Type | Staf | |
Ontdubbeld van | n.v.t. | |
Onderdeel van | Groot Hoofdkwartier | |
Bevelhebber | Luitenant-generaal Emile Duvivier | |
Adjunct | Kolonel Massaux | |
Air Attaché te Londen | Luitenant-kolonel Louis Wouters | |
Stafchef | Majoor Leon Renson | |
Standplaats | Koninklijke Militaire School te Brussel (vredestijd) Fort Steendorp te Temse (oorlogstijd) |
|
Samenstelling | Staf | 1ste Bureau – Operaties 2de Bureau – Inlichtingen (Kapt SBH Léon De Soomer) 3de Bureau – Personeel en Materieel 4de Bureau – Transport, Bevoorrading en Evacuaties |
31ste Bataljon Transmissietroepen (Majoor R. Achslogh) | ||
Generale Staf der Militaire Luchtvaart (Generaal-majoor Paul Hiernaux) | ||
Generale Staf der Grondverdediging tegen Luchtdoelen (Generaal-majoor Adrien Frère) |
Commando DAT
Tijdens het interbellum wordt de luchtverdediging uitgebouwd rond twee pijlers, een militaire en een burgerlijke pijler. De militaire pijler is opgedeeld volgens de zone van het grondgebied dat verdedigd wordt. Enerzijds is er de luchtverdediging van het grondgebied ingenomen door het veldleger (“legerzone”) onder de verantwoordelijkheid van de Generale Staf van het Leger (EMGA) die hiervoor beschikt over het Commando van de Luchtverdediging van het Grondgebied (DAT) en de verschillende luchtverdedigingseenheden van de Divisies. Anderzijds is er de luchtverdediging van het achterliggende deel van het land (“achterwaartse zone”) dat valt onder de bevoegdheid van het Ministerie van Landsverdediging die hiervoor beschikt over de Territoriale Wacht voor Luchtafweer (GTA). De burgerlijke pijler ressorteert eveneens onder de bevoegdheid van het Ministerie van Landsverdediging en bestaat uit de Passieve Luchtbescherming.
Het Commando van de Luchtverdediging van het Grondgebied (DAT) is de overkoepelende staf voor de militaire luchtvaart en de luchtafweer van het veldleger. Deze staf bevindt zich in vredestijd in de gebouwen van de Koninklijke Militaire School in het gedeelte waar zich ook de Krijgsschool en de Generale Staf bevond (ingang Kortenberglaan). In tegenstelling tot onze buurlanden was de DAT geen afzonderlijke macht maar stond zij volledig in steun van het landleger met als enige taak de luchtverdediging. De eenheden waren dan ook georganiseerd zoals de eenheden van de landstrijdkrachten.
Het DAT onder leiding van Luitenant-generaal Emile Duvivier zorgt voor de coördinatie tussen de Generale Staf der Militaire Luchtvaart en de Generale Staf der Grondverdediging tegen Luchtdoelen en omvat een vijftigtal militairen. Duvivier beschikt eveneens over het 31ste Bataljon Transmissietroepen dat met drie compagnies radiotelegrafisten het radionetwerk tussen de diverse staven uitbaat. De geheime nota nr 1291/294 van 8 april 1940 opgesteld door het 1ste bureau van de Generale Staf van het Leger (EMGA) laat ons toe een beter inzicht te krijgen in hoe het luchtruim werd beheerd teneinde het neerhalen van bevriende vliegtuigen te vermijden. De militaire en burgervliegvelden hadden de plicht de permanentie van de loerdienst (Centre Nationale de Renseignement et d’Alerte de Bruxelles – CNRA) evenals de negen provinciale inlichtingen en alarmcentrales (Centres Provinciaux de Renseignement et d’Alerte – CPRA) te verwittigen van alle geplande vluchten. Deze vluchten moesten uitgevoerd worden onder de 1000 meter. Het CNRA legt een lijst aan van geplande vluchten die verstuurd wordt aan de CPRA en de eenheden van de DTCA om elk misverstand te vermijden. Elke niet geregistreerde vlucht van Duitse, Britse en Franse vliegtuigen moet beschouwd worden als een schending van ons luchtruim.
In de jaren voor het begin van de Tweede Wereldoorlog is de volledige luchtvloot van België aan vervanging toe. Luitenant-generaal Duvivier, Chef van de Luchtverdediging van het Grondgebied (DAT) dringt er bij de regering op aan de nodige aankopen te doen en neemt zelf ook enkele initiatieven. In ijltempo wordt gezocht naar oplossingen om de vloot te vernieuwen. Een eerste bestelling van 22 Gloster Gladiator Mk1 jachtvliegtuigen werd in maart 1937 geplaatst door de Belgische regering bij Gloster Aircraft (Hucclecote, UK). In het licht van de snel verslechterende politieke toestand in Europa vraagt LtGen Duvivier haast te maken met de aanschaf van 40 Spitfires of Hurricanes. Uiteindelijk plaatst de regering in maart 1939 een order voor twintig Hawker Hurricane. Om de levering van de vliegtuigen vlot te laten verlopen stuurt het Comdo DAT Luitenant-kolonel Wouters als Luchtvaartattaché naar Londen. Eind 1939 gaat de Belgische regering op zoek naar nog meer nieuwe vliegtuigen om de Belgische Luchtmacht te moderniseren maar de vraag wereldwijde vraag naar vliegtuigen is groot en de vliegtuigproducenten van de grootmachten draaien op volle toeren om aan de binnenlandse behoefte te voldoen. Twee opvallende aankopen worden gedaan: enerzijds wordt in de Verenigde Staten een bestelling geplaatst van 40 Brewster Buffalo’s en in Italië een bestelling van 40 Fiat CR.42.
Commando DAT
Het Commando van de Luchtverdediging van het Grondgebied (Commando DAT) is reeds op 9 mei omstreeks 23u00 op de hoogte van de dreigende Duitse inval. Generaal Duvivier stelt even na middernacht voor aan het Groot Hoofdkwartier om de vliegtuigen te laten uitwijken naar hun oorlogsvliegvelden zodra het daglicht dit toelaat en om de jachtsmaldelen van het 2de Luchtvaartregiment over het oostelijke deel Albertkanaal te laten patrouilleren, een preventieve maatregel die ze ook al genomen hadden bij het alarm in januari 1940. Generaal Michiels, stafchef van ons leger, vindt dit laatste evenwel niet nodig en beperkt de opdracht van onze luchtmacht tot het dekken van de geplande afmars van de 11de Infanteriedivisie uit het Kamp van Beverlo te Leopoldsburg.
Het Commando DAT verlaat Brussel in de loop van de dag en vindt onderdak in Fort Steendorp te Temse. De rest van het Groot Hoofdkwartier bevindt zich in het Fort van Breendonk en omliggende Forten en Schansen
Commando DAT
De vliegvelden met nummers 5 (Sint-Denijs-Westrem), 31 (Sint-Niklaas) en 37 (Belsele-Waas) zijn nu door de Belgische genie vernield en onklaar gemaakt voor de vijand. Dit wordt om 12u00 per telefoon bevestigt door Majoor Renson aan de 1ste Afdeling (Operaties) van het Groot Hoofdkwartier. De majoor laat ook weten dat de vernieling van terrein 35 (Moerbeke-Waas) nog aan de gang is.
De Belgische militaire luchtvaart incasseert nog maar eens een zware klap door het Duits bombardement van het vliegveld van Aalter om 07u40. Hierbij gaan alle resterende vliegtuigen van van het 3de Smaldeel van II/1Lu en van het 5de en 7de Smaldeel van III/3Lu verloren evenals talrijke voertuigen. Wat overblijft van II/1Lu en III/3Lu wordt naar Frankrijk geëvacueerd waardoor in België nog slechts drie smaldelen (allen van 1Lu) overblijven. De 1ste Afdeling van het GHK wordt om 08u45 op de hoogte gebracht van het bombardement.
Commando DAT
In een rapport over de toestand van het materiaal van de militaire luchtvaart aan het Groot Hoofdkwartier, meldt Luitenant-generaal Duvivier dat er nog 23 vliegtuigen operationeel zijn:
- I/1Lu heeft 8 Fairey Fox met Rolls-Royce motor
- V/1Lu heeft 6 inzetbare Renard 31, 1 onklare Renard 31 en 1 SV.5 Tornado toestel
- VI/1Lu heeft 5 inzetbare Renard 31, 2 SV.5 Tornado’s en 1 SV.4 die op het vliegveld van Aalter gerecupereerd werd
Commando DAT
Op 25 mei worden 20 inzetbare vliegtuigen gemeld in het dagelijks rapport aan het Groot Hoofdkwartier:
- I/1Lu heeft 8 Fairey Fox met Rolls-Royce motor
- V/1Lu heeft 7 inzetbare Renard 31 en 1 SV.5 Tornado
- VI/1Lu heeft 3 inzetbare Renard 31, 1 inzetbare SV.5 Tornado en 1 onklare SV.5 Tornado
Bij de luchtafweer wordt het geschut dat toegewezen werd aan het Iste Legerkorps bij deze formatie weggehaald. De VII/1DTCA gaat over naar het IVde Legerkorps. Een van de secties C49 DTCA wordt toegewezen aan de luchtverdediging te Torhout. De andere sectie C40 DTCA wordt naar het noordwesten van Roeselare gezonden.
Alle C40 DTCA secties van de DTCA en de GTA die momenteel ontplooid zijn ter verdediging van het luchtruim van het Afdeilingskanaal van de Leie worden onder tactisch bevel geplaatst van het IIde Legerkorps, het Vde Legerkorps en het VIde Legerkorps, al naar gelang de zone waarin het geschut zicht bevindt.
Geen gesneuvelden bekend.
- Dossier Kapitein-commandant SBH Ghysen, Moskou-archief, Documentatiecentrum Koninklijk Legermuseum, War Heritage Institute
- Dossier 185-14-55 Orders van Belgische Hoofdkwartieren, Moskou-archief, Documentatiecentrum Koninklijk Legermuseum, War Heritage Institute.