dienst dat de 1ste Provianddienst Luik en de 2de Provianddienst Luik alle installaties moeten overbrengen naar de linkeroever van de Maas.

Dienst Wagenpark en Brandstoffen/DREI
Voor de Sectie Brandstoffen is geweten dat de voormalige infanterieofficier Kapitein-commandant Léon Velge zich te Antwerpen bevindt en verantwoordelijk is voor de brand- en smeerstoffen die opgeslagen liggen op het grote bedrijventerrein van Petroleum-Zuid.  Samen met Kapitein-commandant Devalkeneer, vermoedelijk van het provinciecommando, start hij al op de eerste oorlogsdag met de evacuatie van wagons met brandstof uit het vormingsstation Antwerpen-Kiel.  Hij doet beroep op het 3Pl van de 2Cie van het XVIIde Bataljon Wachters van Verkeerswegen en Inrichtingen om begeleiders voor de goederentreinen te leveren.

Dienst Militaire Luchtvaart/DREI
De hoofdbekommernis van deze dienst voor de eerste oorlogsweek wordt de coördinatie van de evacuatie van de diverse ondernemingen die actief zijn in de luchtvaartsector naar het westen van het land.

Dienst Paardenartsenij en Remonte/DREI
Deze dienst heeft zijn standplaats in de Kazerne Prins Boudewijn op het Daillyplein te Schaarbeek.

Anti-Gasbeschermingsdienst/DREI
Vanaf de eerste oorlogsdag ondersteunt de dienst de evacuatie van de Inrichtingen der Anti-Gasbeschermingsdienst die enerzijds bestaan uit de werkplaatsen in het Fort van Steendorp nabij Temse en anderzijds uit een laboratorium te Vilvoorde.

Dienst Ontvangsten/DREI
De evacuatie van diverse fabrieken uit de defensie-industrie wordt geleid van op de regionale kantoren te Brussel, Antwerpen, Luik, Bergen, Namen, Charleroi, Tubize, Kortrijk, Gent en Mol, aangevuld het kantoor op de Fabrique Nationale.  

Onderluitenant Leclercq van de Dienst Ontvangsten werkt in de munitiefabriek van Mecar te Marchienne-au-Pont aan de overname van de beschikbare voorraden door het leger.  Hij zal de fabriek op 12 mei verlaten om vervolgens te assisteren bij de evacuatie van het regionale kantoor van de Dienst Ontvangsten uit Charleroi.

Dienst Ravitailleringen en Productie van de Intendance/DREI
Wanneer het Groot Hoofdkwartier beslist tot de evacuatie van de Versterkte Positie Luik, worden de 1ste Provianddienst Luik en de 2de Provianddienst Luik naar Roeselare bevolen.  De aftocht zou per spoor moeten gebeuren, maar een reeks luchtaanvallen aan de westrand van de stad heeft het spoorverkeer onmogelijk gemaakt.  De eenheden zullen zich over de baan terugtrekken.

Dienst Wagenpark en Brandstoffen/DREI
Aan de Petroleumkade op het Kiel in Antwerpen liggen nog twee binnenvaartuigen geladen met brandstof, waaronder de 66m lange rijnaak Jura van schipper Jules Van De Putte.  De Kapitein-commandanten Devalkeneer en Velghe besluiten om de schepen te laten evacueren via de Zeeschelde naar Zeebrugge.  Vermoedelijk is dit om de brandstof over te brengen naar de installaties van het Magazijn voor Brandstoffen en Smeerstoffen te Brugge (TBC). 

Dienst Wagenpark en Brandstoffen/DREI
De evacuatie van Petroleum-Zuid loopt verder.  Tegen de avond is het 3Pl van de 2Cie van het XVIIde Bataljon Wachters van Verkeerswegen en Inrichtingen al 18 manschappen kwijt aan bewakingsopdrachten van transporten. 

Dienst Paardenartsenij en Remonte/DREI
Deze dienst verlaat Brussel en begeeft zich naar Middelkerke.  De Kazerne Prins Boudewijn wordt immers volledig geëvacueerd op 12 mei zodat de dienst de toestemming krijgt om voortijdig af te reizen naar de kust. In Middelkerke installeert de dienst zich in een hotel op de zeedijk.  De officieren van de dienst gaan op zoek naar mogelijkheden om in het buitenland paarden aan te kopen voor ons leger.  De provinciale aankoopcommissies voor paarden die van de dienst afhangen, houden op te functioneren, met uitzondering van de aankoopcommissie voor West-Vlaanderen die voorlopig wel blijft verder werken en aan het Remontedepot van het Leger zal aangehecht worden.

Dienst Militaire Luchtvaart/DREI
Om 16u00 verlaat de dienst Brussel met bestemming Middelkerke.  Te Brussel blijft een achterwacht van 3 officieren. 

Algemene Directie/DREI
De Directie voor Aan- en Afvoer van de Achterwaartse Zone verlaat de hoofdstad.  Majoor IFM De Rest, Majoor Brabant en Kapitein Briffaux vormen de achterwacht te Brussel.  Hun hoofdbekommernis blijft de evacuatie van alle strategische voorraden die nuttig kunnen zijn voor het leger naar het westen van het land.  Luitenant-generaal Theunis en de rest van de staf installeren zich te Middelkerke.

De Algemene Directie wordt vervoegd door Luitenant Gonthier die op 10 mei gemobiliseerd was door het 1ste Legerdepot en enkele dagen zonder opdracht te Dendermonde verbleef.

Dienst Ravitailleringen en Productie van de Intendance/DREI
Ook deze dienst verlaat de hoofdstad.  Er worden alleen twee officieren achtergelaten bij het ministerieel kabinet.  Deze officieren moeten de evacuatie van de eenheden van de territoriale intendancekorpsen blijven overzien tijdens de verplaatsing van de rest van de dienst.

Anti-Gasbeschermingsdienst/DREI
De Anti-Gasbeschermingsdienst verlaat Brussel om 12u30.

Dienst Wagenpark en Brandstoffen/DREI
Op het Kiel te Antwerpen arriveert de 9Cie van het 9de Regiment Hulptroepen.  De 9Cie krijgt als opdracht om bij de nakende evacuatie van Antwerpen de benzine en oliereserves die niet meer kunnen geëvacueerd worden op bevel te saboteren. Deze opdracht komt van de Controledienst der Brand- en Smeerstoffen van het Provinciecommando van Antwerpen en wordt nog steeds geleid door Kapitein-commandant Velge van de DREI.  De compagnie zal voor de uitvoering opgedeeld in dertien ploegen, die verdeeld worden over drie groepen elk geleid door een pelotonscommandant. De ploegen kunnen beschikken over de nodige producten (colle française et solutions de sucre)  die aan de brandstoffen moeten toegevoegd worden.

Dienst Ontvangsten/DREI
De eerste elementen van de Directie Ravitailleringen en Evacuaties van de Achterwaartse Zone komen aan te Middelkerke en starten met de installatie van de administratieve diensten.

Algemene Directie/DREI
Luitenant-generaal Denis beveelt de volledige evacuatie van met MLV naar Frankrijk. De diensten zullen zich te Le Havre moeten hergroeperen en krijgen Sainte-Adresse als voorlopige bestemming. In ons land zullen slechts een minimum aan militairen van het ministerie achterblijven. Kolonel Gilbert laat twee echelons vormen. Hij zelf neemt de operationele leiding op zich van de elementen die in ons land zullen achterblijven, terwijl Luitenant-kolonel Lambinon aan het hoofd van het transport naar Frankrijk komt te staan.  Gilbert brengt zijn commandopost onder in het Provinciaal Hof te Brugge.  Luitenant-generaal Theunis verlaat Middelkerke rond het middaguur.  Hij zal in eerste instantie niet naar het zuiden van Frankrijk afreizen, maar zal van uit Parijs werken om nauw contact te kunnen houden met de equivalente diensten van het Franse leger.

Met hetzelfde oogmerk worden Kapitein-commandant René Boël en Kapitein-commandant Armand Grisar op missie gestuurd naar Londen.  René Boël is een industrieel en volksvertegenwoordiger met een uitgebreid netwerk en moet in Londen de Belgische belangen veilig stellen bij het Franco-Brits Economisch Overlegcomité.  Tevens moet hij de Belgian Shipping Advisory Committee oprichten dat belast wordt met het veilig stellen van alle cargo’s die op dat ogenblik onderweg zijn aan boord van Belgische schepen naar havens die door de oorlogsgebeurtenissen niet langer bereikbaar zijn.  Hiervoor wordt hij bijgestaan door Kapitein-commandant Armand Grisard die als gedelegeerd bestuurder van de Compagnie Maritime Belge in de koopvaardij actief is.  Boël zal al snel het Dalton Akkoord onderhandelen met de Britse regering, waarbij de lading van Belgische koopvaardijschepen door de Britten opgeëist kan worden in ruil voor leveringen aan ons land ten voordele van het leger.

Algemene Directie/DREI in België
Kolonel SBH Fauconnier wordt aan het hoofd geplaatst van de elementen van de DREI die in ons land zullen achterblijven.  Samen met paar dozijn officieren zal hij leiding geven aan de Algemene Magazijnen van de Bevoorradingsbasis en de territoriale intendancekorpsen die eveneens in Vlaanderen zullen verder werken.  De kolonel installeert zich in de gebouwen van Drukkerij Sint-Augustinus aan de Houtkaai 22 te Brugge.

Dienst Wagenpark en Brandstoffen/DREI
De 9Cie van het 9de Regiment Hulptroepen op Petroleum-Zuid te Antwerpen nog versterkt met het peloton van Lt Valkenaers van het 10de Regiment Hulptroepen om de gekregen sabotageopdracht uit te voeren. De vernielingsploegen zullen van zodra het sabotagebevel zal gegeven worden ook tanks met smeerstoffen moeten aanpakken en ontvangen instructies over hoe ze de afsluitkleppen van de opslagtanks moeten bedienen. 

Dienst Militaire Luchtvaart/DREI
De achterwacht uit Brussel vervoegt Middelkerke.

Dienst Wagenpark en Brandstoffen/DREI
Van uit Petroleum-Zuid te Antwerpen moet de 9Cie van het 9de Regiment Hulptroepen een detachement vijfentwintig man naar Hemiksem sturen waar ze onder toezicht van Cdt De Martelaere ook de opslagtanks van de Antwerp Oil Wharves moeten neutraliseren.

Dienst Paardenartsenij en Remonte/DREI
Met het oog op de evacuatie naar Frankrijk worden de archieven van de dienst in Oostende aan boord van een treinstel gebracht.  Omdat de dienst ook bijzonder weinig vervoermiddelen heeft, wordt een deel van het personeel aan boord gebracht van een zeeschip met bestemming Le Havre.  Dit schip zal uiteindelijk in het Verenigd Koninkrijk aankomen.

Dienst Ontvangsten/DREI
De Dienst Ontvangsten stuurt detachementen naar de fabrieken van de Fabrique Nationale te Brugge en de Union Chimique Belge te Zandvoorde. 

Onderluitenant Leclercq wordt uitgestuurd met 4 onderofficieren naar de UCB te Zandvoorde nabij Oostende.  De ploeg moet in eerste instantie de evacuatie regelen van de nog aanwezige grondstoffen waaronder grote hoeveelheden zwavelzuur, glycol en ammoniumnitraat.  Voor het transport wordt gekeken naar het spoor en de scheepvaart.  Daarnaast zal ook een poging ondernomen worden om de jongste installatie voor de productie van zwavelzuur te ontmantelen en per trein naar Frankrijk over te brengen.

Algemene Directie/DREI in Frankrijk
Luitenant-generaal Theunis opent zijn nieuwe hoofdkwartier aan de Boulevard Houssmann 75 te Parijs.  

Detachement Kapitein-commandant Lefèbvre/DREI
Het gros van het DREI verlaat ons land.  De beschikbare troepen worden in een aantal detachementen verdeeld.  Vooreerst wordt een colonne met motorvoertuigen samengesteld.  Vervolgens worden drie compagnies gevormd met de ongeveer 2,000 manschappen van diverse diensten van de directie die over geen transportmiddel kunnen beschikken en dan ook per tram en trein naar Frankrijk moeten trekken.  Deze compagnies worden geleid door de Luitenanten Gonthier, Luitenant De Coninck, Anspach en samen aangevoerd door Kapitein-commandant Maurice Lefèbvre.  Deze laatste is normaliter de bevelhebber van de 1Cie van de Dienst Transportbegeleiding.  Elk van de compagnies krijgt een enkele vrachtwagen om de bagage te transporteren.  In eerste instantie zullen de militairen met de kusttram overgebracht worden van Middelkerke naar Adinkerke.  De compagnies bereiken de kustgemeente rondom 19u30 en wachten aan het station van De Panne op een trein die hen naar Marquise moet brengen waar rendez-vous zal gemaakt worden met de colonne met de motorvoertuigen. 

Dienst Ravitailleringen en Productie van de Intendance/DREI
De dienst verlaat Middelkerke en bereikt Marquise.

Dienst Bewapening/DREI in Frankrijk
De dienst verlaat Middelkerke en bereikt Marquise.

Dienst Wagenpark en Brandstoffen/DREI
De 9Cie van het 9HuT bevindt zich nog steeds op Petroleum-Zuid wanneer ze om 03u00 van Cdt Velge de opdracht krijgen om over te gaan tot de sabotage van de brand- en smeerstoffen. Pompen worden in gang gezet om de toegevoegde substanties te mengen met de brandstoffen en om de diverse olieproducten door elkaar te mengen. De compagnie krijgt van Kol SBH Mascart de richtlijn om zich terug te trekken via Kruibeke naar Ertvelde eens de opdracht is uitgevoerd. Wanneer rond 06u00 de pelotonscommandanten melden dat de sabotageactie is uitgevoerd, verzamelt de compagnie en begeeft ze zich naar de militaire pontonbrug van Hoboken.  Voor de aftocht wordt nog een bestelwagen van Texaco opgeëist.

Dienst Militaire Luchtvaart/DREI
Ook deze dienst trekt terug van Middelkerke naar Marquise.  Er worden aparte colonnes gevormd voor de personenwagens en de vrachtwagens.

Dienst Paardenartsenij en Remonte/DREI
De motorvoertuigen verlaten ons land.  Aanvankelijk wordt ook koers gezet naar Marquise maar onderweg krijgt de dienst het bevel om direct door te rijden naar Sainte-Adresse.  De voertuigen houden halt te Montreuil-sur-Mer om 21u00.

Anti-Gasbeschermingsdienst/DREI
De Anti-Gasbeschermingsdienst vertrekt richting Marquise om 14u45 en komt hier aan tegen 20u00.

Dienst Ontvangsten/DREI
De dienst verlaat Middelkerke rond 13u00 en besluit dat de aard en staat van het wagenpark niet toelaat om in een enkele colonne te rijden.  Er wordt afgesproken om op 19 mei te Brionne te verzamelen.  Een deel van het personeel kan door een tekort aan voertuigen niet meereizen en vervoegt de Dienst Transportbegeleidingen.  Dit detachement zal het zuiden van Frankrijk nooit bereiken.

Dienst Transportbegeleiding/DREI
De officieren en de manschappen van de Dienst Transportbegeleiding verlaten Middelkerke. Kolonel Marchal beschikt over het enige voertuig van de eenheid en laat weten dat hij naar het Franse Marquise zal rijden.  Zijn personeel moet hem per tram en trein achterna reizen.   Met de kusttram spoort iedereen naar het grensstation van Adinkerke.

Detachement Kapitein-commandant Lefèbvre/DREI
Na bijna 24u gewacht te hebben in het station Adinkerke, kan Kapitein-commandant Maurice Lefèbvre de drie compagnies van Luitenant Gonthier, De Coninck en Anspach inschepen aan boord van een trein rondom 16u00.  Deze trein vertrekt naar Duinkerke.  Terwijl Lefèbvre aan de Franse militaire autoriteiten de passage van zijn treinstel vraagt, komt dit na een luchtaanval vast te zitten op een zijspoor te Duinkerke.  Iedereen zal aan boord van de trein overnachten.

Dienst Ravitailleringen en Productie van de Intendance/DREI
De dienst trekt verder van Marquise naar Sainte-Adresse.  Hier zal verbleven worden tot 22 mei.

Dienst Bewapening/DREI in Frankrijk
De dienst trekt verder van Marquise naar Sainte-Adresse.  Hier zal verbleven worden tot 22 mei.

Dienst Paardenartsenij en Remonte/DREI
De colonne verlaat te Montreuil-sur-Mer om 05u30 en rijdt naar Abbeville om hier brandstof te tanken.  Vervolgens vervoegt de dienst Sainte-Adresse. De voertuigen komen aan rond 17u00.

Anti-Gasbeschermingsdienst/DREI
De eenheid verlaat Marquise om 07u00 en rijdt via Boulogne, Montreuil, Abbeville en Dieppe naar Veules-es-Roses waar overnacht wordt.

Dienst Ontvangsten/DREI
De dienst bereikt Brionne.  De militairen worden ingekwartierd te Nassandres sur Risle, Fontaine la Soret, Brettigny, La Riviere – Thibouville en Brionne.

Op vraag van Kolonel IMF Huyghe breekt Onderluitenant Leclercq zijn opdracht te Zandvoorde af.  Ook zijn detachement zal vertrekken naar Brionne om vervolgens de rest van de Dienst Ontvangsten achterna te reizen.

Dienst Transportbegeleiding/DREI
Kolonel Marchal is aangekomen te Marquise.  Zijn personeel bevindt zich op de trein onder leiding van Kapitein-commandant Lefèbvre te Petite-Synthe nabij Duinkerke.

Detachement Kapitein-commandant Lefèbvre/DREI
De trein van dit detachement staat nog steeds vast te Petite-Synthe nabij Duinkerke wanneer de Franse autoriteiten de locomotief loshaken en laten doorrijden naar een andere opdracht.  Na enig overleg besluiten de officieren om te voet verder te trekken.  De drie compagnies vertrekken rondom 14u00.  Alle rugzakken en bagage worden ondergebracht in drie wagons die onder begeleiding van 1 onderofficier en 5 manschappen achterblijven.  Dit kleine groepje krijgt de instructie om de vrachtwagens van de eenheid af te wachten tot 25 mei en op eigen goeddunken te handelen als dit niet zou gebeuren.  De tocht naar Marquise wordt in drie etappes verdeeld.  Op 18 mei zal tot Gravelines gemarcheerd worden.  Daags nadien moet Calais bereikt worden.  Op 22 mei tenslotte hoopt men te Marquise te kunnen aansluiten bij de rest van het DREI.  Tegen 18u00 wordt de eerste kantonnementsplaats bereikt.  De compagnies overnachten op en rond de hoeve ‘cochon noir‘.  

Anti-Gasbeschermingsdienst/DREI
De tocht naar het zuiden gaat verder via Fecamp tot in Sainte-Adresse.  De manschappen vinden een onderkomen in Gonneville.

Algemene Directie/DREI in België
Majoor Brabant en Kapitein-commandant Briffaux worden door Kolonel SBH Gilbert belast met drie bijzondere opdrachten.  Ten eerste moeten alle nog beschikbare steenkoolreserves in het niet-bezette deel van het land in een inventaris opgenomen worden.  Daarnaast moeten ook de benzeeninstallaties van de cokesfabrieken van Carcoke te Zeebrugge en de Union Chimique Belge te Zandvoorde.  Tenslotte moeten de beide officieren ook het probleem van de drinkwaterbevoorrading onder de loep nemen.

Detachement Kapitein-commandant Lefèbvre/DREI
De militairen bereiken Calais rond 15u00.  De Franse gendarmerie steekt een handje toe en laadt iedereen die niet kan volgen op een vrachtwagen.

Dienst Paardenartsenij en Remonte/DREI
De colonne met de motorvoertuigen bereikt .

Anti-Gasbeschermingsdienst/DREI
De Anti-Gasbeschermingsdienst verlaat Gonneville om 14u00 en rijdt via Montvilliers, Quilleboeuf, Caudebec, La Mailleraye en Brionne naar Bernay.

Algemene Directie/DREI in Frankrijk
De Franse regering laat weten dat ze overgaat tot de opeising van alle cargo’s die op dat ogenblik in Franse havens in behandeling zijn ten behoeve van het Belgische leger.  Luitenant-generaal Theunis en zijn staf zijn bijzonder misnoegd over deze eenzijdige beslissing, maar kunnen niet anders dan de ganse zaak te tolereren en alleen toe te zien dat de door de Fransen aangeboden compensatiebedragen correct zijn.

De Franse militaire overheden laten bij monde van Colonel Louchet weten dat de diensten van de DREI moeten kantonneren in het gebied tussen Laval (inclusief) en Angers (exclusief).

Detachement Kapitein-commandant Lefèbvre/DREI
Kapitein-commandant Lefèbvre en zijn militairen bereiken MarquiseLefèbvre stelt zich hier onder het bevel van Kolonel Albert Van Buylaere, bevelhebber van het Opleidingscentrum voor Onderluitenanten van de Infanterie en ex-commandant van de op 10 mei ontbonden Koninklijke Militaire School.  De verdere aftocht wordt verstoord wanneer in de namiddag de Franse gendarmerie komt melden dat alle Belgische militairen onmiddellijk terug moeten naar het noorden.  Daags voordien hebben de Duitse troepen immers Abbeville ingenomen en alzo elke doortocht naar het zuiden onmogelijk gemaakt.  Kapitein-commandant Lefèbvre stuurt de troepen naar Wissant in de hoop hen aldaar van voedsel te kunnen voorzien.

Detachement Luitenant Leroy/DREI
In het detachement Lefèbvre bevindt zich Luitenant Leroy, de adjunct van Kolonel Marchal van de Dienst Transportbegeleiding, Luitenant Leroy.  Leroy verneemt dat zijn kolonel zou doorgereisd zijn naar Le Havre of Sainte-Adresse en de besluit om met een groepje militairen verder te marcheren in die richting.  Bij aankomst te Boulogne is dit detachement aangegroeid tot een 120-tal militairen.  Het detachement wordt ondergebracht in een kazerne van het Franse leger waar ondertussen al enkele honderden Belgische militairen verzameld werden.

Dienst Bewapening/DREI in Frankrijk
Na een verblijf van drie dagen te Sainte-Adresse vertrekt de dienst naar Châteaudun.

Dienst Paardenartsenij en Remonte/DREI
De dienst verlaat Sainte-Adresse en trekt verder naar Poitiers,  Aan het eind van de dag wordt te Le Mans halt gehouden.  Het 2de echelon met het lagere personel en de bagage overnacht te Gacé.

Anti-Gasbeschermingsdienst/DREI
De eenheid verlaat Bernay om 09u00 en rijdt door Montdoubleau om daarna aan te komen te Montoire.

Dienst Ontvangsten/DREI
Ook deze dienst trekt verder naar het zuiden.  Via Bernay, Laigle, Mortagne, Mamers, Ballon, Bonnetable en Saumur wordt koers gezet naar Poitiers.

Dienst Transportbegeleiding/DREI
Te Boulogne tracht Luitenant Leroy tevergeefs een plaats te bemachtigen voor zijn militairen aan boord van een schip.  

Detachement Luitenant Gonthier/DREI
Luitenant Gonthier slaagt er in om met een groot detachement het dorp Wissant te bereiken.  Hier wordt omstreeks 06u00 door een officier van het Britse leger gemeld dat de stad Boulogne gevallen is.  Gonthier laat zijn detachement zo snel mogelijk vertrekken.  Bij een Franse controlepost te Sangatte worden de weinige wapens van het detachement afgenomen.  Bovendien mogen de Belgen de stad Calais niet in, maar moeten ze via een grote omweg naar het noorden.  De detachement valt vervolgens uit elkaar.

Detachement Kapitein-commandant Lefèbvre/DREI
Lefèbvre komt enkele uren later in Wissant aan en stelt vast dat in het dorp de grootste chaos heerst.  Hij schat dat er zo’n 10,000 gevluchte burgers in het dorp zitten, samen met duizenden militairen van het Britse en Franse leger.  Hij ontdekt tevens een Belgisch konvooi met verdachte burgers begeleid door territoriale troepen.  Wanneer het avond wordt, besluit Lefèbvre om eveneens via de kustweg noordwaarts te trekken maar moet hij vaststellen dat alle toegangswegen tot het dorp gecontroleerd worden door het Duitse leger.  De kapitein-commandant vlucht naar het strand, vindt hier samen met een achttal andere Belgische en Britse militairen een grote roeiboot en besluit om een poging te wagen om over zee te ontkomen.  De roeiboot wordt echter weer aan land gedreven door het opkomende tij en het gezelschap besluit enkele uren te wachten.  Tijdens de nacht worden de Britse troepen opgepikt door een schip van de Royal Navy.  Lefèbvre en de Belgen blijven achter en zullen aan het eind van de nacht van 23 op 24 mei krijgsgevangen gemaakt worden.

Detachement Luitenant Leroy/DREI
Te Boulogne wordt Luitenant Leroy samen met alle andere Belgische officieren overgebracht naar het Orphelinat des Sabines, een weeshuis aan de Rue des Carreaux.

Detachement Luitenant Deward/DREI
Bij de aftocht naar het noorden heeft een groepje militairen waaronder Luitenant Deward, administratieofficier van de Dienst Transportbegeleiding het dorp Gravelines kunnen bereiken.  Hier zal Fernand Deward ernstig gewond raken.  Hij wordt afgevoerd naar een veldhospitaal te Zuydcoote van waaruit hij op 30 mei samen met de andere zieken en gewonden zal getransporteerd worden binnen de steeds kleiner wordende perimeter rond Duinkerke.  Op 31 mei zal hij geëvacueerd worden naar Margate aan de overzijde van het Nauw van Calais.  Tot 31 juli zal hij herstellen in het militaire hospitaal te Orpington.  Vervolgens vervoegt hij het verzamelcentrum van Belgische leger in Tenby. 

Dienst Bewapening/DREI in Frankrijk
De Dienst Bewapening bereikt Poitiers.  Het personeel wordt ingekwartierd te Saint-Julien-Lars.   De dienst zal te Poitiers verblijven tot 17 juni.

Dienst Militaire Luchtvaart/DREI
Ook deze dienst bereikt Poitiers.  De dienst zaak enerzijds op zoek naar de uit ons land geëvacueerde aeronautische fabrieken en goederen, en start anderzijds een zoektocht naar nieuw, gevechtsklaar materiaal voor de eenheden van de Militaire Luchtvaart die naar Frankrijk vertrokken zijn.

Dienst Paardenartsenij en Remonte/DREI
De dienst bereikt Poitiers.  Het 2de echelon overnacht te Château-Renault.

Anti-Gasbeschermingsdienst/DREI
De voorlopig laatste etappe leidt over Tours naar Poitiers.  Ook de Anti-Gasbeschermingsdienst wordt te Saint-Julien-Lars ingekwartierd.

Dienst Ontvangsten/DREI
De voertuigen bereiken Poitiers.

De SS Henri Jaspar was een vaartuig van de Compagnie Martitime Belge dat op 10 mei onderweg was met enkele honderden voertuigchassis voor de Belgische firma Brossel.

De SS Henri Jaspar was een vaartuig van de Compagnie Martitime Belge dat op 10 mei onderweg was met enkele honderden voertuigchassis voor de Belgische firma Brossel.

Algemene Directie/DREI in Frankrijk
De diverse diensten werken nu vanop de volgende kantoren:

  • Algemene Directie, Secretariaat van de Permanente Mobilisatiecommissie, Bevoorradingsbureau: Boulevard Houssmann 75 te Parijs
  • Dienst Ravitailleringen en Productie van de Intendance, Dienst Geneeskundige en Farmaceutische Bevoorradingen, Dienst Bewapening, Dienst Wagenpark en Brandstoffen: Kamer van Koophandel, rue du Marché 35, Poitiers
  • Dienst Militaire Luchtvaart: Paris
  • Dienst Genie: Jongensschool, rue d’Oléron 6, Poitiers
  • Dienst Paardenartsenij en Remonte, Anti-Gasbeschermingsdienst: Saint-Julien-Lars
  • Dienst Ontvangsten: Lyceum, Rue du Lycée 1, Poitiers
  • Dienst Transportbegeleiding: Seminarie, Saint-Benoît

Luitenant-kolonel SBH Beretzé en de officieren van de Dienst Bevoorradingen blijven in Frankrijk op zoek naar de diverse voorraden en materialen die door Belgische ondernemingen uit ons land geëvacueerd werden.  Zo wordt verder gezocht naar het lot van de SS Westernland, SS Henri Jaspar en SS Emile Francqui die kort na de Duitse inval vertrokken zijn met aan boord onder meer een grote hoeveelheid vrachtwagens en onderdelen van de Brusselse voertuigbouwer Brossel.  Hierbij is de DREI vooraal begaan om de SS Henri Jaspar die op 10 mei onderweg was naar Antwerpen met aan boord voldoende onderdelen voor enkele honderden chassis,  Dit vaartuig zal uiteindelijk teruggevonden worden te La Pallice, de diepwaterhaven van La Rochelle.  Ook wordt verder gezocht naar de locaties van de schepen van de Belgische tankervloot.  Er worden onder meer verbindingsofficieren uitgestuurd naar de havens van Nantes, Bordeaux en Marseille.

Van de Franse intendance blijven ook vragen binnenkomen om leveringen uit te voeren aan hun strijdkrachten.  Zo wordt bijvoorbeeld om 10 miljoen geweerpatronen kaliber 7,65mm gevraagd.

Detachement Luitenant De Coninck/DREI
Terwijl Luitenant Gonthier op zijn eentje de stad Duinkerke zal bereiken en daar diverse vruchteloze pogingen zal ondernemen om door de Britten per schip geëvacueerd te worden, leidt Luitenant De Coninck de grootste groep die nog samengebleven is richting Gravelines.  Hier komen de Belgen vast te zitten in de zone tussen de Duitse en Britse frontlinies en vallen er diverse slachtoffers.  In de daarop volgende dagen worden de meeste militairen krijgsgevangen gemaakt.

Dienst Paardenartsenij en Remonte/DREI
De dienst is nu weer volledig te Saint-Julien-Lars.

Detachement Luitenant Leroy/DREI
Te Boulogne worden Luitenant Leroy samen met alle andere Belgische officieren die samengebracht werden in het Orphelinat des Sabines krijgsgevangen gemaakt door de Duitsers.

Algemene Directie/DREI in België
Alle overgebleven territoriale steuneenheden die zich nog in Vlaanderen en Noord-Frankrijk bevinden, zoals d
e Algemene Magazijnen van de Bevoorradingsbasis en de territoriale intendancekorpsen, gaan over van de DREI naar de Directie voor aan- en afvoer van het Leger (oftewel in het Frans “Direction des Ravitaillements et Evacuations de l’Armée – DREA”).  De laatste officieren van de DREI van het Ministerie van Landsverdediging die zich nog in deze zone bevinden, worden geëvacueerd naar Engeland en het niet bezette deel van Frankrijk.  De DREA wordt hiermee verantwoordelijk voor de ganse logistieke keten van het veldleger. Het DREI houdt de facto op te bestaan.

Majoor Brabant en Kapitein-commandant Briffaux zijn op dat ogenblik op zending en worden achtergelaten in ons land.  De beide officieren begeven zich dan maar naar het Groot Hoofdkwartier en worden bij het Commando van de Genie aangehecht.  Deze staf kantonneert in het klooster van de Witte Paters te Varsenare.

Dienst Militaire Luchtvaart/DREI
De Dienst Militaire Luchtvaart wordt naar Parijs bevolen om zich ter beschikking te stellen van het Ministère de l’Air.  De beide colonnes zullen Parijs bereiken op 29 mei.  De dienst zal hier verblijven tot 9 juni.  De voornaamste taken van de officieren worden de coördinatie van de inzet van de Etablissementen der Militaire Luchtvaart bij het ARA, de Franse vliegtuigherstelplaats van Bordeaux-Mérignac, het voeren van onderhandelingen voor de versnelde levering van de in de Verenigde Staten bestelde Brewster Buffalo gevechtsvliegtuigen, het regelen van de installatie van alle Belgische firma’s van de luchtvaartsector die zich in Frankrijk bevinden, en het opsporen en overdragen van alle goederen en voorraden die nuttig zouden kunnen zijn voor de Franse luchtmacht.

Dienst Paardenartsenij en Remonte/DREI
Het eerste echelon van de dienst verplaatst zich naar Fontaine-le-Compte.

Algemene Directie/DREI in Frankrijk
Op aangeven van Luitenant-kolonel SBH Beretzé gaat de Ministerraad akkoord met de oprichting van een Dienst voor Identificatie en Liquidatie van de Belgische Goederen.  Deze dienst zal aangestuurd worden door enkele officieren van Beretzés Dienst Bevoorradingen en wordt gelast met het opsporen van de talrijke voorraden en materialen die uit ons land geëvacueerd werden en op Franse of Britse bodem aanbeland zijn,  Deze goederen moeten niet alleen geïnventariseerd worden, maar vaak moet ook nog de betaling aan de eigenaars volgen.

9 juni 1940

Dienst Militaire Luchtvaart/DREI
De Dienst Militaire Luchtvaart wordt teruggeroepen naar het zuiden van Frankrijk en zal tegen 22u00 het stadje Amboise bereiken.

Dienst Bewapening/DREI in Frankrijk
Volgens een rapport van de Dienst Bewapening beschikt het Belgische leger in Frankrijk nog over een reserve van 12 kanonnen C75 TRA, 2 houwitsers Ob155, 1 kanon C105L, 3 anti-tankkanonnen C47 en 2 luchtafweerkanonnen C75 DTCA M36.  De Dienst Bewapening vraagt via de Koninklijke Kanongieterij of deze vuurmonden eventueel terug operationeel kunnen gemaakt worden in het Franse militaire arsenaal van Roanne.  Ook vraagt de dienst om de 4 C47 kanonnen waarover de Versterkings- en Opleidingstroepen nog beschikken door te sturen naar het arsenaal.  Tevens moet de Koninklijke Kanongieterij met alle nog beschikbare onderdelen zoveel mogelijk C47 kanonnen assembleren en ook de productie opstarten van 5.000 brisantgranaten voor hetzelfde type geschut.

Algemene Directie/DREI in Frankrijk
Luitenant-generaal Theunis en zijn staf verlaten Parijs en zullen zich te Saint-Gaultier installeren.

Dienst Militaire Luchtvaart/DREI
De Dienst Militaire Luchtvaart zoekt een nieuw kantonnement op te Saint-Jacques-Buxeuil.

13 juni 1940

C75 DTCA M36 FRC kanonnen in aanbouw op de productielijn van de Cockerill fabrieken in april 1940.

Dienst Bewapening/DREI in Frankrijk
De Dienst Bewapening vraagt aan de Technische Dienst der Grondverdediging tegen Luchtvaartuigen te Roanne om volop in te zetten op de productie van C75mm DTCA Mod 36 kanonnen.  De ST/DTCA rapporteert dat er voldoende onderdelen zijn voor de assemblage van maar liefst 9 batterijen van telkens 4 vuurmonden.  Deze kunnen geproduceerd worden a rato van een batterij per veertien dagen.  Een eerste batterij is op 13 juni gebruiksklaar en zal bevolen worden door Kapitein-commandant Grey, Luitenant Thiry en Onderluitenant Van Acker van de ST/DTCA.  De dienst zal ook een deel van het bedieningspersoneel leveren, maar vraagt via de Dienst Bewapening van de DREI aan het Versterkings- en Opleidingscentrum Artillerie om de nodige effectieven aan te duiden.  De ST/DTCA meldt dat er nog vijf officieren beschikbaar zijn voor het leiden van latere batterijen: Kapitein Algrain en de Luitenanten Denis, Garot, Van Cauwenberghe en Dorlet.

Algemene Directie/DREI
Het Ministerie van Landsverdediging verwittigt de directie dat alle elementen zich klaar moeten maken voor een verdere verplaatsing naar het zuiden.

17 juni 1940

Dienst Ravitailleringen en Productie van de Intendance/DREI
De dienst verlaat Poitiers en zal in twee etappes terugtrekken naar Matres.  Er zal onderweg overnacht worden te Ruffac.

Dienst Bewapening/DREI
De Dienst Bewapening verlaat Poitiers en verplaatst zich naar Bellefroid in de Gironde.  De tocht zal twee dagen duren.  Er wordt overnacht te Angoulême.

Dienst Militaire Luchtvaart/DREI
De Dienst Militaire Luchtvaart wordt verplaatst naar achtereenvolgens Chalais, Sauveterre de Guyenne en Saint-Leger-de-Vignague.  Hier komt de dienst vanaf 18 juni zonder opdracht te zitten.

Dienst Paardenartsenij en Remonte/DREI
De dienst verlaat Poitiers met bestemming Sauveterre-de-Guyenne en overnacht te Brantôme en Périgord.

Anti-Gasbeschermingsdienst/DREI
De Anti-Gasbeschermingsdienst verlaat Saint-Julien-Lars en rijdt via Ruffec en Angoulême naar Montmoreau

Dienst Ontvangsten/DREI
In de namiddag vertrekt de dienst om via Gençay,  Civray, Ruffec, Angoulême, Chalays, ibourne en Castillon naar Cesac te rijden.  De eenheid zal hier op 19 juni aankomen.

18 juni 1940

Dienst Paardenartsenij en Remonte/DREI
De dienst komt aan te Sauveterre-de-Guyenne en wordt geïnstalleerd te Falleyras.

Algemene Directie/DREI in Frankrijk
Luitenant-generaal Theunis en zijn staf vinden een nieuw onderkomen in Le Sauvetat.

22 juni 1940

Algemene Directie/DREI in Frankrijk
De Algemene Directie werkt nu vanuit Boulogne-sur-Gesse.

Het Franse opperbevel ondertekent een capitulatieovereenkomst met het Nazi regime.  Luitenant-kolonel SBH Beretzé en een hele reeks andere officieren menen nu terecht dat nu ook het Belgische leger snel huiswaarts zal gestuurd worden en zijn bezorgd om hun baan.  Beretzé en zijn entourage vraagt aan het MVL om formeel over te gaan naar de Dienst voor Identificatie en Liquidatie van de Belgische Goederen in de hoop om alzo aan de slag te kunnen blijven.  op 15 juni wordt Beretzé aangeduid als administrateur voor het niet-bezette deel van Frankrijk. De kolonel zal tot 1942 nog verschillende pogingen wagen om tot in het Verenigd Koninkrijk te komen, maar wordt door de regering te Londen opzij geschoven en in Frankrijk achtergelaten.

Algemene Directie/DREI
Het Ministerie van Landsverdediging haalt al zijn eenheden die zich in het deel van Frankrijk bevinden dat door de Duitsers bezet zal worden naar het onbezette deel van het land.  De meeste eenheden die zich moeten verplaatsen, zullen op 29 juni vertrekken.

Dienst Ravitailleringen en Productie van de Intendance/DREI
De dienst verlaat Martres en vindt een nieuw onderkomen te Port Sainte-Marie.

Dienst Bewapening/DREI in Frankrijk
Op 29 juni tenslotte verlaat de Dienst Bewapening het stadje Bellefroid om zich aan het eind van de dag te Sainte-Livrade te vestigen.

Dienst Ontvangsten/DREI
De dienst verplaatst zich naar Lafitte en Clairac.

Na de capitulatie

Dienst Ravitailleringen en Productie van de Intendance/DREI
Op 11 augustus wordt de repatriëring van deze dienst bevolen,  Het personeel wordt in twee echelons verdeeld.  Het eerste echelon omvat het gros van de militairen en verlaat Port Sainte-Marie op 14 augustus om na een lange wegrit over Bordeaux, Poitiers, Tours, Beauvais en Cambrai op 18 augustus te Halle aan te komen,  Hier wordt de colonne doorgestuurd naar de Feldgendarmerie in de valleistraat te Elsene.  De dienstplichtige officieren en manschappen krijgen hun demobilisatiebevel.  Het beroepspersoneel wordt twee dagen later in het Jubelpark samengebracht.  De vrijwilligers en onderofficieren zullen vervolgens tot eind oktober in het krijgsgevangenkamp te Beverlo opgesloten worden.  De drie beroepsofficieren die nog overblijven krijgen drie achtereenvolgende vergunningen van 8 dagen en worden dan met rust gelaten door de bezetter.

Het tweede echelon omvat Intendant Kolonel SBH Vermaelen, Intendant Majoor Guerin en Luitenant Jacobs.  Zij verlaten Villeneuve-sur-Lot op 25 augustus en moeten via Vichy passeren om ervoor te zorgen dat alle achtergebleven voorraden aan de Franse autoriteiten overgedragen worden.  Bij hun aankomst op de demarcatielijn te Moulins krijgen ze geen toestemming om naar ons land door te reizen.  Guerin en Jacobs zullen op 28 augustus te Langon zonder problemen de bezette zone van Frankrijk kunnen betreden en komen aan te Halle in de namiddag van 29 augustus.  Uiteindelijk worden ook zij vrijgelaten te Brussel.  Kol SBH Vermaelen zal nog langer in Frankrijk verblijven.

Dienst Bewapening/DREI in Frankrijk
Vanaf 10 augustus maakt deze dienst zich klaar voor de terugkeer naar ons land.  Er wordt bepaald dat er een achterwacht zal nablijven bestaande uit Majoor Dereck, Kapitein-commandant Neve, 1ste Kapitein IMF Van Roy, de Adjudanten Chevalier, Gerday en Vandenbulcke en de Soldaten Melotte en Verrecht.  Dit detachement krijgt een personenwagen en een bestelwagen.

De rest van het personeel vertrekt op 17 augustus en bereikt Quiévrain op 21 augustus.  Van hier uit wordt verder gereden naar Brussel.  Ook deze dienst moet zich eerst bij de Feldgendarmerie te Halle aanmelden.  Dezen nemen de archieven en voertuigen in beslag en zorgen voor de verdere afhandeling van het personeel.

Slachtoffers

Geen gesneuvelden bekend.

Bibliografie en Bronnen

  1. Gilbert, E., 1945, L’armée dans la nation. L’entre-deux-guerres en Belgique, Brussel: Editions Wellens-Pay.
  2. Jamart, J. 1994, L’armée belge de France en 1940, Bastenaken: Schmitz.
  3. Dossier Ministerie van Landsverdediging, Sectie Classified Archives, Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid, Ministerie van Defensie.